De Peueraar 11/12, juli/augustus 1991

Auteur: Eric Krebbers


(filmrecensie)

"Zaal 9, een keert", zeg ik tegen de mevrouw achter het pantserglas. Ze is vast gevaarlijk, denk ik vluchtig, waarom zit ze anders opgesloten? Om haar niet elk menselijk contact te ontnemen hebben ze haar voorzien van een soort microfoontje. "Dat is dan 15 gulden", bromt ze daardoor, en treft me keihard in mijn kleine beursje. Nog wat ongelovig bekijk ik de prijzen die boven haar hoofd aan de wand gespijkerd zijn. Ik had het kunnen weten. Vervolgens wurm ik me langs een in uniform gestoken bodybuilder. Hij ontfutselt me mijn zojuist bemachtigde kaartje weer. Ik betreed de achter hem liggende balzaal. Overal glimmend meubilair. Rood pluizig tapijt. De zussen van de vrouw bij de kassa hobbelen zwaar beschilderd rond. Oeps... wat een dure drankjes!

Ik vlucht snel de zaal in. Ook al een reusachtige zaal, met aan het verre einde een waanzinnig grote cowboy die me een sigaret aanbiedt. Het feest is blijkbaar al begonnen. Wij toeschouwers, wij worden overspoeld met bewegende beelden van ongeschoren rokers in verre zweterige landen. Met oogverblindende gebadpakte dames die al rum drinkend hun ruggen schuren tegen al even oogverblindende mannen op een oogverblindende boot. Drank, sigaretten en spijkerbroeken gepresenteerd door krankzinnig eenzijdige en vooral onechte mensen. Bekende multinationals bieden me de totale nepwereld van de Amerikaanse elite. De droom van iedere bekrompen consument.

Wel jammer dat ik voor deze shit 15 gulden heb betaald. Mijn aanvankelijke woede over het uitblijven van de beloofde hoofdfilm gaat allengs over in totale onverschilligheid, ja zelfs meligheid. En toen ging plots het licht aan. Het woord PAUZE, omringd door Heineken-doppen, verschijnt in beeld. Maar komt er dan nog wel een hoofdfilm tussen al deze ellende door?

Verzet tegen dit soort toestanden leverde ons eind jaren 70 de filmhuizen op. Kleinschalige initiatieven van echte filmliefhebbers. Ze vertonen niet-commerciële films, zonder reclame van tevoren en tegen veel lagere prijzen. En het gaat niet om de kijkcijfers. Het Haags Filmhuis en het Kijkhuis in Leiden zijn voortgekomen uit deze beweging. Nu, in de jaren 90, is het elan er wel een beetje uit. De filmhuizen zijn min of meer opgenomen in het Cannon-circuit, het imperium van de grote Amerikaanse filmmultinational. Films die niet genoeg publiek meer trekken in de grote commerciële bioscopen draaien nog wat weekjes in de filmhuizen. Gelukkig is er voor de liefhebber toch nog wel wat te genieten. Regelmatig vertonen de filmhuizen, ondanks hun financiële problemen, nog heel mooie films die je nergens anders kan zien. Films die voor de grote zalen niet genoeg publiek trekken. Hieronder een selectie voor juli.

In het Kijkhuis Ju-Dou, een heel trieste film uit China, die je niet mag missen al was het alleen maar om de warme kleuren en de sfeerbeelden. Gaat over een vrouw die als echtgenote verkocht is aan een oude man. Gelukkig verzet ze zich.

Le mari de la coiffeuse, een rare romantische film. Een man is verliefd op een kapster en verlangt niets meer van het leven dan naar haar te mogen kijken. Samen lijken ze gelukkig te zijn. De hele film door danst de man zelfverzonnen Arabische dansen. Ik kwam niet meer bij, ook omdat het verder een erg saaie vijftiger betreft.

Angel at my table, aangrijpend levensverhaal in drie lange delen. Een onzekere vrouw komt in de psychiatrie terecht en krijgt elektroshocks. Ondertussen schrijft ze bestsellers. Heel mooi gespeeld, beklemmend maar ook af en toe met een vleugje humor.

Scenes from a mall, voor de liefhebbers van Woody Allen geweldig; ik lig al dubbel als ik hem alleen al zie. Voor niet-liefhebbers wellicht geen ruk aan. De film is in feite een lange dialoog tussen twee echtelieden die elkaar op vreemd gaan betrapt hebben. Tegelijk een aardig scherpe kritiek op de Amerikaanse consumptiemaatschappij. Heeft hiervoor ook in de commerciële bioscopen gedraaid.

Tot slot nog even dit: een keuze voor het filmhuis is natuurlijk een politieke keuze. Je steunt er de multinationals minder mee, en je kiest voor een persoonlijke sfeer. En vaak steun je filmmakers die zich verzetten tegen Hollywood en zijn geldcultuur. Een beetje onkies misschien in een filmrubriek, maar ik doe het toch: Boycot de Cannon-theaters!

Terug