De Peueraar 11/12, juli/augustus 1991

Auteur: Michèl


(ingezonden)

De veganistische revolutie

Dit stukje gaat over veganisme. Het is een reactie op het stuk van Merijn in Peueraar nummer 8 en ook is het een reactie op de kritiek die hij en anderen hebben op het hoofdstukje 100-100 uit Akigoloké. Dat laatste is een boekje dat net uit is waarin de plannen staan voor een radicaal, ecologisch en veganistisch dorp. In dat boekje schreef ik het volgende: "Voor het niet gebruiken van dierlijke producten kun je heel wat redenen aanvoeren: bio-industrie, mestoverschotten en het zure regen probleem en veevoeder dat uit de Derde Wereld moet komen; als je wilt kun je er je gezondheid zelfs bij halen. Toch zijn dat geen van allen redenen om helemaal met het gebruik van dierlijke producten te stoppen. Ons hoofdargument, is dan ook dat we dieren gewoon veel te leuk vinden om dood te maken en op te eten en te gebruiken. Bij veganisme draait het om de vraag in hoeverre je meevoelvermogen is ontwikkeld naar andere levende wezens. En in hoeverre je bereid bent om uit die gevoelens praktische consequenties te trekken. Wij vinden dat er sprake is van macht wanneer mensen dieren gebruiken."

En in het stukje van Merijn in Peueraar 8 staat: "Verder is het stuk (zijn eigen stuk in een vorige Peueraar) gericht tegen al het oppervlakkige en sentimentele gedoe rond dierenleed. Het gaat er niet om of dieren schattig en zielig zijn, het gaat erom dat fundamentele rechten op verschrikkelijk grove manier geschonden worden."

Gevoel

Ik doe een beroep op gevoel. Je zou dat a-politiek kunnen noemen omdat je de mensen die beweren niks bij dieren te voelen er niet mee aanspreekt. Echter: wanneer iemand zegt niks te voelen bij dieren is voor mij de kous daarmee niet af. Net als wanneer witten (hun eigen) racisme laten voortbestaan, en daarbij beweren bij zwarten gewoon geen gevoelens te kennen. Mijn verhaal is niet los te zien van een filosofie waarin het belang van meevoelen wordt benadrukt. Gevoelens kun je (leren) ontwikkelen, kun je leren uiten, kun je bij jezelf en bij anderen stimuleren. Je kunt de keuze maken meevoelvermogens een belangrijke rol te gaan laten spelen. Het politieke belang daarvan wordt nog steeds te weinig begrepen. Het raakt ook aan anarchisme; voor wie is het nog een vraag of mensen daarvoor een zeer goed ontwikkeld meevoelvermogen met elkaar nodig hebben?

Wanneer mensen zeggen dieren zielig of schattig te vinden, vind ik dat niet iets om je aan te ergeren. Ik zou willen dat iedereen maar eens zo ver was dat er wat gevoeld werd bij dieren. Dat sentimentele gedoe is beter dan niets. En wat mij betreft mogen het ook best moederlijke sentimenten zijn (voor zeehonden-baby's bijvoorbeeld), wat is daar mis mee?

Als mensen daardoor tegen bont zijn is dat op zichzelf toch al prima? Het is een eerste stap van waaruit het niet moeilijk moet zijn om in te zien dat leer ook bont is, en dat aan vlees leer vastzit, en aan kaas melk. Door wat logica toe te passen kunnen die sentimenten zich gaan uitbreiden over het hele dierenrijk. Wanneer mensen snel vertederd raken van dieren en bovendien hun algemene meevoel- en inleefvermogen verder ontwikkelen lijkt mij dat een goede basis voor veganisme.

Ook voor het uitbannen van machtsverhoudingen tussen mensen lijkt een goed meevoel- en inleefvermogen mij trouwens een voorwaarde. De basis voor anti-racisme, anti-seksisme en anti-fascisme.

Rechten en plichten

Ik doe in Akigoloke geen beroep op fundamentele rechten (van dieren of mensen). Waarom? Omdat rechten of een moralistisch woord is zonder consequenties, of het heeft wel consequenties en dan zitten er plichten en straffen aan vast. Het eerste steunt, als je door redeneert uiteindelijk toch op meevoel-gevoel. Met het tweede kom je in on-anarchistisch vaarwater terecht, het is niet vrij van dwang.

Zonder meevoelen is alles eetbaar.

Iedereen kiest bewust of onbewust, wat hij tot de eetbaarheden rekent. De mogelijkheden waaruit gekozen kan worden lopen van: geen planten willen doden (totdat je dood gaat van de honger) tot: radicaal kannibalistisch zijn (totdat je zelf wordt opgegeten, of nog radicaler je jezelf opeet). Omdat mensen meestal willen blijven leven besluit bijna iedereen om toch maar planten te blijven eten. En omdat slechts zeer weinigen het een aantrekkelijk idee vinden om de kans te lopen zelf opgegeten te worden, wordt de verwerping van kannibalisme breed gedragen. Over het al dan niet eten van planten en mensen bestaat dus over het algemeen vrij veel eensgezindheid: niemand wijst het eten van planten af, en ieder mens wijst het eten van mensen af. Maar nu nog de dieren. Dieren eten lijkt nog het meest op mensen eten. Het bezwaar zelf ooit gegeten te worden is bij dieren echter beduidend kleiner. Dat maakt de vraag waarom mensen dieren al dan niet als voedsel beschouwen minder eenduidig te beantwoorden. Daarom is het vooral die vraag die onderwerp van is van een ethische discussie die almaar weer terug keert. In Akigoloké vind je geen argumenten voor veganisme die los staan van het gevoel dat mensen bij dieren hebben. Dat komt omdat die argumenten volgens mij niet houdbaar zijn. Hieronder volgt zo'n argumentatie.

Mensen zijn dieren zijn planten zijn dingen.

Je kunt aanvoeren dat er geen scherpe grens te trekken is tussen mensen en andere dieren. Mensen en dieren zouden dus dezelfde behandeling moeten krijgen. Hoe dat voor dieren uitpakt is echter volledig afhankelijk van de normen en waarden die mensen onderling hanteren. Zolang mensen elkaar onderling nog uitbuiten ben je met die stap nog niet echt veel verder. De poging om veganisme buiten het gevoel om te onderbouwen is daarmee bovendien slechts verplaatst naar de vraag of datzelfde mogelijk is op het gebied van (fundamentele) mensenrechten. Maar er zijn meer redenen waarom je niet verder komt. Ook tussen planten en dieren valt geen scherpe scheiding aan te brengen. En tot overmaat van ramp ook al niet tussen planten en dingen, dus tussen leven en niet-leven. Dat betekent dat het gehele heelal dezelfde behandeling zou moeten krijgen. Dat maakt het erg moeilijk om te beargumenteren waarom je geen dieren zou eten en wel planten.

Terug naar meevoelen

Omdat planten vastzitten en daardoor niet kunnen vluchten hebben angst en pijn bij hen vermoedelijk geen functie. Hoogst waarschijnlijk zullen angst en pijn daardoor bij hen niet voorkomen. Dit in tegenstelling tot dieren (inclusief mensen) die wel pijn en angst kennen en daar ook iets mee kunnen doen. Zeker weten of planten niks voelen kun je natuurlijk nooit. Wanneer planten wel angst- en pijn-gevoelens kennen gaat dat echter op een manier waar ik me niets bij kan voorstellen. Bij gevoelens van dieren kan ik me daarentegen wel iets voorstellen. Dat komt volgens mij door de gelijkenis in gedrag van mensen en andere dieren. Die maakt dat je ook kunt vermoeden dat er gelijkenis is in gevoel bij datzelfde gedrag. Wanneer gevoelens bij jezelf echter niet zijn ontwikkeld zal er ook weinig meevoelen mogelijk zijn. Heel intens gevoelens van angst en pijn voelt iedereen nog wel, dus daar zal het meevoelen ook nog wel lukken. Maar kan een mens die zelf onder stress leeft meevoelen met de vrij spontane bewegingen van in het wild levende dieren en inzien dat dat nog eens wat anders is dan het leven van goedbehandelde huisdieren. Zullen mensen die zelf iedere avond moord en doodslag op de tv nodig hebben om nog wat te voelen, een dergelijke fijnzinnigheid kunnen opbrengen?

Naakt in het heelal

Een niet op het gevoel gebaseerd fundament onder het veganisme is volgens mij niet mogelijk. In het beste geval leidt het praten over fundamentele dieren-rechten er toe dat dieren bij de mensheid worden ingelijfd en een lot beschoren krijgen dat lijkt op dat van mensen. Ik moet accepteren dat veganisme afhankelijk is van de gevoelens van individuele mensen die die gevoelens al dan niet ontwikkeld hebben, of al dan niet zin hebben gevoelens een belangrijke rol toe te kennen in hun leven. Ik kan niet meer doen dan voorstellen meevoelgevoelens erg belangrijk en politiek gaan vinden. Al met al is het een afschuwelijk probleem. Ik kom er achter dat de wereld aan een zijden draadje hangt (liever katoen). Naast het meevoelvermogen van mensen is er niets, dat een onwrikbaar houvast biedt. Er is niets te bedenken dat boven het simpele menselijke individu uitstijgt dat het leven op aarde in bescherming zal nemen. We staan naakt in het heelal. Geen god, geen moraal, geen wet of maatschappelijke structuur kan individuen hun eigen verantwoordelijkheid ten opzichte van andere levende wezens verlossen. Daarnaast kan er natuurlijk wel een filosofie zijn waarin het belang van meevoelvermogens wordt benadrukt. Veganisme gebaseerd op meevoelen, op inlevingsvermogen met andere levende wezens kan er toe leiden dat mensen zich bij de dierenwereld in gaan lijven. Dan ontstaat een dieren onder-elkaar veganisme waarin ieder individu van iedere diersoort zijn of haar karakteristieke bestaan kan leiden. En mensen zijn vrij hun eigen leefwijze te kiezen. Ik kies voor anarchisme (sociaal met mensen), veganisme (sociaal met dieren) en ecologie (sociaal/verantwoord met planten en dingen).

Terug