De Peueraar 19, maart 1992

Auteur:


21 maart anti-racismedag

21 maart, anti-racismedag. Vorig jaar nog in het teken van de veranderingen in Zuid-Afrika. Dit jaar kunnen we niet heen om de gebeurtenissen bij ons in Nederland, maar ook in Duitsland, in België, in Italië, in heel West-Europa. Bomaanslagen bij moskeeën, mishandeling van asielzoekers, dreigementen, maar ook detentiecentra, het opsporen van illegale werknemers, uitzettingen en legitimatieplicht. Aan de ene kant dus individuele racistische Europeanen, aan de andere kant de staat. Er heerst in Nederland een klimaat van angst voor en haat tegen vreemdelingen. Zowel migranten als vluchtelingen, of ze nu legaal of illegaal zijn, worden onder vuur genomen door de Nederlandse samenleving. Werd er zo'n 10 tot 15 jaar geleden nog gewaarschuwd voor Surinamers, nu vormen moslims, ontspoorde Marokkaanse jongeren, vluchtelingen en illegalen het gevaar. Het is duidelijk te zien: in België en Frankrijk winnen rechtextremistische partijen aan populariteit. In Duitsland en Italië slaan knokploegen asielzoekers in elkaar en worden huizen in brand gestoken. De opkomst van extreem-rechts in Europa is niet langer af te doen als marginaal verschijnsel. En de Europese Gemeenschap zet schaamteloos onvrede en racistische gevoelens van haar burgers in tegen asielzoekers en andere ongewenste vreemdelingen.

Wat doet Nederland?

De Nederlandse vluchtelingenpolitiek is restrictief. Nederland is overvol, is het motto. De toegang van ongewenste vreemdelingen wordt steeds meer bemoeilijkt. Nederland is in samenwerking met andere Europese landen bezig om van Europa een onneembare burcht te maken. Op dit moment is de basis van het vluchtelingenbeleid asielzoekers te ontmoedigen, tegen te houden en terug te sturen, criminalisering en vreemdelingenangst. Vluchtelingen worden betiteld als profiteurs en economische gelukzoekers. Door deze termen wordt het vluchtelingenbeleid gelegitimeerd en wakkeren vooroordelen en racisme aan. Er wordt daarbij overigens vaak een volstrekt belachelijk onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten vluchtelingen en asielzoekers. Een vluchteling is officieel iemand die persoonlijk is vervolgd of voor vervolging moet vrezen in land van herkomst. Oorlog, natuurramp, hongersnood, epidemie en dictatuur zijn in deze definitie geen erkende vluchtmotieven. Een asielzoeker is een vreemdeling die tot Nederland is toegelaten en een verzoek tot asiel (toevluchtsoord) heeft ingediend.

Er zijn veranderingen zichtbaar in het beleid dat de Nederlandse overheid ten aanzien van vreemdelingen aan de dag legt. In de toekomst zal de ongewenste vreemdeling niet op de eerste plaats het land worden uitgezet, maar van de maatschappij worden uitgesloten. Het algemene uitgangspunt van Kosto, staatssecretaris van Justitie, is dat illegaal verblijf in Nederland feitelijk en financieel onmogelijk gemaakt gaat worden. Er worden maatregelen genomen die met name illegale arbeiders raken.

Het zal duidelijk zijn dat deze voorgenomen (en deels al uitgevoerde) maatregelen de illegalen met de rug tegen de muur zet. Het wordt ze gewoonweg onmogelijk gemaakt te overleven.

En wat gebeurt er in Leiden?

Hoe ziet de situatie er eigenlijk in Leiden uit voor wat betreft het vluchtelingen- en illegalenbeleid? Leiden profileerde zich enkele jaren geleden als "vluchtelingenstad". Door de Leidse burgers bewust te laten worden van het feit dat ze grotendeels zelf ook afstammen van vluchtelingen hoopte de Leidse wethouder De la Mar begrip en tolerantie te kweken voor vluchtelingen. Wat heeft dit in de praktijk eigenlijk opgeleverd voor de Leidse vluchtelingen?

Met de opvang van asielzoekers heeft Leiden zich voortvarend beziggehouden. In 1991 zijn de 200 opvangplaatsen voor asielzoekers, waartoe de gemeente zich had verplicht in het kader van de Regeling OpvangAsielzoekers (ROA), gerealiseerd. Het is de bedoeling dat Leiden het aantal ROA-plaatsen op korte termijn verhoogt naar 300.

Op deze manier lijkt de gemeente Leiden een positieve invullente geven aan haar zorgvuldig opgebouwde image van vluchtelingenstad. Als we echter kijken wat de Leidse vreemdelingenpolitie doet krijgen we wel een minder gastvrij beeld. Zoals zo mooi in het politiejaarverslag van 1990 tot maart 1991 staat, is er "overeenkomstig de bepalingen in de Vreemdelingenwet toezicht uitgeoefend op in Leiden vertoevende vreemdelingen" (bladzijde 49). Bij controles in bedrijven in Leiden werden in 1989 29 en in 1990 125 illegale werknemers aangetroffen. Het totaal aantal illegalen dat in Leiden verbleef en verwijderd werd (of gecontroleerd werd op vertrek) liep in de afgelopen jaren eveneens op. In 1988 betrof het 96 personen, in 1990 waren het er 75 en in 1991 125. Als we er dan bovendien het Leidsch Dagblad van de afgelopen 2 maanden op na slaan, zien we een aantal berichten die het beeld van een gastvrije vluchtelingenstad wat ongeloofwaardig maken.

Op 21 januari zijn erin een pand in Leiden bij toeval 16 illegale Marokkanen opgepakt. Het huis werd gecontroleerd vanwege het feit dat er al eerder een illegale buitenlander aangetroffen was. Een aantal van de 16 is binnen enkele dagen al het land uitgezet. Op 4 februari zijn in een wasserette in Leiden 11 illegale buitenlanders opgepakt. Opvallend was de berichtgeving dat de inval zeer ordelijk verliep in vergelijking met andere invallen, zoals in de naaiateliers. Daar probeerden velen zich te verstoppen of zich op andere wijze te verzetten. Officieel heet dit soort invallen bij de vreemdelingenpolitie "een onderzoek instellen" maar de associatie met razzia's komt gelijk naar boven. Bij een van de invallen vorig jaar bleek de eigenaar van een bedrijf een verborgen ruimte gemaakt te hebben voor zijn illegale werknemers voor het geval er door de politie gecontroleerd zou worden. De illegalen verraadden zich zelf door teveel geluid te maken. Anne Frank revisited...!

Maar er is meer gaande in Leiden. Zo werd er op 20 januari een buitenlandse man door 2, vermoedelijk, skinheads geschopt en geslagen. De man moest voor zijn verwondingen in het ziekenhuis behandeld worden. Hij weigerde echter medische behandeling en aangifte bij de politie. Het vermoeden werd uitgesproken dat het hier een illegale buitenlander betrof.

Zo schrijnend is het nu al in Nederland. Feit is dat er hier een groot aantal illegalen, al dan niet uitgeprocedeerde en ondergedoken vluchtelingen is, die in de marge van de samenleving terecht zijn gekomen. Zij kunnen steeds minder aanspraak maken op sociale voorzieningen. Dit schept een klimaat waarin een mishandelde man uit angst voor arrestatie zich niet medisch laat behandelen. Illegalen worden hiermee vogelvrij verklaard. Ondernemers en knokploegen kunnen doen en laten wat ze willen want de illegale vreemdeling eist zijn of haar recht toch niet op (voor zover die er nog zijn).

Iets anders dat sinds een maand de gemoederen in Leiden bezighoudt is het plan om kinderen van allochtone afkomst, met name Turkse en Marokkaanse kinderen, van hun derde tot hun zevende jaar in aparte klassen, op aparte scholen, les te geven. Er wordt hierbij speciale aandacht besteed aan het Nederlands leren. Hiermee hopen de bedenkers van dit plan te bewerkstelligen dat witte en zwarte kinderen een gelijke start kunnen maken in groep 4 van de basisschool. Het is namelijk de bedoeling dat de allochtone en autochtone kinderen vanaf groep 4 weer bij elkaar zitten. Natuurlijk zijn hier voor- en tegenstanders van. Alhoewel beiden het erover eens zijn dat allochtone kinderen extra aandacht nodig hebben om de lessen bij te kunnen benen, vrezen de tegenstanders van het plan dat dit uiteindelijk de beoogde integratie niet ten goede komt. Zij denken dat juist het samen in de klas zitten en samen spelen ervoor zorgt dat allochtone kinderen de taal snel oppikken.

Hoe het ook zij, er speelt ook in Leiden van allesrond allochtonen, vluchtelingen en illegalen. De gemeente Leiden voert het overheidsbeleid uit, hetgeen steeds restrictiever wordt. Gezien de huidige ontwikkelingen vrezen wij dat ook in Leiden op de langere termijn steeds meer problemen te verwachten zijn. De Peueraar houd je op de hoogte.

Verzet je!

Op waarschijnlijk 6 april wordt het 'Grenshospitium' geopend. Dit centrum is niets anders dan een gevangenis voor vluchtelingen. Het staat in Amsterdam-Zuid-Oost (ook wel Schiphol-Noord genoemd). Een deel van de asielzoekers die direct bij binnenkomst in Nederland opgepakt wordt, wordt hier opgesloten. Zij worden door Justitie bij voorbaat al kansloos genoemd. Verder worden hier vluchtelingen ondergebracht die wachten op uitzetting maar zich niet houden aan de aan hen opgelegde meldingsplicht of het stadsarrest. Ook zij, van wie vermoed wordt dat ze zich zullen onttrekken aan de uitzetting en waarvan vermoed wordt dat zij zullen onderduiken, worden hier opgesloten. Een aantal mensen uit Amsterdam hebben het plan om op 6 april te protesteren bij de ingang van het nieuwe detentiecentrum. Mocht de officiële opening afgelast worden, dan wil men de actie op 7 april laten plaatsvinden. Het idee is om door middel van allerlei ludieke acties op symbolische wijze te protesteren tegen het asielbeleid, de opsluiting van vluchtelingen en het toenemende racisme.

Bronnen:

Terug