De Peueraar 30, februari 1993

Auteur:


(Boekrecensie)

Internationale arbeidsmigratie en kapitalisme

"De komst van de illegalen leidt tot een vreemde dubbelheid. Enerzijds verscherpt het beleid om hun aantal terug te dringen. .Niet alleen verschijnt er aan de Europese grenzen een nieuwe muur, ook doen politici op dit moment regelrechte oorlogsverklaringen aan illegalen om hen het minimum dat zij hebben (bijvoorbeeld het afsluiten van een ziekteverzekering) te ontnemen. Zelfs het recht om belasting te betalen wordt hen ontnomen, zo zijn de plannen. Geografische grenzen worden langzamerhand vervangen door administratieve. Anderzijds zijn hele bedrijfstakken als de confectie-industrie, en de glastuinbouw afhankelijk geworden van illegalen. Oogluikend wordt toegelaten dat er illegale arbeid wordt verricht. Is dit een tegenstrijdigheid? Of is de verscherpte controle juist verbonden met de economische betekenis van illegale arbeidskrachten?"

Met deze vragen wordt de brochure "Internationale arbeidsmigratie en kapitalisme" ingeleid die zowel een gedegen onderzoek weergeeft als een duidelijke politieke betrokkenheid met de positie van illegale werknemers. Doel van het onderzoek was om inzicht te verkrijgen in de politieke gevolgen van internationale arbeidsmigratie in de jaren 90. Niet als doel op zich, maar als bijdrage aan samenwerking tussen organisaties van verschillende etnische herkomst in de strijd tegen heerschappijverhoudingen in West Europa.

Via een duik in de geschriften over arbeidsmigratie en de wereldarbeidsmarkt, die tezamen een vrij heldere analyse vormen, komen de onderzoekers tot een conclusie en een aantal nieuw te onderzoeken vragen. Erg versimpeld komt de conclusie erop neer dat er voor de opeenhoping van kapitaal bij de rijken (accumulatie) een onbeperkte hoeveelheid arbeid noodzakelijk is. Migranten, en zeker illegalen, voldoen hieraan.

Om de oorlogsverklaring aan illegalen te verklaren bouwt de brochure verder op de volgende vragen:

Bij de overheid kijken de onderzoekers naar hoe belangrijk een bepaalde bedrijfstak is voor de staat, hoe economische politiek zich verhoudt tot bevolkingspolitiek op het gebied van arbeidsmigratie en hoe bang men is voor de vermeende vloedgolf van migranten.

Uitgebreid worden 2 bedrijfstakken, de glastuinbouw en de confectie-industrie, geanalyseerd en in het kader geplaatst van de internationale herstructurering van de economie. Flexibilisering en informalisering (zwart werk) worden concreet uit de doeken gedaan, evenals hun stimulerende rol in de arbeidsmigratie. In het laatste hoofdstuk wordt dit gekoppeld aan de rol van de overheid die tot 1991 een gedoogbeleid voerde ten aanzien van illegalen, maar sindsdien harde maatregelen stelt. Feitelijk en financieel probeert de overheid illegaal verblijf onmogelijk te maken. Tegelijkertijd moeten echter ook de winsten van het bedrijfsleven veilig worden gesteld.

"Om aan de belangen van ondernemers in sectoren als de glastuinbouw, schoonmaak, confectie en horeca tegemoet te komen, heeft de regering gekozen voor een flankerend beleid. De bewindslieden garanderen een alternatief aanbod op de arbeidsmarkt. Zo gaven Kosto en De Vries, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, tijdens een bezoek aan het Westland, aan dat vrouwen bijzonder geschikt zijn voor arbeid in de tuinen. Het arbeidsmarktbeleid komt erop neer dat de druk op langdurig werklozen zal toenemen om passende arbeid te accepteren."

"0pvallend hierbij is dat verbetering van de arbeidsomstandigheden en garantie op naleving van de afgesloten cao's voor genoemde sectoren, niet in het beleid is opgenomen. Met andere woorden: illegalen worden bestreden, terwijl ondernemers een alternatief aanbod aan goedkope arbeidskrachten wordt gegarandeerd zonder kostenverhoging in de vorm van naleving van de cao op bijvoorbeeld het punt veiligheid, werktijden en arbeidsomstandigheden."

In de brochure wordt ook aandacht besteed aan verzet. En vooral ook aan de moeilijkheden daarvan. Vakbonden hebben een zwakke positie in juist die sectoren waar flexibilisering en informalisering van de arbeid al ver zijn doorgedrongen. Zelforganisaties van illegale werknemers stuitten, vanuit hun positie, op een hoop praktische moeilijkheden.

Er worden in de brochure geen nieuwe aanzetten of perspectieven aangedragen voor verzet, wat jammer is. Vanuit de gedegen analyse dringt zich toch vrij automatisch een richting op, de belangen van illegalen, werklozen en vrouwen lijken erin samen te komen en tot concrete strijdpunten te kunnen leiden.

Internationale arbeidsmigratie en kapitalisme, Tussenrapport van de Werkgroep Internationale Arbeidsmigratie. Uitgever: Stichting Opstand, ƒ 8,-.

Terug