De Fabel van de illegaal 27, februari 1998

Auteur: Harry Westerink


MAI-verdrag maakt multinationals oppermachtig

Vervolmaking van het al eeuwenlang voortwoekerende kolonialisme. Vrijbrief voor multinationals om over de hele aarde ongebreideld hun gang te gaan, met meer politieke macht dan wie dan ook. Ontkenning van het recht van mensen om hun eigen economische, sociale en ethische ontwikkeling te bepalen. Dat zijn de kritische reacties op de Multilateral Agreement on Investments (MAI), een internationaal verdrag dat in april 1998 ondertekend dreigt te worden.

Sinds 1995 onderhandelen de 29 rijkste landen ter wereld, verenigd in de Organisatie van Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), in stilte over een "grondwet van één wereldomspannende economie", zoals de WereldHandelsOrganisatie (WHO) de MAI typeert. Het verdrag wordt een ramp voor de hele wereld, met uitzondering van de directies van de multinationals. Doel van de MAI is de opheffing van alle barrières voor investeringen. Nationale wetgeving die investeren belemmert, wordt met het verdrag buiten werking gesteld. "Investeren" wordt daarbij uitermate ruim opgevat. Meegerekend wordt ook het intellectuele eigendomsrecht, zoals patent op kennis en waarschijnlijk ook op leven.

Van democratische besluitvorming rond de MAI-onderhandelingen is geen sprake. Zowel burgers als volksvertegenwoordigers zijn tot nu toe vrijwel volledig buitengesloten. De Tweede Kamer ontvangt één keer per jaar een brief over de voortgang van de onderhandelingen. Commerciële media blijken tot nu toe niet geïnteresseerd.

Onteigening

De MAI garandeert straks de vrije mobiliteit van kapitaal. Overheden mogen dan geen voorwaarden meer stellen aan investeerders, die dan onbeperkt hun kapitaal kunnen verplaatsen naar landen met de voor hen gunstigste omstandigheden. Die zijn voor de werknemers en het milieu meestal juist bijzonder ongunstig. Multinationals mogen straks bovendien in alle maatschappelijke sectoren investeren, ook in het onderwijs en de gezondheidszorg, alleen niet in de politie en het leger.

Volgens het MAI-verdrag moeten alle investeerders gelijk worden behandeld, ongeacht of ze klein of groot, nationaal of internationaal, commercieel of niet-commercieel zijn. Gelijke behandeling in ongelijke gevallen dus. Overheidssubsidies zullen voor alle investeerders opengesteld moeten worden. Verder had de Nederlandse overheid Zuid-Afrika onder de MAI niet mogen boycotten.

Met de MAI kunnen multinationals straks overheden aanklagen voor "onteigening" als het regeringsbeleid schade toebrengt aan "grijpbare en ongrijpbare" bezittingen van de bedrijven. Van "onteigening" zou sprake zijn als overheidsbeleid een bedrijfsinvestering waardeloos maakt. Bijvoorbeeld: een regering wil chemicaliën gaan verbieden die een gevaar vormen voor de volksgezondheid. Een fabriek die daarom moet sluiten, kan dan de staat aanklagen wegens "onteigening" en financiële compensatie claimen. Dat kan oplopen tot miljoenen, zo niet miljarden guldens. Staten zullen zich voortaan wel 10 keer bedenken voor ze nog tot zulke verboden zullen overgaan. Omgekeerd kunnen overheden de bedrijven niet aanklagen. Een absurd staaltje alleenheerschappij van het grote geld.

Slikken of stikken

Staten die het MAI-verdrag ondertekenen, zullen daaraan voor 20 jaar gebonden zijn. Weliswaar mogen ze na 5 jaar eruit stappen, maar dan moeten ze nog 15 jaar lang het MAI-reglement volledig naleven. Een eerdere versie van de MAI, de Multilateral Investment Agreement (MIA), waarover onderhandeld werd binnen de WereldHandelsOrganisatie (WHO), stuitte op veel verzet van landen als India en China. Daarom besloten de rijke landen de arme simpelweg uit te sluiten van de onderhandelingen en gingen ze verder praten binnen de OESO. Dat werd de MAI.

Pas nadat dit verdrag is voltooid, zullen de rijke landen de arme vragen om de MAI te ondertekenen. Het wordt dan kiezen tussen slikken of stikken. Tekent men niet, dan blijven de buitenlandse investeerders weg. Als gevolg van de MAI zullen wereldwijd nog meer mensen gaan vluchten wegens armoede en milieuvernietiging.

Campagne

Nederland is een belangrijke initiatiefnemer van de MAI en zet vaart achter de onderhandelingen. Voorzitter van de onderhandelingsgroep is Frans Engering, een topambtenaar van het ministerie van Economische Zaken. Volgens hem kan de afronding van de MAI onmogelijk nog vertraagd worden. "We gaan nu de laatste fase in." Echter, in Canada en de Verenigde Staten eisen vakbonden, studentengroepen en burgerinitiatieven dat het MAI-verdrag volledig van tafel gaat: "De multinationals willen terug naar het negentiende-eeuwse kapitalisme met extreme verpaupering en uitbuiting." Ook in Nederland komt het protest op gang. Onderzoeksgroep Corporate Europe Observatory, het Leidse actiecentrum Eurodusnie en De Fabel van de illegaal houden een actie- en voorlichtingscampagne om een beweging van de grond te krijgen tegen de dictatuur van de vrije markt. Peoples' Global Action (PGA) is al eerder begonnen. Dat is een wereldwijd samenwerkingsverband van sociale en politieke organisaties, waaronder de Mexicaanse Zapatistas, de Nigeriaanse Ogoni en de Braziliaanse boerenbeweging Movimento Sem Terra.

Terug