De Fabel van de illegaal 31, oktober/november 1998

Auteur: Gerrit de Wit


Politie hanteert streefcijfers bij illegalenjacht

In het radioprogramma De Karavaan van 2 september liet een woordvoerster van De Fabel van de illegaal zich kritisch uit over het repressieve illegalenbeleid. Ze hekelde het gebruik van streefcijfers door de politie bij de jacht op illegalen. De woordvoerster stelde verder dat de politiekorpsen per jaar duizenden bedrijven moeten controleren op aanwezigheid van geïllegaliseerde arbeiders, en dat het korps Hollands Midden er daarvan minimaal 200 voor zijn rekening neemt. Toen parlementariërs door de radiopresentator met deze feiten werden geconfronteerd, reageerden ze vol hoon en ongeloof: "Dan weet De Fabel meer dan wij!" En dat klopt.

Begin 1995 ontdekte De Fabel een brief van het korpsbeheer Hollands Midden waarin onverbloemd melding werd gemaakt van een convenant met Binnenlandse Zaken en Justitie over het aantal uit te zetten "vreemdelingen". Letterlijk was te lezen: "In het door mij te ondertekenen convenant wordt afgesproken om het aantal verwijderingen van vreemdelingen in 1995 te verhogen van ruim 300 naar 550." Nadat het blad Contrast melding had gemaakt van het quotum van Hollands Midden, ontstond er landelijke commotie. P. Rodrigues van het Landelijk Bureau Racismebestrijding noemde quota voor het aantal verwijderingen "de wereld op zijn kop". Hij zei: "Je geeft toch ook niet aan rechters de opdracht om jaarlijks een x-aantal mensen te veroordelen?" Volgens Rodrigues zou het gebruik van quota ertoe leiden dat korpsen zullen proberen te scoren en gaan jagen op illegalen. De Tweede Kamer-fractie van GroenLinks kwalificeerde de illegalenquota als "belachelijk". De PvdA-fractie hield het erop dat quota "niet zo fraai zijn".

Rookgordijn

Toenmalig staatssecretaris Schmitz probeerde de boel te sussen. Ze ontkende het bestaan van quota en noemde het "een misverstand". Justitie probeerde een rookgordijn op te werpen. De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) bevestigde weliswaar het bestaan van streefcijfers, maar voegde daaraan toe: "Daarbij is geen sprake van sancties of consequenties in welke zin dan ook als dit resultaat niet wordt behaald".

Toch verscheen in hetzelfde jaar een Justitiekrant waarin wel degelijk melding werd gemaakt van de "intensivering van het vreemdelingentoezicht". Het ging onder andere om "streefcijfers voor de intensivering van het operationeel toezicht". De afspraken waren niet vrijblijvend, want voor de politie gold een "resultaatsverplichting". Ook M. Kappenberg, hoofd toeleiding van de Utrechtse Vreemdelingendienst bevestigde het gebruik van quota: "Uiteindelijk vindt er een afrekening op resultaten plaats."

Streefcijfers

Quota's, streefcijfers dan wel prognoses bestaan dus wel degelijk. In alle convenanten voor 1998 tussen politiekorpsen en de IND, behalve die van Hollands Midden en Zeeland, worden de te verwijderen "vreemdelingen" in aantallen aangeduid. Zo zou bijvoorbeeld het korps Haaglanden 1500 "vreemdelingen" moeten verwijderen, Gelderland Noord-Oost 1048, Flevoland 2525, Rijnmond 3500, Brabant-Noord 3965, Limburg-Zuid 2939, Brabant Midden-West 3916, Limburg-Noord 2333 en Brabant Zuid-oost 3168. De besmette termen quota en sancties worden in de convenanten angstvallig vermeden. Men spreekt over "prognoses" en "streefcijfers". Wie denkt dat die cijfers geen dwingende elementen bevatten, komt bedrogen uit. Ze zijn namelijk ingebed in werkafspraken en de verplichting tot rapportage tussen de IND en de desbetreffende korpsen. Maar bovenal geldt er een sanctie. Als een streefcijfer niet gehaald wordt zonder een sluitende verklaring, moet het korps de extra agenten die men kreeg "ter intensivering van het vreemdelingentoezicht" weer inleveren.

Duidelijke afspraken

In het uitvoeringsconvenant voor 1998 wordt er voor Hollands Midden geen prognose of streefcijfer meer genoemd, hoewel C. Loef van het district Leiden-Voorschoten begin 1997 nog repte over een quotum van 150. In antwoord op vragen van De Fabel aan Hollands Midden stelde de hoofdcommissaris op 19 maart 1998 dat "de staatssecretaris van Justitie een uitspraak heeft gedaan omtrent een landelijk te verwezenlijken quotum te verwijderen illegalen, welk getal door de IND is doorgerekend naar de politiekorpsen". Hollands Midden is echter "met een dergelijke doorberekening niet akkoord gegaan". En "ook in de toekomst zal Hollands Midden zich niet binden aan een opgelegd quotum te verwijderen illegalen". Het mag opmerkelijk genoemd worden dat de hoofdcommissaris gewoon over quota spreekt. Hoewel Hollands Midden zich dus niet op een quotum heeft vastgelegd, zijn er blijkens het uitvoeringsconvenant wel degelijk duidelijke afspraken met de IND gemaakt over de inspanningen die het korps moet verrichten met betrekking tot de verwijdering van "vreemdelingen".

Nog meer contracten

Ook met betrekking tot controles op geïllegaliseerde arbeiders bij bedrijven heeft het korps Hollands Midden een contract met het IND afgesloten. In 1997 zou het korps samen met de arbeidsinspectie minimaal 200 bedrijven moeten "bezoeken". "Maar, het kunnen er net zo goed 800 worden", liet politiewoordvoerder Van Egmond weten. Op vragen van De Fabel antwoordde de hoofdcommissaris van Hollands Midden dat dergelijke contracten niet uniek zijn, "doch in principe met elke regio gemaakt worden".

Terug