De Fabel van de illegaal 46/47, zomer 2001

Auteur: Jan Tas


(Boekrecensie)

De kleine shoah

In zijn boek "De kleine sjoa" beschijft Isaac Lipschits hoe de joden na de Tweede Wereldoorlog behandeld werden bij hun terugkeer in Nederland. Deze periode noemt Lipschits kleine shoah omdat de gruwelijke ervaringen van de joden werden gebagatelliseerd. De joodse gemeenschap werd gekleineerd en de beroving van de joden werd onder regie van de Nederlandse overheid voortgezet. Niet alleen had iedere jood minstens één familielid of bekende verloren tijdens de shoah, ook was iedereen compleet berooid door de grondige nazi-plundering. Na de oorlog wilden de overlevenden natuurlijk hun bezittingen terug, niet alleen vanwege de geldelijke waarde maar ook omdat er aan die bezittingen herinneringen verbonden waren aan vermoorde familieleden. Het is walgelijk hoe bot en cynisch de niet-joden in Nederland hierop reageerden.

In korte hoofdstukken beschrijft Lipschits hoe moeilijk het voor joden was om hun geroofde bezittingen terug te krijgen. De maatregelen die genomen werden om de bezittingen terug te geven, blonken uit in respectloosheid en oneerlijkheid. Zelfs de hoge kosten die de Nederlandse overheid maakte bij de teruggave van bezittingen, werden uiteindelijk betaald door de joden zelf. Uit Lipschits' boek blijkt duidelijk dat niet alleen de nazi's rijk werden door de shoah. Ook de Nederlandse overheid en niet-joodse burgers hebben ervan geprofiteerd. Antisemitisme is niet alleen iets van nazi's, maar komt in alle lagen van de maatschappij voor.

Lipschits schrijft in zijn voorwoord dat het boek geen waardevrij betoog is en dat hij niet streeft naar een zo groot mogelijke mate van objectiviteit. Hij is zelf teveel betrokken bij het onderwerp. Hij maakt echter zeer overtuigend duidelijk waarom niemand zich waardevrij over de kleine shoah kan uitspreken.

De kleine sjoa, Isaac Lipschits. Uitgeverij: Mets en Schilt, ƒ 49,60. ISBN: 9053303103.

Terug