De Fabel van de illegaal 95/96, najaar 2008

Auteur: Mehmet Kirmaci


“Kalief” Kaplan wil chef worden van alle moslims

Westerse samenlevingen zijn in verval. Politieke partijen zijn duivelse instituties. Joden zetten “volken” en staten tegen elkaar op. Dat soort opvattingen verspreidt de organisatie Kalifaatstaat van Metin Kaplan, die ook wel “de kalief van Keulen” genoemd wordt. Om alle problemen de wereld uit te helpen zou er een islamitische staat gevestigd moeten worden waarin de soevereiniteit van Allah wordt hersteld. Een kijkje in het ideeëngoed van deze zelfbenoemde “aanvoerder van de gelovigen”, die ook in Nederland enkele honderden aanhangers zou hebben.(1)


Cemaleddin Kaplan (met witte baard)
In Nederland zijn diverse moslimfundamentalistische groeperingen actief. Hun opvattingen kunnen slechts zelden rekenen op serieuze aandacht van critici. Conservatieve opiniemakers hebben daar een politieke reden voor: zij zetten vrijzinnige en radicale moslims graag collectief en op simplistische wijze weg als één pot nat. Genuanceerdheid is geen wezenskenmerk van deze school. Linkse critici ondervinden in hun pogingen tot het maken van analyses vaak hinder van een taalbarrière of het ontbreken van bronnen. Er zijn echter groeperingen die hun ideeën actief en meertalig proberen te verspreiden, zoals bijvoorbeeld Hizb ut-Tahrir (2) en Kalifaatstaat.

Kalifaatstaat – “Hilafet Devleti” in het Turks – werd in 1994 opgericht in Duitsland door de voormalige moefti van de Turkse stad Adana, Cemaleddin Kaplan (1926-1995). De beweging streeft naar een islamitische maatschappij waarin “de islam de staat, de koran de grondwet en de sharia de wet” vormt. Bij de oprichting van Kalifaatstaat riep de groots denkende Kaplan zichzelf direct uit tot “aanvoerder van de gelovigen” en “kalief van de moslims”, de opvolger van de profeet Mohammed als leider van de islamitische gemeenschap. Kaplan kreeg al snel de bijnaam “kalief van Keulen”, de stad waar hij woonde en zijn beweging leidde. Hij had zich daar na de Turkse militaire staatsgreep van 1980 gevestigd als politiek vluchteling, destijds als aanhanger van de Milli Görüs-beweging die onder leiding stond van de politicus en latere premier Erbakan. In 1983 brak Kaplan echter met Milli Görüs, omdat hij democratie en partijpolitiek onverenigbaar achtte met de islam. Een jaar later richtte hij de Unie van Islamitische Verenigingen en Gemeenten (ICCB) op, een voorloper van Kalifaatstaat.

Kaplan overleed in 1995 en werd als “kalief” opgevolgd door zijn toen 43-jarige zoon Muhammed Metin Kaplan. Onder zijn leiding ging het bergafwaarts met Kalifaatstaat. Kaplan junior werd in 1999 door de Duitse autoriteiten gearresteerd en veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaar wegens het oproepen tot moord op een interne rivaal. Eind 2001 werd Kalifaatstaat verboden in Duitsland. De organisatie was al flink geslonken en telde iets meer dan duizend aanhangers, voornamelijk van Turkse komaf. Snel na zijn vrijlating werd Kaplan uitgeleverd aan Turkije, waar hij een levenslange gevangenisstraf uitzit wegens hoogverraad.

Kaplan senior heeft in Nederland altijd een kleine schare volgelingen gehad, voornamelijk in Oss. De aanhangers van Kalifaatstaat in Nederland – “enige honderden” volgens het jaarverslag 2003 van de AIVD – zijn momenteel georganiseerd rond de Islamitische Culturele Stichting voor Oss en omstreken en de Stichting Dienaar aan Islam, beiden gevestigd aan de Coornhertstraat in deze Brabantse stad. Zij geven geen periodieke Nederlandstalige publicaties uit. Stichting Dienaar aan Islam is overigens in Duitsland samen met Kalifaatstaat verboden. Beweerd wordt dat deze organisatie de materiële bezittingen van de fundamentalistische beweging beheert.

Allah als soeverein

Evenals alle andere moslimfundamentalistische organisaties verwerpt Kalifaatstaat het concept van de volkssoevereiniteit en daarmee de democratie. De absolute soevereiniteit ligt volgens de beweging “alleen bij Allah”. Die zou de enige bezitter van en heerser over het universum zijn, en daarom zou alleen hij vereerd en gediend mogen worden. Democratieën zijn menselijke systemen waar moslims zich verre van moeten houden, en die omver geworpen moeten worden om een islamitische staat te vestigen waarin de soevereiniteit van Allah wordt hersteld.

Nederlands hoofdkwartier van Kalifaatstaat in Oss
Ook democratische instituties als politieke partijen worden door Kalifaatstaat afgewezen. In een van zijn fatwa’s (juridische adviezen) benadrukt Cemaleddin Kaplan dat een moslim niet mag stemmen en geen politieke partijen mag steunen. Partijen zijn in zijn ogen onlosmakelijk verbonden met de democratie. Partijen zouden ook geen basis hebben in de islamitische wetgeving, de eenheid van de islamitische gemeenschap fragmenteren en westerse, duivelse instituties zijn die nooit door engelen worden bezocht omdat hun gebouwen volhangen met afbeeldingen. De islam is volgens Kaplan senior “zowel een godsdienst als een staat, zowel aanbidding als politiek”. Daarom loopt de weg naar de islamitische staat in zijn visie niet via partijen, maar via “de methode van de profeet”. En dat is de “teblig”, de geweldloze mobilisatie en bewustmaking van moslims via verkondiging of prediking: de verspreiding van videobeelden, cassettes, boeken, brochures, tijdschriften en het afleggen van huisbezoeken om “de waarheid van de islam” en de idee van “eenheid tussen staat en godsdienst” te verspreiden.

Ook het nationalisme wordt door Kalifaatstaat verworpen. De islam en nationalisme zouden elkaar uitsluiten en geen overeenkomsten hebben. Het nationalisme is in de ogen van Kalifaatstaat een door het westen “verzonnen religie” waarin nationale helden worden verafgood, specifieke talen en rassen worden opgehemeld en nationale feesten als een godsdienstig ritueel worden gevierd. Het nationalisme is volgens de fundamentalistische beweging via op het westen georiënteerde individuen in de islamitische wereld geïntroduceerd.

Afgod

In dit kader moet Mustafa Kemal Atatürk (1881-1938), de eerste president van de republiek Turkije en aanvoerder van de burgerlijke moderniseringsrevolutie die gepaard ging met de stichting van deze republiek in 1923, het in het bijzonder ontgelden in de geschriften van Kalifaatstaat. Atatürk wordt moeiteloos vergeleken met Hitler, Mussolini en Stalin en bestempeld als “ongelovige”, “afgod” en “vijand van de islam”. Hem wordt verweten in 1924 het secularisme te hebben ingevoerd, “een duivelse intrige van het kolonialisme”, door het kalifaat af te schaffen en de islam uit de grondwet te schrappen als staatsgodsdienst, waardoor moslims nu verdeeld en weerloos worden onderdrukt door hun eigen staten en koloniale machten. Het is volgens Kalifaatstaat de eerste plicht van alle moslims op de wereld om zich weer te verenigen onder het beschermheerschap van een kalief – logischerwijs Kaplan junior – teneinde zich te bevrijden van de “vernedering” door het Westen.

De republiek Turkije is in de ogen van Kalifaatstaat een dictatuur of hooguit een gedegenereerde vorm van democratie en zelfs een anti-islamitische staat. Het kemalisme, de formele leer van de Turkse staat gestoeld op de ideeën van Atatürk, is volgens Kalifaatstaat geen filosofie, geen doctrine en zelfs geen systeem, maar slechts een verafgodingsritueel rondom Atatürk, dat alleen aanhangers heeft onder hoge militairen en de elite, en zijn voortbestaan slechts te danken heeft aan wapens en onderdrukking. Het kemalisme en de seculiere republiek Turkije zouden momenteel op het punt staan om in te storten. De mensen in Anatolië zouden namelijk snakken naar een islamitisch systeem. Kalifaatstaat leidt nogal aan zelfoverschatting. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de bewering dat Turkije “kalief” Metin Kaplan vast wil houden omdat een “authentiek” islamitisch leider als hij in staat kan zijn om het kemalistische regime omver te werpen.

Het kemalisme is volgens Kalifaatstaat overigens een joodse uitvinding. Metin Kaplan beweert ook dat het “de joden” zijn die de vrijmetselarij, de democratie, het racisme, zionisme, kapitalisme en alle andere ismen hebben “verzonnen” om de wereld in verderf en ondergang te storten, en volkeren en staten tegen elkaar op te zetten. De joden zouden als “trouwe vrienden” van het nationalisme en racisme tevens medeverantwoordelijk zijn voor de ondergang van het islamitische Osmaanse rijk en de stichting van de republiek Turkije. Als “bewijs” voor zijn beschuldigingen citeert Kaplan uit het beruchte antisemitische verzinsel “De protocollen van de wijzen van Zion”. De antisemitische tiraden van Kalifaatstaat werden eind 2001 overigens door de toenmalige Duitse minister van Binnenlandse Zaken Otto Schily aangevoerd als een van de redenen om de organisatie te verbieden.

Verval

Metin Kaplan
Westerse samenlevingen zouden volgens Kalifaatstaat in verval zijn en “op een dag” onontkoombaar ineenstorten. Families zouden uit elkaar vallen, de jeugd zou stuurloos ronddwalen, normen en waarden zouden onder druk staan, en egocentrisme en materialisme zouden hoogtij vieren. De westerse “ellebogenmaatschappijen” zijn volgens Kalifaatstaat ontstaan door het secularisme. De scheiding tussen staat en kerk heeft de religie uit het openbare leven gestoten en in de individuele privésfeer teruggedrongen. Daardoor beschikt het Westen niet meer over de betrouwbare, wilskrachtige en gelovige burgers die nodig zouden zijn om een maatschappij overeind te houden.

De traditionele en grootste godsdienst in het Westen, het christendom, kan ook rekenen op commentaar van “het kalifaat” van Keulen. Het nieuwe testament zou onmogelijk de authentieke boodschap van de profeet Jezus kunnen zijn. Dat vanwege de wordingsgeschiedenis van de evangeliën. Kalifaatstaat wijst erop dat Jezus’ uitspraken niet zijn opgetekend tijdens zijn leven, maar dat de evangeliën tussen 70 en 115 na Christus zijn geschreven, dat geen van de evangelisten Jezus persoonlijk heeft gekend of hem heeft horen spreken, dat Jezus Aramees sprak terwijl het nieuwe testament in het Grieks is geschreven en dat de bijbel op diverse concilies is veranderd en opnieuw vastgesteld. Christenen zouden zich daardoor op een dwaalweg bevinden. Kalifaatstaat nodigt hen uit om zich te bekeren tot de wel “volmaakte” islam.

Integratie

De kwestie van integratie van moslims in westerse samenlevingen wil Kalifaatstaat “vanuit islamitisch perspectief” bezien. Metin Kaplan geeft aan dat integratie alleen mogelijk is onder de voorwaarde dat de partijen hun religie, tradities en gewoonten, hun geschiedenis en cultuur mogen behouden. Onder die voorwaarde vindt hij het prima dat mensen “met en naast elkaar” leven en betrekkingen onderhouden. Integratie mag in de visie van Kaplan junior echter nooit betekenen dat een partij haar “geestelijke en culturele bestaan” moet opofferen om te versmelten met het bestaan van de andere partij.

Dat zijn mooie, multicultureel aandoende woorden om de isolationistische praktijk van Kalifaatstaat te rechtvaardigen. Kalifaatstaat wil niets liever dan zijn volgelingen afschermen van hun moderne westerse omgeving. En het blijft niet bij het weerhouden van moslims van een gang naar de stembus. Uitgaan en dansen worden ook gezien als verderfelijke activiteiten, helemaal als mannen en vrouwen dat gezamenlijk doen. Ook deelname aan voetbal als speler of supporter is volgens Kalifaatstaat verboden in de islam. Voetbalwedstrijden worden beschouwd als tijdverspilling, een zoethoudertje voor het volk en een bedreiging voor de eenheid van moslims gezien het bestaan van rivaliserende supportersgroepen. De enige vormen van sport en spel die wel door de beugel kunnen zijn spelen in gezinsverband, paard- en kameelrijden, hardlopen en schietsport. De eerste bezigheid zou het gezinsgeluk ten goede komen en de overige activiteiten zouden moslims oefenen in de oorlogsvoering.

Tevens roept Kalifaatstaat alle moslims op om niet de in Europa geldende christelijke jaartelling te hanteren, maar de islamitische. De islam heeft zijn eigen jaartelling en maandkalender. Moslims mogen anderen niet nadoen of navolgen, luidt de logica. Cemaleddin Kaplan riep zijn volgelingen in zijn laatste toespraak voor zijn dood op om in alle huizen kalenders volgens de christelijke jaartelling van de muur te rukken en weg te gooien. Met name moslima’s drukte hij op het hart om kennissen die een westerse kalender in huis hebben hangen te dreigen met een breuk als zij die niet van de muur willen halen. Uiteraard wijst Kalifaatstaat ook het vieren van kerst en nieuwjaar in welke vorm dan ook door moslims uitdrukkelijk af.

Om de islamitische religie en cultuur in Europa te kunnen behouden is volgens Kalifaatstaat een staat van permanente waakzaamheid noodzakelijk. De organisatie roept op tot “maatschappelijke zelfcontrole” om religie en cultuur in vitale toestand te houden, anders zouden moslims hun identiteit beslist verliezen en zou het voortbestaan van de islam in het gedrang komen. “Een beetje nalatigheid en traagheid” kunnen volgens Kalifaatstaat “wonden openen die moeilijk te genezen of zelfs ongeneeslijk zijn”.

De beste vorm van integratie is in de opvatting van Kalifaatstaat echter alleen te realiseren in een islamitisch staatsbestel. De islam zou tolerantie, gerechtigheid, deugdelijkheid en barmhartigheid voorschrijven ten aanzien van christenen en joden, “de mensen van het boek”. Hoe dat zich verhoudt tot het openlijke en felle antisemitisme van Kalifaatstaat wordt niet duidelijk. Om aan te tonen hoe groot de tolerantie van de islam wel niet is, voeren de aanhangers van vader en zoon Kaplan aan dat moslims mogen trouwen met joodse en christelijke vrouwen. Dat moslimvrouwen niet met joden en christenen mogen trouwen wordt niet nadrukkelijk vermeld, want dat zou natuurlijk aantonen hoe beperkt deze tolerantie is. Joden en christenen moeten in de islamitische samenleving van Kalifaatstaat bovendien het islamitische gezag erkennen en een speciale belasting betalen, willen zij recht verkrijgen op basale burgerrechten als levenszekerheid, bescherming van eer en vermogen, godsdienstvrijheid en vrijheid van arbeid en ondernemen. Deze staat kan dan ook niets anders zijn dan een discriminerende, religieuze apartheidsstaat omdat zijn inwoners niet per definitie dezelfde rechten en plichten hebben. In de heilstaat van het “kalifaat” van Keulen wordt puur op grond van de religieuze levensovertuiging van mensen bepaald welke rechten en plichten zij hebben.

Botsing der beschavingen

De aanslagen van 11 september 2001 zijn volgens Kalifaatstaat gepland door het Westen om zo een nieuwe kruistocht tegen de islam te kunnen rechtvaardigen
Volgens de aanhangers van Kaplan zijn de conflicten en oorlogen van onze tijd het gevolg van “een botsing van beschavingen” die niet begonnen is door de moslims. Daarbij wijzen ze op het lijden van moslims in Afghanistan, Irak, Palestina en Tsjetsjenië onder de handelingen van “oorlogszuchtige” staten als de VS, Israël en Rusland die een “nieuwe kruistocht” zouden voeren tegen de islam. Veel conflicten lijken oppervlakkig bezien inderdaad cultureel en religieus geïnspireerd, maar dat er vaak heel andere dimensies en dynamieken dominant zijn, wil Kalifaatstaat niet waarnemen. Het startsein voor de westerse agressie tegen islamitische landen werd volgens Kalifaatstaat gegeven door de VS na de aanslagen van 11 september 2001. De complottheorieën rond 11 september worden door Kalifaatstaat bijna expliciet omarmd. Die aanslagen zouden zijn “ontworpen” om moslims collectief als terroristen weg te kunnen zetten en om de publieke opinie klaar te maken voor een nieuwe kruistocht. Osama bin Laden, de Taliban en andere moslims mogen dan worden beschuldigd van het beramen van 11 september, volgens Kalifaatstaat is hun schuld niet bewezen en zijn “de eigenlijke aanslagplegers” niet vastgesteld. Wel worden de bijna drieduizend dodelijke slachtoffers van de aanslagen betreurd en wordt erkend dat zij op een “wrede manier” zijn vermoord. Maar de VS zouden niet treuren om de vermoorde mensen, maar om “de kras” op hun “trots” als supermacht.

Met de nieuwe kruistocht zouden de westerlingen onder aanvoering van de VS het vernietigingswerk van hun christelijke voorvaderen willen afmaken. Het enige verschil met het verleden zou zijn dat de huidige kruisvaarders geen “kruizen en zwaarden” dragen, maar “stropdassen en maatpakken”. De nieuwe kruistocht is volgens Kalifaatstaat gericht tegen alle moslims, om hun fysieke vermeerdering te voorkomen, hen uit te buiten en hun “vroomheid, trots en eer” te besmeuren. Het zou de nieuwe kruisvaarders gaan om de vernietiging van de islamitische beschaving.

De dichotome redeneertrant van Kalifaatstaat vertoont opvallend veel overeenkomsten met die van westerse, islamofobe exponenten van het idee van de botsing der beschavingen. Alleen het gezichtspunt van beide kampen is anders. Kalifaatstaat construeert twee blokken, de islam en het Westen, waarbij westerse samenlevingen op een simplistische, essentialistische en karikaturale manier worden gepresenteerd en in al hun facetten fel worden aangevallen. Het eigen islamitische blok wordt geïdealiseerd, superieur geacht en als puur en volledig onschuldig neergezet. Hetzelfde doen de westerse nieuwe racisten en conservatieven, maar dan uiteraard vanuit een westers perspectief waarbij het islamitische cultuurblok dient als mikpunt van hun pijlen.

Bloedvergieten

De idealisering van de islam en de pogingen om de vredelievendheid van deze godsdienst te bewijzen kennen geen grenzen bij Kalifaatstaat. Net als de drang om de ingeboren agressie van het Westen aan te tonen. Volgens Kalifaatstaat toont de geschiedenis aan dat moslims nooit een strijd tussen culturen zijn begonnen en dat hun godsdienst voor vrede en gerechtigheid staat. De islam zou bovendien, anders dan het christendom, ook geen middeleeuwen of andere periode van barbarij hebben gekend. Gedurende het hele 600-jarige bestaan van het Osmaanse rijk zou daar nooit een massaal bloedvergieten hebben plaatsgevonden. Sterker nog, benadrukt wordt dat christenen hun identiteit en cultuur mochten behouden en dat kerken en synagogen nimmer zijn gesloten. Kennelijk hebben de genocide op de Armeniërs, de onderdrukking van de Grieken en de eeuwenlange vervolging van andersdenkende moslims, zoals alevieten, nooit plaatsgevonden in het geschiedbeeld van Kalifaatstaat. Het Westen zou daarentegen juist enorm veel bloed hebben vergoten, zoals bij de kruistochten, de uitroeiing van de Indianen, de twee wereldoorlogen, de genocide op de Joden, de heksenvervolgingen, de inquisitie, Hiroshima, Vietnam, Bosnië en Nagorno-Karabach. Het is opvallend dat de shoah niet wordt ontkend. Veel andere moslimfundamentalisten zijn namelijk niet vies van wat revisionisme.

De nederlaag van de nieuwe kruistocht tegen de islam en de ondergang van de VS en zijn bondgenoten zouden slechts een kwestie van tijd zijn. Want alle “volkeren” die “de weg van God verlaten” en sterfelijke, door mensen in elkaar geknutselde systemen aanhangen zouden vroeg of laat slachtoffer worden van “zelfmoord”. Volgens Kalifaatstaat zijn wereldlijke systemen gedoemd ten onder te gaan, en is alleen Allah eeuwig en onsterfelijk, evenals de geldigheid van de koran.

Defensief

Kalifaatstaat ziet het als een plicht van de moslims in Afghanistan, Irak, Palestina, Tsjetsjenië en andere belaagde moslimlanden om middels de jihad de islam en hun land met geweld te verdedigen. De jihad als militaire strijd is volgens Kalifaatstaat een defensieve oorlog tegen niet-islamitische agressoren en daarom niet geschikt om in West-Europa toe te passen. Volgelingen wordt ingeprent dat zij in de fase van “teblig” verkeren, een periode van verkondiging “op wetenschappelijke en ideële basis” waarbij geen terroristische handelingen of andere vormen van geweld zijn geoorloofd. Dat het gebruik van geweld tegen andersdenkenden na deze fase niet wordt uitgesloten, blijkt wel uit de toespelingen van Cemaleddin Kaplan in zijn befaamde laatste toespraak tot zijn volgelingen. Daarin spreekt hij over mensen die nu “Weg met de sharia!” roepen. Hij spoort zijn toehoorders aan om deze vijanden van de wetten van Allah ooit “op hun plaats te wijzen” en hen te laten zien waar “de grenzen” liggen. De geschikte tijd om die klus te klaren komt volgens hem nog wel, als de periode van verkondiging voorbij is.

Kalifaatstaat droomt in een van zijn tijdschriften van de dag dat zijn vaandel “op de hele wereld” zal wapperen. Wij hopen dat die dag nooit aanbreekt. Links heeft de plicht om de vaandels van Kalifaatstaat overal ter wereld neer te halen, want die staat immers voor de afschaffing van de volkssoevereiniteit en de vestiging van een dictatuur van Allah, haat tegen Joden, seksuele segregatie en religieuze apartheid. Stuk voor stuk ideeën die haaks staan op de filosofie van de vrije socialistische samenleving die onze dromen zo mooi maakt.

Noten

Terug