Gebladerte-reeks 10

Auteur: Eric Krebbers


Er leven meer mensen van kanker dan er dood aan gaan

De belangenverstrengeling tussen de medische wereld en de farmaceutische industrie wordt wel het medisch-farmaceutisch complex genoemd. Een machtige combinatie van wetenschap en kapitaal. Een tourtje door de commerciële wereld van de medische wetenschap met uitstapjes naar de DES-affaire, de Leidse biotechnologiebedrijven Centocor en Introgene en de kindermoordenaars van het Alphense chemische bedrijf Vos.

"Voor grotere en sterkere baby's", dat is de slogan waarmee de farmaceutische industrie in de jaren 50 en 60 inspeelt op het sentiment van het gelukkige gezinnetje, dat streeft naar grotere auto's, grotere huizen, grotere gezinnen en grote stevige baby's. DES wordt gepresenteerd als wondermiddel. DES staat voor DiEthylStilbesterol. Het is het eerste kunstmatig gemaakte hormoon.

"Baat het niet, dan schaadt het niet", wordt er in de reclames gezegd, en "men kan te weinig geven, nooit teveel". Wereldwijd krijgen tot begin jaren 90 naar schatting 6 miljoen vrouwen DES voorgeschreven. Ook vrouwen die prima gezond zijn krijgen het kunstmatige vrouwelijk hormoon aangesmeerd. En nog steeds groeit dat cijfer, met name in de Derde Wereld. In Nederland komen tussen de 400 en 800 duizend moeders, dochters en zonen in aanraking met DES.

In 1971 liggen in Boston in de VS 7 jonge vrouwen in het ziekenhuis met een zeer zeldzame vorm van vagina-kanker. Hun moeders blijken DES gebruikt te hebben. In de loop der jaren blijken enorm veel van die DES-dochters kanker te ontwikkelen. Het is de eerste soort kanker die veroorzaakt wordt door gif, ingenomen door de vorige generatie. Later komt aan het licht dat 70 tot 90 procent van alle DES-dochters slijmvormende cellen in de vagina hebben. Veel van hen verdwijnen direct onder het mes. Totdat bekend wordt dat die cellen "goedaardig" zijn. Dit direct snijdend ingrijpen is kenmerkend voor het huidige medische denken. Verder hebben DES-dochters 50% meer kans op borstkanker, hebben ze vaker miskramen, vroeggeboorten en buitenbaarmoederlijke zwangerschappen. Later blijken ook zonen regelmatig misvormd aan de geslachtsdelen. Nog steeds worden nieuwe problemen bekend inde DES-affaire.

Pas in 1976 wordt het in Nederland verboden DES voor te schrijven bij zwangerschappen. De overheid, de medische maffia, de media en de chemische en farmaceutische industrie staan niet trappelen om de DES-dochters voor te lichten, laat staan financieel te steunen.

New Oil

In de jaren 60 van de vorige eeuw brengt "Old Bill" Rockefeller flesjes pure petroleum op de markt onder de naam Nujol. Dat staat voor New Oil. Hij verkoopt het aan kankerpatiënten als medicijn tegen hun ziekte. De petroleum kost hem éénvijfde dollarcent per flesje, dat hij verkoopt voor 21 cent. Als blijkt dat zijn klanten er nogal van aan de schijterij raken besluit hij dat het een middel tegen verstopping is. Regelmatige gebruikers krijgen echter last van vitaminegebrek, waarna hij er caroteen aan toevoegt en het nog duurder maakt: "Vernieuwd, nu nog beter!"

Nu, 5 of 6 generaties verder, produceert Stanco Inc. nog steeds Nujol. Stanco is onderdeel van het imperium van de rijke olie-familie Rockefeller. Zij worden wel de keizerlijke familie van Amerika genoemd, en zijn de eigenaren van het grootste oliebedrijf ter wereld: Exxon, vroeger Standard Oil. Daarnaast bezitten ze een van de machtigste banken ter wereld: de Manhattan Chase Bank. Ze bezitten verder honderden en honderden grote en kleine concerns op die gebieden van olie en banken, maar ook in de media, de wapenindustrie en ga zo maar door. Een van de belangrijkste hoekstenen van hun imperium is de chemische industrie. De Rockefellers hebben ook in deze hoek honderden bedrijven, waaronder een flink aantal van de allergrootste: Dow Chemical, Du Pont, Hoffman LaRoche en Bristol Myers. In 1948, nog voor de explosie op het gebied van 'medicijnen' en andere chemicaliën, bedraagt hun omzet in deze industrie alleen al 10 miljard dollar per jaar.

De Rockefellers staan tot aan de Eerste Wereldoorlog bekend als enorme schoften. In hun fabrieken in de VS vinden soms maandenlange stakingen plaats, die uitlopen op regelrechte veldslagen tussen stakers en politie. Nadat het privéleger van de Rockefellers in 1914 op zeer bloedige wijze en ten koste van 45 doden een einde maakt aan een staking besluit John D. Rockefeller aan zijn imago te gaan werken. Hij koopt diverse mediaconcerns en neemt langzamerhand de macht over bij andere mediabedrijven. Hij maakt hen eenvoudigweg afhankelijk van advertenties van zijn bedrijven. Daarnaast richt hij fondsen op, de Rockefeller Foundations, die er via belastingtrucs in slagen miljoenen 'weg te geven' aan goede doelen zonder dat het hem een cent kost. De goede doelen zijn ziekenhuizen en universiteiten die nieuwe dokters opleiden in het gebruik van door Rockefeller geproduceerde 'medicijnen'. Centra voor de meer alternatieve geneeskunde krijgen niets. De familie besteedt door de jaren heen miljarden aan reclame voor zichzelf. Ze creëren een beeld van zichzelf als "de weldoeners van de mensheid" Dat staat letterlijk in de Encyclopedia Brittannica, eigendom van de familie. Deze controle over de media bewijst de Rockefellers grote diensten. Negatieve en kritische verhalen over hun daden en produkten, over DES bijvoorbeeld, kunnen eenvoudigweg uit de kranten geweerd worden door te dreigen met het beëindigen van de reclame-inkomsten. Overal ter wereld lopen de DES-dochters hier tegenaan. Zo duurde het in het informatietijdperk bijvoorbeeld ruim 10 (!) jaar voordat het slechte nieuws over DES tot de Spaanse media doordrong. Niet dat de familie alle media in alle landen daartoe hoeft te beheersen. Verre van dat, in andere landen doen soortgelijke industriële monopolies dat voor hen. De elite weet wel wat klassensolidariteit is. In Duitsland onderdrukt IG Farben de onwelgevallige informatie. Voor de oorlog was dat chemische concern in Duitsland oppermachtig. Zelfs tijdens de oorlog werkten de Amerikaanse Rockefellers nog erg nauw samen met de IG Farben. Na de oorlog werd IG Farben op last van de geallieerden opgesplitst in kleinere bedrijven. Maar toch vormt het tot op heden, onder duizenden namen verscholen, nog steeds een machtsblok. Ook in andere Westeuropese landen hebben zich deze eeuw gigantische chemische machtsblokken ontwikkeld. Deze tak van industrie is op de voedselproductie na de grootste.

De productie van kanker

De chemische industrie produceert naast steeds nieuwe medicijnen onder andere enorme hoeveelheden cosmetica, kleurstoffen, verf, conserveermiddelen en andere troep die aan ons voedsel wordt toegevoegd, reinigingsmiddelen, lijmen, olieproducten, wasmiddelen, synthetische vezels, kunstmest, landbouwgif, gassen, plastics, smeermiddelen, kunstrubber en nucleaire reactoren. Chemische bedrijven zijn zo verantwoordelijk voor zowat elke vorm van vervuiling die wij kennen. Ze verdienen in feite goudgeld aan de milieu-vernietiging die ook ons mensen langzaam kapot maakt. Ook het interne milieu van de mens, onze gezondheid, wordt immers vernietigd door alle chemische troep, en niet in de laatste plaats via ons voedsel. Zo krijgen vleeseters bijvoorbeeld nog steeds DES binnen via hun voedsel. Het wordt namelijk als groeihormoon aan koeien gegeven. Wereldwijd neemt kanker dan ook nog steeds toe. Net als suikerziekte en een hele reeks andere 'welvaartsziekten'.

Via de bijzonder winstgevende verkoop van 'medicijnen' en 'medische technieken' voor de 'bestrijding' van deze ziekten spekt de chemische industrie zichzelf nogmaals! Ze creëren zo letterlijk hun eigen markt. Maar ook op bewustzijnsniveau produceert de chemische industrie haar eigen vraag. Door bijvoorbeeld de zwangerschap steevast als een ziekte te benaderen. De chemische industrie wil zo een behoefte aan 'medicijnen' opwekken bij zwangere vrouwen. DES is zo'n middel. De nieuwe geboortetechnieken zijn dat ook. De chemische industrie levert daarbij de arts de illusie de zwangerschap volledig te kunnen beheersen.

Al deze 'medicijnen' maken de mensen echter nog zieker. Al in 1953 bleek uit onderzoek dat DES een negatief effect op de zwangerschap heeft en juist meer miskramen veroorzaakt. Om die reden is DES nu op de markt als morning-afterpil!

'Medicijngebruik' kostte in 1978 in de VS 140 duizend doden. In dat jaar moesten ook nog eens anderhalf miljoen mensen in het ziekenhuis worden opgenomen door het gebruik van 'medicijnen'. En eenderde daarvan werd door de behandeling daar nóg zieker. En tot slot loopt één op de vijf in het ziekenhuis een besmetting op. Ook worden er ontzettend veel mensen onnodig geopereerd. Met alle risico's van dien. Zo verliezen heel veel vrouwen hun baarmoeder omdat artsen geloven dat vrouwen boven de 40 die toch niet meer nodig hebben.

Bijna dagelijks zijn er overal ter wereld schandalen, als blijkt dat er ten gevolge van het gebruik van dat-en-dat 'medicijn' zoveel mensen zijn gestorven of verminkt. Een paar voorbeelden uit een lange reeks: Thallidomide verminkte in Duitsland 10 duizend kinderen, Isoproterenol doodde 35 honderd mensen, Phenformix doodde 18 duizend suikerpatiënten en Oxychinol maakte duizenden Japanners blind. En wie herinnert zich niet het dalkonschildje en Softenon? Het is opvallend dat in de regel bij artsenstakingen de sterftecijfers dalen.

De kankerbestrijdingsindustie is tegenwoordig zo groot dat er wellicht meer mensen leven van kanker dan dat er dood aan gaan. De aanpak van kanker is typerend voor de handelwijze van de gevestigde medische maffia. Men gaat vrijwel uitsluitend uit van producten van de chemische industrie: bestraling en chemotherapie. Zelfs DES wordt vandaag de dag nog gebruikt als middel tegen kanker, en wel prostaatkanker. Bestraling, vergiftiging met DES en andere chemicaliën, en iemand in een shocktoestand brengen middels zware operaties: het zijn de meest effectieve manieren om mensen een kanker te bezorgen. Alle drie de ingrepen, snijden, bestralen en vergiftigen, zorgen ervoor dat het natuurlijke afweersysteem van de mens het begeeft. Meestal worden alle drie de methoden ook nog eens tegelijk toegepast. De levensverhalen van de DES-dochters die in handen zijn gevallen van de medische maffia spreken wat dit betreft boekdelen. Hun lijdensweg is werkelijk misselijkmakend: de ene ingreep na de andere, hup baarmoeder eruit, en ga zo maar door. Het steeds langer door behandelen van stervende patiënten is wat dat betreft erg voordelig voor bedrijven als die van Rockefeller. En dat terwijl blijkt dat mensen die deze behandelingen weigeren bij sommige kankers gemiddeld nog vier keer langer leven dan zij die doorgaan met de operaties. De overlevingskansen bij borstkanker zijn evengroot ongeacht of de vrouw behandeld wordt of niet, namelijk 50 procent.

Maar het verhaal gaat verder. Zelfs aan de 'aanpak' van de gevolgen van de ziekmakende 'kankerbehandeling' is weer te verdienen. Dat doet het Leidse biotechbedrijf Centocor. Dat is in 1980 opgezet met enige honderden miljoenen guldens van de familie Rockefeller. Centocor bracht een 'medicijn' op de markt dat patiënten moest gaan genezen die dodelijke ontstekingen hebben ontwikkeld als gevolg van de "behandeling" tegen kanker. Het werd Centoxin genoemd en moest veel geld in het laatje brengen. Het middel was in Europa al vier jaar op de markt toegelaten toen in 1993 bleek dat in de VS de proefpersonen overleden. Centoxin was op haar beurt ook weer dodelijk! Het werd uit de handel genomen en Centocor moest flink inkrimpen.

Inmiddels kruipt Centocor weer uit het dal. Directeur Warnaar kondigde eind 1996 weer allerlei nieuwe kankermedicijnen aan. Nieuwe markten lonken en er zijn enorme winstmogelijkheden op het gebied van de biotechnologie. "Het is onze ambitie om een volledig geïntegreerd bedrijf met een paar miljard dollar te worden", zei oprichter Hubert Schoenmaker indertijd. Schoenmaker werd geprezen als een "unieke combinatie" van medische onderzoeker, die goed de weg weet in het laboratorium, en een slimme zakenman.

Inmiddels lopen er daarvan wel meer rond in het Leidse medische wereldje, zoals bijvoorbeeld Dingo Valerio. Die was wetenschappelijk medewerker aan de Leidse universiteit toen hij 1993 IntroGene oprichtte, een medisch genetisch bedrijfje. Onlangs tekenden IntroGene en de Leidse universiteit een samenwerkingsovereenkomst. Tot november 1998 pompt de universiteit 10 miljoen gulden in het verder ontwikkelen van Valerio's gentherapie. De universiteit heeft recht op aandelen en de royalty's die voortkomen uit de verkoop van producten waarbij gebruik gemaakt wordt van de gezamenlijk ontwikkelde technologie.

De belangenverstrengeling van het bedrijfsleven en de universiteit is niet van vandaag of gisteren. Wel is het zo dat door overheidsbezuinigingen de universiteiten de laatste jaren meer gedwongen worden hun kennis te vercommercialiseren. Nu de Leidse universiteit haar samenwerking met IntroGene heeft bestendigd is de verstrengeling van wetenschap en commercie compleet. Onder het mom van filantropie pikt de universiteit een graantje mee van de voorziene winsten. De afgelopen 10 jaar heeft de ontwikkeling van biotechnologie in Nederland een hoge vlucht genomen. Leiden speelt daarbij een leidende rol, zeker als het gaat om het commercialiseren van de opgedane kennis.

Valerio's tracht met zijn gentherapie een gen met een 'defect' te vervangen door een gemanipuleerd gen. Daarbij wordt een virus als vervoermiddel gebruikt om het gezonde gen op de juiste plek in het lichaam te brengen. Valerio werkt onder meer aan gentherapie tegen bloedkanker. Onlangs bleek overigens uit Europees onderzoek dat bloedkanker meer voorkomt in de buurt van vliegvelden. In plaats van paal en perk te stellen aan het vliegverkeer worden onderzoeken als die van Valerio gestimuleerd.

Verplicht slikken

Jaarlijks komen er 15 duizend nieuwe 'medicijnen' op de markt, waarvan er na verloop van tijd 12 duizend weer verdwijnen. Er zijn er nu zo'n 60 tot 80 duizend in gebruik in West-Europa. Een VN onderzoek wees echter uit dat er maar 26 nodig zijn, waarvan 9 écht. Dat zijn eenvoudige en goedkope middelen. De rest is ontwikkeld puur vanwege de winst.

Toen de linkse president Allende in Chili begin jaren 70 het aantal in zijn land verkrijgbare 'medicijnen' drastisch wilde verminderen, was dat één van de redenen voor de door de VS opgezette coup. De nieuwe machthebber Pinochet maakte Allende's maatregelen direct ongedaan. Toen Sri Lanka eind jaren 70 Allende's voorbeeld wilde volgen, dreigde de VS alle voedselhulp te beëindigen. De Derde Wereld is namelijk een belangrijke afzetmarkt voor westerse 'medicijnen', en vooral afgekeurde 'medicijnen'. Pillen waarvan de plaatselijke bevolking vaak de gebruiksaanwijzing niet eens kan lezen. Op de Philippijnen zijn er maar liefst 5 duizend pillen verkopende apothekers tegen maar 15 duizend artsen. Een wanverhouding voor Nederlandse begrippen.

De chemische industrie gaat ook in de Derde Wereld letterlijk over lijken. Alphense bedrijf Vos BV heeft bijvoorbeeld in 1996 meegewerkt aan de moord op minstens 88 Haïtiaanse kinderen. Vos leverde een zwaar vergiftigde partij glycerine aan het Haïtiaans bedrijf Pharval dat er een hoestdrankje van maakte. Echt veel ophef wordt er over de massamoord niet gemaakt. Maar wat was er gebeurd als Vos BV een halve school blanke Alphense kinderen over de kling had gejaagd?

Vos kocht 2 jaar geleden in China 1800 kilo zwaar verontreinigde glycerine. Er zat 20% antivries doorheen gemengd, een goedje dat bij inname onder meer je nieren, hersenen en lever kapot maakt. Vos sloeg het spul 2 maanden op in een Rotterdamse loods en laadde het vervolgens over in 72 vaten. Volgens de International Dispensary Association, een non-profit organisatie in Amsterdam die medicijnen inkoopt voor Artsen zonder Grenzen, was een blik op de glycerine daarbij voldoende geweest om te zien dat het troep was: "een laboratoriumproef was niet nodig geweest."

Ook de Chinese keuringscertificaten, die aangaven dat het spul geschikt was voor medische toepassingen, voldeden niet aan de daarvoor geldende eisen. Toch besloot Vos dat herkeuring niet nodig was en plakte op de vaten Nederlandse stickers die aangaven dat het spul geschikt was voor medicijnproductie. Een eerste lading werd doorverkocht aan Pharval. Een tweede lading werd kort daarna verkocht aan een Nederlandse kunststoffenproducent. Die trok na ontvangst direct aan de bel. Er was iets niet in orde met de glycerine. Vos heeft toen eenvoudigweg besloten niets te zeggen tegen het Haïtiaanse bedrijf, dat de glycerine toen hoogstwaarschijnlijk nog niet verwerkt had in de koortswerende hoestdrankjes Afebril en Valodon.

Volgens Vos-directeur E. Huisman en minister Borst van Volksgezondheid valt Vos BV niets te verwijten. Het bedrijf had volgens hen niet kunnen weten dat het spul in medicijnen gestopt zou worden. Een absurde bewering: Vos heeft nota bene zelf "geschikt voor medicijnproductie"-stickers op de vaten geplakt.

Ook het Verbond van Handelaren in Chemische Producten neemt Vos automatisch in bescherming: "Vos is een serieus bedrijf, en als het klopt dat Vos zwaar vergiftigde grondstoffen heeft geleverd, dan is het toch vreemd dat deze niet zijn gecontroleerd alvorens ze in een koortswerend middel zijn verwerkt." Kortom: eigen schuld. Had het Haïtiaanse bedrijf maar niet op de stickers van de serieuze Vos moeten vertrouwen.

Volgens M. Raijmakers van de organisatie voor ontwikkelingssamenwerking Wemos hanteren sommige Europese chemische bedrijven een dubbele standaard. Stoffen die hier van de markt worden geweerd, brengen ze alsnog in de Derde Wereld op de markt. "De handel in grondstoffen is namelijk vrij. Er kan dus gemakkelijk met de regels gesmokkeld worden. In Nederland zou dit medicijn nooit in de handel gekomen zijn."

Nieuw is de "medicijndumping" waarbij chemische bedrijven, onder het mom van hulp, verlopen, afgekeurde en onduidelijk gelabelde medicijnen naar arme landen sturen. Een goedkope manier om er vanaf te komen. In Litouwen werden in 1993 bijvoorbeeld 11 vrouwen blind nadat ze een middel gebruikt hadden dat uitsluitend voor dieren bestemd was. Men dumpt ook letterlijk. Bij de Bosnische stad Mostar ligt bijvoorbeeld een berg met 340 ton medicijnen die als chemisch afval beschouwd wordt en gevaar oplevert voor het milieu. De herkomst is niet te achterhalen. Raijmakers van Wemos zei eufemistisch dat hij niet durft te garanderen dat er geen Nederlandse medicijnen tussen zitten. Ook aan Ruanda en Zaïre worden nu op grote schaal gevaarlijke medicijnen geschonken'.

Ook DES blijft in gebruik in het Zuiden, ook bij zwangere vrouwen. In Soweto gebruiken vrouwen het om de productie van moedermelk te stoppen, zo bleek op een vrouwenconferentie. En dat wil de familie Rockefeller graag zo houden. Het is voor hen geen probleem in te grijpen als hun handels belangen in de Derde Wereld worden geschaad. Bijkomend voordeel is dat er aan de ingrijpen ook weer goed valt te verdienen. Nelson A. Rockefeller was bijvoorbeeld een groot voorstander van de oorlog in Vietnam en niet in de laatste plaats vanwege de lucratieve handel in napalm. Hij strooide kwistig met geld om de oorlog gaande te houden. Zo bleek in 1978 dat hij de oorlogshitser minister Kissinger zomaar 50 duizend gulden had gegeven. De keizer zorgt goed voor zijn getrouwen. Ook ex-president Bush verdient goed met z'n 145 duizend dollar aandelen in de farmaceutische gigant en Rockefeller-dochter Eli Lilly, het bedrijf dat trouwens als eerste een schadevergoedingsproces verloor tegen een DES-dochter.

De medische maffia

Vrijwel alle producten van de chemische industrie, en dus ook de 'medicijnen', worden door wetenschappers op dieren getest. Als die er niet ziek van worden of er dood aan gaan wordt het middel goedgekeurd, en is de producent wettelijk verzekerd tegen schadeclaims van de gebruikers. De wet zegt dat dierproeven voldoende zijn om de veiligheid te garanderen. In werkelijkheid zegt een dierproef niets. Elke diersoort, inclusief de mens, reageert weer anders op elk middel. Zo zijn diverse soorten paddestoelen bijzonder gezond voor konijnen en doet arsenicum schapen niets, maar zijn beide extreem dodelijk voor de mens. Morphine kalmeert de mens, maar windt muizen en katten op. DES werd op dieren getest en veilig verklaard. Toen de Wereld Gezondheidsraad na hertesting in 1973 meldde dat DES bij dieren geen slechte gevolgen had, terwijl vrouwen kanker ontwikkelen door DES, besloot men de testen te intensiveren. Er kon eenvoudigweg niet geconcludeerd worden dat dierproeven niet wetenschappelijk zijn en niet deugen. Er kon niet gezegd worden dat ze slechts voor de wet gedaan worden, als argument achteraf om schadevergoedingen te ontlopen.

Er staan voor de vivisectoren enorme belangen op het spel. Heel wat gerenommeerde en gesettelde wetenschappers hebben er een goede baan aan. Een gevolg daarvan is dat 'goedgekeurde medicijnen' als DES in werkelijkheid als het ware jarenlang getest worden op mensen. Dat een middel schadelijk is blijkt meestal pas als de gebruikers ervan in opstand komen. Of als het 'medicijn' vervangen wordt door een 'verbeterde' versie, waarbij het de industrie loont om sommige nadelen van de vorige versie te openbaren. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat er vaak openlijk op gewone mensen getest wordt. Hoewel er recentelijk wel enige schandalen boven water zijn gekomen die in die richting wijzen. Wel wordt er veel getest op gekken, krijgsgevangenen, armen en foetussen.

De Rockefellerclan is de grootste sponsor van de Food & Drugs Administration (FDA). Deze 'onafhankelijke' Amerikaanse instantie bepaalt in feite of een medicijn in de westerse landen mag worden verkocht. Alternatieve middelen, zoals homeopathische, worden afgekeurd. De machtige artsen-vereniging American Medical Association (AMA) krijgt ook geld. Iedere arts die zich in Amerika uitlaat tegen de huidige medische praktijk wordt de vereniging uitgezet en afgedaan als kwakzalver. Pikant detail: de Rockefellers zelf gebruiken uitsluitend homeopathische middelen en worden er erg oud mee. Ieder land heeft zo zijn eigen medisch machtsblok, maar de Amerikaanse is internationaal erg invloed rijk.

De medische stand is overigens pas in de vorige eeuw tot de huidige status opgeklommen. De beroepsgroep bestond toen louter uit mannen wier eerste doel was status te verwerven. Dat probeerden de heren voornamelijk door zich op te houden in hun eigen klasse, en hun medische blik vooral te richten op de vrouwen in hun omgeving. Ze hielden zich over het algemeen verre van de arbeidersklasse, maar ook van het verstrekken van medicijnen en het snijden in mensen. Daarmee was pas eer te behalen toen de medische wetenschap ontstond en ze die konden gaan gebruiken als rechtvaardiging voor hun status en daarbij behorende macht. Het streven naar macht en aanzien is altijd een erg in het oog springende eigenschap van de medische stand geweest. Een van de eerste en grootste overwinningen voor hen is geweest dat niet-artsen uitgesloten werden van het verrichten van medische handelingen.

Het machtsmonopolie van artsen is sindsdien ongeëvenaard. Artsen bepalen bijvoorbeeld wie in de WAO gaat en wie in de psychiatrie. De medische macht breidt zich steeds verder uit over ons leven. Ouderdom, zangerschap, geboorte en psychische problemen worden door hen tegenwoordig gezien als medische problemen, die in aanmerking komen voor medische begeleiding. Via de zwaar gepropageerde massale inentingscampagnes en preventieve bevolkingsonderzoeken belanden steeds meer mensen in medische handen.

Het AMA pleitte vroeger met veel succes voor de verplichte inenting tegen polio in de VS. Rockefeller leverde het serum. Daarvan was in andere landen al bekend dat het schadelijk was. Al snel bleek die inenting zelf de grootste bron van polio te zijn, zoals bij inentingen vaak het geval is. De meeste serums voor inentingen zijn ontwikkeld nadat de betreffende ziekte al vrijwel uitgewoed was, wat dan heel slim op het conto van het nieuwe middel bijgeschreven werd. De epidemieën bleken veelal hun kracht te verliezen door beter hygiëne, gezonder voedsel, betere behuizing en gezonder werk. In 1985 bleek dat alle 98 miljoen verplicht tegen polio ingeënte Amerikanen een flink verhoogde kans hebben op hersenkanker.

Vandaag de dag pleit de Nederlandse medische maffia voor een min of meer voor alle vrouwen verplichte doorstraling in verband met borstkanker. Eerst werden met de aantallen vrouwen met kanker via DES en andere troep enorm opgeschroefd, daarna worden de vrouwen via straling nog zieker gemaakt, waarna opname volgt in het ziekenhuis voor een nog ziekmakender behandeling, waarvoor de vrouwen weer behandeld moeten worden.

Verder beheren artsen steeds meer dossiers over vrijwel iedereen, grijpen ze steeds vaker medisch in en verstrekken ze vaker en meer medicijnen. Artsen worden door artsenbezoekers bezocht en omgekocht om dit gedrag nog te stimuleren. De enige rem had de overheid kunnen zijn die tevergeefs via de ziekenfondsen nog enige invloed probeert uit te oefenen. Erg ver komt men er niet mee, want voor haar beleid inzake medische zaken is de overheid volledig afhankelijk van de kennis van de medische stand zelf.

Genezen

De nieuwe biotechnologische ontwikkelingen in de medische wetenschap zijn symptomatisch voor het denken in die sector. Als we de jubelverhalen over biotechnologie mogen geloven is het snel gebeurd met vele ziekten en problemen in de wereld. Ook de Leidse hoogleraar Valerio spreekt de hoop uit dat de door hem ontwikkelde genentechniek het leed van vele mensen zal doen verdwijnen. Voor de genenwetenschappers staat het vast: als eenmaal het geheim van de menselijke genen is ontrafeld kunnen mens en maatschappij beter gemaakt worden. Critici laten echter een geheel ander geluid horen. "De fixatie op genen neemt de aandacht weg van allerlei maatschappelijke factoren en de verschillende manieren waarop mensen daarop reageren. We weten allemaal dat voedsel, milieuvervuiling, werken met chemische stoffen, stress, vrije tijd, noem maar op, van grote invloed zijn op allerlei vormen van ziekte en gezondheid", aldus de wetenschapster Harmsen.

In de medische wetenschap is de reductionistische zienswijze nu overheersend. Organismen worden beschouwd als machines die men kan leren kennen door de afzonderlijke delen te bestuderen. De wisselwerking tussen de delen onderling en hun omgeving blijft daarbij nagenoeg buiten beschouwing. Ook bij erfelijke ziekten geldt dat de omstandigheden grotendeels bepalen of de in aanleg aanwezige ziekte tot ontwikkeling komt.

Artsen kijken naar mensen alsof het machines zijn die een technische opknapbeurt door de dokter nodig hebben. Dat is zeer onwetenschappelijk. Het menselijk lichaam geneest zichzelf of het geneest niet. Het functioneert uit zichzelf, het leeft zelf, of het leeft niet. Medische zorg zou erop gericht moeten dat zelfgenezend vermogen te stimuleren door er beste omstandigheden voor te creëren. En medicijnen hoeven daarin maar een zeer beperkte rol te spelen.

Terug