Gebladerte-reeks 13

Auteur: Harry Westerink


(Lezing, februari 1998)

Elke sjamaan z'n eigen natuur

De wijsheid van "oude volken". God in elk grassprietje. Praten met bomen. Zwemmen met dolfijnen om te genezen van kwalen. Terug naar de natuur. Weg van de tot ondergang gedoemde westerse cultuur. De New Age komt eraan. De mensheid keert langzaam maar zeker weer terug naar de bron van het bestaan, naar de essentie, naar de krachtbron, naar het oergevoel. Aldus aanhangers van de Nieuwe Tijd. We zullen volgens hen opnieuw ontdekken wie onze ware leer- en heelmeester is: 'de' natuur in ons en om ons heen. Leren we dan 'van nature'? Bestaat in 'de' natuur het recht van de sterkste of de wederzijdse dienstverlening? Hebben we te maken met een eeuwige 'natuurlijke' ordening die onveranderlijk is of met een 'natuurlijke' ordening die altijd en eeuwig verandert? Is 'de' natuur links, dat wil zeggen anti-kapitalistisch, anti-racistisch en anti-seksistisch?

De New Age is een geruststellingsindustrie in een dolgedraaide wereld. Een geruststellingsindustrie die een veilig heenkomen biedt, een spirituele vlucht naar voren voor alle materiële ellende op aarde. De New Age geeft bescherming, troost, het opbeurende gevoel dat het nog wel goed komt met de wereld. Het Waterman- of Aquarius-tijdperk zal volgens New Age-fans geluk, vrede, harmonie en voorspoed brengen. Nog een paar nachtjes of jaartjes slapen en dan is het zover.

New Age-therapieën, -cursussen, -rituelen en -ceremonieën vliegen je om de oren of zitten ertussen. Astrologen, handlijnlezers, tarotkaartleggers, wichelroedelopers, ufologen, zieners van het ongeziene, navelstaarders tot ze een ons wegen en andere zweefkezen zeggen wie je bent, wie je zult worden, wat er gaat gebeuren en waarom zij meer weten dan jij. In dat bonte geheel ontbreken ook de neo-sjamanen niet, de westerse medicijnmannen en -vrouwen die als hedendaagse alternatieve priesters meer dan de gemiddelde mens mededelingen denken te kunnen doen over deze wereld, andere werelden en komende werelden.

Godsdienstvrijheid

Het is volgens mij noodzakelijk om steeds weer te toetsen hoe religie en spiritualiteit zich verhouden tot politiek progressieve opvattingen. Nederland gaat prat op zijn godsdienstvrijheid, maar dat mag volgens mij niet inhouden dat iemand die in 'iets' gelooft, wie of wat dan ook, op basis van die overtuiging zomaar mag discrimineren of een dik belegde boterham mag verdienen door anderen met behulp van God, de duivel, de apocalyps of het Waterman-tijdperk uit te zuigen. Ik vraag mij steeds af: is deze of gene vorm van spiritualiteit daadwerkelijk een bijdrage aan het streven naar een betere wereld, hier en nu? En zo ja, waarom en hoe? Wat vertelt spiritualiteit, in de breedste zin van het woord opgevat, mij over andere mensen, over het milieu, over economie, over macht?

Ik ga er daarbij vooralsnog vanuit dat spiritualiteit aanzet tot autoritaire en hiërarchische relaties, zowel tussen de mens en een of ander bovennatuurlijk 'iets' of 'iemand', als tussen een mens die is 'ingewijd', die contact heeft met de hemel, "gene zijde" of "de bovenwereld" en een mens zonder die bovenzintuiglijke gaven of krachten. Het komt er naar mijn mening op neer dat het niet bevrijdend is om reclame te maken voor een soort hiërarchie tussen mensen mét en mensen zonder zelfbenoemde bovennatuurlijke capaciteiten. Dat versterkt de macht van de 'ingewijde', de 'ziener', ten opzichte van degene die zich moet behelpen met 5 grofstoffelijke zintuigen.

Bomen en dolfijnen

Het is wonderbaarlijk wat sommige mensen opsteken van 'de' natuur. Maja Kooistra, wetenschappelijk medewerkster van het ministerie van landbouw, visserij en natuurbeheer, praat met bomen. Ze doet daarvan verslag in haar onlangs verschenen boek "Ontmoetingen met bomen". Bomen zijn net mensen, zegt ze. Ze hebben humor, maar kunnen ook knorrig zijn. Kooistra weet niet zeker of bomen een ziel hebben. Ze hebben dan wel geen hersens of zenuwbanen, maar "in ieder geval wel een geheugen". Van bomen kunnen we veel leren, aldus Kooistra. Ze kunnen goed relativeren. Ze stralen rust uit. "Bomen hebben ook nooit haast." (1)

Is het niet tegen haar eigen principes dat voor de uitgave van haar boek bomen moesten sneuvelen? Het kappen van bomen vindt Kooistra niet verwerpelijk. "Als je maar weer nieuwe bomen plant. En als je kapt, is het wel noodzakelijk de boom minimaal 3 weken van tevoren te waarschuwen. De boom heeft dan de gelegenheid zijn energie over te dragen aan soortgenoten." (1)

Volgens een andere New Age-fan, Thia Wolterbeek, hebben dolfijnen helende kracht. Je psychische aandoeningen zouden verdwijnen, als je met dolfijnen contact legt. "Als je met hen zwemt, en dan bedoel ik: in het wild, niet in een van de betonnen zwembaden van die schandalige dolfinaria, word je daar heel diep door geraakt. Je voelt dat ze je accepteren zoals je bent. En als ze merken dat je het moeilijk hebt, geven ze je zóveel aandacht, bemoeien ze zich zó met je, dat je kilo's lichter uit het water komt. Alsof je uit het aardse wordt opgetild naar een wereld van vrede en harmonie." (2)

Naar de mening van Wolterbeek heeft de "hele manier van zijn" van dolfijnen "een voorbeeldfunctie voor mensen". "Ze hebben enorm veel respect voor elkaar en zijn heel solidair." In New Age-kringen wordt geloofd dat dolfijnen incarnaties zijn van de vroegere bewoners van Atlantis, en dat ze telepathisch boodschappen doorgeven hoe het er met de wereld voorstaat. Wolterbeek weet dat niet zo zeker. "Ik ben erg nuchter. Zeker is wel dat dolfijnen dichter bij het goddelijke staan dan wij." (2)

Hert en leeuw

Dit vergoddelijken van de natuur doet denken aan het sjamanisme, een oeroude vorm van natuurreligie die vooraf ging aan godsdiensten als het christendom en de islam. Volgens het sjamanisme zit God in alles, in elk grassprietje, in elke steen. De sjamanistische ceremonieën beogen de mens in contact te brengen met die alomtegenwoordige spirituele oerkracht.

Eén daarvan is de Indiaanse zweethutceremonie. R. Zeven, organisator van dergelijke ceremonieën, voelt zich door het sjamanisme verbonden met de aarde. "Je voelt dat je een rol hebt in een groter geheel." Hij heeft een driejarige opleiding aan de School voor Sjamanisme en Transformatie afgerond en is begonnen aan een soort postdoctorale studie voor zweethutleider. "Soms voel ik een vriendschap met de natuur, zo helder zal ik die met mensen niet gauw meemaken. Als ik me depressief voel, ga ik meestal de duinen of de bossen in. De natuur geeft me tekens. Als ik een hertje zie, weet ik dat ik zachter voor andere mensen moet zijn. Als ik een buizerd zie, begrijp ik dat ik de zaken meer van bovenaf moet bekijken." (3) En als hij nu eens een leeuw zou zien die een ander dier aan stukken scheurt? Weet hij dan zeker dat hij een ander mens moet doden of leert hij daarvan dat hij meer vlees moet eten?

Gluiperds en kannibalen

Sjamanisme komt vooral voor bij inheemse volkeren in Siberië en Noord- en Zuid-Amerika. Wie wil ingaan op het fenomeen van het sjamanisme en de westerse versie ervan, het neo-sjamanisme, ontkomt er niet aan om het ook te hebben over de westerse relatie met inheemse volken, waaronder Indianen. Sinds 'de ontdekking' van andere werelddelen, waaronder Amerika, is het een Europese specialiteit geweest om mensen in die werelddelen te onderwerpen en zelfs uit te roeien. Die mensen zouden inferieur aan blanken zijn. Het zouden barbaarse wilden zijn die leven als beesten. In de 'natuurlijke' ordening van God zagen de Europeanen zich uitverkoren om als kroon op de schepping te heersen over de hele aarde.

In de eerste eeuwen na 1492 moesten de 'heidenen' koste wat het kost worden bekeerd tot het christendom. De blanke veroveraars beschouwden de Indianen als stinkende en achterlijke gluiperds en kannibalen, als half-menselijke lastdieren zonder eigen wil. In later eeuwen kreeg het racisme onder invloed van opkomende cultuurkritiek een andere wending. De Indiaan werd omgetoverd tot een "nobele wilde", een milieubeschermer, een ecoloog 'van nature'. In plaats van de 'ander', de zwarte medemens, negatief te ontmenselijken, ging de blanke die 'ander' nu positief ontmenselijken. Het bleven onmensen, mensen die niet bestaan, projecties van het blanke ideaalbeeld van een ver paradijs waar alles goed en vredig zou zijn. Het beeld ook van een stereotype Indiaan die zich niet laat opjagen door de zucht naar geld en status, de perfecte tegenpool van de vervuilende, materialistische westerling. Deze nog niet door de westerse cultuur bedorven natuurmens vinden we vandaag de dag terug in New Age-kringen.

Lucht bezitten

Ook in kringen waarvoor de New Age geen inspiratiebron is, blijkt de "edele" Indiaan een geliefde verschijning te zijn. Dat blijkt onder meer uit het enorme succes van de toespraak van het Indiaanse opperhoofd Seattle (de Engelse verbastering van het Indiaanse Se-ath). In de jaren 80 en 90 is die toespraak onder de titel "Hoe kun je de lucht bezitten?" uitgegeven en verspreid door de milieugroepering Aktie Strohalm.

Seattle hield de aan de Amerikaanse regering gerichte toespraak in 1854. Seattle verwoordt daarin het gevoel van verbondenheid en afhankelijkheid van de Indiaan met de aarde en alles dat erop leeft. Bovendien stelt Seattle het gedrag van de "blanke man" aan de kaak die met zijn superieure houding de harmonie in de natuur verstoort. Pas 33 jaar later, in 1887, is de toespraak, althans een interpretatie ervan, opgetekend en gepubliceerd, en wel door ene Henry Smith. De authenticiteit van deze tekst mag wel in twijfel worden getrokken, gezien het grote tijdsverschil tussen de toespraak zelf en de schriftelijke weergave. (4)

De toespraak van "Hoe kun je de lucht bezitten" is zelfs niet eens de versie van Smith, maar een bewerking van de blanke tekstschrijver Ted Perry. Perry schreef de tekst in 1971 voor het ecologische TV-programma "Home". De toespraak van Seattle in "Hoe kun je de lucht bezitten" is dus een tekst van een blanke uit de jaren 70 van deze eeuw. (4)

Rokend ijzeren paard

Hoe kan ik zo zeker weten dat bepaalde delen van de toespraak van Seattle in "Hoe kun je de lucht bezitten?" niet door hemzelf zijn uitgesproken? In het boekje komt de volgende passage voor: "Ik ben maar een wilde en ik begrijp het niet. Ik zag duizend rottende buffels in de prairie, achtergelaten door de blanke man die ze neerschoot vanuit een rijdende trein." Dit neerschieten kan Seattle nooit gezien hebben. Pas in 1869, toen Seattle al 3 jaar dood was, kwam er een spoorwegverbinding op deze prairie tot stand. Het zinloze doden van buffels vanuit de trein kwam nog later op gang.

Los daarvan lijkt het me onwaarschijnlijk dat Seattle zichzelf in zijn toespraak zo omlaag heeft gehaald. "Ik ben maar een wilde, en ik kan niet begrijpen hoe het rokende ijzeren paard belangrijker kan zijn dan de buffel, die wij alleen maar doden om in leven te blijven", "ik ben maar een rode man en dom", "maar wij zijn slechts primitieven en de blanke man, nu nog menend dat hij sterk is, denkt dat hij een god is, die de gehele aarde bezit." Dat kun je allemaal in het boekje lezen. Wat een merkwaardige combinatie van minderwaardigheidsgevoelens aan de ene kant en scherpe en zelfbewuste kritiek op de "blanke man" aan de andere kant.

De ecologische deugden van de Indiaan worden door zo'n toespraak opgehemeld, maar diezelfde Indiaan blijft afgeschilderd worden als een mens die dichter bij 'de' natuur staat dan de blanke. Dat is racistisch. En bovendien is het beeld van de dicht bij de natuur staande Indiaan vandaag de dag hopeloos achterhaald. De meeste Indianen verkommeren in sloppenwijken in grote steden. Velen zijn aan de drank geraakt, worden stelselmatig gediscrimineerd, en kunnen nauwelijks overleven in de kapitalistische jungle. Anderen zijn bijeengedreven in reservaten die doen denken aan de Zuid-Afrikaanse "thuislanden" van het apartheidssysteem.

Meedogenloze vernietiger

Er bestaat nog een tweede Nederlandse uitgave met de toespraak van Seattle. Dat boekje, "Seattle's toespraak", uitgegeven door Kairos, bevat zelfs 2 versies van de toespraak. De ene is de versie van Smith, de andere van William Arrowsmith, de zoveelste bewerking. Smith' versie klinkt nog enigszins authentiek. Een voorbeeld: "De nacht van de Indiaan is donker. Boven de horizon staat geen enkele ster van hoop, in de verte klinkt het klaaglijke gehuil van winden. Een wrede, wraakzuchtige god schijnt het spoor van de rode man te volgen. Waar hij ook gaat hoort hij de voetstappen van zijn meedogenloze vernietiger naderbij komen en onaangedaan bereidt hij zich voor op zijn einde, zoals de gewonde hinde wacht op de naderende voetstappen van de jager."

De blanke als "meedogenloze vernietiger" is verdwenen uit de tekst van "Hoe kun je de lucht bezitten?". De passage is veranderd in: "Onze kinderen hebben hun vaders gezien, verslagen in de nederlaag. Onze krijgers hebben de schande gekend en na de nederlaag zijn hun dagen leeg geworden; zij vergiftigen hun lichaam met zoet voedsel en sterke drank." Geen woord meer over de rol van de blanke als uitbuitende en verwoestende kolonisator.

Zoete koek

In New Age-kringen baseert men zich voortdurend op Moeder Aarde, op tradities, op "wijsheden van oude volken", waaronder die van Indianen. De vraag is, gezien het bovenstaande, in hoeverre New Age-aanhangers zich baseren op authentieke Indiaanse uitspraken en denkbeelden.

Een van de vormen van New Age-religie die een beroep doet op Indiaanse spiritualiteit betreft het neo-sjamanisme. Het sjamanisme is in de westerse wereld in opmars. In 1998 zijn daar 2 grote tentoonstellingen aan gewijd: in het Amsterdamse Tropenmuseum de expositie "Van Siberië tot cyberspace" en in het Antwerpse Etnografisch Museum de expositie "In de ban van de sjamaan".

"In ieder mens, en in de wereld die de mens omringt, wonen geesten. Onzichtbaar en niet tastbaar, maar bezield en beschikkend over een sterke eigen persoonlijkheid, hebben zij invloed op het wereldbeeld en het wel en wee van de mensen", zo opent de Tropenmuseum-tentoonstelling. De expositie maakt duidelijk dat sjamanisme een magisch-religieus verschijnsel is in veel culturen over de hele wereld. Volgens het sjamanisme wemelt het in de kosmos van de goden, geesten en zielen. De goden zouden in de bovenwereld verblijven en de zielen van de doden in de onderwereld. In de middenwereld waarin wij leven, zouden niet alleen de levende wezens, maar ook bomen, stenen, rivieren, de wind en alle andere natuurverschijnselen hun eigen geest hebben.

Het is de sjamaan, de spirituele specialist, die met al deze goden, geesten en zielen in contract zegt te kunnen treden door zichzelf in een toestand van extase te brengen en zijn ziel op reis te sturen naar die andere werelden. Om de extase of trance te bereiken kan de sjamaan gebruik maken van hallucinerende middelen. De sjamaan houdt rituelen met behulp van onder meer trommels, kostuums, lichaamsbeschilderingen en maskers. Stuk voor stuk voorwerpen die dienen om de geesten op te roepen. De sjamaan is dokter, priester, waarzegger, psychiater, beschermheer en stervensbegeleider tegelijk. Sjamanen menen dat ziekten bijna altijd worden veroorzaakt door geesten, goden of demonen.

De Indiaanse sjamaan Lame Deer beschrijft het gedrag van een sjamaan: "Hij wil ver van de menigte en de alledaagse dingen verwijderd zijn. Hij houdt ervan te mediteren, tegen een boom of een rots geleund, terwijl hij de aarde onder zich voelt bewegen en het gewicht van de wijde vlammende hemel op hem drukt. Op die manier kan hij de dingen voor zichzelf uitwerken. Zijn ogen sluitend, ziet hij veel dingen helder voor zich. Wat je met gesloten ogen ziet, dat is de moeite waard." (5) Dit soort woorden gaat er bij New Age-aanhangers in als zoete koek. Het zijn woorden van rust en innerlijke vrede, gedepolitiseerde woorden waarin woede, vechtlust en betrokkenheid bij de alledaagse overlevingsstrijd ontbreken. Woorden ook zonder geschiedenis, zonder hier en nu.

Paternalisme

Lame Deer spreekt ook over heel wat minder gelukzalige zaken, bijvoorbeeld over racisme, uitbuiting en blanke arrogantie. Dan leren we een heel andere Indiaan kennen dan de cliché-roodhuid die de vredespijp rookt en op z'n gemakje één zit te zijn met de natuur. "De blanke politie hier in de buurt houdt ervan meneer de Indiaan te bewerken, juist als hij een beetje dronken is, een beetje tegenstribbelt. Dan ranselen ze hem af, en, omdat hij dronken is, voelt hij niets. Zij slaan hem in elkaar, verwonden hem erg. Soms sterft de Indiaan; soms komt hij eraf met een schedelfractuur of een gehavend gezicht. Hij is dronken en kan niet terugvechten. We hebben een paar politiemannen, onder de maat, magere, kleine, voor niets deugende lichtgewichten, die hun revolvers, ijzeren staven, knuppels en gummistokken gebruiken om de 'grote, stevige Indiaan' te treffen. Daardoor voelen ze zich 'mannen'", aldus Lame Deer. (6) Is deze kritiek op paternalisme en machismo van blanke mannen een wijze les van Moeder Aarde of zwijgt 'de' natuur over racisme?

Lame Deer levert ook stevige kritiek op het 'witwassen' van Jezus: "Ik respecteer andere godsdiensten, maar ik houd er niet van om ze gedenatureerd te zien en tot iets anders omgewerkt. Je hebt van Jezus een blonde man gemaakt. Ik geeft niets om die blonde, blauwogige plaatjes van een ontsmette, hygiënische, gewassen Christus. Hoe zou je het vinden als ik vlechten in het haar van Jezus deed en er een veer in stak? Je zou me een idiote Indiaan vinden, is het niet? Jezus was een jood. Hij was geen geelharige Angelsaks. Ik ben er zeker van dat hij zwart haar en een donkere huid had als een Indiaan. De blanke veeboeren hier zouden hem niet met hun dochters hebben laten uitgaan en zouden niet graag zien dat hij in een van hun café's een glas dronk. Zijn godsdienst kwam voort uit de woestijn waarin hij leefde, uit zijn bergen, uit zijn dieren, uit zijn planten. Je hebt geprobeerd hem tot een Angelsaksische handelsreiziger te maken, een langharige Billy Graham, in een fantasie-nachthemd en daarom werkt hij niet meer voor jullie." (7)

Helaas ontkomt ook het sjamanisme meestal niet aan dergelijke vormen van 'witwassen', zodra westerlingen ermee aan de haal gaan. De levensechte inheemse sjamaan, met zijn wortels in een bepaalde gemeenschap en tijd, moet maar al te vaak het veld ruimen voor een onechte, a-historische en romantische nep-sjamaan die in films, boeken, reclame én in New Age-kringen furore maakt. Die namaak-medicijnman is aangepast aan de dominante kapitalistische levensstijl overal ter wereld.

Body & Soul

In New Age-kringen wordt vaak verwezen naar "oude volken". Laat ik eens een schoolvoorbeeld nemen van de wijze waarop een New Age-organisatie omgaat met Indiaanse levensvisies. De "afdeling Mannen & Vrouwen van de School voor Body & Soul" in Baarn presenteert in een folder het cursusprogramma 1996-1997. De cursusleiders Joep Housmans en José Mol leggen uit waar ze mee bezig zijn: "In al onze activiteiten is een sterke binding met oude tradities voelbaar. Het lied van Crazy Horse raakt ons dan ook diep." Dat lied van Crazy Horse, een beroemde Indiaan, staat elders in de folder. Ik geef het vertaald weer: "Ze zullen terugkomen, ze komen weer terug, overal ter wereld komen ze weer terug. Ze komen weer terug, de oude wijsheden van de aarde, de oude liederen van de aarde. Ze komen weer terug. Mijn vriend, ze komen weer terug, ik geef ze aan jou, door hen zul je begrijpen, zul je zien dat ze weer terugkomen op aarde."

Wat leren we van deze woorden? Mij zetten ze in elk geval niet aan het denken, mij doen ze niets. De cursusleiders leggen gelukkig nog het een en ander uit. Crazy Horse "zag in een visioen hoe de Indiaanse cultuur ten onder zou gaan aan het geweld van de westerse beschaving." Dat kan ik al beter plaatsen. "Datzelfde visioen openbaarde hem dat veel en veel later de oude waarheden weer terug zouden komen. Mensen zouden weer kunnen gaan luisteren naar de hartslag van onze Grote Moeder Aarde. Aan het eind van deze eeuw lijkt dit visioen uit te komen." (8) Die voorspelling komt geheel en al voor rekening van de cursusleiders zelf en past prachtig in het straatje van de New Age.

Het nostalgisch-melancholische beeld van de in harmonie met zijn paradijselijke omgeving levende "nobele wilde" moeten we drastisch bijstellen, zo blijkt uit de dagelijkse overlevingsstrijd van Indianen. Welgestelde en zich uit verveling en gebrek aan zingeving tot spiritualiteit wendende blanken vegen met hun romantische New Age-projecties het schrijnende onrecht onder tafel waaraan Indianen dag in dag uit staan blootgesteld. De uitzichtloze situatie van Indianen in reservaten en stadsgetto's wordt in Nieuwe Tijds-cursussen en -therapieën gewoonweg verzwegen.

Waterig mengelmoesje

De cursusleiders van de School voor Body & Soul zeggen voort te borduren op de tradities van onder meer de Lakota-Sioux Indianen. Dat gebeurt bijvoorbeeld in de cursus "mannenvervolgtraining", die 4 dagen duurt en maar liefst 725 gulden kost. Een te hoge financiële drempel voor uitkeringstrekkers én voor de gemiddelde Indiaan in de Verenigde Staten, lijkt me.

Het is in dit verband uiterst wrang dat Lakota-Indianen enkele jaren geleden de New Age-beweging letterlijk de oorlog hebben verklaard vanwege "diefstal van spiritualiteit". Zij hebben hun buik vol van al die "wannabees", zij die Indiaan willen zijn. Dat krijg je niet te horen in New Age-kringen. De Raad van Oudsten van Amerikaanse Indianen heeft al eens gewaarschuwd tegen oplichters die helemaal geen echte medicijnmannen zijn. Voor veel geld zouden zij een waterig mengelmoesje van New Age en Indiaanse ideeën verkondigen.

F. Wojciechowski, actief in het ondersteunen van Indianen, zegt over de relatie tussen Indiaanse sjamanen en de New Age-beweging in Europa: "Een aantal ooit volkomen bonafide Indianen heeft zich laten corrumperen. Ze worden hier gefêteerd als popsterren. Ze ontmoeten kritiekloze aanbidding. Blijf dan maar eens integer! Ik kan best meevoelen met de Indiaan die zegt: ik ben lang genoeg niet serieus genomen, ik heb het lang genoeg arm gehad. Ik ga naar Europa, daar kan ik tenminste geld verdienen." (9)

Ook de Peruaanse Indiaan Alejandro Argumedo heeft zware kritiek op de New Age-beweging. Argumedo verzet zich tegen het inpikken van genetisch materiaal van inheemse volken door wetenschappers en multinationals. Hij noemt dat een nieuwe vorm van kolonisatie, geen uiterlijke, zoals vroeger, maar een innerlijke. Eeuwenlang gingen blanken op stroop- en rooftocht door het land van de Indianen. Nu voert die tocht letterlijk tot in het lichaam van Indianen. Ook de New Age-beweging maakt zich volgens hem schuldig aan ongevraagde en ongebreidelde toe-eigening, niet van genen, maar van spiritualiteit. Toch heeft Argumedo nog hoop: "Laat ze maar komen om 500 dollar te betalen voor een zweethutceremonie. Onze ware spiritualiteit krijgen ze toch niet te pakken." Toch blijft het culturele en spirituele vampirisme doorgaan.

Essentie en traditie

Ronduit reactionair vind ik New Age-cursussen die zo hameren op de vrouwelijke en mannelijke essentie, zoals de cursus "Vrouwennatuur" van de School voor Body & Soul. Opnieuw een reclamepraatje: "Je bent ontegenzeglijk vrouw. Maar hoe kun je zonder hieraan te twijfelen je vrouw-zijn leven? Of moet je het telkens verbergen of bevechten? Wat is overgave? Wat is zusterschap en wat voor betekenis hebben seksualiteit, genieten en jaloezie in je leven? Wat betekent kinderen voor je en hoe verhoud je je tot mannen? Onze cultuur kent hierin weinig traditie, dus hoe vind je vanuit jouw natuur een antwoord op deze vragen?" (10)

Het lijkt me bijzonder vreemd dat vrouwen in de westerse cultuur geen "traditie" kennen in het omgaan met mannen. Vrouwen hebben regelmatig met mannen te maken, zou je toch zeggen, en meer dan eens levert dat conflicten op, en haantjesgedrag. Een van de "tradities" van vrouwen is dan ook het bevechten van gelijkwaardigheid. Het feminisme is een "traditie" die zich richt tegen de eeuwenlange "traditie" van mannen om vrouwen te vernederen en te negeren.

De vrouwen waarvoor de cursus is bedoeld, worden beschreven alsof ze pas uit het ei komen kruipen. "Deze training geeft je de mogelijkheid je vrouw-zijn intens te beleven. Je ontdekt samen met je zusters hoe jouw antwoord luidt, door thuis te komen in je lichaam. Je vindt rust in je basis, je schoot." Oftewel: de klassieke patriarchale gedachte "vrouw is lichaam". "Vier dagen contact met Moeder Aarde, kracht voelen, eerlijk worden, dansen vanuit je buik en stil zitten bij het vuur." (10) In dit soort New Age-cursussen gaat men uit van de opvatting dat mannen een mannelijke natuur, een mannelijke essentie hebben, en vrouwen een vrouwelijke natuur, een vrouwelijke essentie. Die essentie is volgens mij humbug, lariekoek, conservatieve metafysica. De mens heeft wel wat beters te doen dan op zoek te gaan naar de essentie "in je schoot". Ik sluit me graag aan bij de feministische "traditie" die ervan uitgaat dat zowel mannen als vrouwen vaardigheden en eigenschappen hebben die van oudsher "mannelijk" en "vrouwelijk" worden genoemd. Zowel mannen als vrouwen kunnen deze vaardigheden en eigenschappen verder ontwikkelen en versterken. Moeder Aarde heeft mij deze feministische "traditie" niet met de paplepel ingegoten. Integendeel, die "traditie" maak ik mij onafhankelijk van 'de' natuur eigen.

Verdund zuur

Ook in Nederland zijn neo-sjamanen actief, zoals "Searching Deer" Jan Prinsen en "Story Telling Woman" Titia van Wees. Deze twee sjamanen zijn activistisch ingesteld: "Wanneer de geur der planten wordt overstemd door uitlaatgassen en fabrieken, wanneer het geluid der vogels wordt overstemd door machines en in plaats van verfrissende, leven gevende regen een verdund zuur op alles neerdaalt uit de hemel, dan verheft de sjamaan zijn stem". Mooi zo. En wat doet de sjamaan dan? Hij gaat naar buiten, pakt zijn trommel en roept de geesten aan om hem te helpen, op hun speciale manier, om te redden wat nog mogelijk is. "Het is een echte strijd, want de tegenpartij is krachtig". (11) Ik stel me bij strijd voor een beter milieu toch wat anders voor.

De Tropenmuseum-expositie maakt volop reclame voor het Amsterdamse New Age-centrum Oibibio. "Oibibio schept de randvoorwaarden waardoor iedereen met zichzelf bezig kan zijn. Als je uitgaat van geest en lichaam, dan zijn er waarschijnlijk ook geesten zonder lichaam." Oibibio zegt te werken aan "een maatschappelijke integratie van wat je sjamanistische inzichten zou mogen noemen". Het ideaal van Oibibio is "dat een ieder de sjamaan in zichzelf ontdekt en integreert in zijn of haar dagelijkse handel en wandel". (12)

Juiste mens op juiste plaats

Hekserij is een vorm van inheems Europees sjamanisme. Er zijn ongeveer 200 heksen actief in Nederland. Eén van hen is Magnus, auteur van het in 1989 uitgegeven boek "Ik ben een heks. Wicca, een natuurreligie voor nu en morgen". Op de achterflap valt te lezen: "Na de vele teleurstellende ervaringen van velen met allerlei georganiseerde religies, is dit boek een echte verademing. Het biedt een totaal ander perspectief. Magnus beschouwt hekserij als een religie met toekomst, vooral omdat het maar één gezag erkent, het gezag van Moeder Natuur." (13) Wat heeft hij zoal geleerd van Moeder Aarde?

Volgens Magnus zal in het Aquarius-tijdperk steeds meer samenwerking ontstaan. "Het nationalisme zal steeds meer verdwijnen en de mensen zullen zich steeds meer zien als aardbewoners." (14) Ik zie er tot nu toe helaas weinig van. "Alle vormen van democratie, communisme en dictatuur zullen verdwijnen omdat ze versleten zijn. Ze zijn te veel gericht op de massa in plaats van op het individu. Terwijl de Aquariusmens juist sterk individueel gericht is. Er zal dus een duidelijke verandering in de politiek komen. Partijprogramma's met hun onoverzichtelijke veelheid aan onderwerpen zullen verdwijnen. Mensen zullen veel meer gaan kiezen per referendum over goed bekend gemaakte problemen. Niet langer zullen mensen regeren op grond van de partij waarbij ze horen. De juiste man en vrouw zullen op de juiste plaats komen. Regeren wordt dan vrij van partijbelangen." (15) Het is ongelooflijk wat Moeder Aarde allemaal te vertellen heeft...

Telefooncentrales

Zoals zoveel New Age-goeroes probeert Magnus zich een anti-racistisch imago aan te meten. "Racisme is slecht", dat heeft de gemiddelde Nederlander, dus ook Magnus, inmiddels met de paplepel ingegoten gekregen. Maar wat allemaal onder racisme moet worden verstaan, daarover bestaat minder duidelijkheid. Velen komen niet verder dan het besef dat je als blanke aardig moet zijn tegen je zwarte buurman of -vrouw. Sietske Altink verwoordt kernachtig dat het spreken over rassen op zich al racisme is: "Met geen mogelijkheid lukt het om het bestaan van zo iets als 'ras' wetenschappelijk aan te tonen. Wat wel bestaat is het verschijnsel 'racisme'. Dat begint al met de veronderstelling dat 'rassen' werkelijkheid zijn. Ieder systeem, wetenschappelijk, politiek of beleidsmatig, dat 'ras' als uitgangspunt heeft, moet daarom als racistisch betiteld worden." (16)

Magnus maakt gebruik van een beproefd New Age-recept: zwarten zijn niet meer of minder dan blanken, maar "wezenlijk anders". (17) Te verwaarlozen verschillen tussen mensen, zoals huids- en haarkleur, zijn volgens Magnus bepalend voor "wezenlijke" verschillen tussen 'rassen'. "De kern van de zaak", aldus Magnus, "berust bij het verschijnsel, dat mensen van een bepaald ras (A) anders reageren dan mensen van het ras (B)." (17) Zonder in de gaten te hebben dat zo'n uitspraak typisch racistisch is en in de categorie valt van "zwarten reageren emotioneler dan blanken", vervolgt hij: "De oorzaak hiervan is, dat alle mensen van een bepaald ras samen een onderbewustzijn hebben, dat als het ware is geladen met alle vreugde en verdriet van alle mensen van dat ras. En ook, dat via het onderbewustzijn bepaalde geloofsovertuigingen, bijgeloof, archetypes, angsten en verwachtingen worden doorgegeven aan alle leden van die rasstam." (17)

Omdat 'rassen' volgens Magnus ook op spiritueel gebied onderling zo van elkaar verschillen, zou "in ceremoniële groepen" op het gebied van de hekserij "het samengaan van leden van verschillende rassen" moeilijkheden veroorzaken. (18) Magnus vergelijkt de "ongrijpbare onderbewustzijnsgebieden", die van 'ras' tot 'ras' zo verschillend zouden zijn, met "telefooncentrales", waarbij alle leden van één ras zijn aangesloten. Alle aangeslotenen kunnen onderling met elkaar bellen (communiceren). Met mensen van een andere centrale is het veel moeilijker om te bellen. Daarbij komt, dat er centrales zijn, die totaal andere constructies hebben." (18)

Zoals mensen "van verschillende telefooncentrales" moeilijk met elkaar om kunnen gaan, "zo treden er ook problemen op in "gemengde huwelijken". In zo'n gemengd huwelijk, een Nederlander met een Aziatische, Surinaamse of Antilliaanse vrouw (denk aan de koloniale tijd) ontstaan verschillen van opvatting over allerlei eerste levensbehoeften, die bij het nageslacht hun sporen achterlaten." (18) Nadere en naar mijn mening broodnodige uitleg over dit raadselachtige fenomeen geeft Magnus niet.

Enorme omschakeling

Gelukkig wordt binnenkort alles anders. In het komende Aquarius-tijdperk krijgt de mensheid volgens Magnus de opdracht mee "om de kloof tussen de verschillende bevolkingsgroepen, ook de verschillen tussen diverse rassen, op te heffen en de communicatie tot stand te brengen tussen al die verschillende "telefooncentrales", die ook op deze planeet naast elkaar functioneren." (18) Magnus stelt hierbij een grenzeloos vertrouwen in "de techniek" die de communicatieproblemen in de laatste 40 jaar zou hebben opgelost. Zoals het materieel gezien steeds gemakkelijker is geworden om wereldwijd met elkaar te communiceren, zo zal volgens Magnus op spiritueel niveau ook steeds meer contact mogelijk worden.

Eventuele schuld- of verantwoordelijkheidsgevoelens ten opzichte van ellende elders in de wereld wuift Magnus gemakshalve weg: "Wij moeten ons niet blind staren op het ongeluk en de toestand van andere volken, zonder ons te realiseren, dat de toestand, waarin deze mensen verkeren een oorzaak heeft die niet met voedsel, water, kleding, onderdak en geld te verbeteren is, maar met een enorme omschakeling van spirituele krachten, die het materialisme en het 'heb-denken' van de mensheid als totaal moet veranderen. Dat is een proces, dat niets heeft te maken met politiek en godsdienst, maar met innerlijke bewustwording. Helaas worden de meeste mensen niet oud en wijs genoeg om de essentiële waarden te leren kennen en over te dragen." (19)

Inderdaad: kinderen in arme landen liggen massaal te creperen en worden nooit "oud en wijs genoeg". Zij zullen nooit het verheven inzicht krijgen dat hun situatie niet met "voedsel, water, kleding, onderdak en geld" valt te verbeteren, maar wel met "een enorme omschakeling van spirituele krachten". Laten we blij zijn dat Magnus deze wijsheid aan 'de' natuur heeft kunnen ontlenen...

Spirituele satellieten

Terwijl communicatie door middel van telefoon, TV en fax doodgewoon wordt gevonden, is het volgens Magnus nog "totaal onbekend" dat "grote denkers, filosofen, occultisten en dergelijke mensen" als spirituele satellieten "de kennis en inzichten van het ene ras naar het andere zullen reflecteren". (20) Magnus vermoedt dat het 200 tot 300 jaar zal duren voordat de "telefooncentrales" zijn gekoppeld en de "algemene onderbewustzijnsgebieden van de verschillende rassen" zijn geïntegreerd.

Toch ziet ook Magnus in dat ook "Nederlanders" een product zijn van allerlei culturele invloeden. "De Nederlander" bestaat niet. Magnus: "Nederland is altijd gastvrij geweest voor verdrukte buitenlanders en wij hebben in onze gemeenschap sporen van alle typen bewoners van heel West-Europa alsook van het verre Oosten. Ook hebben mensen uit Oost-Europa in ons land onderdak gevonden." (21)

Over joden heeft Magnus ook het een en ander op te merken. Joden zijn "tijdens de oorlog 40-45 wel op een vreselijke manier aangetast, maar nu begint die groep zich weer te herstellen." De orthodox joodse gemeenschap heeft "weer een eigen school". In die school gelden volgens Magnus de oude joodse regels en gebruiken, "waarvan wij zeggen (en in ons wezen aanvoelen), dat die gebruiken en regels niet meer van deze tijd zijn. Dit is nu een voorbeeld van het verschil van algemeen onderbewustzijn van hun ras en het onze. Het is hun goed recht en in overeenstemming met hun gevoelens dat zij deze oude regels en geboden handhaven in hun huidige leven, terwijl wij, (van een ander ras) het gevoel hebben, dat zij totaal overbodige dingen in hun leven halen, die het hun alleen maar moeilijker maken." (21)

Opvallend is dat Magnus joden typeert als een ras. Christenen zouden dat dan ook moeten zijn. Een absurd uitgangspunt. "Wij" zouden volgens Magnus wel beter weten dan de joden, die vastgeroest zitten in hun overleefde religieuze gewoonten. Het lijkt me hoog tijd worden dat Magnus zich eens gaat afvragen of hekserij wel "van deze tijd" is. Ook hekserij kent allerlei eeuwenoude regels en gebruiken. Als die niet ter discussie worden gesteld, waarom de joodse regels en gebruiken dan wel?

Projectiescherm

Van 'de' natuur kun je alles leren, en niets. Want 'de' natuur bestaat niet. Met een beroep op 'de' natuur kun je alles rechtvaardigen: naastenliefde, massamoord, revolutie, geweldloosheid, soberheid, verspilling. Voor alle menselijke verlangens en gedragingen kun je ergens in 'de' natuur wel een vergelijking of overeenkomst vinden. Die zoektocht naar het 'natuurlijke' en 'essentiële' in de mens heeft dan ook al vaak plaatsgevonden. Ik denk dat begrippen als goed en kwaad in 'de' natuur afwezig zijn. Wie zich met betrekking tot opvattingen over gelijkwaardigheid en rechtvaardigheid baseert op bomen, dolfijnen, herten, buizerds, wolven, geesten en demonen, die projecteert alleen maar zijn eigen politieke standpunten op 'de' natuur. Vroeger vervulde de God van het christendom die functie. Nu is dat 'de' natuur, 'de' natuurlijke ordening, die dient als projectiescherm voor veelal politiek conservatieve opvattingen in de New Age-beweging.

Noten:

Terug