Linkse partijen zitten gevangen in de logica van het managen van ‘overbodige’ arbeidskrachten

Logo FNV uitkeringsgerechtigden.
Logo FNV uitkeringsgerechtigden.

Afgelopen woensdag vond in Amsterdam een verkiezingsbijeenkomst plaats die was georganiseerd door de FNV Uitkeringsgerechtigden, met als thema “de toekomst van de sociale zekerheid”. Hoogleraar Gijsbert Vonk hield een inleiding, waarna aan de hand van vier voorstellen een debat werd gehouden met vier kandidaat-Kamerleden en het publiek. Een subjectief verslag en een impressie van wat ik beschouwde als eye openers.

De aanwezige Kamerleden waren Sadet Karabulut (SP), Zihni Özdil (GroenLinks), Don Ceder (ChistenUnie) en Joke de Kock (PvdA). De discussie stond onder leiding van Frenk van der Linden en ook FNV-vicevoorzitter Ruud Kuin deed af en toe een duit in het zakje. Vanuit het publiek werd herhaaldelijk het idee van een basisinkomen naar voren gebracht. Het bleek echter dat geen van de vier aanwezige partijen daar voorstander van was. Karabulut meldde dat ze er tegen was, omdat de miljonairs dan ook een basisinkomen krijgen. Ze liet weten dat ze meer voelt voor een drastische herverdeling van inkomen en werk en voor een sociaal leefbare bijstand. Met daarbij afschaffing van allerlei zinloze strafmaatregelen en boetes en herstel van de oude sociale werkplaatsen voor mensen met een arbeidsbeperking. De PvdA-vertegenwoordigster zag ook weinig in een basisinkomen, maar was wel voor experimenten met een “regelvrije” bijstand om te kijken welke inrichting van het stelsel van sociale zekerheid het beste zou werken. De ChristenUnie-vertegenwoordiger liet zich in vergelijkbare bewoordingen uit, waarbij hij de inspanningsverplichting die bijstandsgerechtigden nu hebben zou willen handhaven, maar wel op een humanere manier op basis van maatwerk.

Uitbreiding van toeslagenstelsel

De GroenLinks-vertegenwoordiger benadrukte dat het GroenLinks-congres tegen een onvoorwaardelijk basisinkomen heeft gestemd op grond van verschillende argumenten. Een van de argumenten die hij noemde en die op het congres een belangrijke rol schijnt te hebben gespeeld, begreep ik niet helemaal. Misschien legde hij het onduidelijk uit. Er zijn mensen, zo betoogde hij, die niet goed voor zichzelf kunnen zorgen, die bijvoorbeeld budgetbeheer, een intensieve begeleiding en dergelijke nodig hebben. En het is dan geen oplossing om die mensen zomaar een zak met geld te geven, waarna ze maar moeten zien hoe ze zich redden. Wat dat volgens hem zou betekenen wat betreft rechten en plichten van die mensen kwam niet erg uit de verf. Gespreksleider Van der Linden hanteerde een soort alarmbel waarbij de diverse bijdragen aan het debat soms werden beperkt tot anderhalve minuut.

Ook Vonk zoekt de oplossing niet zozeer in een basisinkomen, maar in een uitbreiding van het huidige toeslagenstelsel, zoals de kindertoeslag, de huurtoeslag, de zorgtoeslag en het kindgebonden budget. Met daarnaast allerlei belastingkortingen. Zo’n stelsel zou zodanig kunnen worden uitgebreid tot “een gegarandeerd minimuminkomen”, zoals hij het noemde, dat de huidige bijstand helemaal kan worden afgeschaft. Een en ander zou niet moeten worden uitgevoerd door de gemeenten, maar door een uitbreiding van de Belastingdienst. Volgens hem vormt het feit dat bijstandsgerechtigden als aparte groep identificeerbaar zijn er een belangrijke oorzaak voor dat ze te maken krijgen met hetze en koeionering. Zo kunnen allerlei denigrerende opmerkingen en vooroordelen op hen worden losgelaten. Een toeslagenstelsel heeft aan de ene kant het voordeel dat ook middengroepen ervan profiteren en dat er qua vermogenstoets sprake is van een glijdende schaal, en aan de andere kant dat er geen gemakkelijk identificeerbare groep meer bestaat. Vonk heeft deze week een onderzoeksvoorstel ingediend om het idee van een nieuw toeslagenstelsel nader uit te werken.

Flashmob

De kandidaat-Kamerleden bleken de voorstellen van de FNV Uitkeringsgerechtigden nog niet goed te hebben bestudeerd. Ze voerden allen het veelgehoorde argument aan dat een onvoorwaardelijk basisinkomen zou inhouden dat ook de rijksten een dergelijk inkomen zouden krijgen van de staat. Die mensen hebben al geld genoeg, aldus de Kamerleden, en we zouden de drastische ongelijkheid in inkomens juist moeten tegengaan. Iemand uit het publiek weerlegde in enkele zinnen dat argument, waaruit bleek dat de Kamerleden nog weinig over het thema hadden nagedacht. Een onvoorwaardelijk basisinkomen kan namelijk worden ingevoerd in combinatie met een progressief belastingstelsel. De miljonairs betalen dan hun basisinkomen als het ware uit eigen zak. Dat heeft het grote voordeel ten opzichte van een voorwaardelijk basisinkomen, waarbij rijken het niet zouden krijgen, dat er geen omvangrijke bureaucratie voor opgetuigd hoeft te worden naast het belastingstelsel dat nu al bestaat om te beoordelen of iemand voor een basisinkomen in aanmerking komt aan de hand van het inkomen van die persoon.

Tijdens de discussie werd actie gevoerd door het comité Voet tussen de deur, een actiegroep van 50-plussers die aandacht vragen voor de positie van ouderen op de arbeidsmarkt. Hun kansen op betaald werk moeten worden verbeterd, aldus de 50-plussers. De actiegroep organiseert regelmatig flashmobs om voor hun belangen op te komen. Zo hield men een flashmob bij de werkgeversorganisaties VNO/NCW en MKB Nederland. Het actielied van de groep is “Start me up” van de Rolling Stones.

De 50-plussers kwamen bij de flashmob tijdens de bijeenkomst op de proppen met een hele grote voet, die moest symboliseren dat ook ouderen op de arbeidsmarkt een voet tussen de deur moeten krijgen. Er volgde applaus vanuit het publiek, maar een van de aanwezigen in de zaal was het er niet mee eens. Ze gaf aan dat ze de workshop “rouwverwerking van de werkloosheid” van de FNV had gevolgd. Ze had zich eerst suf gesolliciteerd, maar er kwamen al spoedig gezondheidsklachten, net als bij andere deelnemers aan de workshop. Ze hadden toen geconcludeerd: op een gegeven moment moet je er een punt achter zetten. Hou toch op, actiegroep, met het najagen van de illusie dat wij ouderen wel een keer weer aan het werk zullen komen. Geef ons onze gezondheid terug. Aldus de vrouw.

Robotisering

De politici benadrukten dat de uitvoering van de Participatiewet te ver is doorgeschoten en dat maatwerk moet worden geleverd. Ook werd naar voren gebracht dat er vroeger VUT-regelingen bestonden en dat die zijn verdwenen. Volgens Karabulut moeten we stoppen met de zinloze sollicitatiecarrousel, waarbij de uitzichtloosheid wordt georganiseerd. Regelingen voor vervroegde uittreding moeten weer worden ingevoerd. Ook is het krankzinnig dat de AOW naar 67 jaar en ouder is gegaan. Dat moet terug naar 65 jaar, waarbij degenen die langer willen werken dat ook moeten kunnen. De mensen op het minimum moeten meer bestedingsruimte krijgen, want driekwart van de bijstandsgerechtigden leeft op of onder de armoedegrens. De uitkeringen en het wettelijk minimumloon moeten met tien procent worden verhoogd.

Hoewel Kuin liet weten voorstander te zijn van een veel socialere bijstand, waarbij hij zelfs de slogan “stop de sollicitatieplicht” in de mond nam, noemde hij toch ook wat bedenkingen tegen de strategie van strijden voor een basisinkomen. Er moet niet alleen naar het inkomen worden gekeken. Ook belangrijk is een drastische herverdeling van de arbeid. En wat de positie van de vakbeweging betreft meldde hij dat het hem niet zozeer gaat om de FNV, zijn eigen winkeltje, maar dat bij acties voor het behoud van de AOW en ook bij de strijd tegen het werken met behoud van uitkering is gebleken dat de mensen om wie het gaat zeer moeilijk tot niet te organiseren zijn. Daarom zal het centraal stellen van meer banen, de arbeidsvoorwaarden, de belangen van de werkenden en een drastisch andere bestrijding van de werkloosheid altijd voorop moeten staan en daarmee ook de organisatie van mensen die werk hebben. De huidige situatie op de arbeidsmarkt tast de positie van de vakbeweging aan.

Hoewel dat laatste uiteraard belangrijk is, vormt het naar mijn mening een wat merkwaardig geformuleerd argument. Volledige werkgelegenheid of reductie van de werkloosheid tot aanvaardbare proporties is een illusie in het licht van de robotisering van de industrie en straks ook de zorgsector. Want niet alleen neemt in crisistijd de massawerkloosheid toe. In tijden van herstel is er ook nog eens economische groei zonder dat de werkgelegenheid toeneemt. De oorzaak van de verzwakte positie van de vakbeweging is juist dat er mondiaal en nationaal een steeds groter surplus aan arbeidskrachten is ontstaan, die een loondrukkende werking heeft en die de positie van de (georganiseerde) werkenden uitholt. Dit surplus aan arbeidskrachten is gedwongen om zich op de arbeidsmarkt beneden de cao-voorwaarden aan te bieden, omdat de loonarbeid, voor mensen die geen andere reserves hebben en die geen productiemiddelen bezitten, de voornaamste manier is om nog een inkomen te kunnen verwerven. Het beleid van de staat, van Participatiewetcontroles tot en met grenscontroles, is erop gericht om het surplus aan arbeidskrachten te managen dat voor het kapitaal geen waarde heeft, dus niet om het probleem op te lossen. In feite zit links ook gevangen in de neo-liberale logica van het managen van het ‘overbodige’ surplus door discussies aan te gaan over regelingen die bepalen wie toegang heeft tot de Nederlandse arbeidsmarkt.

Werkvergunningen

Wanneer het surplus aan arbeidskrachten door middel van basisinkomen-achtige regelingen niet meer onder die druk staat, kan dat de positie van de werkenden en de vakbonden alleen maar versterken. Het streven naar een vollediger werkgelegenheid op basis van herverdeling van arbeid en naar meer kansen voor werkzoekenden door aan hen te sleutelen of door toegangsregelingen in te voeren voor de Nederlandse arbeidsmarkt door middel van werkvergunningen zal het bestaan van het grootste deel van het surplus niet fundamenteel veranderen. En dat betekent dat onder druk van de omstandigheden duizenden en duizenden mensen er alles voor over hebben om te kunnen overleven, al is het in ellende.

Meewerken aan dergelijke toegangsregelingen betekent meewerken aan het illegaliseren van duizenden mensen die onder nog slechtere omstandigheden arbeid zullen verrichten in Nederland. Zo goedkoop voor de bazen dat ze lachen om de boetes die een overbelaste Arbeidsinspectie hen oplegt, waarbij die Arbeidsinspectie constant achter de feiten aanloopt, hoe groot die dienst ook wordt gemaakt. En een vakbeweging die machteloos staat tegenover de uitbuitingspraktijken van de bazen. Het verleden vanaf de zeventiger jaren heeft volgens mij bewezen dat dit de uitkomst is van een dergelijk beleid. De vakbeweging hinkt nu te veel op twee gedachten: aan de ene kant ernaar streven om mensen die weinig kansen meer hebben of ouder zijn, vrij te stellen van sollicitatieplicht en andere verplichtingen, waarbij naar voren wordt gebracht dat andere zaken dan betaald werk ook belangrijk zijn, aan de andere kant nog steeds de verheerlijking van de betaalde arbeid als enig zaligmakende weg naar inkomensverwerving en ontplooiing.

Het wordt tijd dat de vakbeweging als geheel kiest voor een leefbaar en onvoorwaardelijk basisinkomen. Maar de pleidooien voor toegangsregelingen tot de Nederlandse arbeidsmarkt door middel van een nieuw stelsel van werkvergunningen, zoals van Kuin, maken mij niet optimistisch. Hij kondigde aan dat de komende zomer een grote campagne gaat beginnen voor dat soort regelingen en tegen de afbraak van de arbeidsvoorwaarden, tegen nulurencontracten en tegen flexibilisering van de arbeid.

Piet van der Lende
(Dit is een iets geredigeerde versie van het artikel dat eerder op Bijstandsbond.blogspot verscheen)