Conservatieven met Turkse achtergrond konden lange tijd prima meedraaien in verrechtsende PvdA

Öztürk en Kuzu.
Öztürk en Kuzu.

De Kamerleden Tunahan Kuzu en Selcuk Öztürk, beiden van Turkse komaf, zorgden de afgelopen week voor veel commotie in de PvdA, nadat hun partijgenoot en vicepremier Lodewijk Asscher bekend maakte dat hij de komende vijf jaar Turkse religieuze organisaties onder de loep gaat nemen. In het Turks worden die Cemaatler genoemd: Milli Görüs, Diyanet, Suleymancilar en de Gülen-beweging. Ook uitte Asscher zijn bezorgdheid over een onderzoek van Motivaction onder Turks-Nederlandse jongeren. Negentig procent van hen zou op de een of andere manier sympathiseren met de terreurorganisatie Islamitische Staat (IS). Na koortsachtig overleg werden Kuzu en Öztürk uit de partij gezet.

This text in English

De twee stelden hun Kamerzetels niet beschikbaar en besloten om verder te gaan als groep Kuzu/Öztürk. In de media kwam relatief weinig naar voren over de politieke achtergronden van die twee. Wij zijn Kuzu al eerder tegengekomen. Dat was in 2012 toen we in een artikel aandacht besteedden aan een festival dat werd georganiseerd door Turkse fascistische organisaties in Nederland. Ook Kuzu was daar van de partij, en hij twitterde enigszins verbolgen over ons stuk. We hadden niet alleen de namen van de organiserende clubs genoemd, maar ook geschreven over het zich terugtrekken uit de organisatie van de moslimfundamentalistische Stichting Islamitische Centrum Nederland (SICN), beter bekend als “Suleymancilar” (“aanhangers van Suleyman”). Volgens Kuzu was het onterecht om hen als fundamentalistisch te bestempelen. Het kan geen kwaad om eens wat licht te werpen op die merkwaardige relatie tussen de PvdA en de Turkse nationalistische en moslimfundamentalistische organisaties.

Turkse migranten

Vanaf eind jaren zestig, toen de eerste stroom Turkse migranten in Nederland aankwam en al vrij snel duidelijk werd dat ze niet terug zouden keren, profileerde de PvdA zich als partij die de belangen van migranten op de agenda zou zetten. Het was niet verwonderlijk dat veel migranten zich ook echt thuis voelden bij die partij. In hun ogen zouden hun belangen als arbeiders het beste behartigd worden door de ‘arbeiderspartij’ PvdA. Turkse gezinnen woonden meestal in arme en verpauperde wijken. Het ontbrak jongere generaties aan een positief toekomstperspectief. En hoewel het in de loop der jaren wel enigszins zou verminderen, bleef de PvdA zonder meer de partij van de migranten.

Wat het meest opvalt in de verbintenis van Turkse migranten met de PvdA vanaf vroege jaren tot op de dag van vandaag, is dat aanhangers van de meest rechtse stromingen binnen de Turkse politiek, zoals de fascistische Grijze Wolven en allerhande moslimfundamentalisten, trouw bleven aan hun ideologie, maar in Nederland massaal voor de ‘linkse’ PvdA kozen. Zouden ze in de Nederlandse politiek een ideologische keuze maken vanuit hun eigen politieke roots, dan zouden Grijze Wolven voor de PVV moeten kiezen en fundamentalisten voor de SGP. Maar dat is nooit gebeurd.

De PvdA profiteert daar als geen ander van. Hoewel men heel goed weet waar de stemmen vandaan komen, sluit men tot nu toe steevast, bewust en opportunistisch, de ogen voor de ideologische verschillen. Het gaat uiteindelijk om een aanzienlijk aantal stemmen. En naarmate de PvdA verder en verder naar rechts opschuift, voelen de rechtse Turkse Nederlanders zich er steeds meer thuis. Die ontwikkeling is voor beide partijen een win/win situatie. Het incident met Kuzu en Öztürk laat echter zien dat er nu een breuk is ontstaan die maar moeilijk te lijmen blijkt.

Boos op Asscher

Aanleiding voor het conflict was het onderzoek dat Asscher aankondigde. Volgens hem zijn de Turkse religieuze organisaties niet transparant, voeren ze een dubbele agenda en staan ze onder grote invloed van de Turkse politiek. Asschers aankondiging zorgde voor grote onrust bij de achterban van Kuzu en Öztürk. Milli Görüs-vertegenwoordigers Hasan Huseyin Gogus en Yusuf Altuntas schreven, ook namens de andere organisaties, een brief aan Asscher. De verdenkingen die hij uitte zouden niet kloppen, en sowieso zou Milli Görüs al sinds de jaren negentig veranderd zijn van een religieus-politieke in een religieus-culturele organisatie. Onder druk van de cemaats sprongen Kuzu en Öztürk in de bres voor de belangen van hun achterban, wat hen dus niet in dank werd afgenomen door de PvdA.

Kuzu en Öztürk zeiden dat de PvdA rechtser en harder was geworden, en dat ze daar niet in mee wilden gaan. Maar ze hebben het alleen over het integratiebeleid, omdat ze dat als een aanval zien op hun conservatieve politieke agenda. Ze staan immers voor een reactionair conservatisme dat mensen onderwerpt aan religieus fanatisme, en waarbij geen plaats is voor andersdenkenden, gelijke rechten voor vrouwen, homo’s en andere ‘minderheden’. Ze zijn niet tegen het verrechtsende integratiebeleid vanuit een progressieve visie. En met de verrechtsing van de partij op andere beleidsterreinen hebben ze dan ook geen enkele moeite. Op de afbraak door de PvdA van rechten en verworvenheden van het arme deel van de samenleving, waartoe veel Turkse Nederlanders behoren, leveren ze geen enkele kritiek. Daar werkten ze als PvdA-Kamerleden enthousiast aan mee.

Gesteund door de cemaats, en vanuit Turkije door de vrijwel onverwoestbare machtsbasis van de fundamentalistische regeringspartij AKP, voelen beide uiterst conservatieve Turkse volksvertegenwoordigers zich nu blijkbaar sterk genoeg om zich te kunnen weren tegen de druk vanuit de Nederlandse politiek.

Erdogan

En om het verhaal compleet te maken: gisteren verscheen op de website van het Turkse ministerie van Buitenlandse Zaken een brief gericht aan Nederland. Daarin wordt de Nederlandse regering opgeroepen om te stoppen met racistische beschuldigingen en agressief taalgebruik tegen Turkse Nederlanders, lees: tegen Milli Görüs en andere rechtse groepen. Dat de Nederlandse overheid racistisch is, staat buiten kijf. Maar het is niet aan de regering van de racist Erdogan om daar iets van te zeggen. Het duurde een paar dagen, maar zijn lange arm liet niet lang op zich wachten.

Bülent Yilmaz

28 november: Het “moslimfundamentalisten” in de titel is veranderd in “conservatieven met Turkse achtergrond”.