Pleidooi voor Griekse dictatuur draagt niet bij aan discussie

Ik kan best tegen meningsverschillen, en in de regel lees ik graag afwijkende, prikkelende opinies. Ik kan – soms – oprecht genieten van een stevige discussie met mensen die er een compléét tegenovergesteld wereldbeeld op nahouden. Maar wat ik onderhand écht kotsbeu ben, is dat het blijkbaar okee is voor steeds meer mensen om de meest domme, rigide, ondoordachte dingen in de publieke ruimte te slingeren. Het lijkt er op dat zowel de media als hun publiek het verschil niet meer kunnen of willen zien tussen serieuze opinies enerzijds en op zelfoverschatting geïnspireerde borrelpraat anderzijds. Het maakt niet uit hoe dom, lui, en lomp – in het land van het Vrije Woord is iedere ‘mening’ nu eenmaal een mening. En dat wil zeggen dat elke Janlul die zijn gekrakeel met een paar cijfertjes of historische feitjes weet te omfloersen, daarmee ook direct een legitieme, publiceerbare opinie heeft. Zo dus ook deze mijnheer – een heuse Professor in de ‘Openbare Financiën’. Een positie die hem klaarblijkelijk ook in staat stelt om op zeer genuanceerde wijze te reflecteren op de huidige Griekse crisis: “Als er iets duidelijk is na bijna 190 jaar Griekse onafhankelijkheid is het dat democratie de Griekse staatskas geen goed doet. Griekenland heeft een dictatuur nodig om met zichzelf in het reine te komen en geen nieuwe verkiezingen.” … ik vraag me af wie er gisteren meer gezopen had – die Professor, of de redactie van deze opinie-katern. Hoe het ook zij, ik zie werkelijk niet hoe dit soort verbale diarree iets bij kan dragen aan een verdiepend, constructief publiek debat. Hou dan gewoon je snavel.

Mathijs van de Sande over Griekenland heeft dictatuur nodig (Volkskrant)