Selectieve abortus is psychologische ziekte waar het hele land aan lijdt

In India worden naar schatting 5 procent van meisjesbaby’s selectief geaborteerd. Het aantal afgebroken zwangerschappen nadat Downsyndroom is vastgesteld, is ongeveer 90 procent. Met deze cijfers kunnen we ons afvragen of een uit publieke middelen gefinancierd, routine-screeningsprogramma primair gericht op Downsyndroom, wel als individuele keuzevrijheid van de vrouw mag worden beschouwd of als gecoördineerd programma dat leidt tot massa-eliminatie. Het is van belang te beseffen dat leven met Downsyndroom de laatste decennia sterk veranderd is: door medische vooruitgang is de levensverwachting van iemand met Downsyndroom sinds 1960 gestegen met 456 procent. Mensen met Downsyndroom worden gemiddeld 60 jaar. De meeste kinderen met Downsyndroom gaan naar school, hebben later een baan en maken vrienden. Voorts toont onderzoek aan dat 99 procent van mensen met Down tevreden is met zijn/haar uiterlijk en leven. Volgens TNO geven 8 op de 10 ouders, en 9 op de 10 broers en zussen aan de aanwezigheid van het Downsyndroom in het gezin als verrijking te ervaren. Het motto van volksgezondheid is promoten van gezond leven en gezondheidszorg toegankelijk maken. Het opsporen van een aandoening (zoals Down) waarbij een gezond vol leven mogelijk is – met als enige handelingsoptie het afbreken van de zwangerschap – past niet in deze missie.

Renate Lindeman in Selectieve abortus is psychologische ziekte waar het hele land aan lijdt (Volkskrant)