Stel jezelf de vraag: heeft mijn werk eigenlijk wel zin?

Meer dan ooit geldt dat als je erbij wilt horen in Nederland je een baan nodig hebt. Niet zo gek dus dat iedereen in Den Haag juicht als er meer vacatures ontstaan. Of het nu om callcentermedewerkers of tabakslobbyisten gaat – zelfs bij GroenLinks gaan de handen op elkaar. En als je een gemiddelde econoom vraagt naar het grootste probleem van dit moment, dan zal hij wijzen op het gebrek aan “vraag” – maakt niet uit naar wat. Maar misschien is er wel te veel vraag. Misschien is er wel te veel vraag naar afstompende marketing, te veel vraag naar overbodige administratie, te veel vraag naar vervuilende troep en te veel vraag naar dubieuze financiële producten. En misschien is er juist te weinig tijd voor de dingen die we echt belangrijk vinden, waarvan we op ons sterfbed zeggen: daar had ik graag meer tijd aan willen besteden. In 2012 publiceerde de palliatieve verpleegster Bronnie Ware een boek over de “Spijt Top 5” van haar stervende patiënten. “Ik zou willen dat ik de moed had gehad om mijn eigen leven te leiden, niet het leven dat anderen van mij verwachtten”, stond op de eerste plaats. En op de tweede plek: “Ik zou willen dat ik niet zo hard gewerkt had.” Voor de meeste politici en economen zijn banen moreel neutraal – hoe meer werk, hoe beter. Maar misschien is het tijd voor een nieuwe vakbeweging. Een die niet alleen strijdt voor meer banen en hogere lonen, maar in de eerste plaats voor zinniger werk. “Een vakbeweging die eindelijk afscheid neemt van de ideologie dat werk iets goeds is op zichzelf”, zegt David Graeber, “en een die arbeid herdefinieert als je bekommeren om andere mensen”.

Rutger Bregman in Stel jezelf de vraag: heeft mijn werk eigenlijk wel zin? (Correspondent)