Zonder papieren: Kijken bij de rijken, door de ogen van een huishoudelijk werker

Ruime woonkamer.
“Een van de mensen voor wie ik werk, zei eens tegen me: ‘Mauro mag niet worden uitgezet, hij heeft zelfs een zachte g. Maar al die illegalen moeten het land uit. Vol is vol, ze komen alleen maar hier om te profiteren.’ Ik zweeg en dacht: er staat er eentje tegenover je, die elke week je huis schoonmaakt en op je kinderen past, maar je weet het niet”, zo vertelt Seyonara, een huishoudelijk werker zonder verblijfsrecht.

Seyonara maakt de huizen schoon van rijken in de maatschappelijke bovenlaag, past op hun kinderen, doet hun boodschappen, strijkt hun kleren, en kookt soms ook voor hen. Haar werkgevers – soms alleenstaanden, vaak gezinnen – hebben allemaal veel geld, maar betalen haar bitter weinig. “Een van hen meldt me doodleuk dat ik nooit een verblijfsvergunning zal krijgen in Nederland. Maar hij wil wel dat ik voor hem blijf schoonmaken. Ik mag niet wit werken, ik heb geen keuze. Veel van mijn bazen stellen dat illegalen hier komen om te profiteren. Maar het zijn juist de rijken die profiteren van ons, mensen zonder papieren. Want wij werken zwart voor hen. Over ons hoeven ze geen belasting te betalen.”

“Als je een auto van het merk Lexus hebt, dan mag je gratis parkeren op Schiphol, voor onbeperkte tijd. Dat is een deal van de KLM, een van de vele voordelen als je veel geld hebt. Maar de rijken zijn allemaal bang voor de Belastingdienst. Als de blauwe envelop in de brievenbus valt, dan zijn mijn bazen in paniek. Komt de Belastingdienst op huisbezoek? Dan hoef ik niet te komen schoonmaken die dag. Want over mij betalen ze geen belasting, en daarom mag ik niet gezien worden. En denk maar niet dat ze me dan doorbetalen voor die gemiste werkafspraak. Als er vrienden op bezoek komen, dan vragen mijn bazen soms of ik het geld, mijn loon dus, ‘alvast in mijn tas’ wil doen. En laatst belde een van hen, een architect, me op, de dag voordat ik bij hem moest werken. Of ik me netjes wilde kleden. Ik moest eruit zien als een assistent, niet als ‘de hulp’. ‘Je houdt van mode, je weet zelf wel wat past bij een assistent’, zei hij. Het bleek dat zijn zakenpartners op bezoek kwamen. Ik moest koffie schenken en wat dossiers brengen. ‘Ik wist niet dat je een buitenlandse assistent had’, zei een van de witte mannen van middelbare leeftijd die strak in het pak in de werkkamer van mijn baas zaten. ‘Ja’, zei de architect, ‘ze spreekt heel goed Nederlands, hoor’. Daarna ging ik naar boven. Ik trok mijn werkkleding aan, deed een lap over mijn haar, en ging stofzuigen. Dat ze dat geluid niet gehoord hebben. Voordat ik naar beneden ging, kleedde ik me eerst weer om. ‘Ik ga vroeg naar huis, hoor’, zei ik. ‘Neem je de post mee​​?’, vroeg de architect. ‘Ik zie je morgen.’ Maar ik kom daar maar een keer per week.”

Prikkie

“De kapitalisten, zo noem ik mijn bazen, laten me niet zien hoeveel ze hebben, maar ze wijzen me er wel altijd op dat ik geen belasting betaal. Ze zuchten bijvoorbeeld: ‘Oh, het gaat zo slecht met de economie.’ En daarna tegen mij: ‘Maar jij maakt je daar toch niet druk om, want je betaalt geen belasting.’ Of: ‘Nou, als jij een verblijfsvergunning zou hebben, dan zou je niet meer lekker zwart kunnen werken.’ Alsof ik niet heel graag legaal zou willen werken. Ik verdien niet veel. Sommige bazen zeggen tegen me: ‘Je moet er wel voor zorgen dat andere gezinnen je meer betalen.’ Maar zelf komen ze niet over de brug met meer geld. Een andere baas, iemand die de regering adviseert, merkte op: ‘Oh, je doet het zo goed voor een prikkie.’ Ik vertel liever niet teveel over de andere huizen waar ik werk, want dan zeggen ze: ‘Jij hebt het maar goed, met al die werkgevers.’ En dan hebben ze helemaal niet het idee dat ze meer zouden moeten betalen. Ik krijg vaak het ongevraagde advies dat ik dit werk niet te lang moet doen, ‘want dan wordt er op je neergekeken’. Wat zegt dat over hoe zij naar mij kijken? Maar hoe dan ook: ik heb geen keuze.”

“Ik heb geen arbeidsrechten. Ik krijg meestal 8 of 10 euro per uur betaald, maar geen vakantiegeld, geen eindejaarsbonus. Als ik ziek ben, dan zeggen mijn bazen: ‘Hoe gaat het? Red je je? Je mag wel wat lenen, hoor’. Of ze geven me wat boodschappen. Maar meestal word ik niet doorbetaald. Terwijl ik werk waar veel geld zit. Ze overleggen met elkaar hoeveel de andere huishoudelijk werkers vragen. Want de bazen willen wel veel geld uitgeven aan vakanties en etentjes, maar niet aan ‘de hulp’. Dan kunnen ze het niet meer betalen, zeggen ze. Soms zie ik een bonnetje van een restaurant opgekruld op het bureau van mijn baas liggen. Ik ben dan nieuwsgierig, dus ik kijk erop. Dan blijkt dat ze uit eten zijn geweest, en op één avond 750 euro hebben uitgegeven. Maar als ze mij 30 euro moeten geven, vinden ze dat heel veel. Als ze me uitbetalen, dan kijken de meeste bazen naar het geld dat ze me geven. Ze kijken me niet aan.”

Luipaardvel

“Veel mensen denken dat illegalen alleen omgaan met andere mensen zonder papieren. Maar ik zit overdag juist tussen de rijken. Ik zweef tussen arm en rijk. Ik maak slaapkamers schoon die zo groot zijn als een klein appartement. Twee badkamers hebben ze, een met een bubbelbad en een met een sauna. In een van de huizen moet ik in de woonkamer een luipaardvel stofzuigen. In alle kamers, inclusief de keuken, staat een grote televisie en een computer. Het dochtertje van dat gezin was op bezoek geweest bij een klasgenootje. Ik hoorde haar verbaasd tegen haar moeder zeggen: ‘Ik wilde plassen, maar ik moest wachten, want er zat iemand op. Ze hebben maar één toilet!’ In het huis van dat gezin zijn er maar liefst 4 wc’s. Soms ligt er veel geld zomaar los in een la. Honderden euro’s blijven daar dan wekenlang liggen. Dan denk ik: ‘Heb je dat geld niet nodig om boodschappen te doen?’ Maar blijkbaar niet. Op rondslingerende loonstroken staan bedragen van duizenden euro’s in de maand. Bij één baas soms wel 12 duizend euro. Hij is medisch specialist.”

“Het is echt verbazingwekkend hoe de kapitalisten over geld denken. Stel je voor: de ene zoon krijgt een huis van zijn ouders. De andere zoon een splinternieuwe auto, want ‘die moet toch ook wat krijgen’. Bij een ander gezin hoorde ik de moeder zeggen: ‘Je vader wil mijn auto inruilen voor een nieuwe. Maar daar is niets mis mee’. De zoon zei: ‘Ach mam, geniet er gewoon van’. Aan vrienden geven ze zo dure schilderijen te leen. Een stel gepensioneerde hoogleraren gaf een van hun twee volledig afbetaalde villa’s zo aan hun kinderen, alsof het niets was. Een ander zit in het onroerend goed. Hij verzuchtte laatst tegen mij: ‘Het gaat niet goed met de economie, Seyonara. Ik heb deze week maar 3 ton omzet gedraaid.’ Ik zei: ‘Oh ja, dat is niet best’. Maar ik dacht: ‘drie ton, ongelooflijk’! Dat hij dat te weinig vond, daar stond ik van versteld. Tegen een andere baas merkte ik een keer op dat ik nooit geld uitleen aan vrienden, want daar komen maar problemen van. Daar bleek hij wel ervaring mee te hebben. Vrienden van hem hadden na een paar jaar nog steeds niet die honderdduizenden euro’s teruggegeven die hij hen had geleend. ‘Misschien komt het wel nooit meer terug’, zei hij laconiek.”

“Veel mensen voor wie ik werk, zijn rechts. Het is de VVD die de kapitalisten beschermt. Ik zag een keer bij een van mijn bazen, die interieurontwerpster is, het verkiezingsprogramma liggen van een politieke partij. Ze is daar lid van. In het programma-onderdeel over migratie stond vermeld: ‘Alle illegalen eruit’. Nou, dan weet je het wel. Ik krijg ook wel opmerkingen als: ‘Heb je geen heimwee naar je ‘eigen’ mensen?’ Maar ik woon hier al 10 jaar. Als mensen over migranten beginnen, dan zeg ik meestal: ‘Ik houd me niet bezig met politiek.’ Niets is minder waar! Maar ik kan er niet teveel over zeggen. Lang niet iedereen weet ik dat ik illegaal ben. Soms zeg ik wel eens: ‘Denk je dat de hulp tevreden is met 8 euro per uur? Denk je dat iemand naar Nederland komt om carrière te maken in huizen soppen?’ ‘Nu je het zegt…’, merken ze dan op.”

Voedselbank

“Ze geven soms wel wat extra’s, de mensen voor wie ik werk. Ik krijg dan bijvoorbeeld gratis spullen van overleden ouders. Als ik op het huis moet passen als ze op vakantie gaan, dan mag ik alle boodschappen opmaken. Willen ze een luxere flatscreen-tv? Dan mag ik de oude hebben. Zo gaat het ook met gordijnen. De directeur van een groothandel zei een keer tegen mij: ‘Jij werkt graag met Cif, hè? Je krijgt van ons wel wat flessen.’ Met de 20 flessen die ik van hem kreeg, kon ik een jaar vooruit. Soms krijg ik een luxe crème of bonbons. Zij kunnen dat soort spullen makkelijk betalen, en vaak willen ze het toch al weggooien. Ze geven het uit schuldgevoel, denk ik. Ze betalen me weinig en behandelen me als een arbeider zonder rechten.”

“Naar anderen toe zijn de kapitalisten soms wel en soms niet vrijgevig. De bestuurder van een grote multinational betaalt de universitaire studie van twee jongemannen in Afrika. Natuurlijk met het idee dat die twee later eventueel in zijn bedrijf zouden kunnen gaan werken. Kapitalisten zien altijd wel ergens een gaatje om geld te verdienen. Toen ik de groothandeldirecteur vroeg of hij ook wel eens wat aan de Voedselbank gaf, vroeg hij: ‘De wat?’ Na mijn uitleg zei hij: ‘Ik ben geen sociale organisatie, ik ben een keihard werkend bedrijf’. Vanwege de watersnood in een Derde Wereldland gaf een gezin waar ik werk, meer dan duizend euro aan hulporganisaties. Maar mij geven ze niets extra’s.”

“Wat ze over mij denken? Let op: een gezin had een tweede huis laten bouwen in Spanje. Maar ja, die villa moesten ze, als ze daar waren, ‘helemaal zelf schoonmaken’. Ze verzuchtten tegenover mij: ‘Kon jij maar met ons mee daar naartoe, dan kon je ons ook daar helpen.’ Wat zegt dat? Een andere baas vertelde ik dat ik elke ochtend eerst moeizaam een uur op gang moet komen, omdat ik zoveel pijn heb in mijn spieren en gewrichten. ‘Ach’, riep ze uit, ‘ik hoop maar dat je niet stopt, want wie moet dan mijn huis schoonmaken? Ik zou niet weten wat ik zonder jou zou moeten beginnen.’ Een vroegere bazin van me denkt migranten te kunnen begrijpen. Ze verplaatste haar bedrijf naar India, en verhuisde zelf mee. Een van haar vrienden waar ik ook werk, liet me een mail van haar lezen. Ze schreef dat ze nu ‘meevoelde’ met de migranten. Het is niet makkelijk om te migreren, zo ondervond ze nu aan den lijve. Ja, die ‘arme’ expat, met haar gigantische huis, met een au pair, een internationale privé-school voor de kinderen, en natuurlijk ook daar weer een huishoudelijk werker die haar huis schoonmaakt.”

Verlinken

“De kinderen van de gezinnen waar ik werk, beseffen soms wel hoe het zit. ‘Volgens mij kan ik met mijn geld een heel Afrikaans dorp te eten geven’, zei een jongen van 13 jaar tegen mij. Die kinderen zijn zich ervan bewust dat ze een ander leven hebben dan veel van hun leeftijdsgenootjes. En ook een heel ander leven dan ik heb. Een achtjarig meisje dat ziek thuis zat toen ik aan het werk was, hield mij goed in de gaten. Toen ik klaar was, vroeg ze haar moeder: ‘Mama, ze heeft heel hard gewerkt. Heb je haar wel genoeg betaald?’ De moeder zweeg. Ik zei snel: ‘Maak je er maar niet druk om.’ Bij het gezin van de importeur van een fastfoodketen vroeg het zoontje: ‘Hoeveel betalen mijn ouders jou eigenlijk?’ Ik vertelde hem dat mijn loon 8 euro per uur bedroeg. Later kwam zijn moeder naar me toe: ‘Vanaf volgende week krijg je 10 euro per uur.’ Bleek dat het jongetje tegen zijn moeder had gezegd dat ‘de hulp’ bij zijn vriendje thuis 13 euro per uur kreeg.”

“Ik denk dat dit werk altijd zwart zal blijven. De rijken willen er gewoon niet zoveel voor betalen, want het is ‘maar’ schoonmaakwerk. Maar als hun vrienden mij ‘de werkster’ noemen, dan protesteren ze, want ik ben ‘zoveel meer dan dat’. Ik ben een vertrouweling voor hen. Als hulp maak je zoveel mee. Je mag veel weten, je komt diep in het leven van je bazen. Maar mij kennen ze niet. Laatst zei ik tegen de keukenontwerper: ‘Ik zie de hulp van de overburen al een tijdje niet.’ Ze zei achteloos: ‘Ja, die is verlinkt bij de Belastingdienst. Ze had een uitkering, dus die komt even niet.’ Ik schrok, het kwam even heel dichtbij. Als illegaal moet je altijd alert blijven, altijd blijven opletten.”

Seyonara is een schuilnaam.

Mariët van Bommel