Nieuwsbrief voor de Leidse regio 4, december 1990

Auteur:


Anti-Discriminatiebureau Leiden en omstreken

Uit ontevredenheid met het functioneren van het Meldpunt Discriminatie van de Leidse Rechtswinkel is een initiatiefgroep Stichting Anti-Discriminatiebureau Leiden en omstreken, met als doel een onafhankelijk bureau, in het leven geroepen.

De opening was 14 november 1990, in het gebouw van BOA, Oude Vest 79, 2312 XT Leiden. Het spreekuur is iedere woensdagmiddag van 13:00 tot l7:OO uur. Het bureau is tevens bereikbaar op het telefoonnummer 071-142124. (Dit nummer niet op andere dagen bellen voor een afspraak). Je hoeft overigens geen afspraak te maken om op de woensdagmiddag langs te komen. Er zijn voorlopig 4 vrijwilligers.

Het bureau heeft een "smal" karakter, dat wil zeggen organisatie die zich puur bezighoudt met klachten en meldingen op basis van rassendiscriminatie. Om die reden heeft het BOA (Boycot Outspan Aktie) onderdak gegeven voor 3 maanden. Het BOA is sinds 1965 actief op het gebied van de bestrijding van de rassendiscriminatie. In de visie van het BOA is er een duidelijk causaal verband tussen het Europees racisme en het apartheidsysteem in Zuid-Afrika. De culturele wortels van het apartheidsysteem liggen in Europa. Niet voor niets is apartheid een Hollands woord. Het Anti-Discriminatie Bureau Leiden ziet in het anti-discriminatiewerk duidelijke dwarsverbindingen met het werk van het BOA.

Taak en functie

Het Anti-Discriminatie Bureau Leiden heeft de volgende aandachtspunten:

De voornaamste doelgroep is vanzelfsprekend de Leidse bevolking en de bevolking in de regiogemeenten. Bij bemiddeling tussen allochtone klagers en autochtonen probeert het Bureau beide partijen rond de tafel te krijgen, en in de preventieve sfeer tot een harmonieuze oplossing te komen. Heel specifiek is de achterban van de zelforganisaties in Leiden en de Leidse instellingen zelf op institutioneel niveau een heel belangrijke doelgroep van het bureau.

Bewustwording, groepsvorming en belangenbehartiging.

Wil op lange termijn het anti-discriminatiewerk resultaat boeken, dan dient op ideologisch niveau een strategie geformuleerd te worden. Na de fase van de bewustwording is het zaak, dat belanghebbenden zich organiseren. Als voorbeeld kan gekeken worden naar het emancipatieproces van de katholieke zuil dan wel de opkomst van de moderne vakbeweging in ons land. Na de fase van symptoombestrijding zal gewerkt moeten worden aan de organisatiegraad van de slachtoffers van discriminatie. Slechts door groepsvorming kan de belangenbehartiging reëel gestalte gegeven worden. Pas door groeps- en machtsvorming in de Nederlandse samenleving kunnen maatschappijhervormingen tot stand komen in een waarlijk democratische, multiculturele samenleving.

Immers iedere politieke elite zal pas tot concessies geneigd zijn, als zij door politieke machtsvorming van verdrukten gedwongen zijn door middel van compromissen de macht te delen in dit land. (Lees A. Lijphart, Verzuiling, pacificatie, en kentering in de Nederlandse politiek.) Essentie van het woord discriminatie is achterstelling. Ook de katholieke minderheid en de socialistische minderheid hebben zich georganiseerd in dit land om aan hun achterstelling een eind te maken. Aan het begin van deze eeuw waren deze zuilen minderheden, dus machtelozen.

Had het fenomeen "minderhedenbeleid" toen reeds ingang gevonden, of bestonden aan het begin van deze eeuw reeds "welzijnswerkers" dan hadden deze mensen zich geprofileerd als "katholiekenwerkers" of "socialistenwerkers" in plaats van "migrantenwerker".

Een Anti-discriminatie Bureau zal om die reden nooit sociaal-politieke acties schuwen (Lees P.Reckman, Sociale actie, Sjaloom Odijk). Naast een hulpverleningsinstelling is het tevens een centrum van bewustwording en belangenbehartiging.


Een reactie op dit artikel door Eric Krebbers

Terug