De Peueraar 7, maart 1991

Auteur:


Het referendum als nieuw geheim wapen

Op 6 maart 1991 zijn er verkiezingen voor de Provinciale Staten. Op diezelfde dag wordt er in Leiden een lokaal referendum gehouden. Het lokaal referendum zou de Leidse burgers "inspraak geven over de sluitingstijden van cafés en andere horecagelegenheden", zo wordt gesteld. Verder moeten de burgers weer het gevoel krijgen dat ze iets te zeggen hebben.

Leiden is een 'arme' gemeente. Daarom heeft de politiek het erg zwaar. Men moet met het kleine budget toch zien om de gedane beloften aan de kiezers na te komen, en dat is niet altijd even makkelijk, zeker niet als de kosten van een bepaald project hoger uitvallen als van tevoren geraamd, zodat het budget nog kleiner wordt. De bestuurders moeten, keer op keer, moeilijke keuzes maken. Dit is vaak een kwestie van lang afwegen en dan nog wordt vaak met twijfel of met pijn in het hart een beslissing genomen. Een beslissing waarbij je natuurlijk niet iedereen te vriend houdt. Vandaar dat ook bijna alle wijkverenigingen, buurtcomités, noem ze maar op, overhoop liggen met de gemeente. De gemeente betreurt dit natuurlijk ten zeerste maar kan niet anders handelen want qua geld (en dat is wat telt) is ze afhankelijk van politiek Den Haag, het bedrijfsleven en projectontwikkelaars.

In sommige gevallen heeft de gemeente weinig te zeggen. Als er bijvoorbeeld een spoorverbreding aan zit te komen binnen de gemeente Leiden, zal de beslissing van Den Haag veel zwaarder tellen als die van de gemeente. De gemeente mag wel meepraten maar alleen in de marge. En toch krijgt juist de gemeente te maken met alle protesten en klachten van mensen die vlakbij de betreffende spoorlijn wonen, en helemaal geen trek hebben in nog meer geluidsoverlast. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld bij de aanleg van een vliegveld.

Het laatste wat de gemeente echter zal doen is toegeven dat ze zelf ook weinig invloed hebben op de te nemen beslissing over de spoorlijn of het vliegveld. Wat moeten de burgers dan niet denken? Nee, de gemeente "geeft de burgers gewoon weer het gevoel dat ze wat te zeggen hebben" (waar heb ik dat meer gehoord?), en organiseert een aantal avonden voor buurtbewoners waarop 'gezamenlijk' zal worden gezocht naar een voor iedereen/velen acceptabele oplossing. In feite wordt iedereen dus voor het lapje gehouden want zelfs de gemeente kan alleen haar mondje roeren binnen een zeer beperkte marge, laat staan de burger. En zo werkt de gemeente zichzelf in een moeilijke situatie.

Zoals al eerder gesteld: De gemeente Leiden is 'arm'. Wil het toch wat kunnen doen, is ze afhankelijk van het grote geld van bijvoorbeeld projectontwikkelaars. De gemeente maakt dus een deal met bijvoorbeeld de projectontwikkelaar die de "koets-0-theek" (een disco) wil bouwen. Dit kan natuurlijk niet naar buiten gebracht worden want dan denkt de burger: "Hee, en wat heb ik daar over te zeggen?". Nee, het wordt 5 jaar verzwegen en uiteindelijk naar buiten gebracht als zijnde een (bijna) vaststaand besluit. De protesten zijn natuurlijk niet van de lucht maar de politiek houdt voet bij stuk. (Ze moeten wel.)

En zo zijn er in Leiden talloze kwesties waarin de gemeente zich in alle bochten wringt om maar democratisch over te komen, maar waarbij het voor de burger zichtbaar is dat hij geen inspraak heeft. Soms moet er door politici zelfs keihard gelogen worden om maar vooral niet voor on-democratisch door te gaan. Zo zei wethouder van Rij op het derde Oeverloos-debat in het LVC dat er tussen de gemeente en de projectontwikkelaar van de Koets-o-theek nooit afspraken waren gemaakt...

Maar ja, als blijkt dat de altijd bejubelde democratie geen democratie blijkt te zijn, zou de kiezer wel eens consequenties kunnen gaan trekken. Dat zien we laatste tijd eigenlijk al gebeuren. Een deel van de bevolking raakt steeds minder geïnteresseerd in de politiek en gaat dus niet meer stemmen, onder het motto: het maakt toch niet uit. Een ander deel van de bevolking stemt niet om z'n onvrede te uiten over de huidige situatie. En weer een ander deel zal principieel niet stemmen.

En dan zegt Burgemeester Goekoop in de voorlichtingsfilm over het referendum: "We hebben de indruk dat de Leidenaars te weinig zijn betrokken bij dat wat de gemeente doet". Terwijl hij toch juist degene is die dat zeker weet. Maar goed. Het geheime wapen wordt dus uit de kast gehaald: uniek! Leiden heeft als eerste stad in Nederland een (raadplegend) referendum. "Zegt de meerderheid nee, dan wordt het besluit teruggedraaid. Zegt de meerderheid ja, dan wordt het definitief aangenomen." Het is dus in feite al aangenomen, maar door het in de vorm van een referendum te gieten, wordt het als middel gebruikt om de verkiezingsopkomst omhoog te krikken. Want als je toch naar de stembus gaat...

En Leiden is dan ook al enkele weken in de roes van het referendum: reportages in de krant, discussie-avonden, op elke hoek van de straat een referendum-bord wat je lachend aankijkt en als toetje knalt men op 2 en 3 maart een voorlichtingsfilm over het referendum de ether in. Een film die overigens is gefinancierd uit de inkomsten van mensen met kabel.

Dat met dit referendum het belang van een minderheid in het geding is, (de omwonenden van een café, inwoners van de binnenstad) doet er kennelijk niet toe. En dat de buurtorganisaties uit de binnenstad tegen dit referendum zijn, omdat ze het zien als aantasting van het wooncomfort (één van de hoofdthema's van de sociale vernieuwing, het andere geheime wapen) doet er kennelijk ook niet toe. Zoals het er ook niet toe doet dat de meerderheid van de werknemers en werkgevers in de horeca tegen dit referendum zijn. GroenLinks-voorzitter van Lint toonde zich dan ook verbijsterd over de uitspraken van PvdA-raadslid Gerards. Deze gaf te kennen weinig te maken te hebben met het afwijzende standpunt van de Horecabond van de FNV over de vrije sluitingstijden. Van Lint: "Het kan toch niet zo zijn dat de gemeenteraad bij haar standpuntbepaling niet luistert naar de opvattingen van betrokken mensen of horen werknemers daar niet bij?"

Dat kan kennelijk wel zo zijn, hoe vreemd ook. Net zo vreemd als het feit dat twee contactpersonen van wijkvereniging Pancras-West, die bij de voorbereiding van de publiciteitscampagne van het referendum zouden worden betrokken, nooit meer wat hebben gehoord van de gemeente. Zou het er misschien mee te maken hebben dat de wijkvereniging fel tegenstander is van het referendum?

In ieder geval: "Als een stad niet 24 uur leeft is het een dorp". PvdA, CDA, VVD en D'66 blijven dan ook voorstander van het referendum. Ze beloven echter wel dat vrije sluitingstijden gepaard moeten gaan met de verplichting voor kroegbazen om ordebewaarders op straat aan te stellen en met een strenge controle door de politie. "Maar geen serieus denkend mens gelooft daarin", volgens GroenLinks-voorzitter van Lint. "De politie klaagt al jaren over te weinig personeel en komt nu al niet toe aan het handhaven van de verkeersregels..."

Of het geheime wapen van de Leidse stadsbestuurselite zal werken, zullen we 6 maart zien. Wel is duidelijk dat de gemeente weer zijn slechtste kant heeft laten zien, en af en toe flink tegen de principes van de democratie heeft gehandeld.

Natuurlijk is dit alleen zichtbaar voor diegenen die nog niet zijn weggezakt in politieke desinteresse. Mensen die de kranten goed hebben gelezen hebben het gedraaikont van de gemeente zelf kunnen vaststellen. En dat terwijl het Leidsch Dagblad de gemeente toch vaak genoeg helpt door bijvoorbeeld het beeld van een buurtvergadering volstrekt verkeerd weer te geven, of door het uit de context rukken van uitspraken.

Terug