De Peueraar 14, oktober 1991

Auteur: Eric Krebbers e.a.


Bio-science Park, Leidens trots? Deel 4 (Centocor)

Deel 4 al weer van onze serie over het Leidse Bio-science Park. Deze maand een beschouwing van de rol die biotechnologie in de medische wereld speelt. Vorige maand bleek dat het bedrijf Genpharm koeien medicijnen wil laten produceren via hun melk. Dat was echter maar een van hun onderzoeken. Het bedrijf dat we deze maand doorlichten, Centocor, is daarentegen helemaal gerichtop het medisch-farmaceutisch complex. Het is zoals steeds onze bedoeling om naast het betreffende bedrijf de maatschappij die zo'n bedrijf meent nodig te hebben, door te lichten.

Het medisch-farmaceutisch complex is het samenwerkingsverband van de medische stand en de grote farmaceutische en chemische industrie. De medische stand wordt steeds machtiger en trekt nog steeds meer geld naar zich toe. Geld dat besteed wordt aan dure behandelingen, nieuwe onderzoeken en hoge salarissen. De medische stand bepaalt samen met de farmaceutische industrie welke richting medisch onderzoek op gaat, welke medicijnen men gaat uitproberen, en dat alles uit financiële en machtsbelangen.

Medische machtswellust

De medische stand is pas in de vorige eeuw tot de huidige status opgeklommen. De beroepsgroep bestond toen uit louter mannen wier eerste doel was status verwerven. Dat probeerden de heren voornamelijk door zich op te houden in hun eigen klasse, en met name met de vrouwen daarvan. Van het verstrekken van medicijnen, het snijden in mensen en dergelijke onthielden zij zich. Daarmee was pas eer te behalen toen de medische wetenschap ontstond, en ze die als rechtvaardiging konden gaan gebruiken voor hun status en daar bij horende macht. Dit streven naar macht is altijd een erg in het oog springende eigenschap van de medische stand geweest. Een van de eerste grote overwinningen in dit streven was dan ook het uitsluiten van niet-artsen voor wat betreft medische handelingen.

Dit machtsmonopolie is enorm. Een van de vormen waarin zich deze macht uit zijn de rechterlijke aspecten ervan. Zo bepaalt ze wie de WAO in mag en wie de militaire dienst uit. Ook breidt de macht van de medische stand zich steeds verder uit over ons hele leven. Ouderdom, zwangerschap, geboorte en psychische problemen worden door hen tegenwoordig gezien als medische problemen, die in aanmerking komen voor hun medische begeleiding.

Ook de steeds meer gepropageerde preventieve onderzoeken doen steeds meer mensen in hun handen vallen. Zo beheren artsen steeds meer dossiers over iedereen, grijpen ze steeds vaker medisch in, verstrekken ze steeds meer en vaker medicijnen, en beheersen daarmee in steeds grotere mate het leven van veel mensen.

Enige rem op dit machtsgebeuren is er niet. Voor haar beleid inzake medische wetten is de overheid bijvoorbeeld volledig afhankelijk van... de medische stand. Wij stervelingen kunnen volgens de heren (en af en toe dames) artsen hun gedrag niet goed beoordelen, dat kunnen ze alleen zelf, zichzelf daarmee een vrij brief gevend natuurlijk.

De pillenboeren

Het machtsspel van de medische stand wordt fijntjes meegespeeld door de farmaceutische industrie. Gigantische multinationals als Bayer, Hoechst, Hoffmann-Laroche en Ciba-Geigy verdienen enorme winsten aan deze samenwerking. De twee zijn zo verweven dat onderscheid maken erg moeilijk is. In de top van beide poten van het medisch-farmaceutisch complex bevindt zich hetzelfde volkje: geleerde heren en geldbeluste ondernemers. "Bright young man" Schoemaker van Centocor, voorlopig nog een kleintje in de farmaceutische wereld, is zo iemand. Hij wordt omschreven als een unieke combinatie van een medische onderzoeker die precies op de hoogte is van wat er in het laboratorium gebeurt en een slimme zakenman die heel goed weet wat er aan financiële strategieën en technieken in de wereld te koop is. Een perfecte combinatie dus voor aan de top van het medisch-farmaceutisch complex.

We laten hem even zelf aan het woord: "Ik ben niet bij mijn baas weggegaan om een of ander bedrijfje te beginnen dat op een jaaromzet van 100 miljoen dollar maar 5 miljoen winst maakt". En: "Terwijl het juist onze ambitie is om een volledig geïntegreerd bedrijf met een paar miljard dollar te worden", een multinational dus.

Centocor, met haar biotechnologische kennis, is een heel belangrijke nieuwe stap voor de farmaceutische industrie. Het biedt nieuwe technische mogelijkheden, nieuwe markten en nieuwe winstmogelijkheden. Precies dat wat de grote farmaceutische bedrijven in de crisis van de jaren 70 nodig hadden.

Het gaat in de farmaceutische wereld om enorme bedragen. De ontwikkelingskosten voor een nieuw product bedragen vaak 100 miljoen of meer. De macht van de medische stand is dan hard nodig om dat geld terug te verdienen. Artsen worden benaderd (omgekocht) door zogenaamde artsen-bezoekers om toch vooral bepaalde medicijnen en apparatuur te gaan gebruiken. Op deze wijze wordt bekonkeld welke medicijnen patiënten voorgeschoteld krijgen. Het bevorderen van de menselijke gezondheid speelt in dit verhaal geen enkele, maar dan ook helemaal geen enkele rol.

Moderne sprookjes

De macht van het medisch-farmaceutisch complex, in het bijzonder die van de medische stand, wordt vaak rechtgepraat door te verwijzen naar de kennis die artsen bezitten. En naar de resultaten die daarmee in het verleden behaald zijn. Helaas geloven nog steeds de meeste mensen dat de medische wetenschap in het verleden allerlei epidemieën bedwongen heeft. Een tijds-analyse wijst echter uit dat steeds het "middel", bijvoorbeeld immunisatie door inenting, pas ontwikkeld werd nadat de "kwaal", de epidemie dus, al vrijwel helemaal verdwenen was. Uit dezelfde analyse blijkt dat veel epidemieën in de 19e en 20e eeuw veelal hun kracht verloren door een betere hygiëne, gezonder voedsel, betere behuizing, gezonder werk en meer sociale betrokkenheid van mensen op elkaar. Het is dus veeleer de veranderende levenswijze van mensen die er voor gezorgd heeft dat de grote volksziekten zelden meer voorkomen. De medische wetenschap loopt ten onrechte met de eer te strijken. Erger nog, de immunisatie tegen polio maakt tegenwoordig meer slachtoffertjes dan de zo gevreesde ziekte zelf.

Een gezonde leefwijze in een gezonde maatschappij met minder stress, onmacht en vervuiling aangevuld met een paar eenvoudige en goedkope geneeswijzen zijn voldoende voor een gezonde bevolking. De meeste moderne medische diagnose- en behandelmethoden zijn daarentegen extreem duur en leveren weinig of geen resultaat op. Een voorbeeld hiervan is de dure behandeling van borstkanker. De overlevingskansen bij deze vorm van kanker zijn 50 procent ongeacht of de vrouw behandeld wordt, dat wil zeggen: bestraald, volgespoten, geopereerd, enzovoorts. De schrijvers Ivan Illich en Hans Ruesch geven ontelbare gelijksoortige voorbeelden in hun boeken. Wegens ruimtegebrek kunnen we er hier niet meer bijschrijven. De ontwikkeling van de dure biotechnologische vindingen zullen hierop overigens geen uitzondering vormen.

Ziekmakende behandelingen

Door het opdringen van allerlei behandelingen en pillen maakt het medisch-farmaceutisch complex mensen ziek. Veel medicijnen verwoesten de gezondheid, en veel artsen opereren regelmatig onnodig en foutief. Zo worden er bijvoorbeeld ongelofelijk veel baarmoeders verwijderd om geen andere reden dat artsen in hun arrogantie menen dat vrouwen boven de 40 er geen meer nodig hebben. En helaas hebben ze macht om die onzalige denkbeelden ook uit te voeren zonder veel weerstand. Een bekend gegeven is dat veel mensen in ziekenhuizen besmettingen oplopen, in de academische ziekenhuizen in de VS alleen al 1 op de 5. De oorzaken van al deze aanvallen op de gezondheid van patiënten moeten gezocht worden in de beroepsblindheid en arrogantie en onbeperkte macht van de medische stand, de in principe zinloze en gevaarlijke dierproeven van de farmaceutische industrie, de op winst en niet op gezondheid gerichtheid van deze industrie, enzovoorts.

Een oplossing ervan is de afname van de macht van het medisch-farmaceutisch complex, en in de hoeveelheid uitgevoerde behandelingen en niet, zoals Centocor, onderzoek naar nog meer van hetzelfde. Centocor heeft een middeltje ontwikkeld, Centoxin genaamd, tegen bloedvergiftiging door een bepaalde bacterie. Deze bloedvergiftiging wordt voor het overgrote deel veroorzaakt door de medische wereld zelf, met name door operaties en chemo-therapie bij kanker. Maar ja, Centocor verwacht in 1993 voor 200 miljoen dollar aan Centoxin te verkopen en daar een winst van 45 miljoen dollar op te maken.

Politieke functie van het complex

Het medisch-farmaceutisch complex heeft ook tot taak de ziekmakende aspecten van de maatschappij te verdoezelen. Het is er op gericht aan mensen te sleutelen in het geval zij de stress, de onmacht en de vervuiling, die onverbrekelijk met onze maatschappijvorm verbonden zijn, niet meer aan kunnen. Daarmee wordt dan de aandacht afgeleid van de werkelijke oorzaken van het disfunctioneren van mensen. Mensen worden wijsgemaakt dat zij het zijn die aan een technische onderhoudsbeurt toe zijn, en niet de samenleving. De nieuwste versie van dit verhaal is dat de ziekte veroorzaakt wordt door een afwijking aan de genen van de zieke.

Het productiecircus moet op volle toeren blijven draaien en daartoe ontwikkelt en produceert het medisch-farmaceutisch complex op grote schaal allerlei pillen en andere rotzooi, opdat de bewoners van dat circus het allemaal passief en gelaten ondergaan. En in het geval dat sommige van de medicijnen echt positieve resultaten opleveren, dan nog gaat het om het bestrijden van symptomen.

Aanslag op ons zelfstandig wereldbeeld

In traditionele culturen wordt de gezondheid van de mensen bevorderd door hen te leren dat pijn dragelijk kan zijn, ziekte begrijpelijk en de levenslange ontmoeting met de dood zinvol. Traditionele gezondheidszorg bestond vaak uit een leefregel voor slapen, eten, liefhebben, werken, spelen, dromen, zingen en lijden. Het genezen bestond uit de gebruikelijke wijze om hen die leden te troosten, te verzorgen, gerust te stellen, te accepteren en te verdragen. Het gedrag van de mensen om de zieke heen was er dus op gericht de zieke in optimale omstandigheden te brengen opdat zijn of haar zelfgenezend vermogen niet gehinderd werd. Want, voor de duidelijkheid, medicijnen genezen niet. Je lichaam geneest zelf, eventueel geholpen door pillen, maar als het lichaam niet meer wil en niet meer goed gaat werken kan een arts ook niets doen.

Wat het medisch bedrijf ons nu tracht wijs te maken, en daar is het aardig in geslaagd, is dat alleen zij het proces van genezing kan verzorgen. Alleen een dokter kan onze gezondheid garanderen met zijn of haar kennis, zelf kunnen wij dat niet. Maar naarmate de medische stand de leiding over ons ziek-zijn eist, bijvoorbeeld door iedereen het ziekenhuis in te slepen, zal ons gevoel zelf verantwoordelijk te zijn afnemen. Het zelfstandig optreden van ons met betrekking tot onze eigen gezondheid wordt door de groei van het medisch-farmaceutisch complex beperkt, verminkt en verlamd. Onze kennis over onszelf neemt daarmee ook af, en ons geloof in een technologisch geproduceerde gezondheid gebaseerd op pillen en ingenieuze apparatuur tegelijk toe. Het idee dat de allerkleinste deeltjes in ons lichaam op haast magische wijze verantwoordelijk zijn voor onze gezondheid vind steeds meer ingang in onze cultuur. Vooral ten koste van de visie dat gezondheid samenhang met een gezonde leefwijze in een gezonde samenleving.

Derde Wereld helemaal vogelvrij

In de Derde Wereld is het leed dat door het medisch-farmaceutisch complex veroorzaakt wordt nog veel groter. Het weinige beschikbare geld wordt er vaak besteed aan zinloze dure operaties op enkele rijken. Het farmaceutisch bedrijfsleven heeft er vrij spel, en brengt enorme aantallen bij ons afgekeurde medicijnen op de plaatselijke markt. Dit leidt tot soms haast lachwekkende taferelen (als het niet zo triest was): in de Filippijnen zijn er op de 15.000 artsen 5.000 apotheken, dus 1 op de 3 artsen. Regelrechte dump-praktijken door Westerse multinationals. En dan te bedenken dat de meeste mensen de gebruiksaanwijzingen niet eens kunnen lezen.

Biotechnologie, kwaal of remedie?

Sinds de jaren 70 heeft het medisch-farmaceutisch complex er een nieuwe wonder-technologie bij. Onderzoekers fixeren zich op nog kleinere deeltjes in het menselijk lichaam, waar de oorzaken en oplossingen voor ziekten zouden liggen: het menselijk gen. Steeds meer specifieke kennis in nog minder handen met meer en meer macht. Steeds minder mensen die grip hebben op hun eigen gezondheid, en de afhankelijkheid van het medisch-farmaceutisch complex neemt toe. De fout zit in je genen, en niet in de wereld om je heen, vertellen de onderzoekers en alleen zij kunnen dat verhelpen. Steeds duurdere medicijnen ook, die dus voor steeds minder mensen beschikbaar zullen zijn en waar grote delen van de wereld niet van kunnen profiteren.

Profiteren doet alleen het medisch-farmaceutisch complex met een nieuwe mythe over hun almachtige kunnen en miljarden winsten.


Centocor onderzoeken en producten

Centocor richt zich hij haar onderzoeken voornamelijk op de zogenaamde monoklonale anti-lichamen, een techniek die midden jaren 70 werd ontdekt en waar schier eindeloze mogelijkheden aan werden toegekend. Kort gezegd komt het er op neer dat een van de miljarden anti-lichamen die van nature in het lichaam aanwezig zijn en die in het geweer komen tegen lichaamsvreemde stoffen, wordt uitgeselecteerd en vermenigvuldigd in bijvoorbeeld muizencellen.

Naast de al eerder genoemde diagnostische test voor vrouwenkankers heeft Centocor het middel Myocint op de markt gebracht dat wordt gebruikt om te kijken hoe erg een hart-infarct geweest is, het middel Centorex, wat ze het sterkste middel tegen bloedstollingen noemt.

In april dit jaar werd het middel Centoxin goedgekeurd voor de Europese markt. Dit is een middel tegen bloedvergiftiging, septic shock genaamd, die voornamelijk door medisch ingrijpen wordt veroorzaakt. In Leiden draait inmiddels een fabriek op volle toeren om dit middel te produceren. Was Centoxin niet goed gekeurd voor de Europese markt dan had Centocor zich moeten laten overnemen door een farmaceutische reus. Het proces vanaf de ontwikkeling tot aan de daadwerkelijke verkoop van een nieuw medicijn kost al snel 250.000.000 gulden.


Centocor International BV, Einsteinweg 101, Postbus 251, 2300 AG Leiden, 071-158444. Directeuren: dr. Hubert Schoemaker, Jacques E. Fonteyne. Manager afdeling Human recources, mevr. M.L. Roël. Manager afdeling In Process Control: drs. B. Machielse.

Opgericht: In 1980 richt Hubert Schoemaker samen met drie collega wetenschappers Centocor op. Centocor is een van de ongeveer 400 biotechnologiebedrijfjes die eind jaren 70 in de VS werden opgericht, en waarvan er nu nog 5 van over zijn. In april 1987 opent Centocor de Europese tak van het bedrijf in het Bio-science Park te Leiden. De andere vestigingen zitten in de VS en Japan.

Financieel: Belangrijkste steun voor Centocor op financieel gebied is de Amerikaanse familie Rockefeller, die het beginnende bedrijf van enige honderden miljoenen startkapitaal voorzag, en nog steeds de belangrijkste aandeelhouder is. In 1984 had Centocor een omzet van een kleine 13 miljoen dollar, in 1988 was dat een dikke 60 miljoen dollar en in 1990 was dat rond de 100 miljoen dollar. In totaal werken er nu zo'n 500 mensen voor Centocor.

Diagnostiek: De financiële basis van Centocor wordt gevormd door de afdeling diagnostiek, oftewel het ontdekken van ziekten. Centocor produceert met behulp van muizencellen met ingebouwde menselijke genen zogenaamde mono-klonale anti-lichamen die geschikt zijn voor diagnostische tests naar vrouwenkankers.

Schoemaker: "Onze grootste uitdaging is nee te zeggen tegen alle farmacie-concerns die ons willen overnemen, of die de exclusieve rechten van door ons ontwikkelde producten voor heel veel geld willen kopen. Als je op dat soort aanbiedingen ingaat ben je binnen de kortste keren teruggebracht tot een soort onderzoeksboetiek. Terwijl het juist onze ambitie is om een volledig geïntegreerd bedrijf met een paar miljard dollar omzet te worden."

Terug