De Peueraar 15, november 1991

Auteur: Ellen de Waard


Interview met het jongerenwegloophuis

Een interview over de positie van jongeren met een medewerker en een medewerkster van de jongerengroep van de Stichting Crisisopvang (CO) Regio Leiden (voorheen het wegloophuis). Wat is hun visie op jongeren?

Achtergronden en visies

Hoe is het wegloophuis ontstaan?

CO: "Het wegloophuis is in 1982 ontstaan vanuit het jongeren adviescentrum (jac), omdat men daar merkte dat er opvang nodig was in Leiden voor jongeren die niet meer thuis konden wonen. Deze initiatiefnemers wilden onderling en met de jongeren omgaan zonder machtsverschillen. Ze hanteerden daarom ook geen regels en straffen tegenover de jongeren. Het weglopen werd toen niet alleen gezien als verzet tegen de ouders, maar ook tegen school, het kapitalisme en andere onderdrukkende systemen."

Is dat nu nog zo?

CO: "Nee. De jongeren zelf interesseren zich over het algemeen ook alleen voor hun eigen situatie, niet voor hoe hun ouders zo geworden zijn. Zij hebben er last van en daar willen ze van af, meer niet. De problemen waar de jongeren mee komen zijn ook veranderd. Vroeger kwamen er meer jongeren die ruzie met hun ouders hadden over bijvoorbeeld huisregels. Deze jongeren gingen vrij snel terug naar hun ouders. Nu is de problematiek zwaarder. Er komen jongeren met incest- en/of mishandelingservaringen. Dat deze jongeren nu wel naar ons toe komen is omdat deze problemen nu beter bespreekbaar zijn, al gebeurt er nog steeds veel, waar niemand iets aan kan of wil doen."

Is het wegloophuis zeIf ook veranderd?

CO: "Ja, het staat nu los van het JAC, maar is gefuseerd met het meidenopvanghuis tot Stichting Crisisopvang Regio Leiden. We zijn in de loop van de tijd wel steeds meer met regels gaan werken. Elke regel is ontstaan omdat in de praktijk bleek dat het zonder niet goed ging. Blowen in huis bleek biijvoorbeeld niet zo goed voor het werken aan je problemen en het bedenken hoe je nu verder wil. Blowen is nu dus verboden. Bovendien kunnen mensen elkaar zo aansteken; de regels zijn dus ook om mensen tegen elkaar te beschermen. Wat wel is gebleven is dat er op een persoonlijke manier met de jongeren wordt omgegaan en er geen leiding naar begeleiding wordt gegeven. De jongeren mogen vrijwel alles lezen wat er over hen geschreven wordt in rapportages. Hoe we met de jongeren omgaan heeft ook te maken met de achtergrond van een aantal van de medewerkers. Zij hebben namelijk zelf in de hulpverlening gezeten en weten hoe het is om als een nummer behandeld te worden."

Welke motieven hebben andere medewerkers om bij jullie te werken?

CO: "Het lijkt erop dat vele mannen er werken omdat ze, door de ervaring, daarna sneller een betaalde baan kunnen krijgen. Anderen omdat ze nog geen betaalde baan willen of om deze vorm van alternatieve hulpverlening te steunen.. Een aantal vrouwen werkt er omdat ze daarna makkelijker kunnen herintreden in het werkveld. Er werken sowieso veel meer vrouwen dan mannen bij ons, wellicht omdat zij het prettig vinden om voor anderen te zorgen, als vrouw ben je dit gewend en voel je je erbij op je gemak. Zo ben je opgevoed. Maar ook om deze vorm van hulpverlening te steunen. In totaal zijn er meestal 12 tot 16 medewerkers. Elke bewoner krijgt 2 begeleiders die wat extra aandacht schenken aan deze jongere, zoals bijvoorbeeld voor wat betreft de gang van zaken in het huis en het helpen zoeken van een geschikte vervolgoplossing."

Wie worden er opgevangen?

Jullie hebben nu iets verteld over de medewerkers, maar voor wie is het wegloophuis eigenlijk bedoeld?

CO: "Het wegloophuis is voor jongeren van 12 tot 23 jaar (Jongere kinderen lopen niet zo snel weg omdat ze zich meestal niet bewust zijn van hun situatie. Als ze al weglopen komen ze meestal in een pleeggezin terecht.) die dakloos zijn en een hulpvraag hebben. Die hulpvraag kan ontstaan zijn in relatie met de ouders maar kan ook inhouden dat een jongere niet zelfstandig kan wonen. Zo komen niet alleen jongeren die van hun ouders weglopen maar ook jongeren die niet op kamers konden wonen omdat ze nog niet zelfstandig genoeg waren. Het wegloophuis is niet voor jongeren die op straat staan omdat hun huur is opgezegd, dan heb je geen andere hulpvraag dan een dak boven je hoofd. Ook niet voor jongeren met relatieproblemen als voornaamste klacht: daar zijn we niet in gespecialiseerd en dat zouden we niet zomaar kunnen doen. Met allochtone jongeren hebben we ook weinig ervaring. Deze jongeren komen niet veel bij ons. We weten niet hoe dat komt. Misschien is het voor hen moeilijker om hulp te vragen aan mensen buiten hun eigen familie. Of misschien is het omdat het bijvoorbeeld in de Marokkaanse cultuur geoorloofd is dat jongens een tijdje weglopen, zodat een structurelere oplossing minder hard nodig is? Allochtone meisjes komen veelal in het meidenopvanghuis terecht. Jongens gaan sneller de straat op en dat wordt ook geaccepteerd. Meisjes worden vaak gedwongen thuis te blijven om ze te beschermen en moeten het huishouden doen."

Komen er evenveel jongens als meiden bij jullie?

CO: "De meiden vormen ongeveer 60 procent van de groep. En dan is er ook nog een aparte meidenopvang. Dat er meer meiden in de opvangcentra zitten, is omdat zij minder moeilijk om hulp kunnen vragen; jongens moeten het alleen kunnen."

(Of zouden vrouwen meer onderdrukt worden?).

Werkwijze is alternatief

Jullie hebben al iets verteld over de verschillen met de reguliere hulpverlening. Kunnen jullie daar nog iets meer over vertellen?

CO: "De reguliere hulpverlening probeert de jongere terug te krijgen in het huisje-beestje-boompje-model. Dus naar hun ouders terug te krijgen, wat vaak niet goed is voor de jongere. In de reguliere hulpverlening denken ze vaak dat ze wel weten hoe een jongere is en wat goed voor hem of haar is. Al hebben ze de jongere maar even gezien, ze zeggen dat ze er voor geleerd hebben om te weten wat goed en fout voor jongeren is. Wij letten op wat een jongere zelf wil, al zitten daar ook grenzen in. Je kunt niet alles accepteren. Zeker niet als een jongere anderen tot last is, zoals bij seksistisch gedrag".

(Dat vindt de vrouw die we interviewden, de man niet).

"De reguliere hulpverlening en wij verstaan ook iets anders onder professionaliteit. Reguliere instellingen verstaan daar onder "vanuit een theorie werken". Wij verstaan eronder eerlijk zijn, werken vanuit betrokkenheid, weten wat je doet, je baan goed doen. De jongere als mens benaderen, ook vertellen hoe je zelf bent. Je kunt gelijkwaardig met elkaar omgaan als je de jongere niet behandelt als degene met het probleem en ook iets van jezelf laat zien, wat jou bezig houdt. Niet alle jongeren hebben daar behoefte aan, daar moet je dus goed op letten, of een jongere het wel wil. Ondanks alle betrokkenheid moet je wel onthouden dat een probleem het probleem van de jongere is, niet jouw probleem."

Beschermd maar onmachtig?

Zitten wij en jongeren niet allemaal in hetzelfde schuitje omdat we door dezelfde structuren onderdrukt worden?

CO: "Nee, zo zien de jongeren dat immers niet. Zij zien ook alleen hun ouders als probleem."

Wat vonden jullie van het stuk over jongeren in de vorige Peueraar?

CO: "Uit het stuk sprak dat de jeugd in het westen erg beschermd wordt opgevoed en dus niet hoeft te knokken voor zijn bestaan. Wij denken niet dat dat zo is, alleen moeten jongeren er in de zogenaamde Derde Wereld meer openhijk voor knokken. Hier zijn ook veel kinderen die het thuis heel moeilijk hebben zonder dat iemand er vanaf weet. Zo'n kind ziet overal om zich heen gelukkige kinderen in gezellige gezinnetjes, maar waar alles misschien ook heel anders is dan het lijkt."

Ja, zelf hebben we ook een discussie gehad over hoe beschermd kinderen hier zijn. We zijn het met jullie eens dat er hier veel gebeurd zonder dat iemand er iets aan kan of wil doen. Al is het wel zo dat voor een groot aantal kinderen wel geldt dat ze heel beschermd kunnen opgroeien. Hoe denken jullie dat kinderen zo onmachtig komen?

CO: "Doordat kinderen worden klaargestoomd om productief te zijn. Vroeger om een oudedagsvoorziening te zijn voor hun ouders. Nu om goed in het systeem te passen. Daardoor staat een kind als individu met zijn kwaliteiten niet meer centraal. Een kind moet in een groep passen, omdat een groep, zoals een klas, beter beheersbaar is dan een hoop individuele gevoelens en ideeën. Zo wordt het leven van een kind vol regels van ouders, school en staat. Kinderen die uit huis zijn geplaatst voelen zich onmachtig omdat dan een vreemde, een voogd, opeens van alles over hen te zeggen heeft. En die voogd denkt wel te weten wat goed is voor een jongere. Deze betweterige houding was een tijd minder sterk aan het worden, maar dat is nu weer op z'n retour."

Proberen jullie ook iets te doen aan de ontwikkelingen die nadelig voor de jongeren zijn?

CO: "Nee, niet als groep. Problemen als kindermishandeling zijn zo ongrijpbaar, wat kun je ertegen doen? Ons werk is dweilen met de kraan open, maar je doet iets. Zelf (de geïnterviewde man) geloof ik niet zo in demonstreren, ik verander liever mijn eigen omgeving."

En binnen het wegloophuis, is daar iets merkbaar van bijvoorbeeld het feminisme?

CO: "Niet vanuit het team. Individuele medewerkers zijn er wel mee bezig. Bijvoorbeeld van een centerfold ophangen wordt wel iets gezegd. Maar er is geen structureel beleid."

Wat ons betreft was dat het. Voor de goede orde wijzen we erop dat persoonlijke ideeën van de geïnterviewden niet altijd overeen hoeven te komen net de visie van de Stichting Crisisopvang Regio Leiden in zijn algemeen.

Nawoord

De Peueraar was vooral benieuwd in hoeverre het werk in het wegloophuis beschouwd wordt als een strijd tegen de bestaande maatschappelijke verhoudingen en de ongelijkwaardige structuur die de reguliere, professionele hulpverlening kenmerkt. Alhoewel de manier van werken in het wegloophuis zeker anders is dan in het merendeel van de hulpverlening het geval is, kenmerkt het zich door een individuele aanpak die geen structurele veranderingen met zich mee zal laten brengen. Dit heeft ons inziens te maken met het feit dat dat enerzijds de jongere zelf niet geïnteresseerd schijnt te zijn in de maatschappelijke achtergronden van zijn situatie. Anderzijds lijkt het de medewerkers van het wegloophuis te ontbreken aan een gezamenlijke analyse en politieke visie over de ongelijke machtsstructuren in deze maatschappij, waar ook de jongeren de dupe van zijn. Daarmee willen we niet zeggen dat de geboden hulp aan de jongeren niet zinvol zou zijn!

Terug