De Peueraar 21, mei 1992

Auteur: de redactie


Tegen de verdrukking in

De Peueraar is met een publiciteitscampagne begonnen. Daarmee willen wij de aandacht vestigen op ons blad. De Peueraar is een onafhankelijk politiek maandblad voor de Leidse regio, dat informatie wil verstrekken over actuele ontwikkelingen. Daarnaast biedt het blad (radicaal-)linkse mensen en groepen een discussieplatform.

Er hebben sinds september 1990 al 20 nummers het licht gezien. In die ruim anderhalf jaar van ons bestaan hebben wij aandacht geschonken aan zo'n 40 tot 50 verschillende linkse groepen. Die zijn in Leiden actief op het gebied van anti-racisme, milieu- en dierenstrijd, gezondheidszorg, economie, vrouwenstrijd, buurtstrijd, biotechnologie, Derde Wereld enzovoorts. De discussies in De Peueraar betroffen in die periode voornamelijk de hulpverlening, de toekomst van de solidariteitsbewegingen, fascismebestrijding, milieu, voedsel en feminisme.

Wie zitten er achter De Peueraar? Wij zijn 8 mensen afkomstig uit diverse hoeken en hebben op verschillende gebieden onze politieke ervaring opgedaan. In een politiek informatiecentrum, een linkse boekhandel, een Blijf-van-mijn-Lijf (vrouwenopvang)huis, een voedselcoöperatie, een Wereldwinkel, een wegloophuis voor (ex)psychiatrische patiënten, de anti-apartheidsstrijd, het kraakgebeuren, vrouwengroepen, een telefonische hulpdienst tegen seksueel geweld tegen vrouwen en diverse Derde Wereld-groepen. Onze ideeën zijn te vatten onder de brede noemer radicaal-links.

Wat wil De Peueraar? De redactie van dit blad wil werken aan een strijdbare beweging in Leiden die opkomt voor gelijkwaardigheid en zelfbeschikkingsrecht op alle onderdelen van het leven. Deze tijden van verrechtsing en verharding maken dat nu extra noodzakelijk. Verzet is echter niet makkelijk te organiseren. Er lopen vast en zeker in Leiden en omstreken heel veel mensen rond die bereid zijn energie te steken in een radicaal-linkse strijd voor gelijkwaardigheid en zelfbeschikking. Probleem is: hoe bereiken we elkaar? Deze campagne is een voorzichtige poging daartoe.

Wat kan De Peueraar aan zo'n beweging bijdragen? Wij proberen de mensen van verschillende linkse groepen op haar minst kennis van elkaar te laten nemen. Daarnaast vinden wij het van belang dat in discussies onderlinge verschillen en overeenkomsten in politieke ideeën naar buiten komen. Teveel mensen zitten nu in hun eigen kleine groepje en zijn op die manier machteloos. Het wordt tijd na te gaan denken over onze gemeenschappelijke belangen, onze overeenkomsten en krachten. Onze linkse versplintering is er mede de oorzaak van dat rechts aan kracht wint!

Hoe ziet de campagne er uit? Het mei-nummer van De Peueraar is op veel plaatsen gratis verkrijgbaar en wordt bovendien op allerlei bijeenkomsten uitgedeeld. De eerste vier zaterdagen van mei zijn we te vinden achter een standje op de Haarlemmerstraat bijgestaan door enkele muzikanten, acrobaten en wellicht een toneelgroep.

Hierna volgen een drietal artikelen die op het bovenstaande verder in zullen gaan. Als eerste "Politieke ontwikkelingen in de jaren 90", met daarna een artikel "Over linkse samenwerking en tenslotte besteden we aandacht aan "Alternatieve organisatievormen", zoals die in het verleden succesvol gebleken zijn. Er is meer mogelijk dan je denkt!


Politieke ontwikkelingen in de jaren negentig

Hieronder volgt het tweede deel van het redactioneel. We willen hier ingaan op de politieke omstandigheden waaronder wij begonnen zijn met De Peueraar.

Wij zijn niet de eersten, en vast en zeker ook niet de laatsten, die roepen dat links meer invloed moet zien te verwerven op het veranderingsproces van de samenleving. Wat dat betreft plaatsen wij onszelf in een traditie van honderden jaren van verzet van onderaf. Er zijn altijd wel mensen geweest die zich verzetten tegen onrechtvaardigheid, tegen overheersing en uitbuiting. Natuurlijk is die roep niet altijd even sterk. Vandaag de dag lijkt ze vrijwel verstomd. De machtigen, rechts, stellen gewoon dat de geschiedenis beëindigd is, dat links niet meer bestaat. Dat betekent dat ze denken dat hun macht en hun posities vanaf heden vaststaan en gewaarborgd zijn. Links heeft hierop vooralsnog geen antwoord. Socialisme, communisme, links, feminisme en solidariteit: het lijken stuk voor stuk in de ogen van vele mensen achterhaalde woorden of soms zelfs scheldwoorden.

Dat heeft natuurlijk met de media te maken. Alweer een tiental jaren zijn de rechtse, commerciële media bezig links als dom en achterhaald, ja zelfs als onderdrukkend af te schilderen. Zo lees je zowat dagelijks dat het feminisme gelukkig niet meer bestaat. Het was zo onderdrukkend en dogmatisch... nu mag je als vrouw tenminste weer echt lekker vrouwelijk zijn, en je conformeren aan de door de media voorgeschreven vrouwenrollen...

Op alle gebieden is rechts op deze manier in de aanval. De economie is bezig met een enorme herstructurering. Je komt ook dat dagelijks in de kranten en op TV tegen: fusies, overnames enzovoorts. Alles wordt grootschaliger. Ook qua overheid merk je dat. De Europese eenwording is daar een voorbeeld van. De logge grote bureaucratieën van de overheid en het bedrijfsleven dreigen steeds meer mensen te verpletteren. Wat voor invloed heb je nog op je eigen leven als de beslissingen over ons op ondemocratische wijze genomen worden ergens in Brussel bij de EG of op het hoofdkantoor van Shell?

Hoewel dit alles misschien abstract lijkt heeft het enorme gevolgen voor ons eigen leven. Er zijn allerlei ontwikkelingen gaande waarop wij, als radicaal-links, geen invloed meer hebben. Wij zijn niet zodanig georganiseerd dat we een vuist kunnen maken en afdwingen dat bepaalde maatregelen, van bovenaf doorgedrukt, niet doorgaan, laat staan dat we de zaken in onze richting kunnen sturen.

Wat gaat er dan zoal met ons leven gebeuren? De uitkeringen zullen steeds verder omlaag gaan onder druk van "Europa" (Lees de Europese multinationals, die Europa naar hun idee vorm aan het geven zijn). Steeds meer mensen zullen op afroep moeten komen werken, in deeltijd, flexibel, thuis of bijvoorbeeld in de bollen. De lonen van deze mensen zullen steeds lager worden, want enig protest hoeven we niet te verwachten van mensen die niet georganiseerd zijn, of zich door de onzekerheid van hun werk daarvan laten afschrikken. De armere mensen zullen de binnensteden moeten verlaten want de huren zullen daar steeds hoger worden. Alleen voor de mensen met geld is daar nog plaats, en natuurlijk voor vestigingen van de bedrijven.

Veel van die armere mensen die in de buitenwijken van de steden komen te leven zullen migranten zijn. De nieuwe onderklasse van mensen zal voor een behoorlijk deel uit migranten en vluchtelingen bestaan. De arme autochtone Nederlanders en de allochtonen zullen steeds meer tegen elkaar uitgespeeld worden. Dat zie je nu al: het racisme tiert welig en de kranten overspoelen je net berichten over stromen migranten en vluchtelingen, over criminele allochtonen, over profiterende allochtonen enzovoorts. De onderlinge verdeeldheid van de mensen houdt hen onmachtig. Verdeel en heers, het is een aloud principe.

Dit waren maar een paar van de huidige ontwikkelingen. We stipten ze maar kort aan. Het zou aan de omvang en nuances geen recht doen als we in dit ene artikel probeerden alles te vertellen en uit te zoeken. Het is een van de doelen die we ons met de Peueraar hebben gesteld om deze enorme ontwikkelingen te bekijken en ze te plaatsen in onze Leidse realiteit. Hoe zie je de economische ontwikkelingen op Europese schaal terug in Leiden?

Maar goed, rechts is volop in de aanval en links loopt achter de feiten aan, protesteert wat en probeert te redden wat er te redden valt. Van eisen voor een betere wereld stellen is nauwelijks meer sprake.

Om aan de huidige veranderingen het hoofd te kunnen bieden en ze te kunnen sturen in de richting van gelijkwaardigheid en zelfbeschikking, is het van belang samen te werken, om samen na te gaan hoe de milieuvernietiging, vrouwenonderdrukking, racisme, stadsvernieling, militarisme en economische uitbuiting samenhangen. Het is van belang om vanuit een samenhangend wereldbeeld actie te gaan ondernemen. Ons niet tegen elkaar te laten uitspelen. Offensief, in een richting die wij willen. En daartoe hebben wij onder andere eigen media nodig. Wat kunnen we nog doen in onze stad? Hoe kunnen we in Leiden bezig zijn vanuit het besef dat de problemen op wereldschaal met elkaar samenhangen? Daarover gaan we hieronder door.


Over linkse samenwerking

Het mag duidelijk zijn dat 'links' in deze tijd geen positie van politieke betekenis inneemt. De Peueraar hoopt een bijdrage te kunnen leveren in het keren van het tij. Volgens ons moet het in onze stad en in de regio mogelijk zijn om de krachten van allerlei linkse groepen en individuen te bundelen. Maar dan zullen we wel eerst discussies moeten voeren over hoe we onze samenwerking gestalte kunnen geven. Wat kunnen we in onze eigen stad doen aan samenwerking?

De Peueraar vindt samenwerking noodzakelijk. Een bloeiende samenwerking tussen verschillende linkse groepen in Leiden en de regio die gericht is op de overeenkomsten in onze activiteiten en strijd, zodat we een factor van politieke betekenis worden waar niemand omheen kan. We hopen met die samenwerking de huidige gang van zaken een halt toe te roepen. Maar daar blijft het niet bij. We hopen tevens te bereiken dat we met deze samenwerkingsverbanden alternatieven kunnen aandragen om een samenleving die gebaseerd is op gelijkwaardigheid en zelfbeschikking vorm te geven.

Maar zo eenvoudig is het niet. Er zijn talloze redenen waarom er niet samengewerkt wordt. Redenen die vaak te maken hebben met verschillende politieke visies, de posities die we in deze samenleving innemen en de onenigheid over de manieren waarop we die mooiere samenleving zouden kunnen bereiken. Daarom is het van belang dat we eerst stilstaan bij een aantal punten die de mogelijkheid tot samenwerking kunnen beïnvloeden en bepalen.

Willen we invloed uitoefenen op deze samenleving in zijn geheel, en in ons eigen leven in het bijzonder, dan ligt het voor ons voor de hand om hiermee in onze eigen stad te beginnen. Dit willen en moeten we net anderen doen en vanuit het besef dat plaatselijke gebeurtenissen samenhangen met nationale en internationale processen.

Discussiepunten voor linkse samenwerking

Een van de eerste dingen die we ons kunnen afvragen voor we ons aan een samenwerkingsverband wagen is of gelijkwaardigheid en zelfbeschikking sowieso wel mogelijk zijn. Wellicht zijn de belangentegenstellingen tussen mannen en vrouwen, zwarte en witte mensen, armen en rijken enzovoorts niet op te lossen. Hoe moeilijk blijkt het niet iedere keer om onze eigen positie ter discussie te stellen? En hoe verhoudt zich ons individuele belang tot het collectieve belang? Een goed voorbeeld hiervan is de vrouwenstrijd. In gemengde samenwerkingsverbanden kunnen een hoop vrouwen hun ei niet kwijt, terwijl mannen hun eigen positie niet ter discussie willen stellen. Is er dan eigenlijk nog wel een basis voor brede samenwerking? Het is een probleem waar velen van ons in de praktijk tegenaan lopen.

Een tweede punt van discussie is of politieke strijd binnen de bestaande organisaties opgebouwd moet worden of dat er juist nieuwe structuren voor samenwerking zouden moeten ontstaan. Voor ons is het van belang dat, ongeacht de keuze die we maken, verschillende deelgebieden van politieke strijd verenigd worden. Is het bijvoorbeeld mogelijk om binnen een bestaande politieke partij vorm te geven aan gelijkwaardigheid en zelfbeschikking? Onze ervaring is dat het vaak wel mogelijk is individuele leden van een partij enthousiast te krijgen voor een bepaald doel, maar niet de partijbonzen. Je stuit op bureaucratische en hiërarchische structuren en de toch niet-zo-democratische parlementaire democratie. Sluiten we ons dus aan bij bestaande organisaties? En zo ja, zullen dat dan binnen- of buitenparlementaire groepen zijn?

Een punt dat hier meteen op aansluit is de vraag of het zinvol is om zogenaamde alternatieven en/of zelfvoorzienende structuren op te bouwen. Zo kan de oprichting van een voedselcoöperatie ons min of meer onafhankelijk maken van milieu-, mens- en dieronvriendelijke productie van voedsel. En een linkse boekhandel kan een belangrijke rol vervullen in de distributie van het linkse gedachtegoed dat elders, in een reguliere boekhandel, niet te verkrijgen is omdat het op dit moment commercieel niet aantrekkelijk is. Genoemde voorbeelden laten echter naar een kant van de autonome, onafhankelijke organisatievormen zien, namelijk een die met name op de eigen groep is gericht. Dergelijke initiatieven kunnen ook naar buiten gericht worden en bewustmaking van anderen en het ontwikkelen van politieke kracht tot doel hebben. Maar dit is meteen stuk ongrijpbaarder. Waar moet je beginnen welke strategie gebruik je en hoe kun je voorkomen dat je alleen een deelstrijd voert en van actie naar actie rent zonder aan een structurele oplossing te werken?

Het is hierbij tevens de vraag of je met deze autonome samenwerkingsverbanden in staat bent om zo'n politieke macht te vormen dat daadwerkelijke veranderingen plaatsvinden. Het is heel goed mogelijk dat ze gewoon opgenomen worden binnen de bestaande machtsverhoudingen. De alternatieve hulpverlening is hier een goed voorbeeld van. Blijf-van-mijn-Lijf-huizen en wegloophuizen ontstonden vanuit kritiek op de bestaande huidige verlening en de maatschappij. Jarenlang werden zij met argusogen bekeken maar, tolerant als we zijn in democratisch Nederland, konden zij naast de bestaande hulpverlening voortbestaan. Nu zijn deze alternatieve hulpverleningsinstellingen stuk voor stuk gedwongen te fuseren net andere instellingen. Op deze manier gaat hun maatschappijkritische visie ten onder. Maar autonoom of gefuseerd: waar het uiteindelijk om draait is of je een machtspositie inneemt en dus een factor van politieke betekenis bent.

Een vierde punt in de discussie of en hoe we in onze eigen stad zouden kunnen samenwerken betreft het volgende. In Leiden en de regio wordt er op verschillende gebieden politieke strijd gevoerd maar daar ligt volgens ons een weinig samenhangende visie aan ten grondslag. Deze strijd richt zich met name op concrete gebeurtenissen die een bepaalde groep mensen treft. Heel veel buurtgroepen klagen over onveiligheid in hun wijk, te weinig speelruimte voor de kinderen, geen groenvoorzieningen, verpaupering van hun flatgebouw en spanningen met allochtonen. Ze stuiten op de onverschilligheid van gemeenteambtenaren. Als oplossing voor de slechte huisvesting komt er dan vervolgens een grootscheepse renovatie en dat was het dan voor de eerstkomende 25 jaar. De bewoners zijn monddood gemaakt met wat cosmetische veranderingen.

Maar dit verandert niks aan het feit dat er veel te weinig goede en goedkope woningen zijn; dat alle minima en kanslozen in 1 wijk gepropt worden; dat de vervreemding in de totaal onpersoonlijke woonkolossen en hij gebrek aan gemeenschappelijke voorzieningen je naar de keel vliegt; en dat dit uiteraard vandalisme en spanningen met zich meebrengt. Er wordt wel gestreden voor een leefbare buurt maar niet tegen de Europese eenwording die ingrijpende gevolgen heeft voor (bijvoorbeeld) het wonen in de Leidse binnenstad.

Aan de andere kant zijn er bijvoorbeeld verschillende solidariteitscomités bezig actie te voeren voor gebeurtenissen die ver weg in de wereld plaatsvinden, zoals in Zuid-Afrika, zonder dat er oog is voor de parallellen die in de eigen omgeving te vinden zijn. Vluchtelingen worden hier toch ook bij voorbaat opgesloten omdat ze de verkeerde kleur en 'levensinstelling' zouden hebben. Er wordt hier wel gestreden voor de rechten van vluchtelingen maar niet tegen de algemene Noord-Zuid-verhoudingen die ervoor zorgen dat er zoiets als een zogenaamd 'vluchtelingenprobleem' bestaat.

Deze verschillende actiegroepen zouden kunnen samenwerken vanuit de constatering dat er voor mensen die laag op de maatschappelijke ladder staan en economisch het meest kwetsbaar zijn weinig fundamenteels verandert. De belangen van de rijkere mensen gaan voor, hier en ver weg.

Als laatste punt zouden we aan de orde willen stellen in hoeverre politieke en maatschappelijke strijd zich verhouden tot het persoonlijke handelen. Er zijn mensen die het niet zinvol achten om deel te nemen aan politieke organisatievormen en het opbouwen van een sterke linkse beweging. Enerzijds omdat ze van mening zijn dat deelname aan een politieke organisatie geen zin heeft en anderzijds omdat ze denken dat ze in hun eigen leven voldoende inhoud geven aan hun politieke idealen. Een voorbeeld hiervan is het zogenaamde kritische consumeren, waarvan de Max Havelaar-koffie het bekendst is geworden. Een groter percentage van de koffieprijs dan voorheen gaat naar de koffieboeren zelf. Maar in hoeverre zal dit voldoende zijn om de machtsverhoudingen daadwerkelijk te veranderen? Is het wel zo logisch dat mensen aan de andere kant van de wereld voor ons een genotmiddel verbouwen terwijl ze meer behoefte hebben aan het verbouwen van voedsel voor eigen gebruik? Kortom, het is de vraag of kritisch consumeren in deze kwestie voldoende is.

Tot slot

Met bovenstaande punten hoopt De Peueraar een opening te maken voor een plaatselijke en regionale discussie over de wenselijkheid van en mogelijkheden tot samenwerking tussen verschillende linkse groepen, individuen, zelforganisaties en actiecomités. De Peueraar denkt in deze discussie een belangrijke rol te kunnen vervullen.

Wellicht is het voor sommigen moeilijk om zich een voorstelling te maken hoe onze ideeën over linkse samenwerkingsverbanden er in de praktijk zouden uitzien. Gelukkig hoeven we niet zelf het wiel uit te vinden en kunnen we kennis, ervaring en inspiratie putten uit het nabije verleden.


Alternatieve organisatievormen

Links zijn, zoeken naar alternatieve levens- en organisatievormen, het lijkt uit de mode te zijn. Veranderingen van de samenleving, in positieve zin, lijken oneindig ver weg te staan en de mogelijkheden dat je daar zelf iets in zou kunnen bijdragen, dat je samen met anderen de samenleving een nieuwe vorm zou kunnen geven worden steeds vaker naar het rijk der fabelen verwezen. Rest ons slechts individualisme en aanpassing?

Luidkeels wordt ons de zoveelste life-style opgedrongen en elk alternatief is onmogelijk geworden en gedoemd te mislukken. Althans, dat is wat de heersende geschiedschrijving en nieuwsgevers ons maar al te graag willen doen geloven. De Peueraar schrijft echter vanuit een andere realiteit. Een realiteit waarin continu over de hele wereld door mensen vorm wordt gegeven aan alternatieve samenlevings-en organisatievormen waarin gelijkwaardigheid en zelfbeschikking centraal staan. De Peueraar wil schrijven over het voortdurende spanningsveld tussen overheersende normen en waarden, en het verzet daartegen. Verzet dat in sommige tijden grootschaliger is dan in andere tijden, maar dat nooit zal verdwijnen. Onrechtvaardigheid en ongelijkwaardigheid zal altijd weer opnieuw weerstand oproepen waaraan mensen in alternatieve samenwerkingsvormen uiting zullen geven.

En in deze alternatieve samenwerkingsvormen liggen vaak al de ideeën verweven van waaruit mensen de wereld vorm zouden willen geven. Het fabeltje dat er geen alternatief meer mogelijk zou zijn wordt door dit soort initiatieven onderuit gehaald en ook de geschiedenis geeft ons voorbeelden van werkbare alternatieven waarin mensen van onderaf vorm geven aan de samenleving. Alternatieven waarin geen plaats is voor hiërarchie of uitbuiting.

Een voorbeeld waarin alternatieve samenwerkingsvormen een groot deel van de maatschappij overnamen is de sociale revolutie tijdens de Spaanse burgeroorlog in 1936. Als reactie op het opkomende fascisme dat een poging waagde om de macht te grijpen onder leiding van Franco en met steun van Hitler-Duitsland, ging de bevolking massaal de straat op om de fascistische legioenen te keren. Bewust van haar macht zette een groot deel van de bevolking de staatsmacht, de industriëlen en de landeigenaren aan de kant. Ze namen de productie in eigen band en richtten daarvoor allerlei collectieven en coöperaties op die onderling samenwerkten en bepaalden wat en hoeveel er geproduceerd moest worden. De grond werd in collectief zelfbeheer genomen, de dorps- of wijkvergadering verving de gemeenteraad. Er werd niet alleen gestreefd naar collectivisatie van productie en consumptie, maar ook naar de hervorming van het onderwijsstelsel, vrijere seksuele verhoudingen en een grotere rol voor vrouwen in het openbare leven.

De sociale revolutie tijdens de Spaanse burgeroorlog waarin mensen in allerlei samenwerkingsverbanden hun leven in vrijheid vorm gaven is niet alleen een voorbeeld van alternatieve organisaties die werkten. Het is ook een voorbeeld van hoe dit soort ontwikkelingen uit de geschiedenis zijn weggeschreven. En de Europese staten zagen liever het fascisme winnen, dat door Duitsland met wapens werd gesteund, dan steun te verlenen aan een anarchistisch georganiseerde bevolking.

Het is ook niet het enige voorbeeld van alternatieven in een geïndustrialiseerde samenleving. In de miljoenensteden, de metropolen in Latijns-Amerika worden hele wijken gekraakt en in zelfbeheer genomen. Mensen creëren zelf hun basisvoorzieningen daar waar de stadsbesturen machteloos toekijken.

En we kunnen het ook dichter bij huis vinden, zij het op wat kleinere schaal en daarom vaak nauwelijks herkenbaar. Ook in Leiden worden huizen gekraakt om ze in zelfbeheer op te knappen en bewoonbaar te maken, is er een linkse boekhandel in collectief zelfbeheer. Mensen organiseren zich in groepen om hun solidariteit met andere onderdrukte mensen vorm te geven. Buurt- en wijkorganisaties stoppen het overleg met het gemeentebestuur als reactie op de arrogantie van de staatsmacht en vinden eigenlijk dat ze zelf het beste kunnen bepalen wat er in hun wijk moet gebeuren. Veel mensen zijn nog steeds in vakbonden georganiseerd, hoewel ook velen vinden dat de vakbond eigenlijk steeds meer onderdeel wordt van de staat in plaats van voor hun belang op te komen. Vrouwen organiseren zich in vrouwengroepen om de mannenmacht te breken en zelfstandig een bestaan op te kunnen bouwen.

Migranten organiseren zich in zelforganisaties om hun positie te verbeteren en te strijden tegen racisme. Mensen organiseren zich tegen milieuvervuiling en ontwikkelen bijvoorbeeld alternatieve manieren voor de landbouw, et cetera. De Peueraar wil naar dit soort initiatieven op zoek gaan, erover schrijven en de discussie aangaan over de problemen waar dit soort initiatieven tegen aan lopen. En vooral ook hoe we er aan kunnen werken dat de hele samenleving van onderaf georganiseerd gaat worden.

Een enorm probleem is op dit moment het geloof in de sociaal-democratie en daarmee samenhangend het gebrek aan zelfvertrouwen. Het gebrek aan vertrouwen dat we zelf in staat zijn om zonder macht van boven af ons leven vorm kunnen geven.

De sociaal-democratie wordt wel weinig democratisch gevonden maar alternatieven worden bij voorbaat al terzijde gezet als zijnde "onrealistisch". Met de Peueraar ervaren we echter dagelijks dat we in staat zijn op een collectieve manier een krant te maken en dat ondanks dat we allemaal zijn opgegroeid in een kapitalistische, seksistische en racistische samenleving, we met vallen en opstaan in staat zijn op een meer gelijkwaardige manier met elkaar samen te werken.

Terug