De Peueraar 25, september 1992

Auteur: de redactie


(reactie)

De reëel bestaande sociaal-democratie

Hieronder vind je onze reactie op het ingezonden stuk van Jesse Sarneel, dat we in Peueraar 23/24 plaatsten. Jesse reageerde in zijn brief op het in grote oplage verspreide, gratis, nummer van de Peueraar in mei.

Hij noemt zichzelf sociaal-democraat en "behorend tot de dieprode vleugel van de Jonge Socialisten", wat we inderdaad in zijn schrijven terugvonden, evenals zijn bereidheid tot discussie en zijn, zoals hij zelf al aangaf, niet geheel onbevooroordeelde visie op radicaal-links. Om, wat dat laatste betreft, maar gelijk met de deur in huis te vallen: we herkennen ons niet zo in het beeld dat geschapen wordt door te schrijven dat we ons niet moeten verliezen binnen de vier muren van ons wereldbeeld en dat we mensen niet moeten verketteren als ze bij Albert Heyn hun boodschappen doen. In een supermarkt zijn we zelf ook wel eens te vinden als minima (de Digros is trouwens goedkoper). Maar genoeg hierover, ook wij zullen niet geheel verschoond zijn van vooroordelen tegenover sociaal-democraten die Joop den Uyl aanhangen. We zullen een poging wagen te reageren zonder gelijk in een loopgraaf te duiken. We vonden het trouwens sowieso wel leuk om eens een op schrift gestelde kritiek op ons blad te krijgen die ingaat op wat we vinden en schrijven. Het af en toe wat irritante toontje hebben we maar over het hoofd gezien omdat we het ons kunnen voorstellen dat het irriteert als je een Leids blad voor linkse discussie onder ogen krijgt en dan als Jonge Socialist en sociaal-democraat buiten de discussieboot dreigt te vallen.

We willen beginnen met een reactie op de kritiek dat we aan de ene kant het geloof in de sociaal-democratie als een probleem beschrijven en aan de andere kant het PVDA-partijblad De Partijgenoot wel goed genoeg vonden om een Peueraar-folder in te verspreiden. Daarmee hopen we gelijk aan te geven waarom we wel enig belang aan deze discussie hechten. In het mei-nummer van de Peueraar stelden wij dat het geloof in de sociaal-democratie "en daarmee samenhangend het gebrek aan zelfvertrouwen" een enorm probleem is. In jouw reactie lezen we dat de sociaal-democratie de "grootste belangrijkste, tot nu toe meest levensvatbare en meest tolerante exponent door de decennia heen" is. En dat "elk links samenwerkingsverband dat het socialisme buiten haar poorten sluit, een doodgeboren kind is."

Voordat we echter in gaan op het duidelijke verschil van mening dat hier ligt, zouden we toch even in willen gaan op de gelijkstelling in de brief van sociaal-democratie en socialisme. Deze gelijkstelling duidt of op een schrijfverwarring of op een zekere arrogantie. De sociaal-democratie is niet meer en niet minder dan een grote stroming "binnen" het socialisme. Door de decennia heen zijn er altijd socialisten geweest die kozen voor de sociaal-democratische weg, en socialisten die kozen voor de revolutionaire weg. Een van de kenmerken van de sociaal-democratie is juist de simpele ontkenning van de noodzaak en mogelijkheden tot revolutionaire veranderingen. Dat gebeurde in het verleden door het soms letterlijk in bloed smoren van revolutionaire opstanden, tot in het heden met doodzwijgen, repressie en het verkondigen van de parlementaire weg als de heilige en enig mogelijke. Die tolerantie van de sociaal-democratie die je zo op de voorgrond plaatst houdt dan ook precies daar op waar het huidige bestel eindigt. Al die -ismes die je naar voren brengt zijn stromingen "binnen" het socialisme. Zolang ze de regels van de sociaal-democratie volgen worden ze omarmd maar zo gauw ze daar van afwijken worden ze verketterd of ontkend. Maar laten we niet teveel oud en nieuw zeer ophalen, we zijn tenslotte nog niet zo oud en jij hebt laten blijken wel open te staan voor discussie.

Ook omdat de PVDA, als grootste vertegenwoordiger van de sociaal-democratie, een hiërarchische partij-structuur kent, willen we er niet elk PVDA-lid aan de basis op aanspreken. We hebben er juist voor gekozen ze met een blad als de Peueraar te confronteren om ook binnen de PVDA een ander geluid te laten horen op een moment dat het aantal ontevreden PVDA-ers bijna net zo groot is als het aantal tevredenen. En zeker ook op het moment dat duidelijk is geworden dat een hiërarchische partij-structuur en een centraal geleide staat, zoals de PVDA voorstaat, het reëel bestaande socialisme grotendeels ten gronde heeft gericht.

In deze reactie willen we dan ook ingaan op de rol die de huidige sociaal-democratie speelt bij het in stand houden van een samenleving die structureel onrechtvaardig is. Een samenleving die lang niet zo ontspannen is als jij ons wil doen geloven. We willen daarbij niet in een welles-nietes spelletje vervallen. Daarvoor leven we teveel in een andere realiteit. Jouw nuances ten aanzien van de media zullen inderdaad wel opgaan vanuit jouw positie als sociaal-democraat. Kritieken die de regels van de parlementaire democratie binnen een patriarchale en kapitalistische samenleving accepteren komen wij ook wel eens tegen in de reguliere media. We kunnen je echter ook vertellen dat we onze ingezonden brieven nooit op de U-pagina terug vinden en zelfs briefjes terug krijgen met "Uw mening klopt niet"! Evenzo voor het gemak waarmee je vanuit je positie als man in een patriarchale samenleving de problemen terug brengt tot het wel of niet kijken naar een vrouw op straat. Om dit vervolgens af te doen met een: "zolang het maar niet de spuigaten uitloopt".

Naast onze vraag of jij als man zou kunnen bepalen wat wel en niet de spuigaten uitloopt, is de realiteit van vrouwen wel wat verdergaand als jij je blijkbaar kunt voorstellen. Het is maar net wat je wilt zien en vanuit welke positie je praat. In het artikel "Mannen, seksisme en geweld" roept de Peueraar niet op tot boetedoening maar juist om die positie onder ogen te zien en jezelf niet zo gemakkelijk bij jouw zogenaamde "goede" mannen in te delen. Toeval dat we feminisme niet tussen al je -ismes terug vonden?

Geen welles-nietes spelletje dus, daarvoor zijn de verschillen te groot. We willen je echter wel aanspreken op je idealen zoals die in je brief naar voren komen. "Spreiding van kennis, macht en inkomen", "nivellerende inkomenspolitiek", "mensen moeten leren ten alle tijden respectvol met elkaar om te gaan en elkaar in elkaars waarde laten", om er maar een paar te noemen.

Hoe kan het toch, vroegen wij ons af, dat iemand over zulke dingen nadenkt en zich vervolgens identificeert met de sociaal-democratie? Wij bekijken de sociaal-democratie misschien van buiten af, maar we zien toch een ontwikkeling gaande in een tegenovergestelde richting. We zien een steeds groter wordende kloof tussen rijk en arm, een steeds groter wordende concentratie van kennis, macht en inkomen in handen van een steeds kleiner wordende groep. We zien een PvdA die het beleid dat dit veroorzaakt mede vorm geeft. We zien een PvdA-minister een vluchtelingenbeleid vormgeven en uitvoeren, horen hen uitspraken doen waar we geen ander oordeel over kunnen vellen dan dat ze mensen nou niet echt in hun waarde laten of die zelfs ronduit racistisch zijn. We zien PvdA-wethouders in Leiden waar de minachting voor de leefomstandigheden van mensen en de eisen van buurtgroepen, vanaf straalt. We zien een steeds verdere afbraak van die paar democratische rechten die we dan nog wel hadden door de ook door de PvdA omarmde Europese Eenwording. Emancipatie betekent voor de PvdA dat vrouwen de gaten in de arbeidsmarkt moeten opvullen, de sociale zekerheid krijgt onder de PvdA haar laatste nekslagen. En zo kunnen we nog wel even door gaan. (Over al deze voorbeelden wordt regelmatig in de Peueraar geschreven).

Voor ons heeft dit alles wel enige logica. De sociaal-democratie heeft zich toch al lang geleden met de patriarchale en kapitalistische orde vereenzelvigd en volgt al sinds lang de dynamiek die deze orde in zich heeft. Het is zeker niet de eerste keer dat een crisis afgewenteld wordt op diegenen voor wie de sociaal-democratie zegt op te komen. De herstructurering zoals die nu doorgevoerd wordt, krijgt van de sociaal-democratie slechts op de stinkendste wonden een pleistertje. Niet zomaar dus dat we het geloof in de sociaal-democratie als een probleem ervaren.

Een sociaal-democraat echter, die zijn/haar idealen serieus neemt en dacht die via parlementaire weg te bereiken, moet volgens ons toch met de handen in het haar zitten en open staan voor een zelf-kritische discussie? Maar nee, radicaal-links moet van alles erkennen en zich bovenal aan de zijde van de sociaal-democratie scharen om tezamen een brede, open, tolerante, moderne, socialistische filosofie te ontwikkelen. Waartoe in hemelsnaam? Om onze idealen vorm te geven of om de praktijk van de sociaal- democratie te rechtvaardigen?

"Tegenwoordig heerst nu eenmaal de geïndividualiseerde, post-moderne kakofonie", zeg je, en daar moeten we vanuit gaan. Oh ja?"Ieder individu zal nu afzonderlijk bekeken moeten worden", zeg je. Oh ja? Doen diegenen die aan de macht zijn, die bepalen hoe de wereld vorm krijgt, dat? Spreekt de sociaal- democratie niet van de WAO-ers, de vluchtelingen, de uitkeringsgerechtigden, de vrouwen, et cetera en bepalen ze daar hun beleid niet op? Is er geen structurele wanverhouding meer tussen zij die geld macht en kennis hebben en zij die dat niet hebben?

Tussen zij die kapitaal hebben en zij die voor hen arbeiden? Tussen het rijke Noorden en het arme Zuiden? Bezitten witte mannen niet 90 procent van alles wat op deze aardbol als bezit wordt aangemerkt? Hebben de multinationale ondernemingen niet de macht om de regeringen in het stof te doen kruipen? Heeft dat niet gigantische gevolgen voor de situatie van de mensen, de dieren, het milieu? Is die ontspannen, post-moderne kakofonie dus niet een grote zeepbel, een grote ontkenning van de machtsverhoudingen in deze wereld en dus ook van de noodzaak en mogelijkheden daartegen te strijden?

Als er miljoenen stemmen roepen en honderd hebben een grote installatie kunnen aanschaffen om de rest te overstemmen, kun je dan spreken van jouw ideale kakofonie? of is dat alles slechts een sociaal-filosofisch probleem? Het is niet voor niets dat als we het over linkse samenwerking hebben, we de sociaal-democratie niet noemen. We zoeken samenwerking met diegenen die zich willen verzetten tegen structurele machtsverhoudingen en die echt vorm willen geven aan hun idealen. Misschien zijn dat ook mensen die mogelijkheden zien in de parlementaire weg, maar geen mensen die zich vereenzelvigen met de samenleving zoals die nu door sociaal-democraten in stand wordt gehouden en vorm gegeven. Je kunt zelf bepalen tot welke groep je behoort en dus bepalen of verdere discussie zinvol is. Discussie die wat ons betreft gaat over hoe de wereld te veranderen en vorm te geven aan onze idealen!

Terug