De Peueraar 35/36, juli/augustus 1993

Auteur: Gerrit de Wit en Harry Westerink


"Vooruit met de Korevaarstraat"

Aan de Korevaarstraat 30-30a in Leiden bevindt zich een markant en karakteristiek pand. Dat is het pand "Vooruit", genoemd naar de arbeiderskoöperatie die van 1931 tot 1966 in het gebouw actief was. De "Vooruit" is het enige pand in Leiden dat vandaag de dag nog herinnert aan de strijd van Leidse arbeiders en aan de socialistische beweging van de eerste helft van de twintigste eeuw. Dat is dan ook de reden voor de Socialistische Partij en anderen om te streven naar het behoud van het pand.

Een gedenkplaat in de muur van het pand geeft aan dat vroeger het socialistische gedachtengoed in het gebouw in praktijk werd gebracht. De tekst van de plaat luidt: "Door eenheid en strijd - naar beteren tijd. Bij de opening van de nieuwe bakkerij en van de nieuwe kantoren der coöperatie "Vooruit" is deze gedenkplaat namens de Leidsche arbeidersbeweging aangebracht door de besturen van S.D.A.P. en L.B.B. November 1931." De coöperatie "Vooruit" was in 1931 al 30 jaar bezig om de situatie van arbeiders door middel van zelforganisatie te verbeteren. Rond 1900 nam ook in Leiden de organisatie van socialistische arbeiders vaste vormen aan. In 1899 werd de plaatselijke afdeling van de SDAP, de Sociaal-Democratische Arbeiders Partij, opgericht. In 1900 werd de LBB, de Leidse Bestuurders Bond, in het leven geroepen. Die bond zou later uitgroeien tot de plaatselijke vakcentrale van de NVV, een van de voorloper van de FNV. In 1901 ging een al langer levende wens van socialistische arbeiders in vervulling: de stichting van een eigen bakkerij en konsumentencoöperatie met een zieken- en verzekeringsfonds. Zeker tot 1940 bleef er een band bestaan tussen de coöperatie aan de ene kant en de SDAP en de LBB aan de andere kant.

De coöperatie was een initiatief van sociaal-democratische, socialistische en communistische mensen. Rond 1900 was de scheiding tussen de diverse linkse stromingen nog minder scherp doorgevoerd. Bovendien had de benaming "sociaal-democratisch", nu in radicale kringen bijna een scheldwoord en een ander woord voor "rechts", toendertijd een veel linksere betekenis. Als je een sociaal-democraat was, dan was je een potentieel gevaar voor de staat en de bazen. Dan werd je in de gaten gehouden. Vanaf 1909, na een felle strijd tussen sociaal-democraten en marxisten, dreven de reformisten en de revolutionairen meer en meer uiteen. Als autonome organisatie bleef de coöperatie steeds de sociaal-democratische arbeidersbeweging steunen, ook financieel. De coöperatie had dus een reformistisch karakter.

Niettemin was het in 1901 een hele stap om tegen de macht van werkgevers in een zelforganisatie op te zetten. Organisatie van arbeiders op basis van solidariteit en strijd was in Leiden rond 1900 nog een ongewoon verschijnsel. Uit het boek "Vijftig jaar historie van de coöperatie "Vooruit" te Leiden" blijkt hoe moeilijk het opzetten van een coöperatie moet zijn geweest:

"Het waren geen idealistische motieven, die een aantal eenvoudige arbeiders er in 1901 toe brachten, een arbeiderscoöperatie op te richten. Slechts de nuchtere overweging, dat coöperatie een middel kon zijn om de toen nog zwakke arbeidersbeweging in haar zware strijd tegen het overmachtige kapitaal te steunen, deed hen tot die oprichting besluiten. De levensomstandigheden van de arbeidende klasse waren toen diep treurig. Lage lonen bij onmenselijk lange arbeidsdagen, drukten een stempel van minderwaardigheid op de arbeiders van die dagen, die in fabriek en werkplaats op de allerergste wijze werden uitgebuit. Langzaam begon echter de verzetsgeest te ontwaken. De wil tot verbetering van de ellendige omstandigheden brak zich baan. De ontevredenheid groeide zienderogen. Er ontstond een periode van grote sociale onrust, die zich uitte door spontane stakingen, die echter door het ontbreken van financiële weerstandskracht verloren gingen. Men zocht naar middelen tot steun in de zware en ongelijke strijd tussen arbeid en kapitaal en men meende deze steun mede te kunnen vinden door het stichten van een coöperatie."

Al vrij snel na de oprichting bleek het idee van een coöperatie aan te slaan. De omzet van de bakkerij steeg, er werden verschillende coöperatiewinkels geopend, en in de eerste 25 jaar van haar bestaan keerde de coöperatie een bedrag van ƒ 25.000,- uit aan de sociaal-democratische beweging. Op 28 november 1931 werd het gerenoveerde gebouw van de "Vooruit" aan de Korevaarstraat 30 officieel geopend. Ook de jaren 30 lieten een gestage uitbreiding van de omzet en het ledental zien. In 1940 werden de formele banden tussen de "Vooruit" en de LBB verbroken. De LBB verloor hiermee een belangrijke subsidiebron. Na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde de "Vooruit" zich tot een gewoon commercieel bedrijf. De coöperatie werd omgedoopt in Coöp Rijnland. De 'rooie familie' was uiteengevallen, alleen de achtergrond van enkele bestuursleden afkomstig uit de PvdA en de NVV riep de herinnering op aan een gemeenschappelijk socialistisch verleden. In 1966 werd de Coöp Rijnland opgenomen in Coöp Nederland. De Coöp verhuisde naar een nieuwe, moderne broodfabriek. In 1975 ging Coöp Nederland failliet. Dat betekende ook het einde voor Coöp Rijnland. Een roemloos einde van een initiatief dat werd opgezet als een vorm van socialistische zelforganisatie en daarna meer en meer werd overgeleverd aan de willekeur van het kapitalisme. Misschien is het een bewijs voor de stelling dat werkelijke zelforganisatie en werkelijke onafhankelijkheid binnen het heersende economische systeem niet of althans niet lang mogelijk is.

Het plan van de Socialistische Partij

Het pand van de "Vooruit" aan de Korevaarstraat 30-30a is het enige gebouw waarin de socialistische beweging in Leiden duidelijke sporen heeft achtergelaten. Alleen al daarom dient het op de monumentenlijst te prijken. Het pand is in 1894 gebouwd als broodfabriek onder de naam "Ceres" (Romeinse god van de landbouw) en is in 1910 uitgebreid. De buitenkant van het gebouw is tot op heden nauwelijks veranderd. Ook "Het Volksgebouw" aan de Herengracht en "Ons Centrum" aan de Hooigracht zijn een tijd lang in gebruik geweest van de Leidse 'rooie familie', maar dat was van kortere duur. De "Vooruit" is bovendien een bijzonder industrieel monument, dat op een heel concrete manier de solidariteitsgedachte van Leidse arbeiders tot uitdrukking heeft gebracht. Ook om die reden moet het voor het nageslacht bewaard blijven. Het beste zou zijn om het gebouw een nieuwe publieke functie te geven, een bestemming voor verschillende groepen mensen.

Ook de Socialistische Partij (SP) heeft een dergelijke visie op het pand. In juni 1992 presenteerde de SP de notitie ""Vooruit" ook in de toekomst". De SP wil daarmee een bijdrage leveren aan de discussie over het behoud van het pand. Volgens de SP zijn er in de loop der jaren in Leiden al te veel kenmerkende gebouwen uit de periode eind vorige eeuw/begin deze eeuw verdwenen. Ook de Stichting Industrieel Erfgoed Leiden (STIEL) pleit voor behoud van industriële monumenten. STIEL vindt dat er in Leiden te snel wordt besloten tot sloop van oude bedrijfspanden. De "Vooruit" is, aldus de SP, een karakteristiek pand op een karakteristieke plek in Leiden. Veel is er veranderd in de omgeving van het Levendaal/Korevaarstraat, maar de "Vooruit" is gebleven. Voor de inwoners van Leiden draagt het gebouw daardoor bij aan de herkenbaarheid en de vertrouwdheid van hun eigen stad. Volgens de SP dient daarom alles in het werk gesteld te worden om de "Vooruit" te behouden.

Bij de herziening van het bestemmingsplan Hogewoerd en omstreken in 1991 was het College van B&W in eerste instantie van plan om het pand te slopen en op de plek woningen te bouwen. Daarvoor zou de oorspronkelijke bestemming van de lokatie van "bijzondere doeleinden" veranderd moeten worden in "wonen". Toen er van vele kanten protesten kwamen tegen de sloop van de "Vooruit", is uiteindelijk in de Commissie Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en vervolgens door de gemeenteraad in december 1991 besloten om naast de bestemmingen "wonen" en "winkels" ook de bestemming "bijzondere doeleinden" voor deze locatie in het bestemmingsplan op te nemen. Zo is behoud van de "Vooruit" mogelijk. Na december 1991 is het stil geworden rond de "Vooruit". Maar dat wil niet zeggen dat behoud van het pand gegarandeerd is. Immers, indien gewenst kan de gemeente invulling geven aan de bestemmingen "woningen" en "winkels", en alsnog overgaan tot sloop van het pand. Het is zaak om alert te blijven.

De SP heeft de gemeente een stap voor willen zijn, en daarom een eigen plan voor het pand opgesteld. De SP denkt met name aan een bestemming voor "bijzondere doeleinden", maar wil de vestiging van enkele winkeltjes niet uitsluiten. De partij gaat ervan uit dat de Turkse arbeidersvereniging HTIB als huidige gebruiker in het gebouw zal blijven. Omdat het gebouw diverse ruimten van verschillende grootte kent, kan het voor uiteenlopende functies en doelen gebruikt worden. Hierbij denkt de SP aan winkeltjes en beginnende bedrijfjes, wijkfuncties (buurtvergaderruimten, crèche/ peuterspeelzaal, gezondheidszorg), clubs en verenigingen, cursussen, en culturele funkties (tentoonstellingsruimte, kunstenaarsateliers, (klein) theater). Architekt J. Barendse heeft in opdracht van de SP een globale begroting gemaakt. Hieruit blijkt dat het opknappen van het pand en het geschikt maken voor genoemde functies en doelen ongeveer ƒ 500.000.- kost. Dat betekent dat de huurprijzen van de ruimten niet hoger hoeven te zijn dan de prijzen die de eigenaar van het pand, de gemeente Leiden, in vergelijkbare gevallen berekent.

Het SP-plan oogt sympathiek. Ook De Peueraar vindt het van belang dat de "Vooruit" behouden blijft. Het is een mooi pand dat herinnert aan zelforganisatie en coöperaties. De SP wil kleinschalige activiteiten en andere vormen van zelfbeheer in het pand mogelijk maken. Ook dat spreekt ons aan. Nu al wordt er zo van het pand gebruik gemaakt. De Turkse arbeidersvereniging HTIB zorgt door haar aanwezigheid in het pand, misschien zonder het zelf te willen, voor een schakel tussen heden en verleden. De Leidse arbeiders van toen zijn vervangen door de Turkse arbeiders van nu. Verder is Korevaarstraat 30a al bijna een jaar gekraakt; daar wonen nu 5 mensen. Deze mensen vormen een woongroep op vrij-socialistische grondslag. De sociaal-democratische geest is overgegaan in een feministisch-anarchistisch gedachtengoed.

Het zou een goede zaak zijn om ook in de toekomst in het pand een sfeer van zelfbeschikking en gelijkwaardigheid te behouden. Het pand moet geen steriel en doods socialistisch monument zijn, maar een levend organisme van linkse gemeenschapsaktiviteiten worden. Voor een deel is dat laatste al verwezenlijkt. Maar het zou nog uitgebreid kunnen worden. Hoe een en ander uitgewerkt kan worden is uiteraard nog een open vraag. Het plan van de SP is een eerste aanzet. Ook anderen zullen ideeën over het pand hebben. Samen kan men een stap "Vooruit" doen. Het grootste struikelblok zou wel eens de oprukkende cityvorming kunnen zijn. De omgeving van de "Vooruit" is meer en meer aan kaalslag, commercie en betonbouw onderhevig. We moeten oppassen voor de twee stappen achteruit die de grootheidswaan van (grote delen van) de gemeente Leiden en allerlei projectontwikkelaars kenmerkt. Het enige monument in de omgeving, het Vredesmonument, is een glazig en scheef kantoorkolos in het klein. Op dat soort monumenten zit De Peueraar niet te wachten. De Peueraar wil een monument van lijf en leden dat de (vrij)socialistische woorden en daden binnenvoert in de 21-ste eeuw.

Terug