De Peueraar 35/36, juli/augustus 1993

Auteur:


(Boekrecensie)

Rigoberta Menchu. Een bericht uit Guatemala

Als de Indiaanse vrouw Rigoberta Menchu pas 23 jaar oud is wordt haar levensverhaal al door Elisabeth Burgos opgetekend. Daarna zal er in haar leven echter nog veel gebeuren. In 1992 ontving ze de Nobelprijs voor de Vrede, hetgeen haar in bredere kringen bekend maakte. Maar wie ze eigenlijk is, wat haar bewoog om te strijden tegen de brute onderdrukking van Indianen in Latijns-Amerika en speciaal in Guatemala, de manier waarop ze dat doet, is veel minder bekend.

In dit boek wordt hierover uitgebreid verhaald, maar het biedt meer, zoals Rigoberta Menchu zelf al aangeeft door te zeggen: "Wat volgt is het verhaal van mijn leven. Geen boekenwijsheid; ook geen privé-aangelegenheid. Want wat en wie ik ben dank ik aan mijn volk, zijn traditie, zijn levenswijsheid..." Het is ook een indringend portret van verzet door Indiaanse boeren tegen een kleine groep blanken die het voor het zeggen hebben. Het wordt nog maar eens duidelijk hoe stevig die kleine groep blanken de touwtjes in handen heeft, hoe, met inzet van letterlijk alle middelen, de Indiaanse bevolking uitgebuit, onderdrukt en gediskrimineerd wordt. Rigoberta Menchu vertelt bijvoorbeeld hoe plantage-arbeiders ertoe gebracht werden om hun stem uit te brengen op de presidentskandidaat die de grootgrondbezitter voor hun uitkoos. Iedereen die weigerde om een kruisje te zetten zou zonder betaling ontslagen worden. Of het verhaal over de strijd die vader Menchu aanbindt met de Guatemalteekse autoriteiten omtrent de rechten over de kleine stukjes berggrond die door de Indiaanse boeren worden bewerkt. Er wordt daarbij vooral veelvuldig geprofiteerd van de omstandigheid dat bijna alle Indiaanse boeren analfabeet zijn en zelden Spaans kunnen spreken (de overheidstaal). Ook Rigoberta Menchu heeft nooit de kans gehad om onderwijs te volgen en heeft dientengevolge ook nu nog een gebrekkige beheersing van het Spaans. Dat is ook de reden waarom Elisabeth Burgos haar verhaal heeft opgetekend en niet zijzelf.

Het gegeven van de uitbuiting van de arme, ongeletterde Indiaanse bevolking is al vaker beschreven. Misschien ook beter gedocumenteerd, illustratiever of algemener. Maar de waarde van dit boek ligt vooral in wijze waarop Rigoberta Menchu vertelt over het verzet van de Indiaanse boeren. Hoe dit is opgezet, en vooral hoe er gewerkt is om het verzet bij de boeren aan te wakkeren. Opvallend daarbij is wel de hoeveelheid uitroeptekens die worden gebruikt als er verhaald wordt over de methodes die het repressieapparaat hanteert om dat verzet te breken. Alsof ze zich er steeds weer over verbaast dat dat soort dingen gebeuren.

Datzelfde is ook aan de hand in het hoofdstuk over deelname van vrouwen in organisaties en guerillatroepen. "Ik heb companero's gekend die prachtige theorieën verkondigden over de revolutie, maar struikelden over de deelname van de vrouw aan de revolutie; niet alleen als het om verantwoordelijke taken ging: alleen het feit dat ze eraan deelnam was hun te veel." Ze vertelt daarna dat men wel gedacht had om een aparte vrouwenorganisatie op te zetten, maar dat men had besloten om er van af te zien, omdat dat niet nodig zou zijn en het alleen het machismo in de hand zou werken.

Naast het relaas van alle repressie en verzet daartegen geeft het boek ook een indrukwekkend beeld van het respect van de Indianen voor de aarde, de mensen, de dieren, de planten. Dit gebeurt echter zo terloops dat de verwondering van Rigoberta Menchu over het gebrek aan respect voor die dingen meer opvalt. Een bewonderenswaardig boek, een bewonderenswaardige vrouw.

Rigoberta Menchu. Een bericht uit Guatemala, Elisabeth Burgos. Uitgeverij: De Geus ƒ 12,50.

Terug