De Peueraar 41, januari 1994

Auteur: Harry Westerink en Eric Krebbers


De afvalhoop van de reinigingsdienst

"De afvalhoop van de reinigingsdienst", dat is de titel van de debuutroman van Liza Laken (pseudoniem). De roman is uitgegeven door de Leidse uitgeverij De Stadspoort. De Peueraar ging in gesprek met Liza Laken en Joop Teske, twee sociaal bewogen schrijvers en uitgevers.

Samenvatting van de roman

"Het in Oudstad gevestigde onderzoeksbureau Simon Spring in 't Veld verricht onderzoek naar sociale misstanden op de werkvloer bij bedrijven en overheidsinstellingen. Nanette de Mol, een van de medewerksters, krijgt opdracht om als pseudo-secretaresse te gaan werken bij de Reinigingsdienst van de gemeente Arendsoord en onderzoek te verrichten naar de ongezonde werksituatie daar. De directrice, Rita van der Drift, blijkt een waar terreurbewind te voeren en duldt geen enkele kritiek van wie dan ook. Werknemers die niet aan haar eisen voldoen, worden als onbruikbaar beschouwd. Hen wacht hetzelfde lot als het afval dat dagelijks door de vuilniswagens naar de stortplaats van Arendsoord wordt vervoerd. Nanette maakt kennis met de bewoners van de Afvalhoop, die van deze plek een complete woonwijk hebben gemaakt. Al gauw blijkt dat het niet meevalt om te bewijzen dat hun leefsituatie een rechtstreeks gevolg is van het wanbeleid van de directrice. Nanette zet echter door en slaagt erin om de waarheid aan het licht te brengen."

Toen Liza Laken en Joop Teske elkaar leerden kennen, bleek dat zij beiden bezig waren met het schrijven van verhalen. Samen richtten ze een club van amateurschrijvers op, een club van enkele mensen die hun werk aan elkaar voorlezen en voorzien van commentaar. Dat leidde tot de debuutroman van Liza Laken, die handelt over de problematiek van slechte arbeidsomstandigheden, van werknemers die als oud vuil worden behandeld en afgedankt. De roman is geschreven in een vlot leesbare stijl en daardoor toegankelijk gemaakt voor een groot publiek. Uit reacties van mensen 'op de werkvloer' blijkt dat de roman erg wordt gewaardeerd. Liza Laken beschrijft een aantal belangrijke aspecten rond betaalde arbeid, zoals de rol van vakbonden en van commerciële media, de arrogantie van bazen, de kruiperigheid van de meeste kantoorklerken, de positie van de overheid, en het verschil tussen vrouwen die koste wat het kost een carrière najagen en vrouwen die streven naar gelijkwaardigheid en sociale rechtvaardigheid.

"Kees schraapte zijn keel. "Kan niet. We zijn bezig met een superbom, want we willen het gebouw van de Reiniging gaan opblazen." Nanette huiverde. "Waarom willen jullie dat doen?" "Omdat ze ons kapot hebben gemaakt!", riep Kees uit. "Al die jaren hebben we ons rot gewerkt en wat krijgen we? Stank voor dank! De Reiniging is een politiestaat geworden en wij zijn als beesten afgevoerd in containers en hier gestort met het afval! Als beesten! Weet u wel wat dat betekent, mevrouw?""

We vroegen ons af waarom Liza heeft gekozen voor de WAO-problematiek. Liza: "Ik heb de situatie op de werkvloer beschreven. Er is in arbeidsrelaties vaak sprake van een sterke hiërarchie, van een groot verschil tussen mensen in lagere en hogere functies. Het komt voor dat mensen in lagere banen overgeleverd zijn aan de grillen van een machtswellusteling. Ik ken mensen die in de WAO zitten, ik heb ervaring met slechte arbeidsomstandigheden, met een verziekte werksfeer. Veel mensen zijn bang voor hun eigen hachje, voor hun baan. Mensen durven de confrontatie met de werkgever vaak niet aan, zeker niet in deze tijd van verrechtsing."

Joop voegt daar aan toe: "Het opvallende is dat het boek geschreven is voordat de WAO-diskussie in Nederland op gang kwam. Liza's roman is een voorloper geweest van de debatten in de media en in het parlement. Liza laat zien dat er een hoop scheef zit in de manier waarop er met werknemers wordt omgegaan."

"Nanette zuchtte. "Theo, ik kan het echt niet meer volgen. Die mensen die in Arendsoord Zuid-Oost zitten, zijn dus door haar ontslagen. Maar waarom is daar nooit ruchtbaarheid aan gegeven? Ik bedoel...er bestaan toch kranten die erover kunnen schrijven?" "Er is wel eens iemand naar de pers gegaan. Maar Rita weet de feiten zo te verdraaien, dat het lijkt of zij de waarheid spreekt" "En jij? Heb jij de pers nooit ingelicht?" "Dat mag ik niet zonder toestemming van mijn baas. En het zou ook niet erg geloofwaardig zijn, de ene collega die de andere als het ware openbaar aanklaagt."

Onlangs werd een efficiency-onderzoek van Schenk Business Consultancy bekend gemaakt over de huisvuilinzameling van de gemeente Leiden. Daar maakte het Leidsch Dagblad nogal ophef over. Er werd gesuggereerd dat werknemers bij de Reinigingsdienst niet hard genoeg zouden werken. In de roman is juist sprake van een hoge werkdruk, en de media komen er ongunstig vanaf.

Liza: "Pas na het schrijven van de roman kwam de Reinigingsdienst zo in het nieuws. Dat is onafhankelijk van mijn roman gebeurd. Meer in algemene zin heb ik beschreven dat het al langer rommelt op de werkvloer. Er was veel interesse in mijn roman bij mensen van de Reinigingsdienst. Ik denk dat ik hun situatie, de situatie van werknemers in lagere functies, goed heb verwoord. Media laten zich om de tuin leiden. Ze luisteren vaak alleen maar naar hoge pieten. Hoge pieten krijgen gemakkelijk de gelegenheid om hun mening te geven. Vaak hebben ze ook een snelle babbel, gewend als ze zijn om media te woord te staan. Zo komt alleen de mening van de leidinggevenden in de krant. Er zijn wel democratische leidinggevenden, maar de meerderheid is dat niet."

Joop: "Maar ook met de gewone man is wat mis, de gewone arbeiders blijven vaak passief. Die moeten geactiveerd worden. Ze organiseren zich te weinig."

Liza: "Maar ze zitten onderaan de ladder, mensen in lagere posities hebben veel te verliezen."

"De geheime dienst van Rita bestaat uit de mensen die lid zijn geworden van een vakbond! Weet je waarom? Kijk, het zit zo: niemand is zo gek om bepaalde klusjes voor haar op te knappen, zonder dat daar iets tegenover staat. Rita heeft natuurlijk de mensen die bij een vakbond zitten een fikse salarisverhoging gegeven, meer dan een vakbond zou eisen, én hen gevraagd om nog andere dingen te doen dan waarvoor ze zijn aangenomen. En zo heeft ze twee problemen opgelost: ze komt van de mensen af die ze niet meer wil hebben én ze krijgt geen problemen met de vakbonden. Want wie niet te klagen heeft over zijn salaris én niet bedreigd wordt met ontslag, klopt niet aan bij de bond. En al zouden die mensen in conflict komen met hun geweten, ze kunnen niet meer terug. Zou jij bijvoorbeeld iemand aangeven bij de politie, terwijl je hem eerst zelf had geholpen met het plegen van een strafbaar feit?"

Liza: "Vakbondsmensen hebben vaak twee gezichten: ze heulen met de leiding en ze vertegenwoordigen de werknemers op de werkvloer. Het is een kwestie van verdeel-en-heerspolitiek: één werknemer wordt voorgetrokken, anderen raken dan jaloers, en zo speelt de leiding hen tegen elkaar uit."

Joop: "Het hogere kader heeft een veel beter groepsverband dan de werknemers in lagere banen. De leidinggevenden sluiten de rijen en houden elkaar de hand boven het hoofd. Ze vallen elkaar niet af. Bij de gewone man zie je dat veel minder."

Liza: "Bazen schrikken als ze slecht in de publiciteit komen. Maar werknemers ruziën te veel onderling. Een onafhankelijk onderzoeksbureau, zoals dat in de roman, zou van buitenaf een bepaalde werkgever aan het wankelen kunnen brengen."

In de roman wordt het onderzoeksbureau Simon Spring in 't Veld onder meer betaald door het Ministerie van Sociale Zaken en Milieu. Het leek ons nogal onwaarschijnlijk dat de overheid een bureau zou subsidiëren dat werkgevers een draai om de oren geeft. Liza beaamde dat en wees op de dubbelrol van de overheid. Aan de ene kant stelt de overheid af en toe geld beschikbaar voor kritisch onderzoek, aan de andere kant verdwijnen mensen door toedoen of met medeweten van de overheid in de Afvalhoop, in de WAO, in de hoek waar de klappen vallen.

We vonden de Afvalhoop een treffend symbool. Het is een dumpplaats van afval én van mensen. De omstandigheden lijken op die van krottenwijkbewoners in Derde Wereld-steden. Evenals de mensen daar proberen de Afvalhopers te overleven door de vuilnisberg af te stropen, op zoek naar bruikbare spullen. De overheid stelt de Afvalhopers voor de keuze: óf het afval wordt getransporteerd naar Siberië óf de Afvalhoop wordt gebombardeerd tot sociale vernieuwingswijk. Liza: " De Afvalhoop is een maatschappij binnen de maatschappij. Het is een wijk van verzet die lijkt op een oude volksbuurt met sterke sociale verbanden. Mensen zorgen voor elkaar, geven om elkaar. De afvalhoop laat zien dat mensen kreatief met armoede om kunnen en moeten gaan."

Opvallend aan de roman is dat de hoofdpersoon (Nanette de Mol, medewerkster van het onderzoeksbureau) en de voornaamste tegenspeelster (Rita van der Drift, directrice van de Reinigingsdienst) vrouwen zijn. Dat blijkt geen toeval te zijn. Liza: "Ik heb uit emancipatorische overwegingen een vrouw aan de top van de Reinigingsdienst gezet. Er bestaat geen verband met echte personen. Nanette gedraagt zich strijdbaar, maakt zich bijvoorbeeld kwaad om het overbezorgde gedrag van Theo, haar collega bij de Reinigingsdienst en latere geliefde. Toch blijft ze op de vlakte, ze is tenslotte een soort under cover-agente. Ze moet oppassen om niet ontslagen te worden. Wel weet ze wat ze wil. Ze kiest niet voor een behoudende baan, ze stelt zich niet passief en onderdanig op, maar ze durft uitdagingen aan."

"Ik ben werkelijk geschrokken van wat ik hier zag! Er waren maar enkele mensen die hier arbeidsvreugde ondervonden, en dat ten koste van vele anderen. En dat is onjuist! Wij zijn gelijkwaardig en verdienen allemaal dezelfde rechten. Er steeg een luid applaus op en Nanette nam een slok uit het glas water dat Alberto haar aanreikte. Toen vervolgde ze: "Dit houdt in: recht op goede arbeidsomstandigheden! Recht op een gezonde werkomgeving! Recht dat er naar ons geluisterd wordt! Van die goede arbeidsomstandigheden heb ik hier niets gemerkt", vervolgde Nanette. "Integendeel!"

Over de politieke doelstelling van de roman zegt Liza: "Ik ben iemand van linkse richting, maar ik kom oorspronkelijk uit een liberaal milieu. In mijn studententijd heb ik niet veel aan politiek gedaan. Daarna heb ik via mijn werk veel ervaringen opgedaan, daardoor ben ik naar links opgeschoven. Rechtse politiek wordt vaak in gemakkelijke en begrijpelijke taal geschreven, terwijl linkse ideeën veel moeilijker worden weergegeven. Ik heb met dat laatste gebroken door linkse principes als gelijkwaardigheid en emancipatie op een voor veel mensen toegankelijke manier te verwoorden. De roman bevat een beschrijving van klassentegenstellingen, het verhaal blijft dus niet steken bij een konflikt tussen een paar individuen. Ik heb de roman geschreven om mensen bewust te maken van die tegenstellingen. Dat is aardig gelukt. Ik heb veel reacties gehad. Het boek heeft geen rechtstreekse politieke gevolgen gehad, maar speelt indirekt toch een rol, bijvoorbeeld op het gebied van meningsvorming bij de Leidse Reinigingsdienst."

"De afvalhoop van de reinigingsdienst" is, zoals dat heet, uit het leven gegrepen. Het is een uitstekend initiatief om sociale misstanden rond afgedankte werknemers aan de kaak te stellen. Liza heeft met haar roman aan bewustwording gedaan; anderen kunnen daar gebruik van maken bij hun akties. Om maatschappijkritiek te kunnen openbaren hebben Liza en Joop een eigen uitgeverij opgezet. Gewone commerciële uitgeverijen benaderen leek hen volkomen zinloos, omdat het volgens hen in de uitgeverswereld allemaal draait om vriendjespolitiek. Daarom hebben ze de roman gekopieerd en in eigen beheer uitgegeven. Dit deed ons onmiddellijk denken aan ons eigen initiatief, De Peueraar. Ook wij zijn met een eigen uitgave, een eigen blad begonnen, onder andere omdat de bestaande kranten en bladen (zoals het Leidsch Dagblad) geen of te weinig aandacht schonken aan linkse discussies en ontwikkelingen. Ook wij hebben ervaren dat je beter je eigen informatiestructuur kan opbouwen, in plaats van te vertrouwen op media die voornamelijk interesse tonen in ditjes-en-datjes-nieuws en sensatie.

Liza en Joop hebben ongeveer 200 exemplaren van de roman gekopieerd. De meeste daarvan zijn verkocht. De roman is de eerste uitgave van uitgeverij De Stadspoort, hun eigen uitgeverij. De eerstvolgende uitgave wordt waarschijnlijk een verhalenbundel van Joop. Zoals zo vaak bij mensen met een project van onderop, straalt het enthousiasme ervan af. Bezieling, onafhankelijkheid, geloof in eigen kunnen, dat zijn belangrijke trefwoorden als je het heft in eigen hand neemt. Zeggen wat je vindt, zeggen waar het volgens jou op staat, dat is weliswaar een recht op papier, maar laat zich in de praktijk moeilijk verwezenlijken. De heersende mening is de mening van de heersende klasse, zeiden ze al in de negentiende eeuw. En nog steeds wordt de mening van andere klassen en groepen, zoals die van de Afvalhopers, veel te weinig gehoord. Maar daar probeert uitgeverij De Stadspoort verandering in te brengen.

"Toen ze bezig was om oude tijdschriften in dozen te doen, vroeg Bennie hoe het met haar onderzoek ging. Nanette glimlachte. "Dat gaat best. Het probleem is alleen dat ik nu ben overladen met gegevens en moet gaan selekteren wat wél en wat niét relevant is." "Hoe kom je aan zoveel informatie?", wilde Bennie weten. "Van de bewoners van de Afvalhoop", fluisterde Nanette. "Ze hebben bijna allemaal hun verhaal voor me opgeschreven en naar me toe gestuurd. Ik heb nu meer dan tweehonderd verhalen!" Bennies donkerbruine ogen werden groot van verbazing. "Ben je daar geweest?? Hoe durf je?" "Waarom zou ik het niet durven? Er is niets gevaarlijks aan. Het zijn normale mensen, net als jij en ik.""

Terug