De Peueraar 45, mei 1994

Auteur: Harry Westerink


(Dwarsligger)

Kleurplaat

Tsjonge jonge, 't is me wat. In de kieskring Leiden nemen maar liefst 25 partijen deel aan de verkiezingen voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal der Koninkrijk der Nederlanden. Een gedenkwaardige dag, die 3 mei 1994. 25 partijen, 25 keuzemogelijkheden. 25 partijen met ongeveer 735 kandidaten (sorry, ik ben de tel kwijt geraakt). Alstublieft, dank u wel, als dat geen democratie is, dan weet ik het niet meer. 735 kansen om een rondje in te kleuren, met zo'n mooi rood potloodje. Of doen ze het tegenwoordig elektronisch, via de computer, met afstandsbediening, voor de TV? Is stemmen gelijk aan zappen? Zappen van de ene Partij naar de andere?

Met zo'n overkill aan keuze moet de kiezer hevig gaan twijfelen. Aan zichzelf, bijvoorbeeld. De kiezer liep de afgelopen jaren steeds te kankeren op de hoge heren die in grote sleeën rijden. De kiezer dacht dat hij of zij niets meer te zeggen had over zijn of haar eigen leven. En kijk nou eens: wat een keuzevrijheid biedt onze democratie! Deze vreugde is echter van korte duur. In het stemhokje dringt het tot de kiezer door dat het maken van een keuze een lastige opgave is. Het klamme angstzweet breekt de kiezer uit. Wie van de ongeveer 735 kandidaten zal het worden? Ergens heeft de kiezer gelezen: "Voordat u over de Tweede Kamer beslist, heeft de Tweede Kamer over u beslist". Of was het nou andersom? De kiezer wordt licht in het hoofd en gaat zweven, de voetjes van de vloer. De zwevende kiezer weet zich geen raad met de plotseling toegeworpen hapklare brokken der democratie.

De kiezer aarzelt ook over de partijen. Wat willen die toch van hem of haar? Gisteren, op de TV, hoorde de kiezer er nog van alles over. Ze zeiden: "Een grote partij vraagt om een sterke man", of zoiets. Nee, wacht, het was: "Een grote partij is een heel karwei". En nog iets over een loterij of zo: "U wint", zeiden ze. Maar hoeveel dan? Vast niet meer dan een geeltje. "Jezuschristus", denkt de kiezer, "was ik maar thuis gebleven." Hij of zij peinst zich suf en zweeft steeds verder weg, naar buiten, naar de stralend blauwe lucht.

Op welke partij, op welke persoon moet de kiezer stemmen? De Nieuwe Partij? En de Oude Partij dan? Solidariteit boerenpartij of Solidair '93? Wat zijn dat toch allemaal voor mensen? Is de kiezer een boer? De Libertarische Partij of de Partij voor Milieu en Recht? De Natuurwetpartij of de Algemene Democratische Partij? De VIP? De VIP?? Dure lui zeker. Unie 55+? "Mijn God", zucht de kiezer, "wat een ellende, was ik maar nooit aan dat stemmen begonnen." De Nieuwe Communistische Partij? Nieuwe communisten, waar hebben ze die vandaan gehaald? De Groenen? De Gelen, de Roden, de Bruinen, ja, op die manier kan iedereen wel een Partij oprichten. De zweverige kiezer is in hogere sferen. GroenLinks? De Socialistische Partij? De Pacifistisch Socialistische Partij? Uit het jaar 1992 nog wel, ongelofelijk. De Socialistische Arbeiderspartij? Rebel? Is de kiezer een avonturier? De SGP, het GPV, de RPF, het CDA? "Dat komt me ergens wel bekend voor. Da's christelijk. Maar ik ga al jaren niet meer naar de kerk", aldus de kiezer. De PvdA, de VVD, D'66? Daar leest de kiezer wel eens over, maar Godnogantoe, dat kan de kiezer toch niet gaan bijhouden, wat die hotemetoten allemaal uitkramen. De kiezer slaap toch al zo slecht. Dat komt door die lawaaierige buren. De Centrumpartij? De Centrum Democraten? Die zijn tegen buitenlanders. En dat mag niet. Dat heeft de kiezer geleerd. Als je daarop stemt, dan ben je een racist. En de kiezer wil geen racist zijn. De kiezer wil een brave staatsburger zijn. Hij of zij voelt zich verplicht om te stemmen, maar kan niet kiezen. De naar de hemel zwevende kiezer zweet zich te pletter. Wat te doen? Ten einde raad pakt de kiezer het mooie rode potloodje en kleurt hij of zij alle ongeveer 735 rondjes vol op de kleurplaat der democratie.

Terug