De Peueraar 50, oktober 1994

Auteur: Harry Westerink


Prinsjesdag: actiedag tegen city-vorming

Het gebeurt in Leiden. Het gebeurt in Den Haag, Rotterdam, Amsterdam. Het gebeurt overal: city-vorming. City-vorming is een ingrijpend stedenbouwkundig proces waarbij voorheen leefbare binnensteden langzaam maar zeker in onmenselijk grootschalige betonklompen aan het veranderen zijn. De binnensteden worden meer en meer gedomineerd door de kantoortorens van winkels, bedrijven en instellingen. Daar werkt en winkelt men. Mensen op zoek naar betaalbare woonruimte zijn steeds vaker terug te vinden in kale en kille flats aan de rand van de stad. Daar woont en leeft men.

Omdat city-vorming overal voorkomt, besloot een aantal mensen en groeperingen in Den Haag om een landelijke manifestatie tegen city-vorming te organiseren. Deze manifestatie vond onlangs plaats in Den Haag, en wel op 20 september. Op Prinsjesdag dus, de dag waarop de minister van Financiën met een brede grijns op het smoel een omvangrijk pakket bezuinigingen aan koningin Bea aanbiedt. Prinsjesdag is van oudsher hét moment voor de onderklasse om te protesteren tegen asociaal regeringsbeleid. In de jaren negentig is er van dat verzet tot nu toe bitter weinig terechtgekomen. Ook op Prinsjesdagen van de laatste jaren was te merken dat de buitenparlementair-linkse beweging de laatste tijd nauwelijks kracht kan ontwikkelen. Daarom was het extra verheugend dat Haagse mensen erin slaagden om van Prinsjesdag 1994 een heuse actiedag te maken, met onder andere optredens van bands en een sight-seeingtour langs bedreigde kraakpanden. Daaraan namen ongeveer 200 mensen deel.

Dat de ontwikkelingen op het gebied van stadsvernieling in bijvoorbeeld de steden Den Haag en Leiden griezelig synchroon lopen, blijkt uit de komst van parkeergarages zo dicht mogelijk in de buurt van winkelcentra. Een citaat uit het Haagse blad Schijnbeweging van september 1994 geeft dit treffend weer: "De automobilist (...) kan straks de auto onder de toonbank van het grootwinkelbedrijf parkeren en met de roltrap het consumptieparadijs inschuiven. Hiermee jaagt de gemeente het publiek het openbaar vervoer uit en tegelijkertijd de auto in, een ontwikkeling waarbij alleen de grootwinkelbedrijven en de automobiellobby baat zullen hebben. De kleine winkelier wordt aan zijn lot overgelaten en het milieu verder verziekt." Het gaat hier over Den Haag, maar het zal duidelijk zijn dat het ook opgaat voor de Leidse situatie. De geplande en door velen toegejuichte parkeergarage aan de Boommarkt dient de belangen van de winkels aan de Breestraat (waaronder het toekomstige Sleutelhof-project) op eenzelfde wijze als de Haagse parkeergarages.

Er zijn andere opvallende parallellen tussen Den Haag en Leiden. Bijvoorbeeld de oprukkende kantoorbouw. Terwijl Den Haag wanstaltige hokken als de Franse en Amerikaanse ambassade en allerlei foeilelijke ministeriegebouwen kent, wordt er in Leiden op en rond het Stationsplein driftig aan de weg getimmerd. In een mum van tijd zijn er op de nabijgelegen Schipholweg kolossale kantoren verrezen. Het gebied maakt vooral 's avonds een doodse indruk. Ook wat betreft het behoud van kraakpanden vallen er sombere overeenkomsten waar te nemen. In Den Haag vormt het kraakpand De Blauwe Aanslag al 14 jaar een begrip in de stad én bij de rest van (krakend) Nederland. De Aanslag, een voormalig belastingkantoor aan de Buitenom, is na de kraak in 1980 in de loop der tijd omgetoverd tot een sociaal-cultureel woon/werkcomplex met allerlei kleinschalige en alternatieve voorzieningen. Tientallen mensen wonen en werken in het nu met sloop bedreigde pand. Op de plaats van het pand heeft de gemeente Den Haag een extra rijstrook voor auto's gepland. In Leiden is rond de panden Hooglandsekerkgracht 4, Koppenhinksteeg 2 en Koppenhinksteeg 4 een vergelijkbare situatie aan het ontstaan. In deze panden hebben zich allerlei progressieve groeperingen gevestigd. De panden bieden ook woonruimte aan enkele mensen. De gemeente wil de panden van binnen slopen en daarna renoveren. Als de gemeente haar plannen kan doorzetten, zullen een hoop nuttige linkse voorzieningen, vergelijkbaar met die in De Blauwe Aanslag, moeten wijken voor luxe winkels en dure yuppiekasten. Ook het pand "Centraal" aan het Stationsplein, dat woon- en werkruimte biedt aan tientallen mensen, wordt bedreigd door de plannen van projectontwikkelaars en de gemeente.

Het verzet tegen city-vorming heeft zich in Den Haag krachtiger en breder ontwikkeld dan in Leiden. Dat blijkt onder andere uit het bestaan van De Kern Gewond, een actiegroep die zich inzet voor het behoud van de leefbaarheid in de Haagse binnenstad. Deze groepering heeft sinds haar ontstaan in 1988 een aantal aardige successen weten te boeken. Zo is het gelukt om een gemeentelijk verkeersplan te dwarsbomen. Momenteel voert De Kern Gewond actie tegen het "Souterain"-project, een gemeenteplan dat voorziet in een 1200 meter lange tramtunnel met als dak een ondergrondse parkeergarage voor 650 auto's. Ook op het gebied van tunnels blaast Leiden haar deuntje mee: op het Stationsplein wordt momenteel druk gewerkt aan een autotunnel. "Stop alles maar onder de grond, dat wordt het bovengronds wat rustiger", dat lijkt het motto van de beide gemeentebesturen te zijn.

Helaas kent de Leidse actiewereld geen groepering die zich laat vergelijken met De Kern Gewond. Er lopen wel wat initiatieven, maar het verzet is gering en ook nog eens versplinterd. Het zou voor Leidse activisten tegen city-vorming een goede zaak zijn om eens contact op te nemen met De Kern Gewond (voor informatie: Buurtoverleg Het Oude Centrum in Den Haag: 070-3636577). Ook in Leiden moet de voortschrijdende city-vorming een halt worden toegeroepen!

Terug