Lokaal Kabaal 0, februari 1995

Auteur: Harry Westerink


Wapenhandel en wandel van een Leids bedrijf

De Schreiner Luchtvaart Groep is gewikkeld in een nek-aan-nek-race om een miljardenorder binnen te slepen. Het gaat om de aankoop van gevechtshelikopters voor de Luchtmobiele Brigade van de Luchtmacht.

Om de order van 1,3 miljard is een hevige concurrentiestrijd ontbrand tussen het Amerikaanse bedrijf McDonnell-Douglas en het Frans-Duitse bedrijf Eurocopter. De Nederlandse regering moet kiezen voor de Apache van McDonnell-Douglas of de Tigre van Eurocopter. Beiden zijn uiterst geavanceerde en zwaar bewapende gevechtshelicopters. Schreiner is de Nederlandse agent van Eurocopter. Bij het bedrijf aan de Verbeekstraat 10-12 werken in totaal zo'n 400 mensen; het heeft een omzet van ongeveer 200 miljoen gulden. Schreiner legt zich toe op de verhuur van vliegtuigen en de opleiding van piloten. Het bedrijf levert vliegtuigonderdelen en heeft er alle belang bij dat de regering kiest voor de aankoop van de Tigre.

Paradepaardje

In de Prioriteitennota van de regering, de definitieve blauwdruk van het ministerie van Defensie voor de komende 10 jaar, worden helikopters opgehemeld als toonaangevend transport- en wapensysteem voor de snelle interventiemacht. Zonder een slagvaardig paradepaardje als de gevechtshelikopter is de Luchtmobiele Brigade onvoldoende uitgerust voor haar taak, aldus Defensie. Bestaat die taak dan uit oorlogvoeren? Nee, want de Luchtmobiele Brigade heeft een vredesmissie. Dat laat zich slecht rijmen met de aankoop van agressieve aanvalshelikopters. Die kunnen pas tot hun recht komen in een "volwaardige" oorlog waarbij geen enkele terughoudendheid in acht hoeft te worden genomen. De Apache bijvoorbeeld heeft zijn kunsten in de Golfoorlog kunnen vertonen, naar volle tevredenheid van de Amerikaanse legerleiding.

Lobby

Het getouwtrek rond de miljardenorder is een schoolvoorbeeld van de machtige lobby van de wapenindustrie. Tot in de hoogste regionen is druk overlegd over de order. Er is interne verdeeldheid in het kabinet. Het ministerie van Economische Zaken wil de Tigre aankopen. Zo kan onze regering die van Frankrijk en Duitsland tevreden stellen. Dat is goed voor de werkgelegenheid en de positie van het Nederlandse bedrijfsleven in Europa. Het ministerie van Defensie daarentegen kiest voor de Apache. Die heeft zijn waarde in de praktijk al bewezen, terwijl de Tigre, waarvan alleen nog maar modellen bestaan, pas in 1999 geleverd kan worden.

De twee wapenbedrijven schelden elkaar voortdurend uit. McDonnell-Douglas noemt de Tigre "een papieren tijger", terwijl Eurocopter de Apache omschrijft als "een vliegende zaklantaarn die je zo uit de lucht schiet". Beide bedrijven paaien de koper met tegenorders. "Als jij mijn helikopters koopt, dan koop ik wat spulletjes bij jullie." Inmiddels heeft het kabinet het besluit over de aankoop van de helikopters uitgesteld. De machtsstrijd tussen beide ministeries en hun achterban is blijkbaar hoog opgelopen.

Business as usual

Zaken zijn zaken. Schreiner kan er-over meepraten. Het bedrijf heeft in 1988 onderdelen van Alouette-helikopters van het Franse staatsbedrijf Aerospatiale geleverd aan Iran. Iran was op dat moment in oorlog met Irak. Met Irak had Aerospatiale nauwe zakelijke banden. Het bedrijf wilde ook graag aan Iran leveren. Rechtstreeks verkopen aan beide oorlogvoeren de landen, dat was net iets te opvallend. Daarom werd het tussenstation Schreiner ingeschakeld. Schreiner verkocht de onderdelen zonder verplicht gestelde exportvergunning voor militaire helikopteronderdelen. Het Leidse bedrijf stelde dat de betrokken Alouettes niet-militaire helikopters waren. Van dit type vlogen er wereldwijd inderdaad een aantal met civiele doeleinden rond. Maar de meeste zijn door middel van wat simpele ingrepen omgebouwd tot gevechtshelikopters. Het ligt voor de hand dat dit ook is gebeurd met de Alouettes die aan Iran en Irak zijn geleverd. Landen in oorlog hebben geen behoefte aan civiele helikopters.

Vorig jaar is Nederland door de Verenigde Naties berispt wegens het schenden van het luchtvaart- en wapenembargo dat tegen Libië is ingesteld. Weer was Schreiner van de partij. Het bedrijf leverde met toestemming van het ministerie van Economische Zaken, maar in strijd met VN- resoluties vliegtuigmotoren aan Libië. Een bedrijf in onze stad verdient grof geld aan "het meest dodelijke wapen van het slagveld". Goed voor de werkgelegenheid, zeggen ze dan. De een z'n brood...

Terug