Lokaal Kabaal 22, april 1997

Auteur: Ellen de Waard


Zaterdagsmoeder: "Ik sterf elke dag opnieuw"

Verdwijningen in Turkije

Daags na de ontvoering van haar man Fehmi Tosun door politie-agenten in burger kreeg Hanim Tosun op het bureau te horen dat ze niet zoveel moest vragen. "U wilt toch niet dat u uw man kwijt raakt?" Op uitnodiging van Amnesty International vertelde "Zaterdagmoeder" Tosun tijdens de Leidse viering van de internationale vrouwendag over de terreur in Turkije.

De ontvoering op 19 oktober 1995 vond plaats onder de ogen van Tosun en haar dochter. Het is onbekend wat er met haar man, een bouwvakker uit Istanboel, is gebeurd. Sindsdien demonstreert Hanim Tosun wekelijks voor zijn vrijlating, samen met andere Zaterdagmoeders die niets meer van hun familieleden hebben vernomen.

De protesten van de Argentijnse "Dwaze Moeders" tegen de verdwijning van hun familieleden heeft overal in de wereld navolging gekregen: in Israël, Turkije en vele Latijns-Amerikaanse landen. De vrouwen komen op straat bijeen, getooid met foto's van hun dierbaren. Ze worden bespot, bedreigd, in elkaar geslagen en gearresteerd. Maar iedere week weer, jaar in, jaar uit, blijven ze terugkomen. Ze blijven zoeken naar vermisten, ook al is dat tot een subversieve activiteit geworden. Slechts gewapend met hun moed en hun vastberadenheid klagen ze de beulen en moordenaars van hun zonen, dochters en mannen aan. De vrouwen hebben de angst en de onzekerheid waarin de verdwijningen hen brachten, omgevormd tot activistische solidariteit. Ze helpen elkaar, overal in de wereld, en krijgen gelukkig ook veel sympathiebetuigingen.

Zo vergaat het ook de Zaterdagmoeders in Istanboel. "Afgelopen zomer werd het steeds drukker. De spanning liep enorm op. De politie en militairen kwamen met honden en stokken, we werden uit elkaar gedreven. Velen van ons zijn opgepakt omdat we niet mogen zeggen dat er in Turkije mensen verdwijnen", aldus Tosun, die in die weken vaak is geslagen.

Koerden

In dezelfde periode van de ontvoering van haar man zijn in totaal 51 mensen in Istanboel opgepakt. Er zijn inmiddels een paar lijken gevonden. Tosuns man was niet politiek actief, maar sympathiseerde wel met de Koerdische zaak. Hij is waarschijnlijk op grond van de Antiterreurwet opgepakt. Hier- bij kunnen gevangenen 30 dagen "incommunicado" gehouden worden: zonder officiële aanklacht, zonder contact met familie, zonder advocaat, zonder medische hulp. Juist in die eerste 30 dagen vinden de meeste martelingen, moorden en verdwijningen plaats. De lijken worden buiten de stad op verlaten terreinen gedumpt of stiekem begraven.

Niet alleen Koerden zijn slachtoffer van de repressie. Ieder- een die de Turkse regeringspolitiek bekritiseert, loopt grote kans op vervolging: journalisten, advocaten, vakbondsleden, linkse intellectuelen en mensenrechtenactivisten.

Hypocrisie

De incommunicado-detentie is officieel een van de struikelblokken voor toetreding van Turkije tot de Europese Unie. De Unie eist dat Turkije de mensenrechten eerbiedigt. Turkije heeft pas geleden door mensenrechtenschendingen een financiële steun van 800 miljoen dollar misgelopen.

Maar echt moeilijk wil de Europese Unie niet doen. Men meent Turkije immers nodig te hebben als handelspartner en als frontstaat om Fort Europa af te schermen tegen de islamitische wereld. De wapenleveranties van lidstaten aan Turkije gaan daarom onverminderd voort. Met die wapens wordt iedereen in het fascistische Turkije onderdrukt. Nederland is met leveranties ter waarde van 265 miljoen dollar tussen 1988 en 1992 de derde wapenleverancier aan Turkije. En de Nederlandse wapenindustrie blijft in de race voor nieuwe opdrachten. In augustus 1995 stemde de overheid erin toe dat Nederlandse bedrijven fregatten voor Turkije gaan bouwen. Daarnaast wil Nederland de overbodig geworden Hawk-luchtafweerraketten aan Turkije overdoen. Zowel het Zaanse Eurometaal als Holland Signaal Apparaten in Hengelo leveren materieel voor de Turkse oorlogsindustrie.

Intimidaties

Zaterdagmoeder Tosun heeft de meedogenloze onderdrukking van het Koerdische volk door de Turkse oorlogsmachine aan den lijve meegemaakt. Het dorp van haar vader is platgebrand. Hij is daarbij neergeschoten. Haar broer kwam om bij andere schermutselingen tussen militairen en dorpsbewoners. Haar zwager is in Istanboel meegenomen toen hij zich bemoeide met de arrestatie van cafébezoekers. Zijn lijk werd de volgende dag met sporen van marteling gevonden.

Tosun woont nu in Istanboel. "Ik heb de mogelijkheid om te protesteren. Dit in tegenstelling tot de mensen in de dorpen. Zij worden geïntimideerd en bedreigd. Zij durven geen aan- klachten in te dienen." De officiële cijfers van rond de 400 verdwijningen zijn daarom slechts een topje van de ijsberg.

Tosuns speurtocht duurt al 17 maanden. Ze is bij vele autoriteiten geweest, van hoog tot laag. Sommigen bedreigen haar, anderen laten uit medelijden wel eens iets los. Ze ging zelfs naar het kerkhof van een instelling waar ook niet-geïdentificeerde lijken geregistreerd zijn. "Ik vraag me elke dag af of hij nog leeft. Ik sterf iedere dag opnieuw. Ik blijf demonstreren. Niet omdat ik denk dat ik en mijn kinderen er iets aan hebben. Ik denk dat mijn man niet meer terugkomt. Ik doe het voor de anderen en voor hun kinderen. Ik hoop dat zij nooit hoeven mee te maken wat ik meemaak. Het moet afgelopen zijn."

Terug