De Fabel van de illegaal 26, december 1997

Auteur: Eric Krebbers


Groenen willen militaire eco-brigade

Eind september schreef het Amsterdamse Groenen-raadslid Roel van Duijn een brief aan minister van Defensie Voorhoeve. Naar aanleiding van de enorme bosbranden in Indonesië pleitte het Groenenkopstuk voor "de inzet van Nederlandse helikopters en ander militair materieel". Eco-militarisme? De Groenen riepen al eerder twijfels op over hun plek in het politieke spectrum. Ook in Leiden.

Volgens Van Duijn kan "het aansteken van bosbranden door houtkappers en boeren gezien worden als een vorm van oorlogvoering tegen het milieu, waarop een militair antwoord - met waterkanonnen en beregeningsapparatuur - geëigend is". Kort daarop sprak ook D66-Europarlementariër Eisma over Groenhelmen. Die zouden - net als de VN-Blauwhelmen - overal ingezet moeten kunnen worden waar natuurrampen dreigen.

Recent is meer bekend geworden over de praktijk van de Blauwhelmen. In het kader van "goedbedoelde" interventies worden kinderen boven een vuurtje geroosterd, vrouwen verkracht, kinderen met snoepjes mijnenvelden in gelokt, lukraak vanuit vrachtwagens mensen doodgeslagen en tegenstanders zonder pardon geëxecuteerd. Het is erg de vraag of, zoals Van Duijn het voor zich ziet, "een Nederlandse inzet met een Groenmobiele Brigade, een deel van onze koloniale smet zou kunnen witwassen en nieuwe goodwill voor Nederland kunnen opleveren."

Ecologisch leiderschap

Interventiemachten met prachtige namen zoals "Restore Hope" worden in werkelijkheid vaak ingezet voor neo-koloniale doeleinden. Interventietroepen "tegen de drugshandel", zoals in bijvoorbeeld Peru en Colombia, worden feitelijk gebruikt om dictatoriale regimes in het zadel te houden die wankelen onder aanvallen van het guerrillaverzet. Het is niet verstandig van de Groenen om weer een nieuw argument te leveren voor militair ingrijpen in het Zuiden.

Europese militaire strategen maken al plannen om zuidelijke landen in geval van nood via politieke, economische en militaire middelen te dwingen tot milieuvriendelijkheid. Ze hebben het over grensoverschrijdende conflicten rond stuwdammen en over landen die teveel kooldioxide in de atmosfeer blijven dumpen. In Duitsland pleitten politici ervoor "dat nationale staten ondergeschikt moeten worden aan het gemeenschappelijke milieubelang". We zitten immers "allemaal in hetzelfde schuitje". De Duitse Groenen spraken zelfs over de noodzaak van een "ecologisch leiderschap van het Noorden".

Eco-imperialisme

De wil tot militair ingrijpen bij natuurrampen in het Zuiden komt voort uit een racistische en eco-imperialistische gedachtegang. Het rijke Noorden levert immers zelf de grootste bijdrage aan de natuurvernietiging, met zijn kerncentrales, chemische industrie, McDonald's, bio-industrie en automobilisme. Het Noorden stimuleert monoculturen in de landbouw, plundert de grondstoffenvoorraden en dumpt gifafval in het Zuiden. Maar geen van de voorstanders van militair ingrijpen zal ook maar op het idee komen om de Groenhelmen de Botlek en Schiphol te laten stilleggen. Met hun greep naar militaire middelen wekken ook de Groenen de indruk dat de natuurvernietiging in het Zuiden erger is en dat de problemen vooral daar veroorzaakt worden.

Indonesië

D66-er Eisma zei dat Indonesië het best geholpen zou zijn met ingrijpen door landen met kennis van zaken, zoals Finland, Frankrijk, Spanje en Engeland. Maar de militarisering van de ecologische problemen brengt zeker geen oplossing naderbij. Het probleem in Indonesië is niet, zoals Van Duijn schrijft, het "gebrek aan beschikbare middelen" om de branden te blussen, maar het gebrek aan politieke wil bij de Indonesische militaire dictatuur. De al jaren aanhoudende branden hangen nauw samen met de aanleg van commerciële palmolie- en rubberplantages en productiebossen door bijvoorbeeld de Nederlandse multinational Shell. Door het Westen gedomineerde instellingen als het IMF dwingen Indonesië ruim baan te verlenen aan zulke multinationals. Daarbij heeft de Indonesische elite zelf ook grote belangen in de houtkapbedrijven. Men verdient goed aan de ontbossing. Overigens bleek het geld dat wettelijk beschikbaar was voor de bestrijding van bosbranden, door de corrupte ambtenaren juist in de militaire vliegtuigindustrie gestoken te zijn.

GroenRechts?

Politieke initiatieven van de Groenen riepen al eerder twijfels op. Zijn ze rechts en racistisch of gewoon naïef? In juni deed Van Duijn bijvoorbeeld samen met de nummer 2 van zijn partij, het Leidse gemeenteraadslid Margje Vlasveld, een voorstel voor een nieuw verplicht examenvak: "de kunst van de liefde". Ze presenteerden een achttal weinig multiculturele voorbeeld-examenvragen. Migranten kwamen er niet in voor. Tot bij de laatste vraag, die over geweld gaat: "Je bent kortgeleden getrouwd met een Egyptenaar en op een dag slaat hij je, omdat je op een feestje met een ander gedanst hebt." Zo voeden de Groenen racistische vooroordelen.

Maar zijn de Groenen dan niet links? Naar eigen zeggen niet. In een pamflet dat recent aan Leidse studenten werd uitgedeeld schrijft de partij dat links gelijk staat aan "bureaucratie", "opgelegde uniforme ideeën", "kadaverdiscipline" en "intolerantie". De Groenen willen geen linkse "anti-alles houding". Maar gelukkig, rechts zijn ze ook niet, want "reactionaire borrelpraat hoor je niet in groene kringen". Veel meer negatiefs over rechts wist de partij niet te verzinnen. "Groen gaat voorbij links en rechts", zo concludeert het pamflet, maar de partij wekt de indruk de deur voor rechtse stemmers wagenwijd open te willen zetten.

Terug