De Fabel van de illegaal 27, februari 1998

Auteur: Gerrit de Wit


Marokkanen doelwit Leidse politie

Bedreigen, opjagen en in elkaar slaan. Een kleine greep uit het gedragsrepertoire van de Leidse politie ten aanzien van Marokkaanse jongeren. Die zien de politie als een regelrechte bedreiging voor hun persoonlijke veiligheid. In 1995 bundelde het Meldpunt Discriminatie hun klachten in een voor de politie vernietigend rapport. Het Leids Instituut voor Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek (LISWO) stelde een onderzoek in en publiceerde eind vorig jaar haar bevindingen.

Het rapport "Omdat we Marokkanen zijn zeker" beschrijft 14 voorvallen waarbij er problemen waren tussen politie, Marokkanen en 'derden'. LISWO heeft veel betrokkenen geïnterviewd en ook gebruik gemaakt van het Meldpunt-rapport.

In 1994 hing een groep Marokkaanse jongeren rond bij de Burcht. Zij zouden voor overlast zorgen. De politie hield hen in de gaten en stuurde hen weg, met of zonder aanleiding. De jongeren vonden het politie-optreden erg overdreven. Ze werden vaak uitgescholden, bedreigd en zelfs in elkaar geslagen. Een geïnterviewde vertelde dat de politie zelfs gedreigd had om hen in de Burcht op te sluiten en dan de politiehond op hen los te laten. Ook beweerde de politie dat er bij de Burcht binnenkort een bord "Verboden voor Marokkanen" zou komen te hangen. Een jongen die een keer weigerde weg te gaan, werd in elkaar geslagen en afgevoerd in een politieauto. Daar werd hem toegevoegd dat hij de volgende keer een doek over zijn hoofd zou krijgen en dat zijn keel doorgesneden zou worden.

Overval

Een ander 'incident' dateert van zomer 1996. Het begon met een melding dat een jongeman en zijn vriendin met een slot van hun fiets geslagen zouden zijn door 5 Marokkaanse jongens. Meerdere politieauto's reden direct naar een buurthuis waar zich vaak Marokkaanse jongeren ophielden. De politie sommeerde zo'n 40 Marokkaanse jongens naar buiten te komen. Buiten vertelde de politie de jongeren pas dat ze 'de daders' van het 'incident' wilden identificeren. Die werden niet gevonden. Een jongerenwerkster sprak van discriminatie en het geheel deed sterk aan een overval denken.

Later bleek het 'incident' te gaan om een gabber in een bomberjack met een Nederlands vlaggetje daarop. Eén van de Marokkaanse jongens zou provocerend "hé kale" geroepen hebben, waarop de reactie "vuile tering kanker Turk" kwam. Drie jongeren holden achter de gabber aan en gaven hem een duw. De zaak bleek fors aangedikt. Dat moest later ook de politie toegeven.

Verwijten

De Marokkanen beschuldigen de politie van onheuse bejegening, intimidaties, provocaties, in de gaten houden, opjagen, de baas spelen, geen informatie geven, geen geduld hebben, de jongeren ten onrechte oppakken, en discrimineren. De jongeren maken onderscheid tussen de hen slecht gezinde surveillanten en de wijkagenten die ze over het algemeen positief beoordelen. LISWO-onderzoeker Jos Meloen lijkt dat te bevestigen.

De politie ontkent zowat alle aantijgingen en zeker dat men discrimineert. Ze verwijzen naar de criminele achtergronden en de onhandelbaarheid van veel Marokkaanse jongeren. De politie was ook niet te spreken over het Meldpunt Discriminatie, dat "bij elk opstootje een klacht indient". En als de politie dan toch discrimineert, komt dat volgens enkele agenten doordat ze geprovoceerd zijn door Marokkaanse jongens. Meloen wil de verhouding tussen de politie en Marokkaanse jongeren verbeteren. Hij heeft daarbij echter geen oog voor de problemen die Marokkaanse jongeren hebben, zoals de generatiekloof met de ouderen en de maatschappelijke achterstelling.

Terug