De Fabel van de illegaal 29, mei/juni 1998

Auteur: Petra Schultz


Onderdak en rechtsbijstand voor "de meest rechtelozen"

In juli wordt de Koppelingswet van kracht. Het wordt steeds moeilijker voor mensen zonder papieren om het hoofd boven water te houden. Gelukkig zijn er heel wat mensen die illegalen proberen te ondersteunen. In het vorige nummer kwamen medewerkers van El Moultaka en de Fabel van de illegaal aan het woord. Dit keer Paul Habers, van het Leidse Buro voor Rechtshulp, en Job, die met illegalen samenwoont.

In Jobs huis heerst een gezellige drukte. In de woonkamer zitten mensen uit Palestina, Marokko, Nederland, Jemen, Italië en Spanje. Een mengeling van Arabisch, Engels en Nederlands zorgt ervoor dat iedereen elkaar begrijpt. Op verzoek van De Fabel ging Job met illegalen samenwonen. "Iedereen heeft recht op huisvesting. Ik ben toevallig hier geboren, maar wie ben ik om te zeggen dat anderen hier niet mogen wonen of werken", aldus Job. Hij merkt door het contact met zijn huisgenoten wat de gevolgen van het harde vluchtelingenbeleid zijn. "De positie van illegalen is slechter dan ik dacht. Je voelt je daar machteloos over. Zeker als je hoort waarom mensen gevlucht zijn. Ze krijgen geen verblijfsvergunning omdat de Immigratie en Naturalisatie Dienst niet naar hun verhaal luistert."

Salsa en Arabisch

In huis wordt van alles uitgewisseld. Job leert Arabisch en salsa en een illegale huisgenoot leert zwemmen. "We discussiëren ook, bijvoorbeeld over hoe zij over vrouwen praten. Sommigen veranderen hierdoor, anderen niet", zegt Job. "Sommigen begrijpen niet waarom ik demonstreer, zoals tegen het kapitalisme. Ze vinden dat we hier al zoveel hebben: vrijheid, geld en de mogelijkheid om te werken. Vanuit hun gezichtspunt hebben ze wel gelijk."

Veel bewoners hebben zorgen. Job: "Maar we helpen elkaar er altijd weer bovenop. We geven regelmatig feestjes, dat is goed voor iedereen. De illegalen zoeken samen naar werk, al zijn deze baantjes vaak zwaar onderbetaald. De huisafspraak is dat je aan de etenspot meebetaalt in verhouding tot de hoeveelheid geld die je hebt. Het liefst zouden ze evenveel willen kunnen bijdragen als de rest. Verder hebben we afspraken over schoonmaken en eten we vegetarisch. Ik vind dat je dat van huisgenoten mag vragen."

Het verhardende illegalenbeleid is goed voelbaar. "Werk vinden wordt lastiger, want er zijn meer paspoortcontroles. Moeilijk is ook om terug in de asielprocedure te komen. Wat meevalt is dat illegalen in Leiden wel naar een arts of een ziekenhuis kunnen."

"Dit werk geeft voldoening"

Paul Habers kwam 10 jaar geleden bij het Buro voor Rechtshulp werken, omdat hij vindt dat iedereen zijn recht moet kunnen krijgen. Mensen die daar zelf niet toe in staat zijn, wil hij ondersteunen. Zo kwam hij ook in aanraking met illegalen, aangezien "zij zo langzamerhand de meest rechteloze mensen in Nederland zijn". Habers raakt niet gedemotiveerd, ook al komen er steeds minder mensen in aanmerking voor een verblijfsvergunning. "Het geeft me voldoening om ervoor te zorgen dat mensen hun rechten weten. En we gaan voor hen aan de slag gaat als er juridische mogelijkheden zijn. Het blijft een uitdaging om uit te zoeken wat er kan."

Hij ging zich in de problematiek verdiepen toen in 1992 een groep illegalen papieren kreeg. "De overheid laat wel toe dat illegalen hier werken en premies betalen, maar als ze gesnapt worden, moeten ze onmiddellijk ophoepelen. Het gaat wel om mensen die bijgedragen hebben aan de Nederlandse welvaart."

Koks sociale gezicht

Er komen ook mensen naar het Buro die net niet voldoen aan de voorwaarden voor een verblijfsvergunning op grond van trouwen of samenwonen. Habers probeert te helpen bij het verkrijgen van de ontbrekende documenten. "Door de Vreemdelingendienst voelen ze niet altijd even plezierig behandeld. Ik vind dat de politie niet mag vervallen in onbeschoftheden." Habers hoort minder klachten. Hij meent dat de houding van de politie is verbeterd.

Naast individuele rechtshulpverlening probeert het Buro illegalen ook collectief te ondersteunen. Habers heeft zich bijvoorbeeld ingezet voor de legalisatie van illegale arbeidsmigranten. De zesjaarsregeling bood daartoe mogelijkheden. Habers is tegen afschaffing van die regeling. Ook heeft het Buro geregeld dat illegalen bijstand krijgen wanneer ze een aanvraag voor een verblijfsvergunning indienen.

"Ik vraag me wel eens af of het nog wel redelijk is zoals het gaat", zegt Habers voorzichtig. "Ik twijfel steeds meer aan het sociale gezicht waar Kok zo mee koketteert. Ook het migrantenbeleid in het algemeen stemt me wel triest."

Terug