De Fabel van de illegaal 30, juli/september 1998

Auteur: Ellen de Waard


Chinese arbeiders dubbel gepakt

De Leidse vreemdelingenpolitie speurt de afgelopen tijd weer actief naar illegale arbeiders. Ditmaal waren de Chinese restaurants aan de beurt. Bij razzia's werden 15 Chinezen opgepakt, die door hun baas extreem werden uitgebuit. De landelijke FNV wil de uitbuiting in de Chinese horeca onder meer tegengaan door de grenzen dicht te gooien voor nieuwe arbeidsmigranten.

De afgelopen 2 jaar is het de FNV steeds duidelijker geworden dat werkgevers in Chinese restaurants op grote schaal de Horeca-CAO ontduiken. De Horecabond licht daarom de Chinese werkgevers en werknemers voor over de wettelijke bepalingen. Sinds begin dit jaar is er wekelijks een telefonisch spreekuur in het Chinees.

Chinese arbeiders blijken veel te lage lonen en geen vakantiegeld te krijgen. Zij kunnen nauwelijks vakantiedagen opnemen en krijgen geen vergoeding voor overuren en feestdagen. Werkweken van 60 uur zijn daarbij heel normaal. De Horecabond spreekt van slavenarbeid. Ook de opgepakte Leidse werknemers moesten zich de nodige uitbuiting laten welgevallen. Een aantal jongeren kreeg slechts kost en inwoning en een schamel loontje. Van de 15 opgepakte Leidse Chinezen zijn er inmiddels 11 vrijgelaten. Vier zitten er nog in de gevangenis en wachten op deportatie.

"Aziatisch ongedierte"

Officieel zijn er in Nederland zo'n 65.000 Chinezen. In werkelijkheid zijn dat er waarschijnlijk 100.000. De eerste Chinese migranten waren zeelieden die vanaf 1911 in Amsterdam en Rotterdam kwamen wonen. Zij waren de eerste niet-Europese gastarbeiders die zich in Nederland vestigden. De samenleving reageerde ronduit vijandig. De Chinese zeelieden zouden Nederlandse arbeidsplaatsen innemen en voor te lage lonen werken.

Door de crisis van de jaren 30 werden veel Chinezen werkloos. Verstoken van iedere steun gingen zij over tot de straatverkoop van pindakoekjes. Ze trokken uit de havensteden weg om overal hun waar te verkopen. De ex-zeelieden konden nauwelijks overleven en verpauperden. De Chinatowns in Rotterdam en Amsterdam raakten in verval. De overheid vond de Chinese aanwezigheid ongewenst, sprak van "Chineezen en ander Aziatisch ongedierte" en ging over tot massale deportaties.

Kwetsbaar

Nederland telt nu zo'n 2.000 Chinese restaurants en 3.000 personeelsleden. Gezien het feit dat er vaak hele families in een bedrijf werken, lijkt dit laatste cijfer onwaarschijnlijk. De concurrentie tussen de Chinese restaurants is moordend. Om het hoofd boven water te houden worden de werknemers flink uitgeknepen. Hoewel er 1.700 werkloze Chinese koks in Nederland zijn, halen de Chinese restauranthouders onder het mom van "een gebrek aan topkoks" steeds weer nieuwe arbeiders naar Nederland. Het blijkt vaak om familieleden te gaan die hier hun lot willen verbeteren en de armoede in China willen ontvluchten, desnoods illegaal. De Chinese bazen profiteren welbewust van hun gebrek aan kennis over de arbeidsrechten en hun kwetsbare positie. Velen hebben namelijk tijdelijke verblijfs- en werkvergunningen. Ze zijn bang om ontslagen te worden en dan het land uitgezet te worden.

De FNV vindt dat Chinese werkgevers zich aan de Nederlandse arbeidswetgeving moeten houden. Dat zou in het belang van de Chinese arbeiders zijn. Maar zo eenvoudig ligt dat niet. De voorlichtingscampagne heeft er weliswaar toe geleid dat een aantal arbeiders schoorvoetend bij hun baas om naleving van de CAO heeft gevraagd. Maar dat leidde vaak tot zware repressie, lichamelijk geweld of ontslag. Zonder baan raken ze hun verblijfsvergunning kwijt en kunnen ze uitgezet worden. De FNV heeft daar geen boodschap aan. Voorlichtster Monique Verkerk zegt dat de Horecabond geen onderscheid maakt tussen legale en illegale werknemers. "We vragen niet naar iemands verblijfsstatus, hoewel we natuurlijk al snel doorhebben of iemand illegaal is. We helpen hen alleen bij kwesties rond het werk, niet bij problemen met de illegaliteit. Daar zijn we niet voor. We willen strikt binnen de wet opereren." De vakbond heeft het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zelfs gevraagd om het aantal immigratievergunningen voor Chinese koks drastisch te beperken. "Het gaat ons om de arbeiders die in Nederland zijn, om de Nederlandse arbeidsmarkt."

Proletariërs aller landen...

Nederlandse vakbonden hebben altijd al geworsteld met solidariteit ten aanzien van buitenlandse arbeiders, al dan niet met verblijfsvergunning. Enerzijds willen vakbonden voorkomen dat arbeiders in uitbuitingssituaties terechtkomen, anderzijds willen ze de eigen arbeidsmarkt beschermen. In 1911 al ventileerde vakbond De Volharding een onsolidaire opvatting over de Chinese arbeider, "die er slechts op uit is om geld machtig te worden ten eigen nutte en die zich klakkeloos en geneuglijk laat gebruiken en uitbuiten om de belangen van de Europese arbeiders te schaden en tegen te staan". De syndicalistische Algemene Nederlandse Zeelieden Bond pleitte echter wel voor solidariteit met de Chinezen die "evenals zovele landgenoten op vreemde schepen hun brood verdienen en als zodanig aanspraak op onze kameraadschap kunnen laten gelden".

Volgens Verkerk zijn de activiteiten van de Horecabond gericht op het verbeteren van de arbeidsverhoudingen in de Chinese horeca. "Het kan ook leiden tot een koude sanering. Dat is niet ons doel, maar er zijn gewoon te veel van die tenten." Dat daarmee veel arbeiders hun broodwinning verliezen, wordt op koop toe genomen. De illegale arbeid zal er echter niet mee verdwijnen en de illegale migratie ook niet. Maar de arbeidsomstandigheden zullen vanwege de voortdurende mensenjacht nog verder verslechteren.

Terug