De Fabel van de illegaal 36, september/oktober 1999

Auteur: Ellen de Waard


Leven in de illegaliteit als "contra-indicatie"

Met de "contra-indicaties" heeft de burgemeesterscommissie al bij voorbaat de meerderheid van de witte illegalen uitgesloten van een kans op legalisering. De commissie werpt hen in feite tegen dat ze hebben geprobeerd te overleven in de illegaliteit.

De opvallendste "contra-indicatie" is het gebruik van valse papieren. Het meest voorkomende gebruik van valse papieren door witte illegalen heeft betrekking op de werkvergunning. De meesten waren zich er aanvankelijk niet eens van bewust dat ze valse papieren gebruikten. Net aangekomen wisten ze de regels niet en spraken ook de taal niet. Talloze werkgevers vroegen hen slechts om 2 pasfoto's en hun paspoort. De volgende dag lag de werkvergunning klaar. Sommige illegalen troffen een werkgever die het niet eens had over werkvergunningen. Ze konden aan de slag met alleen hun sofi-nummer. Dat kwam vooral voor bij Turkse witte illegalen die in dienst waren bij landgenoten.

Er zijn ook witte illegalen die op het sofi-nummer van bijvoorbeeld een familielid hebben gewerkt. Maar vaak kwam dat waarschijnlijk niet voor, omdat de kans op ontdekking vrij groot was. Een enkeling liet een vals visumstempel in zijn paspoort aanbrengen, om zich zo een tijdelijk legaal bestaan te verwerven en wit te kunnen werken.

Onjuiste informatie

De burgemeesters sluiten ook witte illegalen uit die "onjuiste informatie" hebben verstrekt. Wanneer de politie na 3 thuiscontroles een witte illegaal nog steeds niet aangetroffen had, noteerde men dit in het politierapport als het verstrekken van onjuiste informatie. En de witte illegaal die het verbreken van zijn relatie niet doorgaf aan de vreemdelingenpolitie en zo zijn afhankelijke verblijfsstatus probeerde te behouden, werd eveneens beschuldigd van het onthouden van juiste informatie.

De contra-indicatie "uitzetting" wekt ook bevreemding. Opgepakt worden diegenen die de pech hebben gecontroleerd te worden op straat of op het werk. Bij huiscontroles worden vaak toevallige bezoekers ook naar papieren gevraagd en opgepakt. Velen van hen worden direct uitgezet, anderen belanden maandenlang in de gevangenis.

Strenger dan Cohen

De 4 burgemeesters benadrukten tot voor kort steeds dat ze een zorgplicht hebben voor al hun burgers, dus ook voor de witte illegalen die in Nederland een bestaan hebben opgebouwd. Nu blijken ze echter nog strenger te oordelen dan staatssecretaris Cohen zelf. In het verleden hebben rechters en ook Cohen veel witte illegalen gelegaliseerd die nu door de burgemeesters wegens "contra-indicaties" afgewezen zouden worden. Toen stonden een lange verblijfsduur en een groot aantal arbeidsjaren bij de beoordeling voorop. Zo heeft Cohen zelf een van de ex-hongerstakers uit de Haagse Agneskerk gelegaliseerd terwijl die meerdere keren was uitgezet.

Door de nadruk te leggen op het vervalsen van papieren bestempelen de burgemeesters de witte illegalen tot criminelen. Die worden zo gestraft voor de noodsprongen die uitsluitend gericht waren op levensonderhoud en levensbehoud. Ze gebruikten bewust of onbewust vervalste papieren om wit werk te vinden, en zo hun brood te kunnen verdienen en zich te kunnen verzekeren tegen ziekte en werkloosheid. Veel illegalen onderhouden ook nog familieleden in het land van herkomst. Daar is niets crimineels aan. Dat woord kan men beter reserveren voor de jarenlange uitbuiting door de werkgevers en het repressieve overheidsbeleid tegen de witte illegalen.

Terug