De Fabel van de illegaal 50/51, voorjaar 2002

Auteur: Jelle van Buuren


De wisseltruc van het ministerie van Sociale Zaken

De jacht op illegale arbeiders in de tuinbouw lijkt geopend. Minister Vermeend van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil een groots offensief starten om de sector in het gareel te krijgen. Wanneer de illegale arbeiders verdreven zijn, zouden legale Polen en Roemenen de vrijgekomen arbeidsplaatsen in kunnen gaan nemen.

Minister Vermeend van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zegt het zat te zijn. Uitzendbureaus die vooral handelen in arbeidskracht van illegalen, schieten als paddestoelen in een natte herfst uit de grond. Alleen al in de regio Den Haag zouden in de afgelopen jaren zo'n 1.000 tot 1.500 van zulke uitzendbureaus actief zijn. En dat mag niet van Vermeend. Want als illegalen via werk het hoofd boven water kunnen houden, dwarsboomt dat het officiële beleid om illegaal verblijf te ontmoedigen.

Seizoenswerk

Het is niet verbazingwekkend dat veel illegalen werk vinden in de tuinbouw of andere sectoren. Dat is een kwestie van vraag en aanbod. De werkgevers staan te springen om personeel, maar weinig Nederlanders zijn bereid om het vuile, zware en slechtbetaalde seizoenwerk te verrichten. In dat gat duiken de illegalen en de uitzendbureaus. Voor werkgevers zijn illegalen bovendien extra aantrekkelijk, omdat de lonen nog verder omlaag kunnen en illegalen geen rechten hebben.

Toen de afgelopen jaren in tal van sectoren een schreeuwende vraag ontstond naar arbeiders, begon er onder opiniemakers een discussie over het ronselen van arbeiders van buiten de EU. Op de langere termijn zou dat zelfs noodzakelijk zijn om zo de gevolgen van "de vergrijzing" van de bevolking op te vangen. Maar het klonk niet erg logisch om arbeiders van buiten de EU te halen en tegelijk het opjaagbeleid tegen illegalen versterkt door te zetten. En wat te denken van vluchtelingen die dolgraag willen werken, maar dat niet of nauwelijks mogen? Het debat was vanzelfsprekend niet ingegeven door een plotselinge aanval van ruimhartigheid. Eigenbelang voerde de boventoon. Sleutelbegrip is het krijgen van controle op de arbeidsmigratie. Volgens de EU ontbreekt nu de controle op wie er binnenkomt. Arbeidsmigranten zouden zich verstoppen in de asielprocedure of illegaal binnenkomen. En het zou daarbij vaak niet gaan om de mensen waarop de arbeidsmarkt zit te wachten. Inmiddels is het debat weer verstomd. De Nederlandse regering handhaaft het aloude standpunt dat voor arbeiders van buiten de EU geen plaats is.

Kortstondig

In zijn notitie "Knelpunten op de arbeidsmarkt en arbeidsmigratie" zette minister Vermeend eind 2001 uiteen waarom Nederland geen behoefte heeft aan meer migratie van buiten de EU. Hij wil vooral het "onbenutte binnenlandse arbeidspotentieel" aan het werk zetten. Volgens Vermeend zijn de tekorten op de arbeidsmarkt bovendien slechts van tijdelijke aard. Daarnaast wordt er volgens hem al een beroep gedaan op arbeidskrachten van buiten de Unie. In 2000 werden 28.000 werkvergunningen afgegeven, vooral voor personeel van multinationals en universiteiten en voor seizoenarbeiders. Bijna de helft van de afgegeven vergunningen voor seizoenwerk in de Chinees-Indische horeca, de zorg en de tuinbouw was maximaal 3 maanden geldig. Met deze sectoren heeft Sociale Zaken afgesproken dat ze tijdelijk arbeiders van buiten de EU mogen aantrekken als ze ook investeren in de werving en scholing van personeel uit Nederland. "Vanwege de tijdelijkheid van de tewerkstellingsvergunning bestaat er geen risico van een beroep op de sociale voorzieningen en blijven werkgevers gedwongen om eerst Nederlands personeel te werven", aldus Vermeend.

Op de achtergrond speelt echter nog een andere ontwikkeling. In 2004 zullen de eerste Midden- en Oost-Europese landen toetreden tot de EU. In principe mogen arbeiders uit bijvoorbeeld Polen, Roemenië en Tsjechië dan werk zoeken in andere EU-landen. Diverse Europese landen hebben ruime overgangstermijnen bedongen voordat "het vrije verkeer van personen" ook voor de nieuwe lidstaten ingaat. Duitsland en Oostenrijk vrezen overspoeld te worden door arbeiders die baantjes komen wegpikken van de autochtone bevolking.

De Nederlandse regering ziet dat anders. Uit studies zou blijken dat - ondanks het verschil in loonniveau en werkgelegenheid - zich tot 2030 slechts 34.000 arbeidsmigranten uit de kersverse Europese lidstaten in Nederland zullen melden. De regering zou de arbeidsmigranten zelfs al welkom willen heten voordat de EU zich uitbreidt. "Verwacht mag worden dat vooral sectoren als de tuinbouw en de bouw daar gebruik van kunnen maken", aldus Vermeend. Met de tuinbouworganisatie LTO heeft hij dan ook speciale afspraken gemaakt. Arbeiders uit Polen, Bulgarije, Roemenië en de Baltische staten kunnen nu al een tijdelijke werkvergunning krijgen. Vermeend koppelt die afgifte van werkvergunningen nadrukkelijk aan de bestrijding van illegale arbeid in de tuinbouw. Illegalen eruit, Oost-Europeanen erin, is zijn motto.

Absorptievermogen

Vermeends grote wisseltruc past keurig in de nieuwe visie op arbeidsmigratie die sinds een paar jaar opgang doet. Illegalen zijn niet gewenst, want de regering wil controle houden op wie er in Nederland komt werken. Arbeidsmigratie van buiten de Unie is ook niet gewenst. De regering erkent dat dit nuttig kan zijn om tekorten op de arbeidsmarkt op te lossen, maar vreest vooral de lange termijneffecten, zoals "volgmigratie door gezinsvorming en -hereniging". Dat zou alleen maar leiden tot een groter beroep op de sociale zekerheid en hogere investeringen voor het integratiebeleid, aldus Vermeend. Ook zou rekening gehouden moeten worden met het "absorptievermogen" van de Nederlandse samenleving.

Het moet nog blijken of de op de tekentafels van Sociale Zaken ontworpen wisseltruc zal werken. Werkgevers klagen nu al steen en been over de bureaucratische rompslomp bij het aannemen van buitenlandse arbeiders. Ook is het de vraag hoe aantrekkelijk de bazen het zullen vinden om legale Polen en Roemenen in dienst te nemen. De lonen zullen hoger moeten en ook de slechte arbeidsomstandigheden zullen moeten verbeteren. Anders haken de Oost-Europeanen wellicht af en komen de illegale arbeiders weer terug. Het onderliggende mechanisme blijft hetzelfde. Slechtbetaalde arbeidsmigranten, legaal of illegaal, worden steeds ingezet om de economieën van rijkere samenlevingen draaiende te houden.

Terug