De Fabel van de illegaal 54/55, najaar 2002

Auteur: Harry Westerink


(Dwarsligger)

De geest

Laatst zag ik de geest van Pim.
Het was in Den Haag, in de buurt van het Binnenhof.
Het regende een beetje, zo'n miezerige motregen
die Nederlanders terugbrengt tot hun ware gedaante:
een meute kneuterige en pietepeuterige keuterboeren,
scheutig met bakjes leut en teut van een neut
en maar leuteren en in hun neus peuteren
en de hele reutemeteut.

De geest van Pim doolde verloren rond,
bleef staan, aarzelde, kuchte en sprak me tenslotte aan:
"Waar is het bedevaartsoord?".
"Het wat?", vroeg ik.
"Het bedevaartsoord voor mij, voor Pim,
ik ben toch heilig verklaard,
jullie vinden mij toch een soort messias?"
Om me een houding te geven gaf ik hem een pepermuntje.
Hij kauwde erop, slikte het door
en - hup - het was in de geest van Pim.
"Maar je bent toch niet na drie dagen uit den dode opgestaan
en je hebt toch ook geen plaatsvervanger op aarde aangewezen?",
antwoordde ik, in opperste verwarring.
"Dat klopt", zei de geest van Pim,
"maar Pim heeft dat zo gewild".
Ik verzonk in gedachten.

Pim heeft het echt zo gewild
en de anderhalf miljoen stemmers op de zo gewilde Pim
bidden voor het eten en vlak voor het slapen gaan tot de geest van Pim
dat hun verlosser ook in de hemel moge blijven opkomen
voor de gewone man en heel soms ook voor de gewone vrouw
en daarom zijn de politieke erfgenamen van Pim,
zij die het volk van Pim mogen vertegenwoordigen,
hele gewone mensen met hele gewone wensen.
Het zouden je buren kunnen zijn.
Sommige geldschieters van de partij van Pim
hebben een lichtelijk uit de hand gelopen vermogen van 182 miljoen euro,
maar dat hebben ze dan ook zo gewild en zeker verdiend,
die kopstukken die Pim zo heeft gewild,
die vastgoedhandelaren, grootondernemers in de varkenshouderij,
eigenaren van pornowebsites, consultants, projectmanagers,
nagelstudio-directeuren, reorganisatiedeskundigen,
uitgevers van het Horloge Magazine en de Motorcourant, advocaten,
notarissen, anesthesiologen in privé-klinieken, longspecialisten,
adviseurs in de verkeersbranche, speelautomatentycoons,
patsers, eikels, praalhanzen, blaaskaken, zakkenvullers,
dus zeker geen vakkenvullers.

Pim heeft het zo gewild: deze gewone mannen aan de macht,
de mannen met de glanzend gepoetste Bentley inclusief chauffeur
en de villa in het lommerrijke Gooi
en het zonovergoten buitenverblijf te Saint-Tropez
met het 20 meter lange zeiljacht
en maar zeiken over files en over de maximumsnelheid die veel te laag ligt
om met hun pooierskarren opaatjes en omaatjes omver te kunnen rijden
en maar kankeren op die buitenlanders
die in het kader van de islamisering van de schoonmaaksector
voor een grijpstuiver op hun knieën
de plee van de doodgewone mannen schoonschrobben.

De vrije en snelle jongens van de partij van Pim
eisen van die buitenlanders
dat ze eerst maar eens respect en fatsoen moeten tonen
voor regels die ze zelf niet naleven
en de strenge juffen en meesters van de partij van de God van de naastenliefde
staan met het benepen mondje en het rietje klaar
om de goegemeente die geen ja en amen zegt
orde en tucht bij te brengen
en Nederlandse normen en waarden in te prenten
die nooit hebben bestaan.

"Pim heeft het allemaal zo gewild", zei de geest van Pim,
die warempel mijn gedachten leek te kunnen lezen.
"Ik moet nu weg", riep hij haastig,
"ik ga naar Italië, naar mijn graf".

Terug