De Fabel van de illegaal 65/66, zomer 2004

Auteur: Harry Westerink


Supersnelle afwijsmachine

Om zoveel mogelijk vluchtelingen te kunnen afwijzen, scherpt de overheid voortdurend de toelatingscriteria aan die bij de asielprocedure gebruikt worden. Maar meer dan de helft van de vluchtelingen wordt tegenwoordig niet eens meer toegelaten tot die reguliere procedure. Hun aanvragen worden vrijwel direct afgewezen via de versnelde aanmeldcentrumprocedure (ac-procedure).

De overheid wijst 99,4 procent van alle vluchtelingen af die in Nederland aankloppen.(1) Een cruciale rol daarbij spelen de aanmeldcentra (ac's) en de ac-procedure. Die versnelde asielprocedure werd in 1994 ingevoerd als "uitzonderingsgeval" voor vermeende "flinterdunne asielaanvragen" die men "kennelijk ongegrond" of zelfs "frauduleus" noemde. Dat ging gepaard met een racistische hetze. "Rugzak-asieltoeristen uit Oost-Europa" zouden de reguliere asielprocedure misbruiken om op kosten van de Nederlandse overheid vakantie te houden in vluchtelingencentra.(2) Inmiddels worden steeds meer vluchtelingen via de ac-procedure afgewezen, in de eerste jaren na 1994 binnen 24 uur en sinds 1999 binnen 48 uur. Ontmoedigd door het repressieve beleid, vragen steeds minder vluchtelingen asiel aan en daarom zijn de ac's in Zevenaar en Rijsbergen onlangs gesloten. De overheid heeft alleen de centra in Schiphol en Ter Apel nog nodig.

Zorgvuldig

De ac-procedure wordt tegenwoordig standaard ingezet bij alle asielaanvragen die volgens Justitie binnen 48 uur "op zorgvuldige wijze" in een ac afgedaan zouden kunnen worden. Aanvragen zouden daar sowieso "zorgvuldig" afgehandeld worden, beweert men. Wanneer men het heeft over de "asielprocedure", voegt men daarom steevast het woord "zorgvuldig" toe, ongeacht de feiten. Het gaat er bij de ac-procedure in feite vooral om vluchtelingen snel en "zorgvuldig" af te wijzen. Van arriverende vluchtelingen onderzoekt Justitie de eerste 24 uur namelijk alleen de identiteit, nationaliteit en reisroute. Over hun vluchtverhaal wordt niet gesproken. Ongeveer 60 procent wordt daarop naar de ac-procedure verwezen. Deze "kanslozen" gaat men immers toch afwijzen, zo is de redenering. Bij deze "zorgvuldige procedure" zijn voor Justitie vluchtredenen nauwelijks van belang, en ook mogelijke trauma's vanwege marteling en verkrachting niet. Lichamelijk en psychisch onderzoek blijft vanwege de beperkte tijdsduur stelselmatig achterwege.(3)

Van de 48 "werkuren" die aan een ac-aanvraag kunnen worden besteed, krijgt de IND er 43 en de advocaat maar 5. Die hebben dus nauwelijks tijd voor juridische steun, of om documenten en andere bewijzen te achterhalen. Ook komt het er niet van om de vluchtelingen zelf te spreken over hun vluchtverhaal en hen goed voor te bereiden op de verhoren door de IND-ambtenaren. Advocaten zijn zodoende gedwongen om al hun werk te baseren op de informatie uit die IND-verhoren. Dat maakt hen afhankelijk van de overheid. Vluchtelingen leggen hun verklaringen onder grote druk af. Ze worden verplicht om direct na aankomst tegenover vreemden hun traumatische ervaringen uit de doeken te doen. Daarbij doen zich ook vaak communicatieproblemen voor met de IND-er en de tolk. Maken de vluchtelingen vanwege trauma's, angst, wantrouwen of onbekendheid met de asielprocedure hun vluchtmotieven onvoldoende duidelijk, dan mogen ze hun verhaal later nauwelijks meer aanvullen. De IND geeft hen sowieso altijd het nadeel van de twijfel.

Aquarium

"In alle ac's zitten de asielzoekers feitelijk opgesloten", is de ervaring van advocate Annelies Hoftijzer. Bij binnenkomst krijgen advocaten "een pasje waarmee de deuren kunnen worden geopend die voor de asielzoekers gesloten blijven". Het gaat om "een standaard IND-pasje (met IND-logo) voor bezoekers, waar een stickertje "advocaat" op is geplakt. Voor de asielzoekers is aan dat pasje op het eerste gezicht niet te zien of ze met een IND-medewerker of met een rechtshulpverlener te maken hebben; op het tweede gezicht ook niet. Cruciaal element bij dat pasje is de sleutelfunctie." De advocaten moeten de vluchtelingen namelijk zelf uit de wachtkamer halen en ook weer terugbrengen. "Zo sluit je als advocaat je eigen cliënten op - een situatie waar de meeste rechtshulpverleners inmiddels niet meer bij nadenken, maar die zeer ongewenst is." Hoftijzer: "Ik zou een vertrouwenspersoon voor mijn cliënt moeten zijn, maar ik ben een van degenen die hem opsluiten in het aquarium." Advocaten hebben zich zo voor het karretje van de IND laten spannen door zich verantwoordelijk te laten maken voor het soepel draaien van de afwijzingsmachine. Hoftijzer zegt zich op het ac een "burgemeester in oorlogstijd" te voelen.(4)

Vluchtelingen van wie de asielaanvraag binnen 48 uur wordt afgewezen, hebben nog wel recht op beroep, maar niet meer op voorzieningen. Ze worden zonder geld op straat gegooid of gevangen gezet. Zo wordt het contact met de advocaten ernstig bemoeilijkt en de kans op een succesvol beroep en eventuele erkenning nog verder verkleind. Bij het beroep kijken rechters overigens niet naar de inhoudelijke juistheid van de afwijzingen, maar alleen naar de "zorgvuldigheid" waarmee die beslissing tot stand is gekomen. De vluchtelingen moeten dan zien te bewijzen dat die niet "zorgvuldig" is genomen.

Quota

Human Rights Watch (HRW),(5) VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR,(5) het Nederlands Juristen Comité voor de Mensenrechten,(6) Amnesty International,(7) VluchtelingenWerk,(8) en allerlei advocaten en wetenschappers (3) bekritiseren de ac-procedure, een vorm van snelrecht tegen vluchtelingen die in Europa nog nergens op zo'n massale schaal voorkomt. De overheid trekt zich van deze storm van kritiek niets aan. In de begrotingen voor 2002 en 2003 gaf Justitie aan ernaar te streven om 80 procent van alle asielaanvragen af te werken via de ac-procedure. Zonder hen gehoord te hebben of zelfs maar te kennen, beweert Justitie dus glashard dat vier van de vijf vluchtelingen die in de toekomst zullen aankloppen in hun ogen bedriegers zijn. Het stellen van quota lijkt overigens in strijd met internationale verdragen.

Om alle kritiek te pareren heeft de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) onlangs gepleit voor een asielprocedure die het midden moet houden tussen de reguliere en de ac-procedure.(2) Die zou zo'n 240 uur moeten gaan duren. Zo misbruikt de ACVZ de kritiek door voor te stellen dat alle asielaanvragen er voortaan binnen ongeveer 30 werkdagen doorheen gejast moeten worden. Maar 48 of 240 uur, het gaat Justitie er uitsluitend om zoveel mogelijk vluchtelingen in zo min mogelijk tijd af te wijzen. Dat spaart geld en voorkomt dat vluchtelingen na een langere asielprocedure hun weg in de samenleving weten te vinden en overlevingsnetwerken van vrienden, landgenoten en andere ondersteuners weten op te bouwen.

Noten

Terug