De Fabel van de illegaal 79, najaar 2006

Auteur: Bob ter Weter


Beterweter

Toespraak van Jan Peter Balkenende

Als ik hoor dat er gesproken wordt over Harry Potter, dan zeg ik: ook ik, als premier van dit land, kan niet toveren. Aan de andere kant droom ik wel. Van de jaren 50, toen ik als kleuter het land leerde kennen. Het gezin als hoeksteen. De vrouw achter aanrecht en kinderwagen. Dominee en pastoor brachten nog een bindend stemadvies uit. Toen we nog trots waren op ons land. Als Nederland hadden we nog normen en waarden, mijn normen en waarden.

Soms droom ik ook een beetje van de Gouden Eeuw. Een Nederlandse droom. De eeuw waarin handel en nijverheid bloeiden, waarin we de zeeën bevoeren en ook over de grens ons mannetje stonden. We bedwongen het water met onze dijken en schepen. Aan de andere kant dwongen we ook respect af als Nederland. Bij de mensen in de Oost en de West die vaak op eigen kracht niet konden meekomen in de vaart der volkeren, niet konden deelnemen aan de beschaving. Het laat zien waar een klein land, ons land, groot in kan zijn.

Nu zie je dat mensen weer interesse krijgen in de vaderlandse geschiedenis, in onze helden uit die tijd. Jan Pieterszoon Coen, Michiel de Ruyter. Zij hadden die koopmansgeest en ondernemingszin, die VOC-mentaliteit: als je iets wilt bezitten, dan maak je het tot je eigendom. Als het gaat om vragen van vernieuwingsdrang, dan kunnen we hen tot voorbeeld nemen. Zij boden veel inheemsen een nieuwe uitdaging. Op het land dat wij voor hen ontwikkelden, of in het hiernamaals. Ook brachten onze mannen van stavast vele Afrikaanse talenten naar Nederlands Nieuwe Wereld. Helemaal van de overkant van de Oceaan. Werk was er genoeg in die tijd. Iedereen kon meedoen, betaald of onbetaald. Dat is nou die VOC-mentaliteit!

We kennen ook allemaal de verhalen over scheurbuik. De duizenden schrijnende gevallen van arme jongemannen, die op zoek naar een beter leven een schip opstapten. Het zijn beelden die in het geheugen zijn gebrand. Dat zij onderweg overleden, doet mij nog pijn aan mijn hart. Aan de andere kant hadden we het zonder hen natuurlijk nooit gered. De werkelijkheid is wel dat ze er zelf voor kozen om op dat schip te stappen. Om mee te doen. Daar zijn we hen eeuwig dankbaar voor. Voor die VOC-mentaliteit. Want Nederland is een land waar we trots op mogen zijn!

En daarom erger ik me wel eens aan mensen die negatief doen over dat beetje bloed aan onze handen. We hebben vast wel eens iets verkeerd gedaan in al die jaren. Dat wil ik ruiterlijk toegeven. Want waar gehakt wordt, vallen spaanders. Nee, ik idealiseer het verleden niet. Maar ondanks alle tekortkomingen van onze voorvaders, is onze vaderlandse geschiedenis wél inspirerend.

De premier in golfkarretje in voormalige kolonie Indonesië
Er is de afgelopen weken veel gezegd en geschreven over de Turkse genocide op de Armeniërs. Mijn partij heeft Nederlanders van Turkse huize geweerd van de kandidatenlijst voor de komende verkiezingen. Zij wilden die gruwelijke volkerenmoord niet erkennen. Onze normen en waarden zeggen ons dat we hen een geschiedenislesje moeten leren. Duidelijk laten weten waar je voor staat. Dat is ook hier van belang.

Als Nederland richten wij ons op de bebloede handen van anderen, over de grens. Want onze handen zijn schoon. In Nederland respecteren we de mensenrechten. Dat hebben we door de eeuwen heen geleerd. Het jubileum van die inspirerende VOC hebben we enkele jaren geleden dan ook met een gerust hart gevierd. We brachten de beschaving naar de Oost en de West. Maar nog steeds hebben we een missie. En daarom brengen we onze normen en waarden nu naar Amsterdam-Oost en -West. Weer die VOC-mentaliteit!

Elke natie heeft een selectief geheugen. Ook de Nederlandse. Dat is maar goed ook. Er zijn altijd wel mensen te vinden die menen dat de schaduwzijden de bloedrode draad van de vaderlandse geschiedenis moeten vormen. Maar we moeten niet blijven hangen in dat negativisme. Wat gebeurd is, is gebeurd. We moeten onszelf leren vergeven. We mogen van onszelf weer met opgeheven hoofd in de spiegel kijken. Ook dat is tolerantie. Nederland is een land waar we met z'n allen best trots op mogen zijn!

(Uitgesproken op het CDA-congres van 30 september 2006 in Amsterdam)

Terug