De Fabel van de illegaal 80/81, winter 2007

Auteur: Gerrit de Wit


Terrorismewetten ingezet tegen DHKP-C

Op 7 november 2006 sprak het Hof van Beroep in Gent zware straffen uit in het zogenaamde DHKP-C-proces. De DHKP-C is een marxistisch-leninistische beweging in Turkije die ook een gewapende tak heeft. De 7 verdachten kregen 4 tot 7 jaar gevangenisstraf. Vooral de definitieve veroordeling van de Belg Bahar Kimyongür is schokkend. Hij moet 5 jaar de gevangenis in, enkel en alleen omdat hij werkte voor een bureau dat informatie verspreidt over de DHKP-C. Kimyongür zat eerder vast in Nederland.


Bahar Kimyongür
Volgens het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, Amnesty International en vele andere mensenrechtenorganisaties schendt de Turkse staat systematisch de mensenrechten. Koerden en linkse Turken worden vervolgd, opgesloten, gemarteld en vermoord. Kritische journalisten draaien de bak in en kranten worden verboden. De invloed van het leger, geheime diensten en de fascistische Grijze Wolven is groot.

Een van de oppositiebewegingen is de DHKP-C, die inmiddels zo'n 30 jaar bestaat en tot 1994 opereerde onder de naam Devrimci Sol.(1) De beweging telt tienduizenden aanhangers uit verschillende bevolkingsgroepen en strijdt, ook gewapend, tegen de Turkse staat, het imperialisme en het fascisme. Vooral politieagenten, mensen van veiligheidsdiensten, legerofficieren, grootindustriëlen en leden van de fascistische partij MHP zijn het doelwit. De afgelopen jaren kwam de DHKP-C vooral in het nieuws door haar verzet in de F-type-gevangenissen.(2) Dat zijn speciale gevangenissen waar gedetineerden in afzonderingscellen geplaatst worden en bloot staan aan vernederingen en mishandelingen door bewakers. Internationaal zijn die gevangenissen veroordeeld. Honderden gevangen aanhangers van de DHKP-C en andere linkse groeperingen gingen in hongerstaking tegen de onmenselijke omstandigheden in die gevangenissen en 122 van hen lieten daarbij het leven. Onder de DHKP-C-gevangenen bevinden zich overigens veel "gewone leden" van de beweging. Daarbij gaat het om mensen die geen enkele "misdaad" pleegden, maar omwille van een lidmaatschap of sympathie wel tot jarenlange gevangenisstraffen veroordeeld zijn.

Terroristische organisatie

Na de aanslagen van 11 september 2001 werd onder druk van de VS een Europese lijst van "terroristische organisaties" opgesteld. Die arbitraire lijst is zonder enig debat tot stand gekomen en organisaties hebben geen bezwaar kunnen maken tegen plaatsing erop. Turkse diplomaten hebben het voor elkaar gekregen dat ook de PKK en de DHKP-C op de lijst kwamen. De 7 veroordeelden in België konden zodoende allen vervolgd worden wegens lidmaatschap van "een terroristische organisatie". Drie gedaagden werden al in 1999 opgepakt in een appartement in de Belgische plaats Duinbergen. De politie vond daarbij wapens en valse identiteitsbewijzen. Eén van de arrestanten was Fehriye Erdal, een jonge linkse activiste die door de Turkse politie ten onrechte beschuldigd wordt van betrokkenheid bij een aanslag tegen een lid van de machtige financiële Sabanci-dynastie. Achtervolgd door doodseskaders ontvluchtte ze Turkije met een valse identiteit. Erdal werd op 28 februari door de Rechtbank van Eerste Aanleg in Brugge veroordeeld tot 4 jaar cel wegens "bendevorming" en wapenbezit, hoewel een andere verdachte verklaarde dat de wapens van hem waren. Ze zat in afwachting van het proces niet in de gevangenis, maar stond onder huisarrest. Toen Justitie Erdal na de veroordeling op wilde pakken, bleek ze onvindbaar te zijn en dat is ze nu nog steeds.

Fehriye Erdal
Kimyongür werd op 28 februari 2006 door de rechtbank in Brugge al veroordeeld tot 4 jaar gevangenis voor het vertalen van een DHKP-C-communiqué naar het Frans en het verstoren van de orde op een persconferentie van een Turkse minister in Brussel. Hij vertaalde het bewuste communiqué vanwege zijn werk voor een Brussels bureau dat informatie over de DHKP-C en de misdaden van de Turkse staat verspreidt. Het bureau organiseerde ook concerten en solidariteitscampagnes met politieke gevangenen in Turkije, en had regelmatig contact met Belgische en Europese parlementariërs. Overigens vroeg Turkije na Kimyongürs veroordeling om uitlevering, en hij werd daardoor ook internationaal gezocht. Maar hij is Belg en dat land levert geen onderdanen uit. In afwachting van zijn hoger beroep werd Kimyongür op vrije voeten gesteld. Toen hij eind april 2006 naar Nederland kwam om een concert van de Turkse progressieve band Grup Yorum voor te bereiden, werd hij enkele minuten nadat hij de grens passeerde aangehouden. Dat was duidelijk het gevolg van een onderonsje tussen de Belgische en Nederlandse overheden. Drie Belgische senatoren bezochten hem vervolgens in de gevangenis. Ze vroegen de Nederlandse autoriteiten om hem vrij te laten en niet uit te leveren aan Turkije.

Terroristen?

"Wat zijn dan mijn misdaden?", schreef Kimyongür vanuit de Nederlandse gevangenis. "Demonstraties, symbolische protestacties, persconferenties, petities, hongerstakingen, seminars, symposia, het inzamelen van medicijnen, ontmoetingen met Belgische of Europarlementariërs, het sturen van delegaties die toezien op de situatie in Turkse gevangenissen, foto-exposities, concerten en filmvoorstellingen. Kortom, volstrekt onschuldige "misdaden", waarmee ik mijn solidariteit tot uiting bracht. Mijn gevangenschap zou zijn gemotiveerd door een internationaal arrestatiebevel, uitgevaardigd door de Turkse staat, wegens het uitschelden van de minister van Buitenlandse Zaken Ismail Cem, op 28 november 2000 in het Europese Parlement. Door mijn actie, die bestond uit het verspreiden van pamfletten en het roepen van slogans, wilde ik aan de kaak stellen wat zijn regering voorbereidt om de politieke gevangenen te laten lijden. De Turkse staat wil mij 15 jaar zien wegrotten in een van hun fameuze kerkers, de zogeheten F-type-gevangenissen."

Over de aanslagen van de DHKP-C in Turkije meldde Kimyongür dat die in de politieke context gezien moeten worden. Volgens hem "is een gewapende strijd in België natuurlijk waanzin, maar in een land als Turkije, dat drie militaire staatsgrepen heeft gekend sinds de Tweede Wereldoorlog, waar op 10 jaar tijd bijna 1 miljoen mensen zijn aangehouden en gemarteld, waar 40 duizend Koerden vermoord zijn sinds de jaren 80, waar er honderden verdwijningen zijn, waar het terrorisme van de staat echt astronomisch is, zeggen dat de organisaties die hier tegen vechten terroristen zijn, dat is vatbaar voor discussie. Zapata heeft gewapende acties ondernomen, Che Guevara ook. De meeste bewegingen die zich in Afrika verzetten tegen de kolonisatie waren gewapende bewegingen. Is dat een misdrijf? Ik denk dat in extreme gevallen van staatsgeweld zoiets begrijpelijk is." De rechtbank in Den Haag oordeelde in juli 2006 dat uitlevering aan Turkije ontoelaatbaar zou zijn, omdat de feiten waarvan de Turkse staat hem verdenkt in Nederland niet strafbaar zijn. Daarop werd Kimyongür vrijgelaten en keerde hij terug naar België.

Hoge straffen

Op 7 november diende dus het hoger beroep. In de dossiers van de 7 verdachten was geen spoor van bewijs dat ze terroristische aanslagen zouden hebben gepland, laat staan uitgevoerd, noch in Turkije, noch in België, noch elders. Overigens heeft de DHKP-C altijd verklaard buiten Turkije geen gewapende strijd te voeren. De activiteiten van de beweging in Europa zijn zodoende "democratisch" en "wettelijk". Over zijn medeverdachten schreef Kimyongür dat "één persoon is aangeklaagd omdat hij zijn auto had uitgeleend, een ander omdat hij zijn solidariteit had betuigd met de organisatie. Eén persoon heeft wat logistieke steun verleend, niet om een aanslag voor te bereiden of zo, gewoon, uit solidariteit. Het gaat om heel kleine zaken, geen criminele feiten. Het enige dat men ons eventueel kan verwijten, is dat een aantal van de beschuldigden, ik niet persoonlijk, mensen hebben geholpen met onderduiken, met valse papieren. Als de Turkse geheime dienst achter je aan zit, dan is dat wel te begrijpen. Als je een mensenleven kan redden door kleinere misdrijven te plegen, dan kan men dat toch geen grote misdaad noemen."

Aanhangers van de DHKP-C tijdens een demonstratie
Toch kregen de verdachten straffen van 4 tot 7 jaar. Kimyongür kreeg dus 5 jaar gevangenis voor het verspreiden van ideeën. Diverse mensenrechtenorganisaties hekelden de straffen. Terecht werd opgemerkt dat de anti-terrorismewet volkomen anti-democratisch is. Op deze manier en met deze wet zou straks zowat iedereen veroordeeld kunnen worden, van activisten tot vakbondsmensen. De advocaten van de veroordeelden gaan allen in cassatie tegen de veroordeling en willen de juridische strijd ook voortzetten op Europees niveau.

Twee van de veroordeelden, Musa Asoglu en Akar Sükriye, gingen begin november in hongerstaking. Daarmee protesteerden ze tegen "het speciale regime" waaronder ze gevangen zitten. Ze worden geïsoleerd gehouden van hun medegevangenen, mogen maar beperkt familie ontvangen en dan alleen achter glas, hun telefoongesprekken en briefwisselingen worden streng gecontroleerd, ze worden regelmatig naakt gefouilleerd en 24 uur per dag blijven de lichten in hun cellen aan, waardoor ze moeilijk kunnen slapen. Via de rechter werd die laatste maatregel wat verzacht. Sükriye zette daarop de hongerstaking stop. Asoglu gaat er vooralsnog mee door, omdat hij 's nachts om het half uur uit zijn slaap wordt gehaald door bewaarders die controleren of hij er nog wel is. Volgens Clea, een organisatie die de twee DHKP-C-ers steunt, zijn de detentievoorwaarden en ook de detentie op zich "onaanvaardbaar voor een democratisch land als België".

Noten

Terug