De Fabel van de illegaal 89/90, winter 2008

Auteur: Sandor Schmits


Organizen voor een betere toekomst!

Werken in de schoonmaak wordt laag gewaardeerd en slecht betaald. In november 2007 is de FNV samen met de schoonmakers een campagne begonnen voor een hoger loon en meer respect. “Schoonmakers voor een betere toekomst!”


Schoonmakers in actie (foto: Mona van den Berg)
Op 17 november was de officiële startbijeenkomst in het Holiday Inn-hotel bij Schiphol. Ruim 500 schoonmakers en sympathisanten kwamen bijeen voor een strijdbare middag. Agnes Jongerius sprak namens de FNV, Naima Azough voor GroenLinks en Sadet Karabulut voor de SP, maar het belangrijkst waren natuurlijk de schoonmakers zelf die ruimschoots aan het woord kwamen. Verhalen over de slechte behandeling door chefs en bazen, maar ook de onderlinge solidariteit en de eer die schoonmakers uit hun werk halen, waren onderwerp van gesprek. Dat alles met maar één boodschap aan de bazen: meer loon en meer respect!

In Nederland werken 150 duizend schoonmakers in ongeveer 4 duizend schoonmaakbedrijven. Meestal verrichten ze hun werk buiten het zichtveld van anderen. De werkomstandigheden zijn niet goed en het salaris is erg laag. Schoonmakers verdienen tussen de € 8,90 en € 9,05 bruto per uur. Omdat ze daarvan niet kunnen rondkomen, hebben steeds meer schoonmakers twee of meer banen. Velen werken meer dan 40 uur per week om hun gezin te onderhouden. Verder is er sprake van een steeds hogere werkdruk, en voeren enkele schoonmaakbedrijven een streng anti-vakbondsbeleid, waardoor het de schoonmakers vrijwel onmogelijk gemaakt wordt voor hun rechten op te komen. Doen ze dat toch, dan wordt dat hard bestraft. Ze moeten dan bijvoorbeeld alle rotklusjes opknappen of ze kunnen zelfs ontslagen worden.

Nieuwe strategie?

De vakbond FNV is, mede onder druk van de eeuwige zoektocht naar meer leden, op zoek naar nieuwe strategieën om arbeiders te mobiliseren en organiseren. Organizing is een van die strategieën. Het is een vrij nieuwe methode, overgenomen uit de VS. Arbeiders worden daarbij niet meer van bovenaf gerepresenteerd, maar staan zelf aan de basis van de campagne. De organizers van de vakbond begeven zich voor dag en dauw in kantoren, of wurmen zich in hotels, om buiten het zicht van de baas te praten met schoonmakers om zo een netwerk op te bouwen. In zaaltjes door het hele land wordt er door schoonmakers gepraat over hun grootste problemen, en hoe er iets aan te doen valt. Als de schoonmaakbedrijven niet gevoelig zijn voor hun klachten, dan is de volgende stap om de klanten lastig te gaan vallen, de opdrachtgevers van de schoonmaakbedrijven. Uit campagnes in de VS is al gebleken dat het berokkenen van schade aan de reputatie van grote merken een effectieve methode is om bedrijven onder druk te zetten.

De schoonmaakcampagne doorbreekt op die manier de overlegcultuur in de polder. In feite is organizing natuurlijk niets nieuws. Zich onder de arbeiders begeven, proberen op de werkvloer te organiseren, en via acties loonsverhoging en betere arbeidsomstandigheden eisen zijn van oudsher belangrijke taken van de vakbond. Door de steeds verdergaande bureaucratisering en het voor sociale strijd dodelijke Nederlandse poldermodel zijn die taken steeds meer iets van het verleden geworden. In het geval van de vakbonden is zo’n stap terug in de tijd zeker een stap voorwaarts.

Solidariteit

FNV Bondgenoten hebben het initiatief genomen om samen met de schoonmakers van onderop te organiseren voor een betere toekomst. Daar is zoveel mogelijk steun en solidariteit voor nodig. Daarom wordt er verbreding gezocht met iedereen die de schoonmakers een betere toekomst toewenst en hen actief wil helpen die toekomst binnen handbereik te brengen. De eerste stappen daartoe zijn al gezet, want op de bijeenkomst op Schiphol waren allerlei groepen mensen vertegenwoordigd.

Delegatie van schoonmakers in gesprek met een woordvoerder van het ministerie van Binnenlandse Zaken (foto: Eric Krebbers)
Allereerst natuurlijk de schoonmakers zelf. In de slecht betaalde en laaggeschoolde banen werken relatief veel migranten die door het racisme zowel in het onderwijs als op de arbeidsmarkt weinig kans maken op een betere baan. In de schoonmaak werken migranten uit de hele wereld door elkaar. Dat wordt door de bazen misbruikt door bijvoorbeeld allerlei anderstaligen bij elkaar te zetten om de onderlinge communicatie te bemoeilijken. Of juist door schoonmakers op nationaliteit bij elkaar te zetten in teams, om zo de solidariteit met andere afdelingen te ondermijnen. Via de campagne laten de schoonmakers nu zien dat ze allemaal in hetzelfde schuitje zitten en wel degelijk samen kunnen strijden, en dat werkomstandigheden veel belangrijker zijn dan afkomst.

De groep mensen die de campagne tot nu toe ondersteunt, is minstens zo divers. Het gaat om SP-ers, GroenLinksers, 'traditionele' vakbondsleden, leden van migrantenorganisaties als DIDF, Migrante, Respect en CFMW, activisten van Solidariteit, de IS, De Fabel van de illegaal en Doorbraak, en leden van moskeeën en kerken. Nu solidariteit een ouderwets begrip lijkt geworden en grootschalig links protest een zeldzaamheid is, kan de schoonmakerscampagne een strijdbaar voorbeeld worden van nieuw protest.

Acties

In de eerste weken van de campagne zijn de schoonmakers direct begonnen met het opbouwen van druk. Als eerste bedrijf is CSU onder vuur genomen, een van de grootste bedrijven in Nederland op het gebied van schoonmaak en beveiliging. Er zijn delegaties van schoonmakers en sympathisanten op bezoek geweest bij klanten van CSU in onder andere Den Haag, Utrecht, Maastricht en op Schiphol, bijvoorbeeld bij de ministeries van OCW en Binnenlandse en Buitenlandse Zaken, de Schipholgroep en de banken ABN/AMRO en Fortis/MeesPierson.

Aan die opdrachtgevers wordt gevraagd of ze hun schoonmaakbedrijven onder druk willen zetten om hun personeel 10 euro per uur te gaan betalen. Niet overal wordt even enthousiast gereageerd, maar de delegaties blijven terugkomen om respons te krijgen. Nadat de schoonmakers bij zo'n beetje de belangrijkste opdrachtgevers langs geweest zijn, en netjes om steun gevraagd hebben, wordt het tijd om actie te gaan voeren. Er zullen picket- en flyeracties gehouden worden.

Het eerste kleine winstpuntje is al binnen. CSU heeft haar werknemers het recht gegeven om met de vakbond te praten. De acties moeten een steun in de rug worden voor de onderhandelingen over een nieuwe schoonmaak-cao. Die zijn echter enigszins vastgelopen. De bazen willen de eisen van de schoonmakers niet inwilligen. Het gaat om 10 euro per uur, binnen één in plaats van drie jaar, en geen verslechteringen bij overname van een werkplek door een nieuw schoonmaakbedrijf. De acties zullen blijven doorgaan tot er daadwerkelijk verbetering is in het loon en de omstandigheden van de schoonmakers. En 10 euro is niet genoeg!

Kijk voor meer informatie op de campagne-website en de Doorbraak-website. Voor een interview met een schoonmaker en een organizer, zie: “Schoonmakers op Schiphol organiseren zich”, Ellen de Waard en Harry Westerink. In: Fabel Archief.

Terug