Gebladerte-reeks 9

Auteur: Vrouwenonderzoekscollectief Loeder


Extreem-rechts aan de vrouw gebracht

Hoofdstuk 2. Het vrouwbeeld van extreem-rechts in Nederland en in het buitenland

Om het vrouwbeeld van extreem-rechts goed in beeld te kunnen krijgen, is er meer nodig dan een feitelijke uiteenzetting van hoe er gedacht wordt over vrouwen. Er is ook inzicht vereist in de achtergrond van de voorgestane ideologie, herkomst van verschillende denkbeelden en een schets van de onderlinge samenhang van die denkbeelden.

Het is tevens noodzakelijk om te laten zien in hoeverre het vrouwbeeld van extreem-rechts afwijkt van het vrouwbeeld van andere partijen. Om maar een voorbeeld te noemen: de gezinsideologie van extreem-rechts is niet uniek in Nederland. Vele partijen benadrukken het belang van hechte gezinsbanden en staan - meer of minder uitgesproken - een bepaalde invulling van de taken van vrouwen binnen dat gezin voor.

We kwamen er overigens al snel achter dat er noch sprake is van extreem-rechts als titel voor een bepaalde eenduidige ideologie, noch sprake is van één vrouwbeeld. Er zijn dikwijls overeenkomsten tussen verschillende partijen en groepen, maar er zijn niet voor niets zoveel verschillende partijen en groepen. Allemaal onderscheiden ze zich van elkaar in meer of mindere opzichten.

Maar we wilden meer dan alleen een schets van het vrouwbeeld van extreem-rechts. We wilden ook antwoorden op onze vragen. Waarom is men aanvankelijk vaak zo terughoudend met informatie over hun ideeën over de rol van vrouwen? Waarom is men naarmate de aanhang groeit minder terughoudend met die informatie? In hoeverre past het vrouwbeeld in het geheel van denkbeelden? In de paragraaf "Conclusies" komen we hierop terug.

De informatie in de paragraaf "Extreem-rechtse partijen en groepen in Nederland" dient als ondersteuning van de rest van het hoofdstuk en andere hoofdstukken. De grootte van de verschillende partijen en groepen is nuttige ondersteunende informatie bij het hoofdstuk over de aanhang van extreem-rechtse partijen. De relatie is natuurlijk niet direct te leggen, maar de grootte van de aanhang zegt wel iets over de vraag in hoeverre ideeën van een partij worden gedeeld door de aanhang. Wij willen ook een algemeen beeld van de verschillende partijen schetsen. Probeert men een fatsoenlijk gezicht op te houden of niet. In hoeverre treedt men naar buiten over hoe verschillende punten een uiting zijn van een achterliggend wereldbeeld en hoe ziet die er dan uit. Niet voor niets kiest niet elke partij of groep ervoor om eenduidig te zijn over hoe men over vrouwen denkt.

We hebben buitenlandse partijen ook bij ons onderzoek betrokken, omdat extreem-rechtse partijen in het buitenland over het algemeen groter zijn en meer aanhang hebben dan extreem-rechtse partijen in Nederland. In ieder geval moesten we constateren dat partijen in het buitenland meer naar buiten treden met een consistent vrouwbeeld dan in Nederland gebeurt. Mochten extreem-rechtse groeperingen in Nederland meer aanhang krijgen, dan is het waarschijnlijk dat ze zich ook op meer terreinen zullen profileren dan op hun standpunten over "de niet hier thuis horenden" alleen.

Na deze uiteenzettingen volgt het belangrijkste gedeelte van dit hoofdstuk. Het vrouwbeeld van extreem-rechtse partijen is een onderwerp waarover nog niet eerder in deze omvang is gepubliceerd. In dit stuk wordt een schets gegeven van de standpunten die door extreem-rechtse partijen wordt ingenomen aan de hand van de volgende vragen: Hoe staat de vrouw ten opzichte van de man? Hoe wordt er tegen het huwelijk aangekeken? Worden andere samenlevingsvormen (dus anders dan het huwelijk tussen een man en een vrouw) geaccepteerd? Wat is de rol van vrouwen en mannen binnen het gezin? Hoe wordt er tegen abortus aangekeken? Is betaalde arbeid door vrouwen gewenst? Hoe veilig wordt een vrouw in haar omgeving geacht? Bij de beschrijving van de standpunten over deze onderwerpen zal ook uiteengezet worden waar er consensus bestaat en waar er verschillen van opvatting/verschillen in de oplossingen liggen.

Extreem-rechts is geen grote vergaarbak van standpunten, die door iedereen die zichzelf daartoe rekent, met hetzelfde enthousiasme worden omarmd. Sommige standpunten worden door slechts een handjevol mensen ingenomen en de ene partij gaat weer wat verder in het voorstellen van maatregelen dan de andere. Daarom hebben we er ook voor gekozen om uitdrukkelijk aan te geven waar de verschillen liggen. Voor een deel zijn die te verklaren uit de geschiedenis die een groep of partij heeft. Een ander deel is te herleiden uit het onderlinge verband tussen de verschillende standpunten. We geven die korte inleidingen over die partijen en groepen dus niet voor niets. Die helpen inzicht te geven in het hoe en waarom van de standpunten die samen het vrouwbeeld van extreem-rechts vormen én -niet onbelangrijk- hoe het vrouwbeeld dat gepresenteerd wordt een integraal onderdeel vormt van het geheel aan standpunten en opvattingen.

Extreem-rechtse partijen en groepen in Nederland

De voorlopers van CD en CP'86

De Nationale Centrum Partij werd opgericht op 11 maart 1980 door Henry Brookman, daarvoor lid van de NVU (1). Maar omdat Brookman zich wil ontdoen van enkele leden, doekt hij enkele maanden later de partij weer op, nadat leden van deze partij een groep Marokkaanse hongerstakers aanvielen in de Mozes en Aaronkerk op 29 februari 1980. Hij laat enkele dagen daarna de Centrum Partij registeren. Er verandert daardoor echter niet veel: de meeste leden blijven en het program wordt ongewijzigd overgenomen. In 1982 behaalt de CP 0,8% van de stemmen en wordt partijvoorzitter Hans Janmaat gekozen in de Tweede Kamer. Maar in 1984 moet hij het partijvoorzitterschap al weer neerleggen, ten gunste van Nico Konst tijdens een partijcongres.

Maar de tweespalt is er al: persoonlijke ruzies vermengd met verschillen van mening over de te varen koers (radicaal of minder radicaal). Hans Janmaat wordt uit de partij gezet en richt vervolgens de Centrum Democraten op. Intussen gaat het met de CP niet goed. Bij de gemeenteraadsverkiezingen in 1985 behalen ze nog wel enkele zetels, maar er zijn zoveel processen tegen de partij aangespannen dat ze uiteindelijk failliet gaan aan de kosten. De CP'86 ontstaat dan als voortzetting van de partij.

De Centrumpartij presenteert zich "fatsoenlijk". Ze beroepen zich zelfs op verzetstradities. Ze preken mensen aan op angsten, zo blijkt uit hun folders. Er wordt daarin een angst voor chaos, voor onzekerheid, voor verlies van identiteit opgeroepen. De oorzaken van de angst worden natuurlijk bij de vreemdelingen gelegd, waarmee niet alleen buitenlandse arbeiders maar ook mensen die zich "vreemd" gedragen (zoals anarchisten) bedoeld worden.

Ook presenteert de Centrumpartij zich als een partij die de belangen van de eigen bevolking verdedigt. Verder heeft de Centrumpartij een groot wantrouwen tegenover de parlementaire democratie en het meerpartijenstelsel. Ze presenteren zich weliswaar als voorstanders van de parlementaire democratie, maar pleiten tegelijkertijd vaak voor referendums.

De partij was grotendeels opgebouwd rond mensen die ervaring hadden met extreem-rechtse groeperingen zoals de Nationale Partij Nederland (NPN), Nationale Centrumpartij (NCP) en Nederlandse Volks Unie (NVU; deze is thans ook opgeheven).

De CP heeft slechts 5 jaar bestaan en in die tijd meer ruzies en royementen binnen de partij gekend, dan pogingen om samen te werken met andere groepen. De CP kampte met een interne machtsstrijd tussen de harde en de iets minder harde lijn. De harde lijn, vertegenwoordigd door oa. Konst, Segers, Vreesman en Brookman was voorstander van kon takten met extreem-rechtse groeperingen zoals de NVU en het Jongeren Front Nederland (JFN). Aan de andere kant stonden oa. Janmaat en Giessen die een meer fatsoenlijke en "centrumdemocratische" profilering voorstonden.

Na royement van Janmaat en aanhang was de CP een vergaarbak van (ex-) leden van de NVU, Voorpost, het Consortium de Levensboom en Jongeren Front Nederland.

Centrum Democraten

De partij Centrum Democraten is opgericht in 1984, nadat het Tweede Kamerlid Hans Janmaat met een aantal medestanders uit de Centrumpartij was gezet. Naast kamerzetels heeft de CD vertegenwoordigers in verschillende provinciale staten, vertegenwoordigers in gemeenteraden en in deelraden. De leiding is in handen van Hans Janmaat, Wil Schuurman en Wim Elsthout. De CD heeft plaatselijke organisaties, "kringen" genaamd, in tal van grote en middelgrote steden. De activiteiten zijn evenwel beperkt en de leiding berust in feite bij de top van de partij.

De CD vormt momenteel de grootste rechts-extremistische organisatie in Nederland met naar schatting tussen de 1.100 en 1.200 betalende leden en een regelmatige mailing van 1.600 à 1.700 exemplaren van het partijblad. Naar schatting bedraagt het aantal actieve leden omstreeks 100.

In de afgelopen periode heeft de CD een aantal bekende leden geroyeerd: Y. Graman, R. v/d Plas, T. Poppe, W. van Es.

De CD presenteert zich, net als de CP daarvoor, als fatsoenlijk. Uit hun materiaal uit die tijd blijkt dat ze zich niet enorm distantiëren van de CP: "De partij moet worden gezien als een afsplitsing van de CP zoals die nu is. Men kan wel spreken van een voortzetting van de oude partij in haar oorspronkelijke vorm, nl. geschoeid op de gematigde centrumdemocratische leest."

Sinds enige tijd doet de CD hard haar best om van haar imago van "one-issue-partij" af te komen. Maar bij veel onderwerpen die worden aangesneden worden buitenlanders er bij gehaald om te fungeren als oorzaak van problemen en het buiten de landsgrenzen zetten van dezelfde groep als oplossing. Dit gebeurt vaak op een verhullende manier, omdat de CD absoluut niet openlijk racistisch wil zijn. Maar in april 1994 moesten Janmaat en de CD zich voor de Haagse rechter verantwoorden voor het racistische gehalte van de officiële partij-propaganda.

Centraal in het gedachtegoed van de CD staat, zoals bekend mag worden verondersteld, de afkeer van immigratie en van allochtonen. CD'ers zouden etnische minderheden liefst het land zien verlaten. Men vindt bijvoorbeeld dat banen bij voorrang vergeven moeten worden aan Nederlanders. Bij voortdurende werkloosheid moet er verplichte werktijdverkorting komen, en buitenlanders moeten het land uit na 6 maanden werkeloosheid.

Tevens doet de CD in woorden voor komen dat zij opkomen voor die mensen die het meeste "last" hebben van de aanwezigheid van buitenlanders, maar uit het stemgedrag van Janmaat blijkt dat hij helemaal niet solidair is met de laagstbetaalden.(2)

Centrum Partij '86

CP'86 vormt in grootte de tweede rechts-extremistische organisatie in Nederland. De partij heeft tussen de 400 en 500 leden, waarvan een relatief groot aantal, ongeveer 100, actief is. Bij de verkiezingen voor de provinciale staten in 1991 nam CP'86 deel in Noord-Holland, Zuid-Holland en Noord-Brabant en behaalde in totaal 0,3% van de uitgebrachte stemmen. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1990 behaalde CP'86 een zetel in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Almere - de laatste zetel werd niet bezet. In 1994 verwierf de partij 9 raadszetels en 10 deelraadszetels.

De geschiedenis van de CP'86 is nogal beïnvloed door de rivaliteit met de Centrumdemocraten. Naarmate de CD meer electorale aanhang en parlementaire invloed verkreeg en zich naar buiten toe meer gematigd uitte, neigde de CP'86 ertoe zich radicaler op te stellen en meer aandacht te geven aan min of meer provocerende straatacties. De leiding van CP'86 bestaat onder andere uit het Haagse gemeenteraadslid Mordaunt, een uitgesproken neo-nazi met een lange staat van dienst. De partij typeert zichzelf als 'nationaal-democratisch', een term die is overgenomen van een Duitse nazi-stroming.

De CP'86 uit zich expliciet antisemitisch en propageert herziening van de geschiedschrijving over de Tweede Wereldoorlog. De organisatie is ook actief in buitenparlementair optreden, dat wil zeggen: op straat.

De propaganda van de partij is simpel: werkeloosheid en criminaliteit worden verklaard uit de aanwezigheid van buitenlanders. In feite komt het nog veel vaker op hetzelfde neer: veel meer dan bij de CD worden de oorzaken van problemen gelegd bij buitenlanders en daarmee is de oplossing ook meteen gevonden. Bijvoorbeeld: de CP'86 wil verbetering van ons milieu, soos, veiligheid en samenleving door een weloverwogen remigratiebeleid. Een andere, meer verhullende methode om hetzelfde doel te bereiken, werd voorgesteld door Termijn. Hij vond dat subsidies niet langer een groeps- maar volksbelang moesten dienen.

Men probeert in uitspraken vaak zo schokkend mogelijk te zijn. Een illustratie daarvan: "Onvoorwaardelijke terugzending van criminele en parasiterende vreemdelingen, want dan behoren de veelwijverij, het ritueel slachten en het besnijden van meisjes tot het verleden."

Nederlands Blok

Het Nederlands Blok is opgericht in 1992 en herbergt een aantal ontevreden extreem-rechtse activisten, waaronder Alfred Vierling (vroeger CD en CP'86) en Douwe van der Bos (Appel Bestrijding Criminaliteit), leden van Voorpost, huurlingen voor Kroatië en Zuid-Afrika en ook leden van CP'86.

Recent is Nederlands Blok meer en meer in handen van Vreeswijk (Utrecht), die na een conflict met Janmaat uit de CD werd gestoten. Vreeswijk is in de leer (geweest) bij Dewinter (Vlaams Blok), om daar de kunst van ledenwerving en ledenbinding af te kijken. Het Vlaams Blok wordt door het Nederlands Blok ook de Vlaamse moederpartij genoemd.

Het Nederlands Blok wil, ter onderscheiding van CD en CP'86 een fatsoenlijke partij zijn. Vooral Vreeswijk schermt met nieuwe leden die voorbeelden van keurige burgers zijn. Maar ook het Nederlands Blok herbergt veel radicale personen, al dan niet geroyeerd uit de andere partijen (zie Samenwerking tussen de verschillende partijen). In feite profiteert deze partij van de publicitaire smet die zowel op CD als CP'86 is geworpen door verantwoordingen voor rechters over racistisch taalgebruik, criminele activiteiten, enzovoorts. Het Nederlands Blok is relatief een jonge partij, is wat betreft stijl en opvattingen nog niet uit de verf gekomen, behalve dan dat ze absoluut niet vergeleken willen worden met CD of CP'86.

Maar met meningen waarmee men dan wel al naar buiten is getreden, onderscheidt men zich nog niet bepaald van hen. In navolging van de CP'86 is men van mening dat overbevolking het milieu schaadt: "geen toename van de ruimte- en afvalproblematiek door onder andere een strikt toelatingsbeleid". In feite wordt er vooral naar de programmapunten van het Vlaams Blok gekeken en wordt bepaald welke punten geschikt zijn om te worden overgenomen voor de propaganda in Nederland. Het 70-puntenprogramma van het Vlaams Blok (over het anti-vreemdelingenbeleid) vindt Vreeswijk "een stukje apartheidspolitiek", dat goed verdedigbaar zou zijn, want "een volk dat zichzelf respecteert, discrimineert".

Samenwerking en onderlinge verhoudingen

Veel personen die in de verschillende Nederlandse extreem-rechtse partijen en groepen die nu en in het verleden actief waren en zijn, zijn een of verschillende keren van partij veranderd. Het lijkt er veel op dat het niet zo veel uitmaakt voor welke partij of groep men actief is. Er zijn voorbeelden te over: Vreeswijk (NB) zat vroeger bij de CD, van der Bos liep van CP'86 over naar het NB. Een overstap kan ook vooraf gegaan worden door een royement, daar zijn ze bij geen van de partijen erg zuinig mee. Gezien de manier waarop men over elkaar praat, zullen daar ook wel persoonlijke botsingen mee te maken hebben. En als een overstap ook geen uitkomst biedt, kan men altijd weer een nieuwe partij oprichten. Al die overlopers en nieuwe partijtjes zorgen nog al voor wat wisselingen bij gemeenteraden en deelraden.

Maar behalve partijwisselingen is er ook daadwerkelijke samenwerking. Echter op bescheiden schaal. Zo werken CD en CP'86 bijvoorbeeld samen in de Arnhemse raad. En bij de gemeenteraadsverkiezingen van maart 1994 stonden verschillende leden van CP'86 kandidaat voor de CD. In het verleden zijn enkele malen verwoede pogingen gedaan om te komen tot verregaande samenwerking, zelfs besprekingen gehouden die moesten leiden tot één extreem-rechtse partij. Dewinter van VB heeft daar ook eenmaal z'n best voor gedaan. Hij probeerde het Nederlands Blok als voorbeeld naar voren te schuiven. En ook de leiders van Nederlands Blok zelf hebben de pretentie meer te zijn dan de derde extreem-rechtse partij, namelijk de partij die zal leiden tot de opheffing van de anderen. Al die pogingen zijn tot nu toe op niets uitgelopen. Maar net zoals de samenwerking op Europees NAVO ook nog niet wil lukken (4), wil het in Nederland ook nog niet zo lukken met de concrete samenwerking.

Extreem-rechts in het buitenland

België

Bij de parlementsverkiezingen van 13 december 1987, behaalt het VB in een klap in Vlaanderen 3% en in het kanton Antwerpen zelfs 10,9% van de stemmen. Karel Dillen, voorzitter-voor-het-leven, gaat naar de senaat, en Filip Dewinter wordt Kamerlid, samen met Gerolf Annemans. Ook een jaar later, bij de gemeenteraadsverkiezingen boekt het VB weer successen. Bij de laatste verkiezingen, op 21 mei 1995 heeft het VB haar positie weten te bevestigen en zelfs licht uit te bouwen, terwijl ook het Front National, een Waalse tegenhanger van het VB, 2,3% van de stemmen wist te behalen. De dochter van voorzitter Karel Dillen, Marijke Dillen wordt kamerlid in 1991.

Het Vlaams Blok is een volksnationalistische partij. Men streeft ernaar dat het Nederlandse cultuurgoed niet verloren gaat. Ze erkennen het recht op zelfbeschikking van alle volkeren, dus ook van bijvoorbeeld de Bretons en de Franse Vlamingen. Men profileerde zich in eerste instantie als een partij die zou zorgen voor een onafhankelijk Vlaanderen; pas daarna kwam - in navolging van het Front National in Frankrijk - het migrantenprobleem als hét grote onderwerp. Maar het streven naar onafhankelijkheid was daarmee niet afgedaan. Men streeft naar een Vlaams-Nederlandse federatie. "De onafhankelijkheid van Vlaanderen kan slechts via een omwenteling verwezenlijkt worden" wordt er gezegd.

Het Vlaams Blok presenteert zich met behulp van agressieve racistische reclame. Maar niet alleen het "migrantenprobleem" is hierbij een onderwerp; ook de criminaliteitsbestrijding en het gezin zijn onderwerpen waarmee men veelvuldig naar buiten treedt. Daarnaast zou er - als het aan het VB ligt - aanzienlijk in het sociale zekerheidsstelsel geknipt moeten worden en zou er arbeidsplicht in de vorm van tewerkstelling in een gemeenschapsdienst ingevoerd moeten worden.

Uit deze laatste punten kan al opgemaakt worden dat het VB een grote minachting voor de parlementaire democratie aan de dag legt. In het verkrijgen van "wet-en-orde" zou de politie en haar bevoegdheden flink uitgebreid moeten worden. Kortom, de uitvoerende macht zou aan macht behoorlijk winnen, ten koste van de rol van het parlement, politieke partijen en vakbonden. Die minachting komt ook naar voren als het VB praat over het kiesstelsel, zie de paragraaf "Het vrouwbeeld van extreem-rechts".

Het Vlaams Blok is er - in tegenstelling tot bijvoorbeeld in Nederland - in geslaagd om allerlei extreem-rechtse groepjes aan zich te binden. Ze hebben allemaal hun eigen identiteit behouden en zijn onafhankelijk, maar werken innig samen met het VB. Daarnaast heeft het VB goede banden met AGIR, haar Waalse zusterpartij, met Pro Life en met vele buitenlandse extreem-rechtse partijen, vooral uit Nederland en Frankrijk (5).

Frankrijk

Het Front National is in 1972 opgericht. Kort na de oprichting werd Le Pen reeds voorzitter. Er was niet onmiddellijk electoraal succes. Het duurde tot 1983 voordat de eerste grotere verkiezingsoverwinningen behaald werden, maar daarna is het alleen maar beter gegaan met Front National. Het klimaat in Frankrijk is ook dusdanig dat er in de laatste jaren ook coalities zijn ontstaan op lokaal en regionaal niveau tussen traditioneel rechtse partijen en het FN. In 1992 is de electorale aanhang gestegen tot 14% (landelijk gemiddelde), maar in Zuid-Frankrijk is de aanhang op lokaal en regionaal niveau wel 30%.

Het FN herbergt verschillende extremistische stromingen. Bij het FN - net zoals het VB - hebben vele delen van extreem-rechts zich aangesloten. Het FN probeert - en succesvol - allerlei verschillende lagen en bevolkingsgroepen aan zich te binden door speciale aandacht voor hun problemen te tonen, speciale programmapunten op te nemen en door invloedrijke personen aan zich te binden. Men oefent bijvoorbeeld invloed uit met behulp van FN-kringen, die actief zijn op verschillende maatschappelijke terreinen. Het leger, boeren, middenstand, onderwijsinstanties, allemaal vinden ze iets van hun zorgen terug in het program van het FN. Dat al die verschillende stromingen en belangengroeperingen nog niet radicaal met elkaar in botsing zijn gekomen, heeft vooral te maken met het charisma van Le Pen. Hij heeft het FN groot gemaakt, en hij weet als ondubbelzinnig leider het electoraat aan zich te binden.

Het "racisme tegen de Fransen" is verreweg het belangrijkste programmapunt van het FN. Maar de veiligheid van Fransen en van Frankrijk is een goede tweede. Om die veiligheid te vergroten, moet volgens het FN de doodstraf weer ingevoerd worden, moet het politieapparaat uitgebreid worden, strengere straffen ingevoerd worden en moet de Franse defensie versterkt worden. Het geld daarvoor is gemakkelijk op te brengen, want als het aan het FN ligt, wordt de verzorgingsstaat geminimaliseerd, met het sociale zekerheidsstelsel voorop. De functie van de staat moet teruggebracht worden tot politie, justitie, defensie en buitenlandse zaken; de rest van de huidige overheidstaken moeten geprivatiseerd worden. De staat dient ter controle, zogezegd.

De contacten van het FN zijn uitgebreid; regelmatig worden kopstukken van buitenlandse extreem-rechtse partijen op congressen van het FN uitgenodigd. Maar de samenwerking geschiedt met eerbied. Aangezien het FN de grootste extreem-rechtse partij in Europa is en allerlei programmapunten en verkiezingsstrategieën van het FN worden afgekeken. Er is wel eens over Le Pen gezegd: "Als naäperij vleit, is Le Pen één van Europa's meest gevleide politici."

Duitsland

Schönhuber, ex-lid van de CSU, richt in 1983 de Republikaner op. In 1986 behalen ze 3% van de stemmen in Beieren. Tot 1990 weten ze bij verkiezingen hun aanhang iedere keer te vergroten, maar in 1990 lukt dat niet meer. Op dat moment is de partij verzwakt door interne twisten. Echter in 1992 weten ze in veel deelstaten weer behoorlijke percentages stemmen (tot 15%) te behalen. De Republikaner hebben naar schatting 20.000 leden.

De Republikaner werkten samen met DVU (Deutsche Volks Union) die 7.000 meer leden hebben dan zijzelf. Deze samenwerking was vooral gebaseerd op het feit dat men het roerend met elkaar eens is over de Duitse hereniging. Die dient niet beperkt te blijven tot de hereniging van West- en Oost-Duitsland, maar met inbegrip van de "Ost-Gebiete". Naar aanleiding van deze samenwerking is toenmalig partijleider F. Schönhuber afgezet en vervangen door A. Haussmann en later door Rolf Schlierer die zich de Oostenrijkse Vrijheidspartij van Haider ten voorbeeld stelt.

De Republikaner presenteren zich zo fatsoenlijk mogelijk. Daarmee onderscheiden ze zich van andere, veelal kleine extreem-rechtse partijen en groepen. Waar men echter niet voor terugdeinst, is het publiekelijk bagatelliseren van de misdaden tijdens de Tweede Wereldoorlog en onvermoeibaar herhalen dat de misdaden in andere landen veel erger waren.

De belangrijkste onderwerpen van de Republikaner zijn de immigranten en de Duitse hereniging. De aanwezigheid van migranten wordt vervolgens gekoppeld aan een keur van problemen in de Duitse samenleving: criminaliteit, huisvestingsproblemen en werkloosheid. Immigranten zijn gasten, die je moet behandelen als gasten, maar je mag ze geen rechten geven. Samen met het Vlaams Blok en het Front National hebben de Republikaner een tijd lang kleur gegeven aan de fractie Eurorechts van het Europees parlement.

Oostenrijk

Jörg Haider werd in 1986 gekozen tot partijvoorzitter van de FPÖ, de Freiheitliche Partei Österreichs. In 1990 wist de FPÖ 17% van de kiezers aan zich te binden en sindsdien heeft de partij bij elke verkiezing gewonnen. Van oorsprong is de FPÖ een liberale partij, ze waren bijvoorbeeld tot voor kort vertegenwoordigd in de Liberale Internationale (een samenwerkingsorgaan van liberale partijen in Europa, waarin ook de VVD is vertegenwoordigd). Maar onder leiding van Haider is de FPÖ een moderne extreem-rechtse partij geworden met nationalisme, vreemdelingenhaat, Groot-Duitsland ideologie als speerpunten.

Een FPÖ-parlementariër bijvoorbeeld "betreurt het dat het herenigde Duitsland, 'een pseudo-natiestaat', na de val van de Muur de kans heeft verkeken om met Elzas, Zuid-Tirol en Oostenrijk in Groot-Duitsland op te gaan." In oktober behaalde de FPÖ 22,6% van de stemmen bij de parlementsverkiezingen. De leuzen die de FPÖ bij de campagne gebruikte, luidden: "Eigen volk eerst" en "Dam de misdaad in".

De FPÖ profileert zich nog altijd als een liberale partij, maar Dewinter en Le Pen denken daar anders over. Dewinter schrijft: "Het is toch duidelijk, dat de FPÖ, die steeds de meer rechtse volksnationalistische weg inslaat, alleen kan overleven wanneer ze zonder complexen voor Eurorechts kiest" (de extreem-rechtse fractie in het Europese parlement).

De invloed van Haider, een populist die succes heeft met nationalistische en xenofobe retoriek, kan alleen maar groter worden nu blijkt dat hij bijna een kwart van de kiezers achter zich heeft. Haiders succes heeft de afgelopen jaren al geleid tot een verharding van de Oostenrijkse politiek jegens vluchtelingen en asielzoekers. Maar de politiek van verrechtsing ging niet helemaal zonder slag of stoot.

Het liberale Forum scheidde zich af van de FPÖ. Schmidt en vier andere parlementariërs braken met Haider na conflicten over diens vijandigheid jegens buitenlanders en zijn plotselinge verzet tegen toetreding tot de Europese Unie.

Italië

Op 26 januari 1995 is de MSI opgeheven. Direct daarna begon, grotendeels met dezelfde deelnemers, het eerste congres van de Alleanza Nazionale (AN). Leider van de AN werd Gianfranco Fini. In de statuten van de AN worden antisemitisme en Mussolini's rassenwetten verworpen. Verder noemt men zich post-fascistisch. Fini: "De Alleanza Nazionale bestaat uit een heel sterke rechtse kern en uit een katholiek, een liberaal, een sociaal en een sociaal-democratisch deel. Het is een verbond dat als zodanig geen ideologische identiteit heeft, maar uitsluitend een politieke, een programmatische identiteit." Fini portretteert de MSI-AN als een democratische, modern rechtse stroming die veel weg heeft van het neo-Gaullisme in Frankrijk.

De Nationale Alliantie ontstond als een mantelorganisatie van de MSI, uitgebreid met wat overlopers. Fini wil behalve het rechtse kamp ook het centrum veroveren, vandaar dat hij steeds verder afwijkt van het fascistische pad. Hij omhelst het liberalisme, maar komt tegelijkertijd zijn oude vrienden tegemoet: hij handhaaft de symbolen van de MSI (de vlam en het trapezium).

De AN heeft gebroken met Le Pen vanwege Zuid-Tirol (zou wel of niet bij Italië horen). Maar in feite wil men niet samenwerken in het Europese Parlement, omdat de AN inmiddels regeringspartij was geworden (in Berlusconi's regering) en men dus zoveel mogelijk het fatsoenlijk imago wil bewaren. Dit verhindert echter niet dat leden van FN en AN nog veelvuldig en hartelijk met elkaar omgaan. Maar die democratische uitstraling naar buiten zorgt wel voor moeilijkheden binnen de partij. Alessandra Mussolini, de kleindochter van dictator Benito Mussolini bijvoorbeeld, vindt dat de fascisten moeten verdwijnen uit haar partij, de Alleanza Nazionale.

Het vrouwbeeld van extreem-rechts

Man/vrouw-verhoudingen

Volgens de CD en CP'86 zijn vrouwen en mannen gelijkwaardig, maar van nature verschillend van elkaar. Ze hebben dus ook andere taken en verantwoordelijkheden, hierin vullen ze elkaar aan.

Gemeenteraadslid Beaux van de CP'86 in Amsterdam: "Ik wijs er kortheidshalve nog slechts op, dat man en vrouw niet aan elkaar gelijk zijn (...) echter wel altijd aan elkaar gelijkwaardig. Deze van nature aan elkaar gelijkwaardige ongelijkheid heeft de vrouw voor andere, niet minder gelijkwaardige taken dan de man geschapen." Het gebruik van het woord gelijkwaardig is hier volgens ons misleidend. Men doet het voorkomen dat de waardering voor de verschillende taken van mannen en vrouwen gelijk is en evenveel status verleent. Hoe opmerkelijk dan dat vrouwen die geen betaald werk hebben vaak zeggen: "Ik ben maar huisvrouw". Blijkbaar weten vrouwen maar al te goed hoe laag de waardering is voor huishoudelijk werk. CD en CP'86 reppen met geen woord over machtsverschillen tussen mannen en vrouwen.

Bij sommige andere extreem-rechtse partijen is het al niet anders. Een voorbeeld: de Republikaner vinden mannen en vrouwen onder alle omstandigheden gelijkwaardig, maar alleen de vrouw is in staat door warmte en toewijding en gunstig klimaat te scheppen waarin het gezin goed kan gedijen. Gelijkheid in rechten voor een vrouw kan alleen verwerkelijkt worden met inachtneming van haar specifieke waarden en kunnen.

Maar het kan nog extremer. Voor de Front National bestaat de vrouw als zodanig eigenlijk niet, net zo min als er individuen bestaan. De vrouw is alleen interessant als baarmoeder en dus als degene die het ras in stand houdt. Het ideaalbeeld is dat van het gezin waarin de vrouw haar traditionele rol vervult als moeder, niet meer en niet minder.

Vrouwvriendelijkheid en emancipatie blijken Janmaat in ieder geval vreemd te zijn. "Ik ben ondanks mijn katholieke opvoeding niet zo bijbelvast, maar de vrouw volgt de man", zegt hij. De CP'86 zegt niet tegen emancipatie te zijn, maar als je leest, wat er volgens hen aan te merken is op emancipatie, dan kan men zich in alle ernst afvragen wat de CP'86 verstaat onder emancipatie. "Alle mensen zijn aan elkaar gelijk. Man en vrouw zijn volstrekt gelijkwaardig en hebben recht op gelijke maatschappelijke posities en behandeling. Emancipatie mag echter niet leiden tot bedilzucht of tot bevoordeeling van de ene sexe boven de andere." De CD is ook niet tegen emancipatie "zolang het de natuurlijke ontplooiing van de vrouw niet in de weg staat". (zie ook onder betaalde arbeid).

Het Front National in Frankrijk is ook tegen emancipatie, alleen zij geven een historische verklaring voor hun anti-emancipatie opvatting. De FN heeft een ideologie die gestoeld is op het katholicisme. Le Pen stelt de bevrijding en emancipatie van de vrouw tegenover een maatschappij waarin de vrouw haar echte plaats zou zijn kwijtgeraakt. Bevrijding en emancipatie betekenen dus hier terug naar de wortels van de beschaving, dus de vrouw is pas vrij als ze terug in de keuken is. In redevoeringen van Le Pen wordt vaak maagdelijkheid benadrukt; daarmee wordt seksuele autonomie van vrouwen ontkend. Seks is voor de FN iets functioneels, iets om het ras mee voort te zetten. Al het vuile van seks wordt aan de migrant toegeschreven, blijft over seks als belangrijke taakstelling op het gebied van voortplanting.

Kort gezegd kun je stellen dat bij alle extreem-rechtse groepen de rol van de vrouw beperkt is en bepaald wordt door wat men noemt haar natuurlijke aanleg. Als vrouwen iets meer of anders willen, dan wordt dat geschaard onder het hoofdstuk emancipatie en feminisme. En dat wordt vervolgens of afgewezen of beperkt tot een heel klein gebied of ingevuld als terug naar de keuken.

Het Huwelijk

Rol van huisvrouw en moeder. Volgens alle extreem-rechtse partijen heeft de man binnen het huwelijk de macht: hij verdient het geld voor het gezin en biedt bescherming aan vrouw en kinderen tegen de onveilige buitenwereld. De belangrijkste taak van de vrouw is om kinderen te krijgen en zich volledig aan de opvoeding op te offeren. Zij heeft de verantwoordelijkheid voor het huishouden en kinderen, maar moet altijd de man volgen.

Maar historisch gezien, blijven deze partijen in ieder geval consequent. Vrouwen hebben binnen de fascistische en extreem-rechtse ideologieën altijd de rol van huisvrouw en moeder toebedeeld gekregen en zij waren daarin ook beslist niet de enige. Bijvoorbeeld ook de paus en de katholieke kerk hebben die idee altijd nagestreefd. Onlangs heeft de paus zich nog uitgesproken tegen discriminatie van vrouwen. De belangrijkste taak van de vrouw is het moederschap. "De kerk is tegen elke vorm van discriminatie die de gelijkwaardigheid van man en vrouw aantast. De rol van de vrouw is niet minder, maar wordt juist versterkt omdat zij te maken heeft met het moederschap, de bron van nieuw leven, zowel in fysiek als in spiritueel opzicht."

Dat de moraal van de katholieke kerk zo mooi aansluit bij de heersende ideeën van extreem-rechtse partijen, is ook niet nieuw. Ook in de periode tijdens en voorafgaand aan WO II werd door de toenmalige paus gesproken over: "Vrouwen die van nature geschapen zijn voor huishoudelijk werk, dat de eer van het zwakke geslacht in hoge mate beschermt en in natuurlijke overeenstemming is met de opvoeding van de kinderen en het welzijn van het huisgezin."

Toen sloten fascisme en de katholieke kerk naadloos op elkaar aan en hielpen elkaar, nu zijn beide in woord nog steeds overeenkomstig.

Gemengde huwelijken. Maar natuurlijk vertelt de CD een heel ander verhaal als het gaat om gemengde huwelijken. "De regering heeft met haar onoverwogen beleid veel Nederlandse jongeren in hun jeugd voor onverantwoorde keuzes met betrekking tot de levenspartner geplaatst. Dat heeft geleid tot multi-culturele huwelijken. De regering draagt de volle verantwoordelijkheid voor de gevolgen en verleent alle mogelijke faciliteiten om, op wens van de Nederlandse partner, de huwelijken te beëindigen en de partner zo snel mogelijk naar het land van herkomst te laten remigreren."

CP'86, bij monde van Mordaunt zei hierover: "Gemengde relaties lopen driemaal zo vaak op de klippen als relaties tussen mensen uit dezelfde etnische groep. De kinderen uit die relaties worden door beide groepen niet geaccepteerd en zullen eenzelfde groep gaan vormen als de niet te benijden kleurlingen in Zuid-Afrika."

Kinderen kunnen binnen het gezin het slachtoffer worden van verwaarlozing, mishandeling en incest. CD en CP'86 zijn tegen (uitbreiding van ) financiële steun voor jeugdhulpverlening, want hulpverleners zouden zich te veel met het gezinsleven bemoeien. Janmaat zei hierover in de Tweede Kamer: "Wanneer begint de regering aan het terugbrengen van die gezinsverbanden die ten gevolge van allerlei hulpverleners en verkeerde wetten de ouderlijke macht hebben verkleind en de gezinnen ten onrechte uit elkaar hebben gejaagd, waarbij het maar wordt voorgesteld alsof de hele Nederlandse bevolking een poel van incest en andere ongeregelde en verafschuwde zaken is?" Door gezinnen koste wat het kost bij elkaar te willen houden, zoals beide partijen blijkbaar beogen gezien het bovenstaande, houdt je juist afschuwelijke situaties in stand.

Echtscheiding. CD en CP'86 vinden het huwelijk de plek voor mensen om hun natuurlijke rol te vervullen. Het baart de CD en CP'86 dan ook grote zorgen dat vele huwelijken in een echtscheiding eindigen. Genoemde partijen vinden dat het de taak van de staat is om partners en gezinnen bij elkaar te houden. Om te voorkomen dat met het wegvallen van het huwelijk onze samenleving de vernieling indraait.

CD en CP'86 willen daarom echtscheidingsmogelijkheden beperken. De CD wil dat een huwelijk niet binnen de eerste 2 jaren kan worden beëindigd en echtscheidingsprocedures bemoeilijkt moeten worden als tot het gezin nog minderjarige kinderen behoren. De CP'86 heeft geen voorstellen voor tijdsmarges waarbinnen wil of niet gescheiden mag worden, maar wil scheiden onaantrekkelijk maken door een weinig florissant beeld van de periode na de scheiding te schetsen. CP'86 verwoordt het als volgt in haar partijprogramma: "Met het oog op de enorme toename van het aantal aanspraken op uitkeringen ingevolge de Bijstands Wet zullen in de toekomst restrictieve maatregelen onontkoombaar zijn. Naast het verhaalrecht van de overheid valt ook te denken aan een verplichting tot herintreding van het arbeidsproces, alsmede aan een sanctionerend ontmoedigingsbeleid. Het kan niet zo zijn, dat de gemeenschap en de overheid moeten opdraaien voor alle ontsporingen in de relatie-sfeer in Nederland. Noch van de gemeenschap, noch van de overheid, kan verwacht worden dat zij de persoonlijke verantwoordelijkheid van de individuele burger op zich kunnen nemen."

Overigens is het frappant dat de kleine kinderen, die overal elders in het programma van deze partij opduiken, hier ineens niet meer te vinden zijn, maar er wordt wel gesteld dat bij echtscheidingsprocedures het belang van het kind centraal dient te staan. En wat te denken van dat sanctionerend ontmoedigingsbeleid? Wat houdt dat in? Straffen voor die mensen die gaan scheiden?

Ook wat betreft ideeën over echtscheidingsmogelijkheden zijn de standpunten van de Nederlandse extreem-rechtse partijen niet uniek. Ter vergelijking: het VB laakt de versoepeling van de echtscheidingswet en de uitholling van het ouderlijk gezag als 'gevaarlijke tendensen'.

Alternatieve samenlevingsvormen. Het huwelijk is de norm en tevens de enige erkende mogelijkheid tot samenleven. Dat idee delen alle partijen in Nederland maar ook in het buitenland. Ter illustratie: Jörg Haider, leider van de FPÖ vindt "moderne samenlevingsvormen anders dan het huwelijk tegennatuurlijk en anti-nationaal. Partnerschap bestaat immers uit een dienend en een leidend deel". Blijkbaar kan alleen binnen een huwelijk een machtsverschil tussen de partners afgedwongen worden.

Andere relatievormen dan het huwelijk worden allemaal afgewezen. Samenwoners vormen volgens het VB een minderwaardige relatievorm en de institutionalisering van relaties tussen seksuele minderheden is helemaal taboe. "Het VB weigert enige rechtskracht te verlenen aan het samenwonen van twee of meer mannen of twee of meer vrouwen, of andere combinaties die eerder uitingen zijn van marginaal sociaal gedrag. De opvoeding van kinderen door mensen die in een dergelijke verhouding leven moet bij wet verboden worden."

Homoseksualiteit wordt altijd afgewezen en vooral pogingen gedaan om het belachelijk te maken. Dus geen erkenning voor bijvoorbeeld het samenlevingsregister. Schuurman zei in een gemeenteraadsvergadering in Den Haag: "Het voorstel (om samenlevingsregister in Den Haag te openen, Loeder) is een belediging voor grote groepen burgers die het huwelijk serieus beleven, al dan niet uit een geloofsovertuiging. Zo de zaken er nu uitzien, zal de CD tegen stemmen." Een voorbeeld van totale minachting en een poging om zo grof mogelijk uit de hoek te komen van het MSI-AN: "Als de homoseksualiteit verheven wordt tot een recht, kunnen ook verkrachting, incest en geslachtsgemeenschap met dieren als rechten worden beschouwd".

Homoseksualiteit zou bedreigend zijn voor controle op het geboortecijfer, maar het is ook een kwestie van afwijzing van alles wat wordt gezien als tegennatuurlijk. In het licht van dat laatste is ook hun opvatting over kunstmatige inseminatie en spermabanken te zien: "Het idee dat lesbiennes nu ook in staat gesteld moeten worden om gezinnen te vormen met behulp van een zaaddonor, doet wat merkwaardig aan. Willen deze vrouwen in hun hart toch naar het 'traditionele gezin', dat door hun levenswijze nu juist onmogelijk wordt? En wat voor gevolgen heeft het voor kinderen van twee lesbiennes om op te groeien in zo'n gezin?"

Een kind moet opgroeien binnen een twee-ouder-gezin dus 2 ouders, man en vrouw, dus over BOM-moeders wordt als volgt gedacht: "Zonder vaderlijk gezag groeien hun kinderen anders, minder goed op. En is het niet vreselijk voor deze kinderen?"

Maar dit zijn 'slechts' woorden, het Vlaams Blok heeft al bedacht wat een effectieve methode zou kunnen zijn om 'vreemde' gezinsvormen te voorkomen of in ieder geval tegen te gaan. Alle 'vreemde' gezinsvormen moeten ofwel verboden worden, ofwel ontmoedigd in de vorm van sterk verminderde of zelfs afgeschafte kinderbijslagen. Daarmee bedoelt het Blok gezinnen van allochtone oorsprong, maar ook gezinnen die afwijken van het traditionele hetero-patroon. Het zou homoseksuele koppels bijvoorbeeld verboden moeten worden kinderen op te voeden.

Ook hier duiken kinderen weer op als een verdediging en rechtvaardiging voor hun standpunten. Aan kinderen moet het goede voorbeeld gegeven worden en kinderen moeten onderwezen worden in de verschillen tussen goed en slecht. Homoseksualiteit is slecht, huwelijk is het enige goede. Daarom schermt Beaux met verwachtingen als is de CP'86 in staat om die opvoeding aan kinderen te geven en daarmee de Nederlandse maatschappij weer een stukje gezonder te maken: "Wij kunnen een beleid ontwikkelen dat is gericht op de bescherming van onze jeugd, door middel van goede seksuele voorlichting op de scholen, waarbij de jeugd wordt gewezen op de mogelijk ernstige gevolgen van de uitwassen van een dergelijk seksueel gedragspatroon. Homovriendelijke activiteiten zouden tot nul gereduceerd moeten worden."

AIDS is ook vanaf het begin als een veel gebruikt middel tot dreiging geweest. Als homoseksualiteit kan leiden tot het oplopen van zo'n levensvernietigende ziekte, dan kan het niet anders of homoseksualiteit is natuurtegenstrijdig. Maar ook door middel van het onderwerp AIDS kan weer heel gemakkelijk een verband gelegd worden met buitenlanders. Bij het FN gebeurt dat al heel direct: niet-Europeanen moeten aan de grenzen een 'diepgaande gezondheidscontrole' ondergaan, inclusief een aidstest.

Het Front National is daarmee nog redelijk indirect. Want als het om Aids gaat, gaat het VB nog wat verder in haar voorstellen. Hierbij gaat het niet om Aids als zodanig, maar wordt deze ziekte alleen maar gebruikt om hun propaganda voor "de nieuwe moraal - de grote waarde van een evenwichtige monogame relatie" te versterken. Zij pleiten onder meer voor een verplichte Aidstest voor onder andere trouwlustigen, zwangere vrouwen en gedetineerden. Het VB vindt dat "seropositieven of aids-patiënten die door hun gedrag andere mensen zouden kunnen besmetten, moeten worden opgesloten". "En seropositieve niet-Europese vreemdelingen moeten worden opgesloten."

Het Gezin

CD en CP'86 beschouwen het gezin als steunpilaar van de samenleving. In het partijprogramma van de CP'86 staat het als volgt omschreven: "Het traditionele twee-ouder-gezin als duurzaam samenlevingsverband, blijkt de hoeksteen van de samenleving. Het gezin is het meest ideale en onvervangbare leefmilieu voor het opgroeiende kind."

Vrouwen zijn volgens de CD en CP'86 gelijkwaardig aan mannen en "mogen" ook betaald werken. Tegelijkertijd echter worden kinderen en huishouden als de verantwoordelijkheid van de vrouw gezien. Als vrouwen betaald gaan werken worden ze dus dubbel belast. Ter bescherming van het gezinsleven zijn CD en CP'86 tegen allerlei maatregelen die het voor vrouwen makkelijker maken om betaald te gaan werken. CD en CP'86 doen alsof alle vrouwen al hun levensvreugde van hun man en kinderen krijgen.

De Nederlandse extreem-rechtse partijen zijn niet de enige die een verband leggen tussen betaald buitenshuis werken door vrouwen en de door hun voorgestane rol binnen het huishouden. Maar in Nederland wordt die rol van vrouwen niet als oplossing voor het werkloosheidsprobleem aangedragen. Dat is over de grenzen wel het geval. Het Front National van België is van mening dat "(wij) weer terug moeten naar het normale leven, met het gezin als kernstructuur. De familiezin is helemaal verdwenen. Ouderen worden in sterfhuizen gestopt, vrouwen heeft men frustraties aangepraat, omdat gelijkheid zou betekenen dat ze baan buitenshuis moeten hebben. Wij willen een ouderinkomen instellen voor vrouwen die gewoon hun kinderen opvoeden. Dat hoort thuis te gebeuren. En zo komen er tegelijk banen vrij."

De grootste gezinspartij is echter het Vlaams Blok. Niet alleen zijn hun uitspraken over de positie van het gezin in de maatschappij het duidelijkste, hun voorgestelde maatregelen om te komen tot kinderrijke gezinnen gaan ook het verst van allemaal. "Een menswaardige gemeenschap bestaat niet, kan niet bestaan uit geïsoleerde, alleen in zichzelf geïnteresseerde individuen: gelijkwaardig naast de mens, naast de traditie, naast het gezag is de familie, het gezin onmisbaar en onvervangbaar voor elk volk en voor de mensheid als geheel. (...) Het gezin staat niet in dienst van het wisselend geluksgevoel van mensen die alleen maar aan zichzelf denken, maar is: leven voor de toekomst, ook - en zelfs vooral - door de zorg voor een kinderrijk gezin."

Kinderrijke gezinnen zijn voor het VB ook de ideale plaats om aan politieke indoctrinatie te doen: "Hier kan reeds het voor het nationalisme broodnodige wij-bewustzijn gesensibiliseerd worden". Voor het VB moet de kinderrijkdom ook politiek worden beloond door een aanpassing van het kiesstelsel. Zo wil de partij 'een democratische vertegenwoordiging van de kinderen en wil ze de ouders een bijkomende stem geven per kind. De moeder stemt voor het eerste kind, de vader voor het tweede en zo verder.' Deze laatste maatregel is overigens afgekeken van het Front National in Frankrijk.

Maar behalve stimulerende middelen om de bevolking te motiveren tot grote gezinnen, kan men natuurlijk ook geboortebeperkende middelen verbieden. Daar heeft men in Nederland nog niet aan gedacht, maar de gezinspartij bij uitstek wel. Volgens het VB is ook de pil debet aan de dalende geboortecurve: "Wat de invloed van anticonceptiva betreft, kunnen we kort zijn: sedert het midden van de jaren zestig gebruiken steeds meer vrouwen contraceptiemiddelen, waardoor het gezin veel gemakkelijker dan voorheen de zwangerschappen in de tijd kan spreiden en het kindertal beperken."

Men is bang dat men binnen een of twee generaties overspoeld zal worden door nakomelingen van migranten. Voor de periode van 2010 tot 2020 verwachten zij een vervangingstekort van meer dan 200.000 arbeidskrachten. Hetgeen niet met elkaar in tegenspraak is, als men ervan uitgaat dat het de bedoeling is dat die arbeidsplaatsen uitsluitend door blanken vervuld moeten worden. De remedie? Vlaamse vrouwen moeten voor het jaar 2000 vijftig procent meer kinderen gaan baren.

Het Vlaams Blok gaat nog uit van een eigen wil van vrouwen om het kindertal te beperken. Het FPÖ doet dat al niet meer. Het FPÖ beschouwt de pil en seksuele vrijheid als een vernedering van de vrouw en seksuele voorlichting als een misdaad jegens kinderen. Van zelfbeschikkingsrecht hebben ze bij het FPÖ waarschijnlijk nog nooit gehoord.

Abortus

Abortus wordt afgewezen. Dat gebeurt door alle Nederlandse extreem-rechtse partijen en door alle extreem-rechtse partijen in het buitenland. Maar in enkele landen gaat men veel verder dan in Nederland. In bijvoorbeeld Frankrijk maakt men een onderscheid tussen abortus voor blanken en kleurlingen. Het Deutsche Frauenfront (de vrouwenafdeling van de Duitse ANS, Aktiefront Nationaal Socialisten) maakt een uitzondering voor abortus als het gaat om een gehandicapt kind. Soms is men van mening dat abortus strafbaar gesteld moet worden (Republikaner en Vlaams Blok), soms vindt men dat de staat door middel van doktoren moet bepalen wanneer er wel een abortus moet plaats vinden of niet (DFF en National Front in Groot-Brittannië).

Volgens ons zijn dit echter alleen maar accentverschillen op een klein terrein. Abortus moet gezien worden als een onderdeel van bevolkingspolitiek. En als men wil begrijpen waarom hier zoveel accent verschillen in bestaan, dient men zich vooral eerst te realiseren dat bevolkingspolitiek altijd een belangrijk onderdeel is geweest van welke ideologie dan ook. Als men een beweging wil laten groeien, dan wordt vaak geprobeerd om middels bevolkingspolitiek greep te krijgen op bevolkingstoe- en afname. De beweging moet immers groeien. Ook de fascistische en extreem-rechtse ideologie hebben bevolkingspolitiek als middel tot controle en regulering van de populatie hoog in hun vaandel staan. En al die verschillende accenten: dat zegt niet veel meer dan dat men er erg mee bezig is, maar in feite komen al die verschillen op hetzelfde neer: het "eigen" volk moet groeien en het "vreemde" deel moet slinken, het eigen volk moet zo gezond en sterk mogelijk zijn, het vreemde volk zo zwak mogelijk. Op welk deel dan het meest de nadruk wordt gelegd, is meer een kwestie van tactiek of voorkeur, dan getuige van een wezenlijk verschil in inzicht.

Waarom is abortus zo belangrijk voor extreem-rechts? Het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen is een bedreiging en verstoring van de bestaande orde. Onder bestaande orde wordt verstaan: zoals die door God is ingesteld (religieuze herkomst dus) en zoals die traditioneel is gegroeid met de hoeksteen van de samenleving. Abortus vormt ook een bedreiging van de greep van de overheid op de bevolkingspolitiek. Men heeft het idee dat hiermee grote inbreuk wordt gedaan op allerlei waarden.

Al in de Grondbeginselen van het Vlaams Blok (naar buiten gebracht bij de oprichting van deze partij) staat een alinea te lezen over zwangerschapsonderbreking: "Wij wijzen elke liberalisering van de wetgeving op abortus af en eisen de oprichting van sociale organisaties die de bescherming van het ongeboren kind bevorderen, evenals het afschaffen van subsidies aan organisaties die abortus propageren of bevorderen." Het VB begint een alliantie met Pro Vita om gezamenlijk de strijd tegen 'moord op het ongeboren leven' aan te gaan. In 1990 wordt, ondanks een gezamenlijke tegencampagne van VB en Pro Vita abortus uit het strafrecht gehaald. Daarna dient het VB nog tweemaal een voorstel tot herinvoering van abortus in het strafrecht in, hetgeen niet tot het gewenste resultaat leidt.

Ook in Nederland is extreem-rechts tegen zelfgekozen abortus. Ze gaan er van uit dat ieder gezond kind bijdraagt aan een sterke en stabiele samenleving. Daarnaast is het volgens hen van belang dat er een tegenwicht geboden wordt aan het feit dat er steeds meer mensen van allochtone afkomst in Nederland bijkomen. Ze vinden het de plicht van de Nederlandse vrouw voor nageslacht te zorgen, zodat het Nederlandse volk zal voortbestaan.

De CP'86 bijvoorbeeld noemt in haar partijprogramma: "Zwangerschapsonderbreking op sociale indicatie, ongeacht in welk stadium van de zwangerschap dient bij wet verboden te zijn." "Het is de taak en de plicht van de overheid om ten aanzien van de massamoord op het ongeboren kind (abortus) een dusdanig sociaal leefklimaat te creëren dat zwangere vrouwen abortus op sociale indicatie niet meer behoeven te overwegen."

Ze zijn dus niet zozeer tegen abortus omdat ze vinden dat vrouwen zelf mogen bepalen wat er met hun lichaam gebeurt, maar omdat de staat of de samenleving het recht heeft om te beslissen of deze kinderen het waard zijn om geboren te worden. Als het kind van buitenlandse afkomst, of van gemengde afkomst is, is de kans groot dat de staat beslist tot abortus. Het CP'86 gemeenteraadslid Mordaunt: "Alle zwarten die niet meer terug kunnen naar hun eigen land, moeten gesteriliseerd worden. Zwarte meiden zijn niet mooi, al soms wel in hun soort. Halfbloedjes zijn wanproducten."

Als er abortus wordt gepleegd, is de vrouw in alle gevallen de schuldige. Het Front National in Frankrijk ziet het als volgt. Frankrijk heeft te maken met een afnemend aantal geboortes. De oorzaak hiervoor wordt gezien in de legalisering van abortus. De vrouw als degene die van abortus gebruik maakt, is daarmee, samen met de buitenlander medeplichtig aan het "nationaal verval".

Overigens is abortus wel een standpunt, waarbij men verschillen ziet tussen mannelijke leden en vrouwelijke leden van extreem-rechtse partijen. Zo vindt een lid van de CD dat abortus een zaak is van de vrouw zelf. En op een partijcongres van de Republikaner in 1993 werd gediscussieerd over abortus. Mevrouw Seifert, vice-voorzitter in Berlijn was daarin van mening dat het verbod op abortus weliswaar gehandhaafd moest blijven om het ongeboren leven te beschermen, maar ze vond niet dat er ook nog een bestraffing van vrouwen geëist moest worden die in uiterste nood toch een abortus pleegden. Maar daarmee waren velen het niet eens: "sociale indicatie mag geen reden zijn om straf te ontlopen, want de demografische problemen zijn enorm. Het gaat om het overleven van ons volk". 'Bundersschriftführer Martina Rosenberger probeerde er nog tegen in te gaan: "Weet u wel wat het betekent als dit in ons program komt? Heel veel vrouwen worden dan gecriminaliseerd. Alsof hun mannen geen schuld aan een abortus hebben. Wij vrouwen zijn geboren om kinderen te krijgen en ons in te zetten voor hun opvoeding. Maar soms kan iemand door de schuld van de maatschappij gedwongen worden tot het plegen van een abortus." Maar ook deze argumenten mochten niet baten: abortus moet terug in het strafrecht volgens de Republikaner.

Betaalde arbeid

Werd er door de Centrumpartij nog fel afgezet tegen buitenshuis werkende vrouwen, door de opvolgers van de CP worden al minder krachtige bewoordingen gebruikt. Moniek Wanders, fractiemedewerkster van de toenmalige CP wist in een radio-uitzending nog het volgende te berde te brengen: "Een vrouw moet bereid zijn zich volledig aan de opvoeding van de kinderen te wijden. Buitenshuis werken kan daar niet bij, omdat haar aandacht en energie de kinderen toekomt. De moederband speelt een grote rol in de opvoeding, zij draagt dan ook grote verantwoording. Man en vrouw kunnen tegenwoordig bewust kiezen voor wel of geen kinderen, dus ook bewust kiezen voor deze verantwoording. Ik kan niet begrijpen dat vrouwen hun kinderen overdragen en overlaten aan crèches." CD en CP'86 gebruiken dat soort bewoordingen al lang niet meer. Vrouwen mogen wel buitenshuis werken, maar liever niet. De opvattingen van CD en CP'86 over het echtscheidingen lijken heel tegenstrijdig te zijn in vergelijking met hun opvattingen over betaald werken buitenshuis door vrouwen. Want als een vrouw gescheiden is van haar man, zal ze wel buitenshuis moeten werken. De bijstandsuitkering zal niet meer de uitweg zijn voor vrouwen. (zie "Het Huwelijk") Blijkbaar zijn vrouwen die dan niet meer in het ideale plaatje van huisvrouw en moeder binnen het gezin passen, dermate ontspoord, dat men voor hen die bescherming van huis en haard niet meer wil bieden. Blijft staan dat men deelname van vrouwen aan de arbeidsmarkt zoveel mogelijk probeert te ontmoedigen.

Dat is niet de mening van de meeste buitenlandse extreem-rechtse partijen. Buitenshuis werken door vrouwen wordt bij het Vlaams Blok afgekeurd. Om die afkeuring kracht bij te zetten, worden uitspraken gedaan zoals: "Vindt u het niet logisch dat mevrouw net lang genoeg werkt om recht te hebben op werkloosheidsuitkering en zich dan laat ontslaan om gedurende jaren te kunnen profiteren ten koste de gemeenschap?" "De werkweigering neemt een steeds groter aandeel in van de werkloosheidscijfers. Het is toch echt niet zo verwonderlijk dat precies vrouwen verhoudingsgewijs het grootst aantal werklozen tellen? Omdat ze gemakkelijker ontslagen worden? Neen, omdat ze gemakkelijker tot het profitariaat willen behoren." (VB-ideoloog E. Truyens in de Vlaams Nationalist). Het VB wil dan ook dat het thuiswerk in het gezin geherwaardeerd moet worden en dat bij vacatures voorrang gegeven wordt aan gezinshoofden, en bij collectief ontslag zouden gezinshoofden gespaard moeten worden. In 1991 eist het VB op een speciaal gezinscongres een ouderschapsvergoeding en een sociaal statuut voor de thuisblijvende partner en moeten fiscale en andere maatregelen de rol van de thuisblijvende partner aantrekkelijker maken. Officieel bepleit het VB een opvoedersloon. "Want", zo zegt Kamerlid Marijke Dillen, "de vrouw moet kunnen kiezen of ze thuis wil blijven, dan wel uit werken wil gaan. Want vrouwen zijn vaak om financiële redenen verplicht buitenshuis te gaan werken." Dat klinkt als is er hier sprake van keuzevrijheid, maar gezien de ideeën van VB over de rol van mannen en vrouwen en gezien de voorstellen omtrent kinderopvang, zal deze keuzevrijheid weinig ruimte bieden aan vrouwen die inderdaad buitenshuis willen/moeten werken.

Ook de FPÖ hangt, ondanks alle carrièrevrouwen binnen haar gelederen, de ideologie aan dat vrouwen in de eerste plaats moeder en huisvrouw moeten zijn. Ouders, de staat en de media zouden er voor moeten zorgen dat bij jonge meisjes de liefde voor het huishouden gewekt wordt en vreugde in het vervullen van vrouwelijke taken. Middel daartoe zou onder andere het verplicht bezoek aan de huishoudschool zijn, waar men in die taken onderwezen wordt.

Het Front National in Frankrijk stelt ook een aantal maatregelen voor (die uiteraard alleen voor "Franse" gezinnen gelden), die vrouwen thuis zouden moeten houden:

- een salaris voor moeders zodat ze thuis worden gehouden, gefinancierd door het verdwijnen van crèches die dan niet meer nodig zijn. Het huisvrouwensalaris is lager dan het minimumloon. ("Donner aux môres de famille le choix entre l'activité profesionelle et le foyer par la création du revenu maternel, 5000 Fr par mois á partir du 3eme enfant pour les familles Françaises")

- financiële hulp aan alleenstaande moeders voor de kinderen.

Bij het FPÖ wil men precies hetzelfde maar op een andere manier; daarnaast legt men ook nog een verband met de aanwezigheid van buitenlanders. Opvoeding van kinderen door de moeder moet volgens het FPÖ weer aantrekkelijk gemaakt worden door het van staatswege instellen van "moedergeld", een soort uitkering. Dat moedergeld moet verkregen worden door belastingvoordelen voor alleenverdieners, waardoor vrouwen ontmoedigd worden buitenshuis te gaan werken. Vrouwen zijn zo weer beschikbaar voor het gezin en hun rol als moeder. Vrouwen moeten het volk instandhouden door veel kinderen te baren en zo voorkomen dat buitenlanders een meerderheid gaan vormen.

Positieve actie en kinderopvang. Zoals reeds gezegd mogen vrouwen volgens de CD en CP'86 buitenshuis werken, maar dan moeten ze daarnaast wel zorg blijven dragen voor huishouden en kinderen. Stelselmatig wordt ieder voorstel dat kan leiden tot verlichting van de taken van buitenshuis werkende vrouwen afgekeurd.

De noodzaak van positieve actie wordt niet onderkend. Voorkeurbeleid ten opzichte van vrouwen vindt men in strijd men de nagestreefde gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen. Of men begrijpt de noodzaak van positieve actie niet. Hofman, CD-raadslid in Amsterdam: "Ik begrijp niet goed wat nu het voordeel is van het bevoordelen van vrouwen. Naar mijn mening worden zij daarmee echter benadeeld, want zij worden er later op aangekeken dat zij een voorkeursbehandeling hebben gekregen."

CD en CP'86 wijzen kinderopvang af. Vrouwen horen de kinderen op te vangen. Het belang van het kind gaat voor het belang van de vrouw, stellen deze partijen. Gemeenteraadslid Beaux van CP'86 in Amsterdam verwoordde dat als volgt: "Ik wens mijn instemming te onthouden aan stimulerende maatregelen die kinderopvang bevorderen voor diegenen die te bedonderd zijn om hun kinderen liefdevol te verzorgen en die hen liever opbergen in crèches en hen overlaten aan beroepsoppassers." Mevrouw Schuurman, voormalig gemeenteraadslid van de CD in Den Haag, over de bouw van een nieuw kinderdagverblijf: "De CD is tegen alle voorstellen die een verdere ondermijning van het gezin tot gevolg hebben. Wij zullen dit voorstel dan ook niet steunen."

Maar zoals reeds geconstateerd, kan het nog erger, gezien de opvattingen die bij extreem-rechtse partijen in het buitenland overheersen.

Actieve vrouwen binnen de partij. Maar er zijn in elke extreem-rechtse partij vrouwen actief. Weliswaar bij de ene partij meer dan bij de andere, maar er wordt door bijna geen enkele extreem-rechtse partij een verklaring voor gegeven. Waarschijnlijk omdat elke verklaring moeilijk staande te houden is. In Europa is deelname aan buitenshuis werk door vrouwen in die mate gegroeid en verankerd, dat het moeilijk voorstelbaar is dat al die vrouwen na de "strijd" zonder mankeren zullen terugkeren naar huis en haard. Zeker voor Nederland geldt, dat de extreem-rechtse partijen te kampen hebben met een gebrek aan kader en actieve mensen in het algemeen. Dus iedere persoon die zich actief wil inzetten, wordt als het ware met open armen ontvangen. Waar fascisten in WO II de tijdgeest wel mee hadden, met een sterk anti-feministische houding, lukt dat nu minder goed. Ook nu probeert men stemming te maken door feministes af te schilderen als vrouwen die zich af zetten tegen alles wat vrouwelijk is. Feministes zouden vrouwen aan het werk willen zien. Feministes zouden het de vrouw opdringen om buitenshuis te gaan werken. Een huisgezin hebben en daar zorg aan besteden, zou voor feministes niet echt mee tellen. Op die toer wordt wel geprobeerd om een emotioneel onderscheid te maken tussen vrouwen die hun ware aard onderkennen en zij die dat niet doen. Maar men probeert dus al niet meer alle vrouwen onder de extreem-rechtse vlag te krijgen. Men heeft de feministes al nodig als profilering van waar men zich tegen af zet, dus zal men hen niet binnen eigen geledingen krijgen.

Maar de FPÖ heeft als enige partij geprobeerd een draai te geven aan de discrepantie tussen het afkeuren van buitenshuis werk door vrouwen en toelaten van actieve vrouwen binnen eigen gelederen. Maar of het een geldige invulling voor die discrepantie is, is maar al te zeer de vraag. De huidige deelname van vrouwen aan het arbeidsproces, en ook de actieve deelname van vrouwen binnen de FPÖ wordt alleen maar getolereerd omdat het gezien wordt als een fase, een tussenoplossing. De onvrouwelijke taken die vrouwen nu vervullen worden gezien als een offer aan de strijd voor "ons" Europa, en als die strijd gestreden is, kunnen vrouwen eindelijk hun leven weer inrichten conform hun idealen en wensen.

Veiligheid op straat

CD en CP'86 benadrukken veelvuldig de onveiligheid die de Nederlandse burger zou voelen als men zich op straat begeeft. De CD en CP'86 staan al gauw klaar met oplossing in de sfeer van meer politie, meer orde en strengere straffen. CD en CP'86 leggen de oorzaak van de onveiligheid vooral bij migranten. Het CD-raadslid uit Schiedam Vierling: "De doorsnee moslim heeft niet zo'n moeite met vrouwenmishandeling." Terwijl zowel Nederlandse als migrantenmannen vrouwen lastig vallen, zwijgen CD en CP'86 in het eerste geval in alle toonaarden. Maar in het tweede geval zijn ze de eersten om moord en brand te schreeuwen. Ze verspreiden het vooroordeel dat migranten agressief zijn en zich vaak in de criminele wereld bevinden. Ze zeggen de Nederlandse vrouw te willen beschermen tegen aanranding en verkrachting. Maar in hun uitspraken of stemgedrag is niet terug te vinden dat zij zelf seksueel geweld bestrijden. De angst van vrouwen wordt door hen aangewakkerd door middel van het idee dat migranten verantwoordelijk zijn voor alle kwaad te versterken. Daaruit valt te concluderen dat het slechts een middel is om vreemdelingenhaat aan te wakkeren.

Daarvan getuigt ook de volgende uitspraak van Wim Beaux, die tijdens een debat over de sociale vernieuwing opmerkte dat in het rapport stond dat 20% van de Amsterdamse bevolking uit buitenlanders bestaat: "Dat wordt ons aangepraat als een verrijking van de samenleving. De slachtoffers van aanranding, verkrachting, roof en inbraak weten echter wel beter."

Bij het Front National in Frankrijk wordt het verband tussen vrouwen, seksueel geweld en migranten nog veel nadrukkelijker gelegd dan in Nederland. Seksueel geweld wordt daar gezien als het gevolg van het feit dat vrouwen lichamelijk zwakker zijn maar wel steeds meer "als mannen" zijn gaan leven en daarmee blootgesteld worden aan veel meer geweld dan vroeger, een argument om vrouwen weer binnenshuis te krijgen. Daarnaast wordt de vrouw als "excuus Truus" gebruikt tegen buitenlanders. Seksueel geweld tegen vrouwen is het werk van buitenlanders die dus terug naar het land van herkomst moeten.

Le Pen verbindt in zijn toespraken vaak migranten met vrouwen. Hij associeert de migrant met verkrachtingen; hij waarschuwt dat de migrant binnenkort zich bij de fransman thuis zal vestigen, zijn brood zal eten en met zijn vrouw zal slapen. De bedreiging is dan des te groter omdat de migrant niet alleen de plaats van de fransman in de maatschappij inneemt maar ook de plaats in het gezin dat in de ideologie van Le Pen de veilige, intieme en vertrouwde kern van de maatschappij vormt. Buiten het gezin wordt het gevaar gevormd door de migrant, binnen het gezin is de homoseksueel de grote bedreiging. Net als de migrant verstoort hij de natuurlijke orde en haalt de traditionele rolpatronen door de war. Naast het verval van de waarden (seksuele), worden er steeds minder kinderen gemaakt en zal het ras dus uitsterven en het land ten prooi vallen aan de buitenlander.

Maar het benadrukken van onveiligheid en onveiligheidsgevoelens van mensen kan nog een reden hebben. In de dertiger jaren werd onveiligheid op straat als aanleiding gezien om een sterk leiderschap, orde, tucht en discipline in te zetten. Veel leiders van extreem-rechtse partijen hebben wel eens een uitspraak gedaan in de trant van: "Wat dit land nodig heeft, is een sterke leider."

Het vrouwbeeld van andere Nederlandse politieke partijen

In deze paragraaf wil ik ingaan op alle aspecten van het vrouwbeeld zoals die genoemd zijn in de vorige paragraaf. Beschreven zal worden in hoeverre andere Nederlandse politieke partijen soortgelijke dan wel afwijkende standpunten bij deze aspecten hebben. Ik ben voor dit gedeelte van de brochure uitgegaan van de partijprogramma's die voor de 2e Kamer verkiezingen van 1994 zijn geschreven.

Man en vrouw: hoe liggen de verhoudingen? Zijn mannen en vrouwen gelijk volgens de SGP? Het wordt niet letterlijk zo gezegd, maar mannen en vrouwen hebben in ieder geval "een onderscheiden taak en plaats in de samenleving. (...) Vanouds is de man werkzaam buitenshuis en verzorgt de vrouw het huishouden. Zeker als de kinderen jong zijn, ligt de eerste roeping van de vrouw bij het dagelijks verzorgen van deze kinderen." Verder is de SGP berucht geworden, vanwege hun standpunt dat vrouwen geen lid mogen zijn van de partij. Men is ook tegen de Algemene Wet Gelijke Behandeling, vanwege godsdienstige overwegingen. Men behoudt zich het recht voor om te mogen onderscheiden tussen goed en kwaad, ook als dit gevolgen heeft voor hun opstelling tegenover anderen.

De RPF en het GPV zijn ook tegen de Algemene Wet Gelijke Behandeling. De RPF gaat nog een stapje verder door te stellen van deze wet intolerantie in de hand werkt. "In plaats van tolerantie af te dwingen middels een wet, zorgt deze wet nu juist voor grote gewetensproblemen voor diegenen die nu juist onderscheid willen maken met de bijbel in de hand."

Waar het gaat om ontplooiing van gaven en talenten, spreekt het volgens de RPF vanzelf dat vrouwen en mannen gelijke rechten en gelijke kansen behoren te hebben. Maar lijsttrekker van de RPF, M. Leerling, vindt wel dat er een verschil is tussen mannen en vrouwen: "De vrouw heeft zich in het huwelijk te onderwerpen aan de man." Dat is een nog sterkere uitspraak dan "De vrouw volgt de man" hetgeen we uit de mond van Janmaat mochten optekenen. De RPF vindt dat vrouwenemancipatie geen overheidstaak is, en dat daarom voorkeursbeleid voor vrouwen en emancipatiesubsidies opgeheven moeten worden.

Andere partijen hebben voor de Wet Gelijke Behandeling gestemd. Groen Links wil zelfs discriminatie op grond van sekse "actief" bestrijden.

Kortom, voor klein rechts zijn mannen en vrouwen vanuit religieuze overwegingen niet gelijk; ze hebben verschillende taken. Andere partijen vinden erkennen de gelijkheid van mannen en vrouwen wel en hebben meer of minder verstrekkende voorstellen om die gelijkheid te verkrijgen op verschillende terreinen.

Het huwelijk. Ook de SGP ziet het huwelijk - net als CD en CP'86 als een van de pijlers van de samenleving, zij het dan vanuit een godsdienstige achtergrond. Gelijkstelling van andere samenlevingsvormen dan het huwelijk wordt door alle partijen van klein rechts afgewezen. Als de bijbel zegt dat homoseksualiteit slecht is, dan moet men ook nu in de gelegenheid gesteld worden om dat onderscheid tussen goed en kwaad te maken.

In het partijprogramma van de SGP wordt een verband gelegd tussen de ontwrichting van het huwelijk, middels erkenning van andere samenlevingsvormen, en de ontwrichting van de samenleving. Men is tegen officiële registratie van alternatieve samenlevingsvormen omdat zo het unieke karakter van het huwelijk tenietgedaan wordt. Zo wil men bijvoorbeeld mogelijkheden voor kunstmatige bevruchting, adoptie en pleegouderschap alleen open stellen voor gehuwden. De SGP wil tevens, gelijk aan denkbeelden van CD en CP'86, voorstellen tot een verdere vereenvoudiging van de echtscheidingsprocedure afwijzen. Behalve de SGP en GPV heeft geen enkele partij voorstellen gedaan voor het vergemakkelijken of bemoeilijken van echtscheidingsprocedures.

"Samenlevingsvormen, waarin twee mensen, ook van gelijk geslacht of naaste bloedverwanten, duurzaam de verantwoordelijkheid voor elkaar aanvaarden, hebben aanspraak op met het huwelijk vergelijkbare rechten en plichten. Dit moet wettelijk geregeld blijven met inbegrip van de mogelijkheiden van registratie van deze verbanden bij de gemeentelijke overheid." Zo luidt het verkiezingsprogram van het CDA. Dit is echter voor een gedeelte misleidend, want in geval van kunstmatige voortplantingstechnieken gelden die aanspraken op het "met het huwelijk vergelijkbare rechten en plichten" niet. Deze technieken zouden slechts aangewend kunnen worden als er sprake is van onvruchtbaarheid waardoor de wensouders samen geen kind kunnen krijgen. Daarom zouden alleen man/vrouw relaties in aanmerking kunnen komen voor deze voortplantingstechnieken.

Volgens de PvdA en Groen Links moeten alternatieve samenlevingsvormen dezelfde status krijgen als het huwelijk. De PvdA wil ook nog een Wet tegen Discriminatie invoeren, waarin het maken van onderscheid op grond van onder andere geslacht, seksuele geaardheid of leef- en woonsituatie verboden wordt. (Dit is dus een andere inhoud dan van de voorgestelde Wet tegen Discriminatie van Groen Links.)

Het gezin. Omdat de SGP het gezin als uitgangspunt neemt, is men van mening dat het kostwinnerschap weer overal in ere moet worden hersteld, en moet bijvoorbeeld de belastingwetgeving uitgaan van het principe dat het gezin de hoeksteen van de samenleving is.

Er wordt niet letterlijk gezegd dat grote gezinnen de voorkeur hebben boven kleine gezinnen, maar gezien het aantal voorgestelde maatregelen die het stichten van grote gezinnen aantrekkelijker maken, lijkt het wel die richting uit te gaan. Zo wil de SGP bijvoorbeeld dat de fiscale positie van grote gezinnen (4 of meer kinderen) extra aandacht verdient en wil men meer woningen voor grote gezinnen; kinderbijslag verhogen, vooral vanaf het derde kind.

Andere partijen hebben ook zo hun voorstellen tot verandering van de AKW (Algemene Kinderbijslag Wet). Groen Links en RPF willen ook dat de kinderbijslag omhoog gaat, CDA wil bevriezing van de kinderbijslag. De andere voorstellen met betrekking tot de AKW betreffen de progressieregeling, dat wil zeggen dat de hoogte van de kinderbijslag stijgt naar mate er meer kinderen geboren worden. De SGP en GPV willen die progressie dus verhogen, D66, CDA en VVD (met wat onderlinge verschillen) juist niet.

In hoeverre die voorstellen iets te maken hebben met de voorgestane gezins- en/of bevolkingspolitiek van deze partijen, blijft onduidelijk. Want het CDA staat bekend als een gezinspartij, maar wil toch bevriezing van de kinderbijslag. Dat heeft dus meer te maken met ideeën in hoeverre de overheid verantwoordelijk is voor de financiële positie van gezinnen, dan met een wenselijke grootte van een gezin. Maar daar laat men zich - met uitzondering van de SGP - niet over uit.

Abortus. De SGP is tegen abortus, met uitzondering van die gevallen waarin het leven van de moeder in gevaar is. Men ziet de mens als een schepsel van God, en men mag dus niet zelf over leven en dood beslissen. Maar waar de CD en CP'86 de beslissingsmacht het liefst in handen van de staat, middels de arts, zou willen zien, onthoudt de SGP die macht aan zowel vrouw als arts.

Het GPV is tegen ook abortus, ook als het kind gehandicapt ter wereld komt. Men ziet mensen met een handicap als volwaardige leden van de samenleving. Het leven van een gehandicapt kind is volgens het GPV net zoveel waard als een ander kind. Niet de staat moet daarover beslissen, maar God beslist.

De RPF is ook tegen abortus. Daarbij wil men ook dat artsen verplicht worden te wijzen op pro life organisaties.

De andere partijen doen geen uitspraken over abortus, dus is aan te nemen dat men instemt met de manier waarop abortus heden ten dage in Nederland is toegestaan.

Betaald arbeid. De SGP vindt dat de overheid zich verre dient te houden van een beïnvloeden van de wijze waarop gehuwden de taken binnen het gezin verdelen. Men is voor een voorkeursbehandeling voor kostwinners, of dat nu vrouwen zijn of mannen. Dat lijkt afwijkend te zijn van de meningen van CD en CP'86, maar schijn bedriegt: "Bij sollicitatie-procedures moet positieve discriminatie van vrouwen achterwege blijven." Maar onuitgesproken beleid is ook beleid. Als de mogelijkheden voor vrouwen om buitenshuis te werken worden geminimaliseerd, zijn ze gedwongen thuis te blijven. Daar zijn de volgende standpunten ook illustraties van: kinderopvang is een taak van de ouders; herintreding van gehuwde vrouwen niet stimuleren.

Volgens het GPV moeten vrouwen de kans hebben om buitenshuis werken, maar worden daartoe niet gestimuleerd. Maatregelen die vrouwen in ieder geval in staat moeten stellen om buitenshuis te werken, zijn de volgende.

Het GPV wil kinderopvang van overheidswege betalen als er sprake is van een alleenstaande ouder die door het verrichten van werk buitenshuis zoveel mogelijk in eigen levensonderhoud wil voorzien.

Maar men is tegen positieve actie voor vrouwen. Het laatste is overeenkomstig met de SGP en CD en CP'86. Echter, het GPV wil dat belemmeringen voor toetreding van vrouwen tot de arbeidsmarkt en ook voor de uitoefening door vrouwen van maatschappelijke en politieke functies worden weggenomen.

Ook de RPF ziet geen aanleiding voor een specifiek emancipatiebeleid. Men signaleert een streven van mannen en vrouwen naar betaalde arbeid buitenshuis. In dat streven zou een dreiging schuilen wat betreft de keuzevrijheid van vrouwen en mannen om zich aan de zorgtaak van het gezin te wijden. Natuurlijke geschiktheid voor zorgtaken wordt dus niet per definitie voor waar gehouden, maar wordt wel duidelijk als een taak binnen het gezin gezien.

Andere politieke partijen zien wel de noodzaak of in ieder geval wenselijkheid van economische zelfstandigheid voor vrouwen en daarmee hebben ze allemaal voorstellen om de positie van vrouwen op de arbeidsmarkt te verbeteren. Deze voorstellen variëren van werkloosheid onder vrouwen bestrijden door middel van om-, her-, of bijscholing (VVD) tot het positief actiebeleid als voorwaarde voor overheidssubsidies stellen (Groen Links). Daarnaast hebben CDA en PvdA zich uitgesproken voor een herverdeling van betaalde en onbetaalde arbeid.

Over kinderopvang verschillen de meningen echter wat meer. Het CDA vindt dat gesubsidieerde kinderopvang beperkt dient te blijven voor die personen die andere vormen van kinderopvang niet kunnen financieren. Want het CDA ziet kinderopvang als een gedeelde verantwoordelijkheid van sociale partners én ouders/verzorgers.

VVD, PvdA en Groen Links vinden dat kinderopvang én ouderschapsverlof uitgebreid moeten worden.

Veiligheid op straat. Alle partijen zien meer politie en uitbreiding van middelen als de belangrijkste invulling van criminaliteitsbestrijding en als bevordering van het gevoel van veiligheid. De SGP en GPV vinden dat de doodstraf weer ingevoerd moet worden.

Daarnaast hebben een aantal partijen nog andere voorstellen die moeten leiden tot een vergroting van het veiligheidsgevoel. Om de veiligheid op straat te verhogen wil D66 goede straatverlichting aan laten brengen en wil men vermenging van woon-, werk-, en winkelbebouwing realiseren. Ook Groen Links wil een veilige inrichting van buurten.

Ten aanzien van seksueel geweld, wil Groen Links dat de politie prioriteit legt bij het actief optreden tegen seksueel geweld. Opvallend genoeg heeft het GPV zich ook uitgesproken voor optreden tegen seksueel geweld en voor het bevorderen van hulpverlening voor slachtoffers van incest of seksueel geweld.

Conclusies. Op veel punten wijkt het vrouwbeeld van de klein-rechtse partijen niet veel af van dat van de extreem-rechtse partijen en zijn er ook overeenkomsten te vinden tussen bijvoorbeeld het CDA en extreem-rechts.

Het vrouwbeeld van extreem-rechts is in feite een uitbreiding van bestaande ideeën, die ook ingebed zijn in de huidige maatschappij. Omgekeerd hebben ideeën van extreem-rechtse partijen ook weer hun invloed op andere partijen, zoals we gezien hebben met de racistische standpunten van extreem-rechts in Nederland tijdens het illegalendebat.

Maar de extreem-rechtse partijen zich onderscheiden van de andere politieke partijen in Nederland met hun fascistische elementen. Nationalisme, eigen volk eerst en niet als minste de veronderstelde ongelijkheid tussen mensen maken dat het noodzakelijk is om extreem-rechtse partijen speciaal aan de kaak te stellen. Want de ideologie van extreem-rechts is totaal verschillend dan die van bijvoorbeeld klein rechtse partijen. Dat de voorgestelde maatregelen overeen komen, maakt ze nog niet hetzelfde. Maar daarmee is niet gezegd dat het vrouwbeeld van andere partijen niet ook eens nauwkeuriger onder de loep genomen moet worden.

Conclusies

Nederland heeft - gezien de hoeveelheid groepjes en partijen in verleden en heden - een versplinterde extreem-rechtse aanhang. In de ons omringende landen is er veel duidelijker spraken van één grote partij. Ondanks diverse pogingen is het toto nu toe niet gelukt om verschillende partijen in Nederland onder te brengen in één grote partij.

Maar wat betreft het vrouwbeeld, ontloopt men elkaar nauwelijks in Nederland. CD en CP'86 komen met schaarse informatie als het gaat om hun ideeën over vrouwen, en van het Nederlands Blok is vooralsnog helemaal niets bekend. Maar omdat het NB voor een groot gedeelte is opgebouwd door ex-leden van CD en in mindere mate CP'86, zal dat niet veel verschillen van wat we hiervoor hebben opgetekend.

In Nederland geeft men weinig informatie over vrouwen, maar er zijn nauwelijks tegenspraken. Er zijn alleen tegenstrijdigheden op het gebied van buitenshuis werken door vrouwen. Dat mag, maar wordt zoveel mogelijk ontmoedigd doordat men de voorwaarden wil minimaliseren (kinderopvang, positieve actie) en men vrouwen altijd verantwoordelijk houdt voor huishouden en kinderen.

Maar omdat men uit gaat van het gezin met een kostwinner aan het hoofd, gaat men voorbij aan alle vrouwen die zich niet in een gezinssituatie bevinden. En die maken een groot deel van de Nederlandse bevolking uit, waarvoor geen mogelijkheden worden geboden om in eigen onderhoud te voorzien. Tegelijkertijd wil men graag verhinderen dat deze groep van uitkeringen gaat "profiteren".

Ondanks deze tegenstrijdigheid vormt het vrouwbeeld van extreem-rechts een consistent geheel. Uitgangspunt vormt het beeld dat vrouwen en mannen een aparte taak in de maatschappij hebben. Instituties als gezin en staat helpen daarbij. Het gezin als mini-staatje, waarin voorbereid wordt voor een functie binnen de grote staat. Vrouwen lijken binnen het gezin een belangrijke taak te hebben, maar schijn bedriegt. De taken zijn alleen uitvoerende taken, staat en man beslissen.

De uitspraken van de verschillende vertegenwoordigers van extreem-rechtse partijen - die we als illustraties gebruikt hebben - zijn niet incidenteel. We hebben teveel in strekking overeenkomstige citaten opgetekend gezien. De voorstellen die we in de diverse gemeenteraadsnotulen en handelingen van de Tweede Kamer hebben aangetroffen, vormen een praktische invulling van de partijprogramma's.

Wat betreft belangenbehartiging voor mensen met een kleine beurs, stemt Janmaat anders dan men bij de CD in hun propaganda wil voordoen. Maar het voorgestane vrouwbeeld wordt trouw uitgewerkt in voorstellen tot verandering.

Het vrouwbeeld van extreem-rechts in Nederland is niet zo vergaand op verschillende punten als van partijen in het buitenland. Daar is men ook scheutiger met informatie over hun vrouwbeeld dan in Nederland. Twee feiten houden volgens ons verband met elkaar. Partijen in het buitenland zijn groter dan Nederlandse partijen en treden meer in de publiciteit met hun vrouwbeeld.

Kleine partijen zoals in Nederland blijven veelal hangen in het stadium van one-issue-partij. Met een anti-buitenlandersstandpunt zijn veel stemmen te behalen, maar verder wordt een voorgestaan wereldbeeld weinig uitgewerkt. Deels omdat men weinig menskracht heeft en men dus met weinig mensen veel moet doen; deels omdat men zich eerst wil profileren op dat ene standpunt. De rest volgt in de toekomst.

In het buitenland was dat duidelijk te zien. Oudere partijprogramma's waren minder uitgewerkt en behelsden minder onderwerpen. De stellng dat naarmate een partij groeit, men met meer standpunten naar buiten komt, wordt hierdoor onderschreven.

Mochten CD, CP'86 en NB in aanhang groeien, zal men zich ook profileren met andere standpunten waaronder het vrouwbeeld. En gezien de extremere standpunten in het buitenland, is het waarschijnlijk dat dat ook hier zal gebeuren. Dan zal men ook hier pleiten voor abortus in het strafrecht, verbod op buitenshuis werken door vrouwen en noem maar op.

Noten

Literatuur bij "Extreem-rechtse partijen en groepen in Nederland"

Literatuur bij "Extreem-rechts in het buitenland"

Literatuur bij "Het vrouwbeeld van extreem-rechts"

Literatuur bij "Het vrouwbeeld van andere Nederlandse politieke partijen"

Terug