Gebladerte-reeks 9

Auteur: Vrouwenondersoekscollectief Loeder


Extreem-rechts aan de vrouw gebracht

Hoofdstuk 3. De aantrekkingskracht van extreem-rechts op vrouwen in Nederland

Vrouwen vormen een snel stijgend deel van de extreem-rechtse aanhang. Bij de landelijke verkiezingen in mei 1994 maakten vrouwen al 47 procent van de CD-aanhang uit. Welke aantrekkingskracht heeft extreem-rechts op vrouwen in Nederland? Stemmen vrouwen extreem-rechts om dezelfde redenen als in de jaren 30 of zijn er nieuwe oorzaken? Welke achtergronden heeft de huidige vrouwelijke extreem-rechtse aanhang? En de vrouwen die actief zijn binnen de extreem-rechtse partijen, hoe kijken zij tegen het vrouwbeeld van extreem-rechts aan?

Een aantal jaren geleden bestond de aanhang van extreem-rechts voor het overgrote deel uit mannen. In de periode 1982 tot 1992 stemden mannen 2 maal zo vaak extreem-rechts als vrouwen. De vrouwen die extreem-rechts stemden waren vooral onkerkelijke huisvrouwen. (1) De laatste jaren zijn vrouwen echter een groter deel uit gaan maken van de extreem-rechtse aanhang (2).

Februari '93 (3): 34% vrouwen, 66% mannen

Januari '94 (4): 36% vrouwen, 64% mannen

Februari '94 (4): 29% vrouwen, 71% mannen

Maart '94 (gemeenteraad) (5): 43% vrouwen, 57% mannen

Mei '94 (landelijk) (5): 47% vrouwen, 53% mannen

Bij de verkiezingen van mei 1994 kenmerkte de CD-aanhang zich verder door een lager opleidingsniveau en een lager welstandsniveau dan de gemiddelde kiezer. (4) Verder bleek de aanhang voor een groot deel uit jongeren te bestaan. Van alle kiezers stemde zo ongeveer 2 procent op de CD, van de groep tussen 18 en 24 jaar echter stemde 6 procent CD. (6)

Maar zijn de cijfers gelijk voor mannen en vrouwen? Volgens de Nijmeegse socioloog Dr. Peer Scheepers was het gros van de vrouwelijke CD/CP-kiezers in de periode 1983-1993 huisvrouw met een lagere opleiding. (1) Er is tot nu toe verder weinig onderzoek gedaan naar de achtergrond van vrouwen in Nederland die extreem-rechts stemmen. Daarom vroegen wij Bureau Inter/View een onderzoek te doen. Daaruit bleek dat vrouwen die de intentie hebben op de CD of CP'86 te stemmen relatief vaak tussen de 25 en 35 jaar zijn. Ze zijn vaak gehuwd of samenwonend, en hebben nog geen of alleen jonge kinderen. Het merendeel omschrijft zichzelf als huisvrouw. Ze zijn vaak laag opgeleid en hebben niet meer dan een MAVO- of LBO-diploma. Werken ze wel, dan zijn meestal ook de kostwinner in het gezin. De gezinnen van deze vrouwen hebben over het algemeen een beneden modaal of modaal inkomen. Ze zijn verder onkerkelijk en wonen in grote steden in het Westen en het Zuiden van Nederland. Extreem-rechts doet het minst goed bij vrouwen in gezinnen met kinderen boven de 14 jaar en bij oudere alleenstaande en gescheiden vrouwen, en bij weduwen.

Zowel de mannelijke als de vrouwelijke CD-aanhang is dus laag opleid, onkerkelijk en jong. Opmerkelijk is wel dat de leeftijdspiek ligt bij de sekseneutrale gegevens tussen de 18 en 24 jaar ligt en bij de vrouwen tussen 25 en 35. Het gaat dus om twee verschillende groepen mensen: vrij jonge mannen en iets oudere huisvrouwen. In het themanummer over jongeren en extreem-rechts van het Belgische tijdschrift Jeugd en Samenleving van begin 1995 staat dat jonge vrouwen weinig interesse hebben in extreem-rechts. "Vanaf begin jaren tachtig blijkt uit scholierenonderzoeken steeds dat jongens meer instemmen met autoritaire, etnocentrische en seksistische opvattingen dan meisjes (...) Jongens blijken ook nu veel vatbaarder voor traditionele ideeën dan meisjes en aanzienlijk vaker op CD/CP'86 te stemmen (...) Meisjes blijken zich meer te gaan keren tegen het etnocentristische gedachtegoed, en wat daarmee verbonden is."

Het is overigens opvallend dat veel van de mogelijke CD/CP'86-stemsters zowel vallen in de leeftijd van 25 tot 35 jaar én dat een groot deel van deze laag opgeleide vrouwen kinderloos zijn. De gemiddelde leeftijd waarop een Nederlandse vrouw haar eerste kind krijgt is 28,7 jaar. Laag opgeleide vrouwen krijgen hun kinderen gemiddeld op hun 23e of 24e jaar. (7) CD/CP'86-stemsters krijgen dus relatief vaak vrij laat hun eerste kind, zo ze al een kind krijgen. Dit is des te opvallender omdat deze vrouwen vaak laag opgeleid zijn. Misschien stellen ze kinderen nemen uit omdat ze weinig geld hebben.

Waarom wonen de meeste van de CD/CP'86-aanhangsters in een tweepersoonshuishouden? Mogelijk leven ze erg met hun man mee, en zijn beiden bang voor hun verslechterende economische positie. Volgens de hoogleraar vrouwenstudies Joyce Outshoorn voelen bijvoorbeeld bijstandsvrouwen zich minder bedreigd door de werkloosheid. Zij zitten in een minder onzekere positie dan vrouwen wiens inkomen kan kelderen wanneer hun man werkloos wordt. Ook eenvoudigweg meestemmen met de partijkeuze van de man kan volgens Outshoorn een deel van de verklaring zijn. Dat kan zeker niet voor alle vrouwen opgaan, alleen al gezien het leeftijdsverschil tussen de aanhang onder de beide seksen.

Jessica van Mantgem (7a) interviewde 20 vrouwen die in het onderzoek van bureau Inter/view had-den aangegeven extreem-rechts te willen stemmen. Zij stemmen in de eerste plaats extreem-rechts uit verzet tegen het huidige vreemdelingenbeleid. Ook waren de vrouwen ontevreden over de politiek met betrekking tot de bezuinigingen op de gezondheidszorg, de zorg voor bejaarden, de werkeloosheid en het milieu.

De geïnterviewden vinden dat ze niet discrimineren. Ze zeggen ook geen hekel aan buitenlanders te hebben. Wel vinden ze dat zijzelf gediscrimineerd worden. Door 'de buitenlanders' zouden er voor hun geen woningen, banen en subsidie zijn. Het verzet tegen migranten richt zich met name op de eigen levenssituatie van vrouwen.

Sommige vrouwen wisten nauwelijks het verschil tussen de CD en de CP'86. Degenen die dat wel wisten kozen bewust voor de CD. Het zijn vooral de associaties met geweld die de vrouwen erg afschrikken. De meeste vrouwen vinden ook de CD te extreem. Slechts een van de vrouwen zou willen dat extreem-rechts de kans kreeg om mee te regeren. Over Janmaat zei een van hen: "Hij mag dus never nooit winnen, zeer zeker niet, want dat zou niet goed wezen, dan gaat natuurlijk echt helemaal de Nederlandse regering naar de duvel." Een ander, over geweld: "Dat zijn wel dingen waar ik met mijn man over praat. De neiging bij hem is dan wel dat hij harder kan zijn dan ik. Ik denk dat een vrouw over het algemeen wel meer met gevoel werkt, en dat mannen een beetje te cru kunnen zijn. Maar ja, dat is met een heleboel dingen. Vrouwen zijn wat dat betreft aardiger."

De respondenten bleken nauwelijks op de hoogte van de standpunten van extreem-rechts met betrekking tot 'vrouwenpolitiek'. Emancipatie vonden ze op zich wel goed: "Ik vind dat wel goed, eh ja, ik vind het schitterend als vrouwen dingen doen die mannen ook doen en andersom idem dito, want waarom kan een man niet eens een raam zemen? Kijk, de mijne doet het niet hoor, ha ha ha, maar ik vind het wel goed." Drie vrouwen noemden dat ze 'buitenlanders' een bedreiging vinden op straat of in het zwembad: "Nou ik voel me echt niet veilig (...) Gewoon de hele sfeer is net of je daar niet thuis hoort, of je inderdaad in een ander land woont maar niet een gastvrij land, dat helemaal niet."

Belgisch onderzoek

Volgens de Belgische journalist Hugo Gijsels zijn de vrouwelijke kiezers van het Vlaams Blok zich weinig bewust van het vrouwvijandige karakter van deze partij. (8) Het Vlaams Blok functioneert op 2 niveaus. Het ware karakter wordt verhuld door nette heren en dames. Zouden vrouwen hier door heen prikken dan zouden ze volgens Gijsels zien dat het Vlaams Blok de meest anti-feministische partij uit de Belgische geschiedenis is. Het Vlaams Blok heeft een reeks plannen die de positie van de vrouw als huisvrouw benadrukken. Zo wil deze partij dat 'echte Vlaamse gezinnen' financieel gesteund worden door een opvoedersloon. Zo'n gezin zou meer stemmen mogen uitbrengen, naar gelang het aantal kinderen stijgt. In dit verhaal komen dezelfde elementen terug die leidden tot het succes van Vlaamse extreem-rechtse partij VNV in jaren 30: de belofte van financiële zekerheid en de erkenning van de vrouw in haar opvoedersrol.

In België is uitgebreider dan in Nederland onderzoek gedaan naar de achtergrond van vrouwen die extreem-rechts stemmen. De Vlaams Blok stemster blijkt uit onderzoek van Ann Carton niet-katholiek. Ze heeft een laag onderwijsniveau, oefent een beroep uit met een laag prestige en dito loon en is doorgaans jonger dan 30. Haar gezinssituatie week niet af van het gemiddelde. Dat in tegenstelling tot de sympathisantes van extreem-rechts in Nederland. Andere verschillen waren dat de Vlaams Blok-stemsters wél betaald werk verrichten en zij gemiddeld iets jonger zijn. (8) Daarbij moet wel gezegd worden dat in België een veel groter percentage van de vrouwen werkt dan in Nederland.

Vrouwen stemden vooral op het Vlaams Blok vanwege hun negatieve houding ten opzichte van migranten. Andere belangrijke redenen om Vlaams Blok te stemmen zijn ontgoocheling en protest tegen de traditionele partijen. Dat geldt voor zowel mannen als vrouwen. Voor vrouwen, veel meer dan voor mannen, speelde ook hun sociale isolement een rol bij de keuze voor het Vlaams Blok. Ook het anti-abortusstandpunt trok enkele vrouwen aan. Geen rol speelden het loon voor het opvoeden van kinderen, het 'opvoedersloon', het idee van raszuiverheid, het autoritaire karakter van de partij en de door het Vlaams Blok gepropageerde beteugeling van de kleine criminaliteit. (8)

Uit onderzoek gepubliceerd in Jeugd en Samenleving blijkt dat niet alleen etnocentrisme, maar ook andere traditionele opvattingen zoals autoritarisme (9) en seksisme de Vlaams Blok stemmers en stemsters van de anderen onderscheiden. Deze drie -ismes vertonen een sterke onderlinge samenhang. Mensen die hoog scoren op de schaal die autoritairisme meet, scoren ook hoog op beide andere schalen. Als de vrouwelijke aanhang van extreem-rechts in alle opzichten traditioneler is, dan kan het op deze partij stemmen ook een protest tegen modernisering en emancipatie zijn.

Vrouwen in extreem-rechtse partijen

Vrouwen uit de voormalige Centrum Partij traden heel anders naar buiten dan vrouwen uit de huidige CD en CP'86. De Centrum Partij-vrouwen gaven bijvoorbeeld interviews waarin ze zeer uitgebreid ingingen op hun visie op het gezin. CP-vrouw Monique Wanders: "De vrouw moet bereid zijn zich volledig aan de opvoeding van de kinderen te wijden. Buitenshuis werken kan daar niet bij, omdat haar aandacht en energie de kinderen toebehoort. (...) Door de uitspraken van de feministes zijn veel huisvrouwen zich minderwaardig gaan voelen. Ze worden ontevreden in hun gezin en dan is de eerste stap naar de ontregeling van het gezinsleven gezet. Wij vinden de opvoedende taak van de vrouw zeker niet minder of minderwaardig". (10)

In 1985 zei Marie-Louise Segers-Masois van de CP in de zendtijd politieke partijen: "De dadendrang van de feministen gaat zelfs zo ver dat het bij mij vaak over komt als zijn bepaalde vrouwen mannenhaatsters van het ergste soort. Huwelijken worden niet ontzien en zelfs kinderen worden aangezet om via het JAC het gezin te verlaten. (...) Ze kleden en gedragen zich vaak mannelijk en d'r is werkelijk niets vrouwelijks of aantrekkelijks meer aan, integendeel. Er is op de wereld altijd plaats geweest voor mannen en vrouwen, dat is altijd goed gegaan. Waarom moet dat plotseling veranderen?"

Nu zijn er binnen extreem-rechts geen vrouwen meer die lange tirades houden over het belang van het gezin. Er zijn sowieso heel weinig vrouwen actief binnen extreem-rechts. En die treden ook nog eens zelden in de openbaarheid. Een aantal extreem-rechtse vrouwelijke gemeenteraadsleden weigert bijvoorbeeld interviews te geven aan de media. Om een beeld te krijgen van de vrouwen binnen de CD, CP'86 en Nederlands Blok moeten we grotendeels terugvallen op de interviews die het Parool met vrouwen heeft gedaan die kandidaat waren voor de gemeenteraadsverkiezingen in 1994. Die interviews geven een aardig beeld van deze vrouwen. Veel vrouwen zijn actief in hun partij omdat hun man dat ook is. Vrijwel ieder kopstuk in landelijke of plaatselijke afdelingen van de extreem-rechtse partijen heeft voor de verkiezingen zijn vrouw of vriendin op een (lage plaats van de) kandidatenlijst geparkeerd.

Irene Vreeswijk is daar een duidelijk voorbeeld van. Ze is getrouwd met Wim Vreeswijk, mede-oprichter van het Nederlands Blok (en voormalig CD-kopstuk). Zelf was ze kandidate van deze partij voor de gemeenteraadsverkiezingen: "Mijn man is nu eenmaal begonnen met deze partij. Ik ken hem goed en weet dat hij het goed bedoelt. Waarom zou ik hem niet steunen?" (11)

Wil Schuurman is de enige extreem-rechtse vrouw die regelmatig in de openbaarheid treedt. Ze is levensgezellin van Janmaat en was gemeenteraadslid voor de CD in Den Haag tot ze voor die partij in de Tweede Kamer kwam. Ook is ze het enige vrouwelijke bestuurslid van de CD. Zij levert zelf een bijdrage aan het verkondigen van de ideeën van de CD ten aanzien van vrouwen: "Een Nederlands jongetje dat nu wordt geboren komt later niet aan de bak omdat de regering een voorkeursbeleid voert ten opzichte van allochtonen en vrouwen." (11)

Andere vrouwen binnen extreem-rechts blijken over veel zaken genuanceerdere ideeën hebben dan hun mannen. Irene Vreeswijk: "Tot mijn verdriet zijn weinig vrouwen actief in extreem-rechts. Ik zit altijd alleen tussen de mannen in. Dat is niet leuk; met vrouwen heb je toch meer gemeen. Ze zijn socialer, gematigder. Mannen onder elkaar zijn veel ruiger. Ik probeer nu in mijn eentje de zaken af te stoppen, glad te strijken (...) Ik ken al jaren een lesbisch stel met een kind. Dat moeten ze zelf weten, als er maar goed voor het kind gezorgd wordt (...) Zou ik hun partijlijn aanhouden, dan zou de vrouw thuis moeten blijven. Ik denk daar genuanceerder over. Dat moet iedereen zelf weten. Als ik sommige vrouwen gehaast van hun werk naar huis zie vliegen en hun kinderen af snauwen, dan denk ik: een baan én een gezin is te druk. Je kunt wel van een man verlangen dat hij ook wat in het huishouden doet en meer voor de kinderen zorgt, maar zo is een man nu eenmaal niet. Je kunt op je kop gaan staan, maar ze doen het niet. Het is kiezen of delen. Als een man zich niet wil aanpassen, houdt het op. Dat is wel eens zuur." (11)

Ook over migranten denkt ze wat genuanceerder: "Vrouwen denken milder over buitenlanders dan mannen omdat ze er via hun kinderen mee in aanraking komen. Wat doe je als je dochter met een Turkse vriend thuis komt. Dan wordt het moeilijk consequent te blijven. Moeders zullen altijd voor hun kinderen kiezen, vaders zijn harder." (11)

Gessel-Sanders was kandidate op de lijst van de CD voor de gemeenteraadsverkiezingen in Eindhoven. Ook zij ziet een groot verschil tussen mannen en vrouwen binnen extreem-rechts: "Mannen zijn van die 'diehards'. Met stoere taal tegen buitenlanders en zo, die ze ook werkelijk van alles de schuld geven. Vrouwen gaan daar anders, zachter mee om. Die leggen het accent veel meer op de bejaarden, of de WAO, of de jongste maatregelen rond de Ziektewet. Dát vinden wij belachelijk. Want onze kerels kunnen er toch óók niets aan doen dat ze ziek worden?" (11)

B. Mulder is sympathisante van de CD; door een handtekening op een blanco vel te zetten kwam ze, tot haar schrik, op de kandidatenlijst van de gemeenteraadsverkiezingen in Amstelveen te staan. Ze kan zich in bijna alle standpunten van de partij vinden, maar ze vindt dat een vrouw zelf moet uitmaken of ze abortus wil. "Een vrouw zit ermee, ze doet het heus niet voor haar plezier." (11)

Een rondje langs de vrouwelijke raadsleden

Uit een overzicht van het Fascisme Onderzoeks Kollektief (FOK) uit februari 1995 blijkt dat geen van de door het Parool geïnterviewde vrouwen een raadszetel van de CD, de CP'86 of het Nederlands Blok bezet. Misschien houdt de CD-top meer van zwijgzame vrouwen. De CD had 8 vrouwelijke raadsleden, op een totaal aantal van 71. Van deze 8 vrouwen waren er in augustus 1995 nog 5 actief. Zij zijn verspreid over 4 steden: Almere, Den Haag, Den Bosch en Velsen.

Mevrouw Schuurman uit Den Haag is hierboven al genoemd. Haar collega mevrouw Vos uit Almere vertoont zich nooit op het stadhuis. Daar weet men ook niet waar ze haar kunnen bereiken. De twee vrouwen uit Den Bosch komen wel naar de raadsvergaderingen, maar zeggen er bijna niets. Ook zij geven geen interviews. Eén van de vrouwen, Mevrouw Steen-Riemens, is de vrouw van de lijsttrekker. Ook de ander, mevrouw Sakbal, is getrouwd met een actieve extreem-rechtse man. Opmerkelijk is dat zij van Molukse afkomst is. Het vijfde raadslid, mevrouw Van de Broek uit Velsen, staat onder haar meisjesnaam vermeld als gemeenteraadslid. Zij is getrouwd met de heer Van Veen, het andere CD-gemeenteraadslid. In de meeste steden voeren de mannen het woord. In Velsen echter voert zij altijd het woord. Hij zegt niets in de raadsvergaderingen. Ze is ook de fractievoorzitter.

De CD had ook een vrouwelijk gemeenteraadslid in Delft, mevrouw van Es- Van de Spek. Zij is de zus van de lijsttrekker, beide zijn inmiddels geschorst door de CD-top na een conflict met Janmaat. Ze trekken zich niets aan van de schorsing en blijven zich vertegenwoordigers van de CD noemen. Meneer Van de Spek is degene die het woord voert en fractievoorzitter is. Mevrouw Franken uit Roosendaal was gemeenteraadslid voor de CD, inmiddels is ze overgestapt naar de Burgerpartij. Mevrouw Danklof uit Tilburg was als één van de weinigen niet de vrouw van een actieve CD-er. Maar ook zij was gedurende de tijd dat ze in de raad zat grotendeels zwijgzaam. Ze heeft inmiddels afstand genomen van de CD en haar excuses aangeboden voor de racistische uitspraken van Janmaat. Ze zit nu nog steeds in de raad maar is niet verbonden aan een partij.

De CP'86 had één vrouwelijk gemeenteraadslid. Deze mevrouw Tielen woonde in Spijkenisse en was de vriendin van de lijsttrekker. Ze verscheen weinig in de raadzaal. Als ze zichzelf zou moeten omschrijven zou ze zeggen: "Niet links maar ook niet te ver rechts, ik hou rechtvaardigheid hoog in het vaandel en vind dat de politiek de samenleving hoort te dienen en niet andersom." Het Nederlands Blok heeft één raadszetel, deze wordt door Wim Vreeswijk ingenomen.

Vrouwen zijn toch niet racistisch?

Onder het nationaal-socialisme werd de 'Arische vrouw' tegelijkertijd meer en minder gewaardeerd. De Duitse schrijfster Birgit Rommelspacher: "Ze werd niet enkel geëerd met het moederkruis, ze profiteerde ook concreet van het feit dat zo vele joden uit hun huizen verjaagd werden, en namen daarom graag een heersersmentaliteit over. Klaarblijkelijk bood de herwaardering als 'volksgenoot' voor velen voldoende compensatie voor hun achterstelling als vrouw." (12)

Marilyn French schreef over vrouwen in Engeland dat zij zich, uit angst voor bijvoorbeeld verkrachting, aangetrokken voelen tot het conservatieve recht en orde. (13) Recht en orde is een thema waarop ook extreem-rechts zich profileert. Vrouwen die zich onveilig voelen kunnen hierdoor aangesproken worden. Birgit Rommelspacher stelt dat juist hun onderdrukte positie voor sommige vrouwen reden is om zich op hun beurt ten koste van de zwakkeren staande te houden. Witte vrouwen hebben zelf het een en ander te winnen bij de huidige machtsverdeling tussen wit en zwart. Zij profiteren immers van de Westerse welvaart en zijn politieke en culturele dominantie. "Juist het hebben van bezit, en de angstige pogingen om dat intact te houden veroorzaken niet zelden een afweermechanisme dat minstens even afschrikwekkend kan zijn als het afreageren van een reëel doorleefde sociale terugval." (12) Volgens haar zullen vrouwen niet zo snel het hele rechts-extremistische gedachtegoed onderschrijven, maar kan een racistische partij wel aantrekkingskracht op hen uitoefenen. De traditioneel vrouwelijke eigenschappen kunnen racisme ook versterken: "Als vrouwen er toe neigen voor anderen te zorgen, dan voert dat ons tot de vraag: wie zijn deze anderen? Om wie bekommert een vrouw zich? Wie is dan wel die naaste? Want natuurlijk impliceert 'zorg' altijd een 'binnen' en een 'buiten'. Als ik inderdaad het beste wil voor mijn kind, dan wil ik - bij schaarste - noodzakelijkerwijs het slechtere voor andere kinderen. Het is bijvoorbeeld niet moeilijk gebleken om de zorg om het eigen kind te koppelen aan of zelfs gelijk te stellen met de zorg om de 'natie', of ook de zorg om het 'ras'. Dat hebben de nationaal-socialisten ons overduidelijk getoond. Zo luidde één van de motto's van de kinderbescherming destijds: 'Keiner soll hungern, keiner soll frieren, aber die Juden, die sollen krepieren'. De hamvraag is dus: wie hoort er bij 'ons'? Wie kunnen er zoal rekenen op de zorg van vrouwen?" (12)

Een heel andere benadering komt van de sociologe Wilma Vollenberg. Zij zegt over vrouwen in de negentiger jaren: "Vrouwen begrijpen op jonge leeftijd dat begrippen als autoriteit en seksisme nauw met elkaar verbonden zijn. Dat een appèl als dat van extreem-rechts, gecombineerd met haat jegens buitenlanders, zich ook tegen henzelf kan keren. Om die reden zijn vrouwen minder gevoelig voor autoritair gedrag of conservatief denken." (14) Meisjes zouden zich ook eerder identificeren met andere achterstandsgroepen, zoals bijvoorbeeld Turken, omdat ze geëmancipeerder zijn dan jongens en weten dat ze achterstanden in te halen hebben.

Feitelijk gezien stemt een deel van de vrouwen extreem-rechts, of ondersteunt hun ideeën. Een ander deel van de vrouwen doet dit niet, sommigen daarvan zijn actief anti-fascistisch. Er is niet één theorie die uitlegt waarom vrouwen wel of niet racistisch zijn. Het gaat om heel verschillende vrouwen.

Net als in de jaren 30?

Voorzichtigheid is geboden bij vergelijkingen met de jaren 30. Maar om de huidige opkomst van extreem-rechts te begrijpen het noodzakelijk te kijken naar de dertiger jaren. Vrouwen waren in die tijd ontvankelijk voor extreem-rechts vanwege hun gebrek aan zelfstandigheid.

Er is sindsdien veel veranderd in de maatschappij. Toch zijn mannen en vrouwen nog steeds niet gelijkwaardig. De positie van huisvrouwen laat nog veel te wensen over. Evenals de omstandigheden waaronder vrouwen betaald werken. Zowel thuis als op de werkvloer vangen vrouwen de klappen van de crisispolitiek op. Vroeger moesten vrouwen huisvrouw zijn, later was je saai als je alleen maar huisvrouw was. Voor veel vrouwen is het huisvrouw zijn nog steeds een gegeven, met al haar leuke en minder leuke kanten. De snelle maatschappelijke veranderingen geven deze vrouwen het ge-voel dat ze niet goed genoeg zijn. Het opvoeden van kinderen en het verrichten van huishoudelijk werk wordt maatschappelijk sterk ondergewaardeerd.

Nog steeds wordt in weinig landen het gezinsleven met moeder thuis zo hoog gewaardeerd als in Nederland. De eisen die gesteld worden aan huishoudelijke arbeid en kinderverzorging zijn hoger geworden. Kinderen hebben steeds vaker een eigen agenda met zwemklas, muziekles en huiswerkklas. De moeder wordt er ook nu nog altijd het meest op aan gekeken als er iets niet goed gaat met de kinderen. Het werk van de huisvrouw is dus zeker niet lichter geworden.

Moeders uit de lagere sociaal-economische milieus hebben vaak meer traditionele opvattingen over het moederschap. Zij zoeken vooral bevrediging in hun omgang met de kinderen. Dit hoeft niet tot ontevredenheid te lijden door het gevoel iets te missen. Integendeel, vrouwen met traditionele opvattingen blijken minder ontevreden te zijn dan vrouwen met individualistische opvattingen. Bij de laatste groep is de kloof tussen ideaal en werkelijkheid groter. Hun ideaal, zich ook buiten het gezin te ontplooien, staat vaak op gespannen voet met de praktijk van het thuismoederschap. (15)

Vrouwen uit lagere sociaal-economische milieus die wel individualistische opvattingen hebben kunnen te maken krijgen met relatief veel spanningsverschijnselen: "Het lijkt erop dat deze moeders geen uitweg kunnen vinden uit de tegenstrijdige eisen waarmee ze worden geconfronteerd. Enerzijds zijn zij ontevreden met de taakverdeling met hun partner omdat ze er behoefte aan hebben om zichzelf op een andere manier dan in het moederschap te realiseren, anderzijds willen ze voldoen aan de normen voor goed moederschap en volledig ter beschikking staan van de kinderen." (15)

Als traditionele moeders ontevreden zijn wijten zij dit vooral aan de praktische omstandigheden die hun moederschap bemoeilijken, zoals financiële problemen of ziekte van de kinderen. Hun welbevinden wordt vaker negatief beïnvloed door hun sociaal-economisch milieu. Hier zien we dat een laag opleidings- en beroepsniveau en werkeloosheid van de partner, een slechte woonsituatie en financiële problemen ten grondslag liggen aan hun gezondheidsklachten. (15)

Onvrede is bij traditionele moeders, net als bij individualistische moeders, één van de belangrijkste spanningsbronnen. Het gaat hier voornamelijk om onvrede met hun sociaal-economische omstandigheden. Ten gevolge van bezuinigingsbeleid en een slecht arbeidsperspectief ontstaan sociaal-economische problemen, die het welbevinden van moeders met jonge kinderen in toenemende mate zullen beïnvloeden. Bovendien neemt, door de nog steeds stijgende echtscheidingscijfers, het aantal vrouwelijke gezinshoofden dat van een bijstandsuitkering moet leven, sterker toe dan het aantal mannelijke gezinshoofden in een soortgelijke situatie. Een tendens die ook wel wordt aangeduid met de uitdrukking feminisering van de armoede. Ook voor degenen die zich volledig op het moederschap toeleggen, wordt het moederschap onder slechte maatschappelijke omstandigheden een last. (15)

"We willen niet bevrijd worden"

Veel economisch afhankelijke vrouwen zijn bang door hun man in de steek gelaten te worden. Dat betekent immers alleen en met een slecht betaalde baan voor de kinderen zorgen. Vrouwen uit alle klassen kunnen bang zijn om berooid achter te blijven en als 'oude vrijster' te eindigen.

In de Verenigde Staten is een verzameling rijke rechtse en religieuze actiegroepen die zich New Right noemt. Zij hebben veel aanhang onder vrouwen. New Right speelt in op hun verlatingsangsten. De New Right-vrouwen zeggen: "Nee, we willen niet bevrijd worden, we willen de economische afhankelijkheid handhaven, we willen voor niemand seksuele vrijheid". (16) Blijkbaar voelen zij zich het veiligst in een economische afhankelijke positie. Seksuele vrijheid en economische onafhankelijkheid brengen meer keuzemogelijkheden met zich mee, maar ook meer onzekerheid. De New Right vrouwen kiezen voor een afhankelijke positie uit angst voor confrontaties met hun conservatieve mannen, een scheiding en de noodzaak kinderen alleen groot te brengen. Ook Amerikaanse vrouwen zitten in een veranderende maatschappij. In verreweg de meeste Amerikaanse gezinnen werken nu ook de vrouwen, maar wel in de laagstbetaalde en laagst gekwalificeerde banen. Gaat het in Nederland dezelfde kant op? Een opkomende rechtse groep zou de angsten en frustraties van veel vrouwen wellicht weten te mobiliseren. Maar de New Right is religieus geworteld, en zulke groepen hebben in Nederland niet veel aanhang. Niet-religieuze rechtse groepen hebben hier meer groeimogelijkheden. Daarbij is de aanhang van rechts-religieuze partijen in Nederland zeer trouw is aan de eigen partijen en zodoende niet snel geneigd extreem-rechts te stemmen. Een erfenis van de verzuiling.

Extreem-rechts heeft zelf ook zo zijn ideeën over zijn groeimogelijkheden. Monique Wanders van de voormalige Centrumpartij gaat in op de vraag waarom de CP aantrekkelijk zou zijn voor vrouwelijke kiezers: "De waarden van het huwelijk staan hoog in het vaandel, terwijl die op dit moment ondergraven worden. De eigen opvoeding van je kind, in plaats van in een crèche. De hoeksteen van de samenleving krijgt weer een centrale plaats: de waarde van een stabiele opvoeding komt dus de hele samenleving ten goede." (10) Ze ageert tegen feministen omdat die zich af zouden zetten tegen alles wat vrouwelijk is. Feministen zouden vrouwen dwingen om buitenshuis te gaan werken. Ze vindt dat vrouwen en mannen elkaar van nature aanvullen, ook in de verdeling van arbeid.

Deze positieve aandacht kan een welkome afwisseling zijn voor huisvrouwen die zich miskend voelen. Monique Gisbertz: "Het is heel wel mogelijk dat de sociaal geïsoleerde en gedesillusioneerde huisvrouw, met een gezin dat als gevolg van de economische neergang is gekelderd in status en inkomen, een aantrekkelijk alternatief vindt in het op dat traditionele gezin gerichte en het moederschap verheerlijkende extreem-rechts. Dat biedt immers bescherming, waardering en een identificatiekader 'wij tegen de boze buitenwereld'." (5) Maar niet iedereen heeft een plek in dit huisje-boompje-beestjemodel. Homoseksuelen bijvoorbeeld worden door extreem-rechts onnatuurlijk en verderfelijk gevonden, juist omdat ze niet aan de man-vrouw-kindnorm voldoen.

Betaalde arbeid

In de jaren 30 werd vrouwen verweten dat ze de banen van mannen inpikten. Het werd vrouwen wettelijk moeilijk gemaakt om betaald te werken. In nazi-Duitsland hield de herwaardering van de huisvrouw echter op toen de staat niet genoeg mannen meer had voor de fabrieksarbeid. Die waren immers aan het front. Dus moesten de vrouwen het fabriekswerk van de mannen overnemen. Werk buiten het huishouden werd ook op een andere manier aangemoedigd: vrouwen werden gestimuleerd om in de nazi-partij actief te worden. Overigens moest dit wel op een 'vrouwelijke' manier gebeuren. De mannelijke top van de partij zorgde ervoor dat de vrouwen geen macht kregen. Wat vrouwen wel of niet werden geacht te doen werd voor een groot gedeelte door opportunistische motieven bepaald.

Net als in de jaren 30 is er nu een hoog werkloosheidscijfer. Door de voortschrijdende mechanisering wordt menselijke arbeid vervangen door machines. Wat vrouwen in de 30 jaren werd verweten, doet sterk denken aan hoe de migranten nu de schuld krijgen van werkloosheid. Tot op zekere hoogte wordt het betaald werken van vrouwen wel geaccepteerd. Toch hoor je soms dat vrouwen teveel willen: én een carrière én een gezin. Vrouwen hebben een dubbele dagtaak, zo lang mannen niet de helft van de zorgtaken verrichten. Slechts langzaam komt bij mannen het bewustzijn op gang dat minder werken en een rol in de huishouding en opvoeding zo gek nog niet is.

De praktijk blijft voor veel werkende vrouwen moeilijk, zeker als zij kinderen hebben: "Vrouwen met jonge kinderen hebben meer klachten van psychische en psychosomatische aard dan representanten van een breed scala aan beroepsgroepen op verschillend niveau (...) De gezondheid van buitenshuis werkende moeders is niet beter of slechter dan die van moeders die niet buitenshuis werken. Het zijn de omstandigheden waaronder vrouwen al dan niet buitenshuis werken die kunnen leiden tot gezondheidsproblemen. De voorkeur van de moeder zelf is een belangrijke factor." (15)

De omstandigheden voor werkende moeders zijn slecht te noemen, er is slechts beperkte kinderopvang mogelijk, deeltijdbanen kenmerken zich door slechte arbeidsvoorwaarden en bieden weinig loopbaanmogelijkheden. De staat als werkgever doet het niet beter dan de andere werkgevers. Tot 1976 was zwangerschap een wettige reden om vrouwen te ontslaan. Vaders zijn nog nauwelijks bereid een deel van de zorg op zich te nemen. Vandaar dat steeds meer vrouwen de komst van kinderen uitstellen tot ze relatief zeker zijn van hun positie op de arbeidsmarkt en van de bereidheid van hun partner om een deel van de zorg op zich te nemen. (15)

Op verschillende manieren worden vrouwen de dupe van de economische crisis. Zo wordt op de sectoren waar vrouwen werken sterk snoei, bijvoorbeeld in de gezondheidszorg. Vrouwen blijven door hun slechte arbeidsmarktpositie economisch afhankelijk van hun man. Zelfs vrouwen met een hogere beroepsopleiding verdienen hooguit een fractie meer dan ongeschoolde mannen. Mannen verdienen gemiddeld 43 procent meer dan vrouwen. Een mogelijke verklaring hiervoor is volgens het CBS dat vrouwen vaker in deeltijd en met flexibele contracten werken. (17) Zo lang mannen gemiddeld meer verdienen, blijft dat voor velen ook een argument om de vrouw te laten stoppen met werken als de kinderen zijn geboren. Ook het gebrek aan goedbetaalde deeltijdbanen met loopbaanperspectief zou het onmogelijk maken voor mannen om minder betaald te gaan werken. Geëmancipeerde wensen en verwachtingen blijken moeilijk in praktijk om te zetten.

De vrouwen die betaald werken, doen dat vaak in deeltijd en verdienen daardoor niet genoeg om zichzelf te onderhouden. Voor alle economisch afhankelijke vrouwen geldt dat zij een kwetsbare positie hebben. Zij zijn vaak de motor geweest achter de carrière van hun man en de opvoeding van de kinderen. Zelf hebben ze weinig werkervaring opgedaan. Als hij haar in de steek laat voor een andere vrouw blijft zij berooid achter. Desgewenst zelf weggaan is al evenmin een aantrekkelijke optie.

Zolang vrouwen weinig kans hebben op maatschappelijke erkenning buitenshuis zullen ze hun moederschap niet makkelijk uit handen geven. Zeker voor vrouwen uit de lagere sociale klassen geldt dat het moederschap de meest reële mogelijkheid is om enige status en invloed te verwerven. Voor laag opgeleide vrouwen is er weinig leuk en goed betaald werk. De vrouwen uit de middenklasse hebben meer kans op dergelijk werk. Maar als ze ouder worden en kinderen nemen, moet ze de eisen van de moeder/echtgenote-rol en de eisen van een carrière combineren. Een gedeelte van deze vrouwen zal kiezen voor de rol van echtgenote en moeder om deze problemen te voorkomen.

Extreem-rechts als alternatief?

Volgens extreem-rechts draait de gemeenschap op voor de gevolgen van de levensstijl van de moderne vrouw. De gemeenschap zou lijden onder de kosten van kinderopvang. Door een dalend geboortecijfer vergrijst Nederland en raakt de verzorgingsstaat bankroet. De kinderen van migranten worden niet als oplossing gezien voor dit probleem maar als een bedreiging "straks zijn er zo veel dat ze ons land overnemen".

Extreem-rechtse groepen profiteren van de slechte arbeidspositie van vrouwen door de rol van de vrouw als moeder, als verzorgster van het gezin, naar voren te schuiven. Dit kan een alternatief zijn voor het sombere toekomstbeeld van sommige (huis)vrouwen. De extreem-rechtse waardering voor de huisvrouwen is een houvast voor vrouwen die zich onzeker voelen over hun plek in de huidige samenleving. Deze zogenaamde herwaardering is niet hetzelfde als de feministische eis voor herwaardering van de onbetaalde arbeid. Feministen willen keuzevrijheid voor vrouwen. Extreem-rechts wil precies het tegengestelde: verkleining van de politieke en maatschappelijke invloed van vrouwen. De herwaardering van het huishoudelijk werk is dan vooral een bevestiging van de ondergeschikte vrouwelijke rol. Als extreem-rechts huisvrouwen wél waardeert en aanspreekt bestaat het gevaar dat een grotere groep vrouwen zich aangesproken gaat voelen door extreem-rechts.

Het gebrek aan emotionele en materiële zelfstandigheid heeft vrouwen in de dertiger jaren ontvankelijk gemaakt voor het fascisme. Vrouwen onderwierpen zich hierdoor gemakkelijk aan een sterke leider en stelden zich afhankelijk op. Volgens de Italiaanse schrijfster Macciocchi werd dit veroorzaakt door de onderdrukte seksuele verlangens van vrouwen. Die verlangens werden volgens haar geprojecteerd op de fascistische leider. Het fascisme speelt volgens haar in op eigenschappen die bij veel vrouwen na eeuwenlange onderdrukking ruim voorhanden zijn: offerzin, onderwerping, dienstbaarheid en ontzag voor autoriteit. Fascistische leiders waren voor vrouwen een soort seksueel symbool aan wie vrouwen zich wilden onderwerpen om zich zo te identificeren met de macht. (18)

De huidige vrouwenbeweging heeft, vergeleken met de jaren 30, meer theorie ontwikkeld over de positie van de vrouw. De vrouwen van de tweede feministische golf hebben veel nadrukkelijker de privé-sfeer ter discussie gesteld. Dat heeft veel invloed gehad op het denken over en van vrouwen. Veel vrouwen hebben een proces doorlopen waarvan de effecten niet makkelijk weggaan. Maar de ongelijkwaardigheid tussen de seksen ligt nog steeds vast in rolpatronen en maatschappelijke structuren. Daar-door wordt de zelfstandigheid van vrouwen continu op de proef gesteld. Vrouwen worden nog steeds ongelijk behandeld en dat belemmert hun zelfstandigheid. Er is ongelijkheid in het gezin, de wetgeving en op de arbeidsmarkt. Gevolgen van de ongelijkwaardige verhouding tussen mannen en vrouwen lopen uiteen van het niet serieus nemen van vrouwen tot het terugverwijzen van vrouwen naar keuken en moederschap, mishandeling en seksueel geweld. Ook in de media worden vrouwen op seksistische wijze op hun plek gewezen. Denk aan de reclame. Wat vrouwen via een eigen inkomen aan zelfstandigheid lijken te winnen, wordt ze ontnomen doordat ze als lichaam benaderd worden.

Zowel politiek, materieel, fysiek en emotioneel zijn veel vrouwen nog niet zelfstandig. Natuurlijk verschilt dit qua leeftijd, klasse en culturele achtergrond. Huisvrouwen zouden het meest ontvankelijk kunnen zijn voor extreem-rechts. Voor hen is het zeer moeilijk een zelfstandig te zijn. In materieel opzicht omdat ze niet betaald krijgen voor hun werk. En wat emotionele onafhankelijkheid betreft: dat verschilt uiteraard sterk per vrouw. Huisvrouw zijn is zeker niet de makkelijkste uitgangspositie voor het opbouwen van onafhankelijkheid. Je bent immers het grootste deel van de tijd bezig met de zorg voor anderen. Tijd voor andere activiteiten en ontwikkeling is dan moeilijk te vinden.

Crisispolitiek

In de jaren 30 waren crisispolitiek en armoede belangrijke oorzaken van de maatschappelijke onrust. Deze onrust droeg bij aan de opkomst van het fascisme. Ook nu worden de sociale voorzieningen afgebroken. Studerende jongeren worden gekort op hun studiefinanciering. Wie is nog zeker van haar of zijn inkomen? Vrouwen vangen net als toen de klappen op van de bezuinigingspolitiek en de werkloosheid. De plannen voor ontheffingen van het minimumloon treffen vooral vrouwen. Zij werken 4 maal zo vaak voor minimumloon. Dit betekent minder economische zelfstandigheid voor vrouwen, terwijl dat het streven van het emancipatiebeleid is.

De crisis treft vrouwen ook omdat de huishoudelijke arbeid geïntensiveerd wordt en de gezinstaken toenemen. Met minder geld rondkomen betekent meer zelf kleren naaien en koopjes aflopen. Door bezuinigingen op de gezondheidszorg worden de zieken sneller naar huis gestuurd. Het zijn de buurvrouwen, oma's, dochters, echtgenotes die hen opvangen. Vrouwen gaan als vrijwilligster taken uitvoeren die voorheen door betaalde vrouwen werden uitgevoerd. De stimulering van vrijwilligerswerk versterkt de economische afhankelijkheid van vrouwen.

In de jaren 30 voelden velen zich bedreigd in hun bestaanszekerheid. Ook de hedendaagse burger voelt zich in zijn economische en sociale status bedreigd. Politieke partijen bieden hier geen oplossing voor. Het politieke systeem zélf staat ter discussie. Veelvuldig wordt gesproken over de kloof tussen burger en politiek. Uit onderzoek in '94 bleek dat maar liefst 91 procent van de kiezers meent dat de politiek 'tegen beter weten in meer beloven dan ze kunnen waarmaken'. De opvatting dat ministers 'vooral op hun eigen belang uit zijn' wint terrein en wordt door 37 procent van de kiezers gedeeld. (19) Ook links kan deze kloof niet slechten. Links zit net als toen in het defensief. Erger nog, links schuift naar rechts en laat diegenen die zich nog 'links' durven noemen onthutst achter. Intussen gaat het de VVD voor de wind. Zij is de aanjager van de verrechtsing, die zij nu ze in de regering zit zelf verder vorm kan ge-ven. De huidige situatie is niet vergelijkbaar met de toenmalige politieke onstabiliteit in Duitsland. De politieke situatie was toen ook in Nederland niet zo onstabiel. Mede door de verzuiling hadden Nederlanders genoeg duidelijkheden in hun leven. Inmiddels is de verzuiling verminderd en daarmee zijn vele zekerheden vervallen.

De vervreemding zal nog toenemen. Door de Europese eenwording nemen vervreemding en machteloosheid toe. De politieke en economische macht komt steeds verder weg te liggen naarmate instellingen groter worden. Geen organisatie ontkomt aan de fusies, werknemers hebben steeds minder te zeggen. Voor vrouwen geldt dit nog sterker dan voor mannen. Vrouwen werken immers vooral in deeltijd en doen flexibel werk en bekleden weinig leidinggevende posities.

Met de ontzuiling zijn velen geïsoleerd komen te staan. Zij kampen met sociale frustratie en desintegratie. Solidariteit is minder vanzelfsprekend en de individualisering neemt toe. Uit Belgisch onderzoek bleek dat voor vrouwen hun isolement een rol speelde bij de beslissing extreem-rechts te stemmen. Of dat hier ook zo is weten we niet. Mogelijk maken mensen de overstap van de PvdA naar extreem-rechts om weer een wij-gevoel te krijgen.

De maatschappijvorm die indertijd de voedingsbodem vormde voor het fascisme bestaat nog steeds. Namelijk een klassenmaatschappij waarin de economische en politieke macht bij enkelen (voornamelijk heren) is geconcentreerd. Extreem-rechts heeft weer de mogelijkheid te profiteren van de onvrede die hierdoor ontstaat.

Nieuwe factoren in de aantrekkingskracht

Extreem-rechts zet niet alleen oude ideeën in. Maar of er echt iets nieuws onder de zon is? De onveiligheid van vrouwen op straat wordt nu door racisten ingezet in hun strijd tegen de migranten. Maar dat betekent niet dat vrouwen voor het eerst onveilig op straat zijn. Een ander thema, echtscheidingen, speelt nu een veel grotere rol dan toentertijd. Toch gaat het om een oud thema: de positie van het gezin tijdens sociaal-culturele veranderingen. Een andere verandering is het belang dat de CD, en in veel mindere mate de CP'86, hecht aan een acceptabel imago. In de roerige jaren dertig vielen knokploegen nu eenmaal minder op tegenwoordig. De manier waarop extreem-rechts vrouwen aanspreekt is daarmee ook veranderd.

De CD speelt in op de gevoelens van onveiligheid van veel vrouwen, door te beweren dat vrouwen onveilig op straat zijn door de aanwezigheid van buitenlandse mannen. Daarmee wordt impliciet ook gezegd dat, zo lang er buitenlanders zijn, vrouwen maar beter binnen kunnen blijven.

Birgit Rommelspacher: "Blanke mannen onderstrepen zo de aanspraak op 'hun' vrouwen, maar bij vrouwen is een ander mechanisme werkzaam. Velen van hen zijn bekend met minachting en geweld van de kant van hun eigen man/vriendje. Ze houden echter nog altijd van hen en 'begrijpen' hen. Hoe groter dat begrip is, de toegeeflijkheid naar hun eigen man toe, hoe onwetender en harder zij een Vreemde Man tegemoet treden. Om hun eigen man van schuld vrij te kunnen pleiten wordt alle onderdrukte woede op die Vreemde Man geprojecteerd. De schier ondraaglijke spanning tussen aanhankelijkheid en afschuw, tussen afhankelijkheid en strijd kan alleen zò een uitlaat vinden, zonder dat daarbij de hen zo dierbaar geworden orde wordt verstoord. Dit racisme leidt er bovendien toe dat de vrouw zich nog sterker bindt aan de man, en zijn gewelddadigheid nog langer duldt. In dit opzicht stabiliseert het racisme het seksisme." (12)

Het beeld van de afschrikwekkende mannelijke migrant wordt versterkt door vrouwelijke migranten af te schilderen als zielig en hulpeloos. Alle vrouwelijke migranten zouden onderdrukt worden door hun mannelijke familie. Birgit Rommelspacher: "Door islamitische vrouwen en bloc 'achterlijk' en 'onderdrukt' te noemen, bewijst de Westerse vrouw zichzelf ook zeker geen dienst. Ze voedt er vooral de illusie mee dat ze zelf zo vrij en geëmancipeerd zou zijn. Dat maakt haar onkritisch ten opzichte van de ei-gen vormen van onderdrukking. Of vrouwen nu werkelijk zoveel meer geëmancipeerd zijn wanneer ze hun charmes zo openlijk mogelijk ten toon spreidden, of dat ze deze grotendeels voor zichzelf houden, blijft toch een vraag waarover te discussiëren valt."

Mogelijk wordt er meer negatieve aandacht besteed aan de mannelijke migrant omdat hij door autochtone mannen als een concurrent wordt gezien op de markt van werk, huwelijk en geluk. Bijna iedereen met enige invloed binnen extreem-rechts is een autochtone man. Zij leiden de stemmingmakerij tegen 'de migranten'. Zij kunnen daarom een stempel op het racisme drukken dat vooral uitgaat van hun frustraties. Els de Groen: "Conservatieve mannen nu dreigen door de vrouwelijke bewustwording plus de economische crisis hun baan, gezag, status en hun gezicht te verliezen. Wat moet de herder doen als de schapen zichzelf hoeden? Op zijn achterste poten gaan staan en zijn rol van beschermer oppoetsen door te wijzen op potentiële buitenlandse verkrachters?" (16)

Dit extreem-rechtse pleidooi is niet aan dovemansoren gericht. De meeste verkrachtingen vinden binnenshuis plaats. Maar weinig witte vrouwen beseffen dat ze beter de (voornamelijk witte) mannen in hun directe omgeving kunnen wantrouwen. Het vooroordeel dat vooral mannelijke migranten vrouwen lastig vallen wordt versterkt door de rechtsgang. Aangezien daar de sociale achtergrond van de van verkrachting verdachte een grote rol speelt. Verdachten van etnische minderheden en de lagere economische klasse hebben meer kans een proces verbaal te krijgen; ze lopen meer kans doorgestuurd te worden naar de rechtbank. (20)

Net als in 'de roaring twenties' is de vanzelfsprekendheid van het gezin aangetast. De manier waarop is wel veranderd. Toen was scheiden nog abnormaal. Nu woont in Nederland ruim 50 procent van de mensen niet in gezinsverband. Echtscheidingen zijn niet meer zo'n taboe. Een aantal factoren hebben een rol gespeeld bij het doorbreken van dit taboe. Door de sociale zekerheid, en het grotere aantal werkende vrouwen, zijn minder vrouwen financieel afhankelijk van hun man. Voor vrouwen is het daardoor financieel minder nadelig om een echtscheiding aan te vragen. Dat wil niet zeggen dat scheiden geen grote nadelige financiële consequenties heeft, maar ze zijn minder vergaand dan zij zonder sociale zekerheid zouden zijn.

De seksuele revolutie en de ontkerkelijking hebben ook het taboe op echtscheiding verminderd. Alles lijkt opeens te kunnen. Juist in deze tijd van verwarring door verschuivingen van heersende normen en waarden zien we een roep om duidelijkheid en zekerheid. Daar sluiten pro family groeperingen met haar terugkeer naar het gezin, met traditionele waarden en normen bij aan. Ook het CDA sluit hierbij aan met haar roep om een zorgzame samenleving en een minister voor gezinszaken. Een gedeelte van de groepen die hierop inspelen hebben een rechts-religieuze (bv. SGP) of extreem-rechtse achtergrond (bv. CD). De verschillen tussen deze groepen zijn wat betreft hun visie op de positie van vrouwen niet groot.

In de Verenigde Staten, waar het geloof een grotere rol speelt en de economische en sociale verhoudingen nog scherper liggen, heeft de pro family beweging een sterkere positie dan in Nederland. Mogelijk hebben mensen juist door de grotere economische en sociale onzekerheid meer behoefte aan de duidelijk omlijnde ideeën van de pro family beweging. Deze beweging heeft gevoelige nederlagen toegebracht aan de vrouwenbeweging, bijvoorbeeld op het gebied van de abortus. De regering begint financiële steun aan abortusklinieken in te trekken. De vrouwenbeweging komt in het defensief te zitten. In Nederland is het nog niet zo ver. Maar ook hier staat de positieve discriminatie ter discussie. En de CD heeft in zijn partijprogramma voorgesteld om echtscheidingsmogelijkheden te beperken. Volgens hen zouden mensen met jonge kinderen sowieso niet mogen scheiden.

Zal het extreem-rechts lukken zich een, voor een grote groep mensen, acceptabel imago aan te meten? Toentertijd was de NSDAP niet de enige groep die zich gewelddadig op straat manifesteerde. Straatgeweld was gewoner. De NSDAP was populair bij vrouwen omdat deze partij beweerde juist voor harmonie en rust te zullen zorgen via scheiding van rassen en een strikte rolverdeling voor de seksen. De huidige extreem-rechtse partijen lukt het niet een grote groep kiezers aan te spreken. Vrouwen kunnen afgeschrikt worden door de uitspraken van Janmaat over de Joodse afkomst van (inmiddels ex-) minister Hirsch Ballin en over de buitenlandse afkomst van toenmalig staatssecretaris Gabor en PVDA-kamerlid Apostolou. Gevoegd bij de berichten over criminele activiteiten van CD-ers gaf dit een grimmig beeld van de partij. Als gevolg van de traditionele rolverdeling denken veel vrouwen meer in de termen van interpersoonlijke relaties. Ze voelen zich meer aangetrokken tot partijen met een gematigde uitstraling die voor een stabiele samenleving kunnen zorgen. Ook het maatschappelijke taboe op het stemmen op extreem-rechts zou een rol kunnen spelen. Buitenparlementaire extreem-rechtse groeperingenen en de CP'86 stellen zich vaak agressiever opstellen dan de CD, waardoor het verschil in aanhang tussen mannen en vrouwen daar veel groter is.

Conclusie

De positie van vrouwen in onze samenleving heeft een aantal kenmerken waar extreem-rechts handig op in kan spelen. Dit zijn onder andere het sociale isolement en de financieel afhankelijke positie van huisvrouwen, het gezinsdenken, de slechte arbeidsomstandigheden, de zorg om de toekomst van man en kinderen (vooral bij crisispolitiek), het toenemend aantal echtscheidingen en de onveiligheid op straat. Hoewel extreem-rechts deze punten op het moment niet uitbuit, ligt het voor de hand dat zij dit, net als buitenlandse extreem-rechtse partijen, wel zal doen als zij iets groter is en over meer zaken dan alleen migranten haar mening zal verkondigen. Gezien leefomstandigheden van huisvrouwen uit een lage sociaal-economische positie en de waarde die deze groep vrouwen aan het gezin hecht, is het mogelijk dat extreem-rechts deze vrouwen met haar standpunten over vrouwen aanspreekt. Voor andere groepen vrouwen geldt dit in mindere mate of niet, maar deze vrouwen kunnen extreem-rechts stemmen vanuit hun afkeer van migranten, dus ondanks de vrouwenstandpunten.

Noten

Terug