De Peueraar 38, oktober 1993

Auteur: Lieke


(ingezonden)

Bar en boos

Vorige maand plaatsten we een ingezonden brief van Mo over seksueel geweld. In die brief stond onder andere dat de jongen in kwestie tijdens een avondje uit in het LVC verzocht werd het pand te verlaten. Bij een bezoek aan kraakkroeg Bar en Boos werd hij eveneens de deur gewezen. Onderstaande brief gaat op deze specifieke gebeurtenis in en stelt vraagtekens bij het gedrag van de mensen die aan deze uitzetting hebben bijgedragen.

Bar en Boos, 27 augustus, een korte herinnering: De jongen uit Mo's verhaal stapt de kraakkroeg binnen. Mo begint te schreeuwen dat "die verkrachter eruit moet", waarop hij inderdaad hardhandig de deur uitgewerkt wordt. Bekenden, maar ook onbekenden, mensen die er nauwelijks iets vanaf wisten sprongen op de bres voor 'de onderdrukte vrouw' en stelden 'haar' plek veilig. (Anderen bleven zitten, en/of keken toe, een enkeling probeerde de boel te sussen.)

Op zich een goede zaak, opkomen voor de onderdrukten, maar de manier waarop dat ging vond ik nogal eng. Het verhaal van één persoon werd aangenomen als de Absolute Waarheid. De woede van Mo sloeg over op de anderen; de mensen reageerden niet meer als individuen maar als massa. Er werd niet meer zelf nagedacht, de zondebok was gevonden, in dit geval degene waar wij allen toch zó tegen strijden, de verpersoonlijking van seksisme: de Verkrachter!

Ik heb me erg kwaad gemaakt over die meute in de kroeg. Had dergelijk gedrag eigenlijk niet verwacht in mijn directe omgeving. Me afvragend welke denkbeelden de grond vormden voor dit gedrag, kwam ik grofweg uit op 2 punten. Deze punten wil ik hierbij aangeven als overdenkingen bij het 'strijdpunt' seksueel geweld:

Het woord van de vrouw is heilig

In feministische (en links-radicale?) kringen schijnt het de norm te zijn dat vrouwen altijd geloofd worden als zij een ervaring vertellen waarin sprake is geweest van seksueel misbruik.

Aangezien ik zelf niet onbekend ben met de seksueel geweldsproblematiek, weet ik ook waar deze stellingname vandaan komt. Vrouwen werden nooit geloofd als zij vertelden van hun ervaringen, kregen zelfs vaak ook nog eens de schuld van het seksuele geweld wat hen overkomen was. De vrouwenbeweging heeft deze gedachtegang doorbroken door radicaal achter de vrouw te gaan staan. Dat was hard nodig, en is, helaas, nog steeds hard nodig. Seksueel geweld komt immers vaak voor en wordt meestal ontkend of gebagatelliseerd door de dader.

Maar... er kleeft één maar aan dit radicaal achter de vrouw gaan staan en dat is het volgende: je kunt eenvoudigweg niet stellen dat een mens, op basis van haar sekse, de Waarheid verkondigt. Buiten mijn idee dat dé Waarheid niet bestaat, kan 'zelfs' een vrouw (bewust of onbewust) onwaarheden vertellen. Sommige feministes erkennen dit, maar blijven toch radicaal achter de vrouw staan. De mogelijkheid dat een vrouw onwaarheden vertelt is relatief gezien klein, die ene man heeft dan gewoon pech gehad. Het belang van onvoorwaardelijke steun aan de vrouw weegt voor hen niet op tegen het eventuele leed wat een valse beschuldiging teweeg kan brengen. Op zich klinkt dit redelijk, ware het niet dat ik zelf niet denk in termen van kwantiteit. Elke persoon is er één en onrecht kan niet goedgepraat worden door het willen voorkómen van ander onrecht. Twijfelen aan, of het niet geloven van een vrouw die haar seksueel geweldservaring bekend maakt kan de nodige afkeuring oproepen. Zeker als een vrouw dit doet. Vrouwen horen immers solidair te zijn met andere vrouwen? Als vrouw heb je toch weet van de bestaande machtsverhoudingen? Of ben je (o zo cliché) toch verblind geraakt door die waas van vriendschap/liefde voor de dader, waardoor je meteen al je feministische principes bij de vuilnis zet?

Waarheden, onwaarheden, voor mij zijn dit begrippen waar noch de man, noch de vrouw het alleenrecht op heeft. Waar 2 mensen iets meemaken zijn er altijd 2 waarheden en ik zie geen reden om het woord van de vrouw als heilig te beschouwen.

En hoe zit het dan met de (mogelijke) dader?

Vanuit feministische hoek is er weinig begrip te verwachten voor (mogelijke) daders van seksueel geweld. Begrijpelijk. Eigen of andervrouw's ervaringen met seksueel geweld roepen nou niet direct op tot interesse voor de motieven van de dader, laat staan tot enig begrip. "Laten de daders het zelf maar uitzoeken, zij hebben het immers ook zelf gedaan. Daarbij hebben de slachtoffers onze aandacht harder nodig."

Feminisme is voor mij breder dan het vechten tegen vrouw onderdrukkende denkbeelden en structuren. Voor mij houdt feminisme in dat ik streef naar gelijkwaardigheid tussen de seksen. Dat beide seksen zich losrukken van hun socialisatie, van ongewenste rollen, van de positie van onderdrukte én van de positie van onderdrukker.

Vrouwen maken zich sterk, proberen los te komen uit hun onderdrukte positie. Als dit niet in een keer lukt (wat ook onmogelijk is), en een vrouw terugvalt in bijvoorbeeld slachtofferschap, is daar alle begrip voor. Terecht.

Maar hoe zit dat bij de onderdrukkers?

Okee, die zijn 'solidair met de vrouwenstrijd' (lekker makkelijk). En sommigen vechten ook zelf tegen hun eigen rol als onderdrukker. En als dit niet in een keer lukt? Dan is er niet veel meer van dat blabla over socialisatie te merken, met name zich feministisch noemende mensen zullen de dader alleen als dader behandelen. Fout = fout.

Begrijp me goed; ik pleit hier zeker niet voor een mentaliteit die de verantwoordelijkheid van de dader voor zijn handelen wegpraat als zou hij er zelf niets aan kunnen doen want 'hij is ook maar gesocialiseerd' enzovoorts. (Daarbij heb ik ook zeker mijn grenzen, situaties waar voor mij alle begrip ophoudt.) Nee, ieder draagt de verantwoording voor zijn/ haar eigen daden, los van socialisatie, eigen jeugd, en dergelijke.

Wat ik wél zou willen is dat er minder sterk gedacht wordt in zwart/wit termen als goed en slecht. Dit zou de discussies bij mannen over seksisme ook wat opener kunnen maken, misschien zouden mannen dan ook wat eerlijker naar zichzelf kunnen zijn.

Dit brengt me op het laatste puntje.

De 'zuiverheid' van de woede in de kroeg.

Woede van vrouwen naar een (mogelijke) verkrachter toe kan ik me heel goed voorstellen. Uit vriendschap, uit solidariteit, omdat je zelf ooit het slachtoffer bent geweest van seksueel geweld, omdat jij het had kunnen zijn, omdat die man dan symbool staat voor veel ander vrouwenleed enzovoorts.

De woede van mannen doet mij toch enigszins de wenkbrauwen fronsen. Ook hier zal er zeker sprake zijn van vriendschap, een solidariteitsgevoel en de oprechte neiging om iets aan het onrecht te doen. Maar, ik denk dat er nog iets méér meespeelt, namelijk de eigen positie als man, als mogelijke verkrachter. Door seksueel geweld extreem en zwart/wit te stellen en de Verkrachter te veroordelen wordt impliciet gesteld dat jij niet zo bent. Hij is slecht, maar ik ben eigenlijk wel goed bezig...

Terug naar de kroeg

Als verdere doorvoering van de strijd tegen het seksisme, naast het eruit werken van (mogelijke) verkrachters, stel ik voor dat de mensen die zich herkennen in het volgende in de toekomst de kraakkroeg zullen gaan mijden:

Laten alle mannen eens eerlijk bij zichzelf nadenken of zij ooit iets seksueels bij een vrouw hebben gedaan wat zij niet wilde, of waarvan je niet zéker wist of de vrouw het wel wilde...

Laten alle vrouwen eens nadenken of zij ooit dingen hebben laten gebeuren die zij zelf niet hebben gewild...

Ik ben benieuwd hoeveel mensen er op komen dagen. Ik kom dan in ieder geval niet.

Een reactie van Kitty

Terug