Controlestaat op z’n retour?

Gevangen identiteit
In april 2011 maakte minister Piet Hein Donner van Binnenlandse Zaken bekend de opslag van digitale vingerafdrukken in de gemeentelijke databases voorlopig stop te zetten. De miljoenen vingerafdrukken die daarin al verzameld zijn, zullen worden vernietigd. Tegelijkertijd wil de regering wel dat meer burgers verplicht dna-materiaal afstaan. Een eind aan de controlemaatschappij is dus nog lang niet in zicht, integendeel.

Als gevolg van Europees beleid moet iedereen die een nationale identiteitskaart of een paspoort aanvraagt sinds september 2009 verplicht vier digitale vingerafdrukken afstaan. Twee daarvan worden opgenomen in de chip die in de legitimatiebewijzen verwerkt zit. Dat zou identiteitsfraude tegen moeten gaan. De Nederlandse overheid gaat echter veel verder dan de Europese regels voorschrijven: de vingerafdrukken worden hier namelijk ook nog eens opgeslagen in gemeentelijke databases. De overheid was voornemens om al die lokaal opgeslagen vingerafdrukken vervolgens te verzamelen in een landelijke database waartoe ook politie en Justitie toegang zouden hebben. Dat zou hen een schat aan informatie opleveren, over onschuldige burgers welteverstaan.

Big Brother

Al jaren is er veel kritiek op de nieuwe Paspoortwet die deze Big Brother-praktijken mogelijk maakt. Zo is het collectief opslaan van vingerafdrukken van onschuldige burgers een grove schending van de privacy. Ook gebruikt Nederland de vingerafdrukken niet alleen tegen identiteitsfraude, zoals Europa het bedoeld had, maar tevens voor opsporing, vervolging, inlichtingenwerk en terrorismebestrijding. Daarbij is de veiligheid van de digitale databases niet te garanderen. Het zou zomaar kunnen dat gegevens uitlekken of dat hackers met miljoenen vingerafdrukken aan de haal gaan. Kritische burgers weigerden dan ook om hun vingerafdrukken af te staan, waardoor ze verder paspoortloos door het leven gaan. Anderen tekenden bezwaar aan of startten zelfs rechtszaken. En privacywaakhonden typten hun vingers blauw aan petities en brieven. Onlangs leverde zelfs de inlichtingendienst AIVD kritiek op de opslag van allerlei gegevens in digitale databases. Men vreest dat buitenlandse mogendheden als China die databases zouden kunnen hacken. En uit een onderzoek in de gemeente Roermond bleek dat het opslagsysteem grote technische mankementen vertoonde. Bij een drie weken durende proef werd gekeken of de vingerafdrukken van de mensen aan de balie overeenkwamen met de opgeslagen data. Bij maar liefst 97 van de 448 afgegeven legitimatiebewijzen bleek dat niet het geval. Die fouten komen vooral voor bij ouderen en mensen die veel met chemicaliën werken. Ze kunnen een afwijkende vingerafdruk hebben. Deze mensen zouden op basis daarvan onterecht als fraudeur kunnen worden aangemerkt, iets waarvoor critici al jarenlang waarschuwen.

Tot voor kort was overigens slechts een kleine minderheid in de Tweede Kamer kritisch over de opslag van digitale persoonsgegevens. Maar zeker na de waarschuwende woorden van een ‘onverdachte’ partij als de AIVD en het onderzoek in Roermond zijn nu ook partijen als de VVD en de PvdA gaan twijfelen. Niet zozeer uit altruïstische en principiële motieven, maar simpelweg omdat de opslagsystemen nog niet feilloos werken. Op 20 april vond er in de Tweede Kamer een hoorzitting plaats over het onderwerp. Daarbij bleek dat een ambtenaar en een onderzoeker door hun leidinggevenden jarenlang tot “persona non grata” werden bestempeld, omdat ze kritiek hadden op de opname van vingerafdrukken in het nieuwe paspoort. Oud-ambtenaren en andere experts verklaarden dat het erop leek dat het biometrisch paspoort er hoe dan ook moest komen en dat waarschuwingen stelselmatig werden weggewuifd. Donner begreep dat een meerderheid in de Kamer zich tegen de opslag zou keren en eind april maakte hij bekend de digitale opslag voorlopig stop te zetten en de al verzamelde vingerafdrukken te zullen vernietigen. Dat betekent niet dat een burger geen digitale vingerafdrukken meer af hoeft te staan. Maar die worden vanaf nu alleen nog maar opgenomen in de chip in de nationale identiteitskaart en het paspoort, en dus niet meer opgeslagen in een databank.

Vingerafdrukken laten maken op het stadhuis.
Donner zei ook dat hij de nationale identiteitskaart uit de Paspoortwet zou gaan halen. Dan zouden bij de aanvraag van zo’n kaart helemaal geen vingerafdrukken meer afgestaan hoeven te worden, iets wat overigens nu ook al het geval is in bijna alle andere EU-lidstaten. Met zo’n aangepaste nationale identiteitskaart kan iedereen nog steeds vrij reizen in de EU-lidstaten. Maar mensen die buiten de EU willen reizen, blijven dan nog steeds aangewezen op de aanschaf van een paspoort met daarin de digitale vingerafdrukken. De strijd tegen de Paspoortwet is hiermee dus nog lang niet over. Die stopt pas als er helemaal geen vingerafdrukken meer afgegeven hoeven te worden. Daarbij heeft Donner aangekondigd dat “de vorming van een centrale reisdocumentenadministratie” voor de toekomst “het doel blijft”. Oftewel: als de technische mankementen opgelost zijn, zal de centrale database met daarin digitale vingerafdrukken van alle Nederlanders er gewoon komen, als het aan Donner en de zijnen ligt. Maar de voorlopige opschorting geeft critici in ieder geval de kans om ook met inhoudelijke argumenten tegen de Paspoortwet te blijven pleiten.

Dna-database

Tegelijkertijd dijt de database met dna-materiaal van inwoners van Nederland steeds verder uit. Die wordt bijgehouden door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). In de database zijn dna-profielen opgenomen van veroordeelden en verdachten, en van sporen die op een plaats delict zijn aangetroffen. In 2001 telde de database nog zo’n kleine vijfduizend profielen, in 2007 stond de teller al op zo’n 80 duizend en vandaag de dag zijn er al meer dan 130 duizend profielen opgeslagen. De forse toename is vooral het gevolg van de Wet dna-onderzoek bij veroordeelden, die op 1 mei 2010 ook van toepassing werd op veroordeelden wegens ieder misdrijf waarop een voorlopige hechtenis mogelijk is. En dat zijn er nogal wat. Zo beland je tegenwoordig al in de dna-databank voor het uiten van een dreigement, het uitdelen van een stomp, of voor het openbreken van een deur tijdens een kraakactie. Het dna-materiaal wordt op een politiebureau afgenomen door met een wattenstokje door de mond van een verdachte of veroordeelde te vegen. Het afstaan van dna is enorm vernederend. Het maakt een inbreuk op de lichamelijke integriteit en mensen voelen zich behandeld alsof ze de grootste criminelen zijn. Veel mensen begrijpen dan ook in het geheel niet waarom ze dna af moeten staan. Verder wordt er ook dna afgenomen waar dat wettelijk gezien helemaal niet mag. Zo worden mensen die verdacht worden van uitkeringsfraude ook gedwongen om dna af te staan. In een toelichting bij de wet staat echter dat uitkeringsfraude een voorbeeld van een misdrijf is waarbij de afname van dna-materiaal “niet van betekenis zal kunnen zijn voor de voorkoming, opsporing, vervolging en berechting van strafbare feiten”. Het misdrijf valt daarmee onder de wettelijke uitzonderingsgrond. Het advocatenkantoor Fischer trok daarover de afgelopen maanden aan de bel bij Justitie. Daarop werd het dna-materiaal van een van hun cliënten vernietigd. Toch gaat Justitie vooralsnog door met het verzamelen van dna-materiaal van een andere cliënt van het kantoor.

De verwachting van het NFI is dat er jaarlijks maar liefst 40 tot 50 duizend nieuwe profielen aan de databank toegevoegd zullen worden. En al die dna-profielen worden ook nog eens uitgewisseld met een negental andere Europese landen. Staatssecretaris Fred Teeven van Veiligheid en Justitie wil nog meer gegevens in de database opnemen. Hij wil het meewerken aan een dna-onderzoek verplicht stellen voor iedereen die in de buurt van een misdrijf was. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om een verplicht dna-onderzoek voor alle inwoners van een wijk of dorp waar een moord is gepleegd. De oppositiepartijen zijn niet positief. Zij vinden het plan een grove schending van de grondrechten en vrezen dat mensen die weigeren om dna te laten afnemen meteen in de verdachtenbank zullen belanden. Ook zijn critici bang dat rechters dna als onomstotelijk bewijs gaan zien. Onlangs pleitte de korpschef van de politie Rotterdam-Rijmond zelfs voor de opname van dna-materiaal van alle Nederlanders in de databank. Uit een peiling bleek dat 48 procent van de Nederlanders tegen het voorstel is. Ook Teeven en het merendeel van de Tweede Kamer zien zo’n maatregel nu nog niet zitten. Maar ongetwijfeld zullen de rechtse partijen er in de nabije toekomst wel brood in zien.

Gerrit de Wit