“Ik moest 75 euro betalen voordat ze naar mijn zieke kind wilden kijken”

Huisarts Marianne Schoevers promoveerde dit jaar op haar proefschrift “Hiding and seeking” (“Verstoppertje spelen”). Ze onderzocht de gezondheidsproblemen van illegale vrouwen. Daaruit bleek dat ze niet de zorg krijgen die ze nodig hebben. Uniek aan haar onderzoek is dat ze vrouwen heeft weten te bereiken die nauwelijks bekend zijn in de gezondheidszorg en bij steungroepen.

Al langer is bekend dat illegalen moeilijk gebruik kunnen maken van de gezondheidszorg, zelfs als ze daar wettelijk gezien recht op hebben. Dat geldt niet alleen in Nederland, maar ook in de rest van de EU. In het algemeen kan worden gesteld dat binnen de groep illegalen de minderjarigen nog de minste drempels tot de zorg krijgen opgeworpen. In hun kielzog hebben zwangere en net bevallen illegale vrouwen in elk geval op papier naar verhouding de meeste rechten.

Aan de andere kant zijn illegale vrouwen in vergelijking met mannen op verschillende manieren extra kwetsbaar. Zo hebben ze vaak te maken met lichamelijk en seksueel geweld. Dat heeft mede te maken met de vergaande afhankelijkheid die ze in de een-op-eenrelatie met hun baas hebben, bijvoorbeeld in huishoudelijk werk of de seksindustrie. Bovendien zijn illegale vrouwen vaker dan mannen het slachtoffer van mensenhandel. Ook werken ze vaker in de prostitutie, wat voor hen soms de enige manier is om geld te verdienen. Dit sekse-gerelateerde geweld heeft ernstige gevolgen voor de gezondheid, zoals soa’s en post-traumatisch stresssyndroom.

Barrières

Voor haar proefschrift onderzocht Schoevers hoe deze vrouwen hun eigen gezondheid ervaren, welke gezondheidsproblemen ze hebben en met welke barrières ze worden geconfronteerd bij de toegang tot de benodigde zorg. Ze heeft de geïnterviewde vrouwen overigens niet alleen gebruikt als materiaal voor haar promotie, maar er tegelijk ook voor gezorgd dat ze een gratis medisch onderzoek kregen, en die vrouwen die het nodig hadden aan een eigen huisarts geholpen of doorverwezen naar de juiste medische zorg.

Met dit proefschrift zijn voor het eerst illegale vrouwen bereikt die nauwelijks bekend zijn bij gezondheidsinstellingen of steungroepen. Er zijn er 100 geïnterviewd en medisch onderzocht, van wie 65 procent aangaf dat hun gezondheid matig is. Maar liefst 91 procent liet weten actuele gezondheidsproblemen te hebben. Gynaecologische en psychische problemen komen veel voor, evenals problemen rond zwangerschap en geboorte. Maar deze problemen noemen de vrouwen zelden spontaan. Er moet specifiek naar worden gevraagd.

Baas over eigen lijf

Schoevers onderzocht hoe het zit met de reproductieve gezondheid van de vrouwen, met de autonomie en controle over eigen lijf en leden, ofwel: baas in eigen buik. Zijn ze in staat om een bevredigend en veilig seksleven te hebben, en hebben ze de vrijheid om te beslissen of en hoe vaak ze kinderen willen krijgen? Dat blijkt niet het geval. De vrouwen weten niet hoe het staat met de gezondheidszorg in Nederland en of die zorg voor hen bereikbaar is. “Ik wist niet waar ik heen kon, hoe de dingen waren georganiseerd. Ik wist absoluut niets en het was heel zwaar”, aldus een van de geïnterviewde vrouwen. Daardoor hebben ze ook geen informatie over of kunnen ze onvoldoende gebruik maken van contraceptie. Ook gebrek aan geld is een probleem. “Ik heb een spiraaltje gekocht, maar durf niet naar het ziekenhuis om het te laten inbrengen”, vertelt een vrouw. Een andere vrouw: “Ik moest 75 euro betalen voordat ze überhaupt naar mijn zieke kind wilden kijken”. Ook seksueel en lichamelijk geweld en de angst voor uitzetting staan in de weg om zeggenschap over eigen lijf en leden te kunnen uitoefenen. Maar liefst 28 procent van de geïnterviewde vrouwen vertelde te maken te hebben gehad met seksueel geweld. Dat leidt tot het ontbreken of uitstellen van zwangerschapszorg, onregelmatig gebruik van voorbehoedsmiddelen en een hoog abortuspercentage. Van de vrouwen gaf 70 procent aan gynaecologische of seksuele problemen te hebben.

Uit het onderzoek blijkt dat het gebruik van gezondheidsvoorzieningen door illegale vrouwen laag is. Dat komt door de regelgeving en de bureaucratie. Bij de toegang tot die voorzieningen kwam 69 procent van de vrouwen obstakels tegen. Enkele schrijnende voorbeelden illustreren dat. “Ik had een afspraak voor het chirurgisch laten verwijderen van een tumor in mijn baarmoeder. Maar toen ik in het ziekenhuis kwam voor de afspraak, werd ik weggestuurd door de receptioniste. Ik voelde me diep vernederd.” En: “Er werd mij verteld dat ik niet kon bevallen in het ziekenhuis. Het ziekenhuis zei dat ik terug moest gaan naar Marokko. Ik was bang. Mijn buurman reed me naar Spanje, omdat we gehoord hadden dat daar hulp bij de bevalling geboden werd aan illegale vrouwen.” Op individueel niveau spelen ook schaamte, angst, taal en gebrek aan informatie een rol. “Ik was te bang dat de dokter de politie zou bellen.” En: “Het voelt slecht als je om hulp moet vragen, terwijl je er niet voor kunt betalen.” Vrouwen die eerder in een asielprocedure zaten en gereguleerde toegang tot gezondheidszorg hadden, bleken meer gebruik te maken van de voorzieningen dan vrouwen die als illegale arbeidsmigranten, huwelijkspartner of vanwege gezinshereniging naar Nederland kwamen.

De vrouwen hebben zelden een vaste huisarts of andere vaste zorgverleners, vooral omdat ze vaak verhuizen. Voor een zorgverlener blijkt het vaak moeilijk om zicht te krijgen op de noodzakelijke medische gegevens, zoals ziektegeschiedenis, eerdere testresultaten en gebruikte medicijnen. Dat verhoogt het risico op slechte gezondheidszorg.

Zorgplicht

Schoevers pleit daarom voor een proefproject waarbij illegale vrouwen hun eigen medisch dossier in eigendom krijgen en dus altijd mee kunnen nemen bij afspraken in de gezondheidszorg. Zo zouden de relevante medische gegevens niet verloren raken. Met zo’n persoonlijk dossier zijn al bij verschillende patiëntengroepen ervaringen opgedaan. Denk aan mensen met kanker of met suikerziekte, aan daklozen, en aan mensen met een psychiatrische aandoening. De meningen daarover zijn verdeeld. Artsen zijn vooral bezorgd over de extra administratie om dit aparte dossier bij te houden en over de vertrouwelijkheid van de informatie.

Gezien de alarmerende uitkomsten van haar onderzoek roept Schoevers haar collega’s op om bij illegale vrouwen altijd door te vragen naar gezondheidsproblemen, vooral op het gebied van seksualiteit, gynaecologie en psychische problemen. Als arts die trouw is aan haar eedaflegging, pleit ze voor een onbelemmerde toegang tot de gezondheidszorg. En ze roept artsen op om zich bewust te zijn van hun zorgplicht ten aanzien van deze kwetsbare groep vrouwen. Een zorgplicht van minimaal dezelfde kwaliteit als die aan de rest van hun patiënten.

Ellen de Waard