PVV-Europarlementariërs steunen vooral banken en bedrijfsleven

Demonstratie van Doorbraak tegen Wilders op 26 februari in Arnhem.
Bij de verkiezingen voor het Europees Parlement in juni 2009 sleepte de PVV vier van de 25 Nederlandse zetels binnen. In een toespraak tot zijn achterban noemde Wilders de uitslag “fantastisch” en “ge-wel-dig”. Maar kan die achterban, of in ieder geval een gedeelte ervan, hetzelfde zeggen nu de PVV alweer zo’n dik anderhalf jaar in de bankjes in Brussel en Straatsburg zit?

De PVV probeert al enige jaren stemmen aan de linkerkant van het politieke spectrum weg te snoepen door zichzelf een sociaal smoel aan te meten. Zo zegt men tegen een verhoging van de AOW-leeftijd te zijn, keert men zich tegen de inperking van de WW en wil men niet dat aan het ontslagrecht gesleuteld wordt. In werkelijkheid is dit echter niet meer dan een façade: het “breekpunt” van de AOW heeft de partij allang vaarwel gezegd en de PVV steunt in het kabinet Bruin I allerhande rechtse neo-liberale maatregelen die de onderkant van de maatschappij en de arbeidsmarkt hard treffen. Ook in Europa laat de PVV haar ware gezicht zien. Na de winst bij de verkiezingen voor het Europees Parlement sprak een lyrische Wilders nog over een “dag van hoop”, een “hoop voor een beter en ander Nederland” waarin “de Nederlanders” weer “centraal” staan. Maar uit het stemgedrag van de PVV-Europarlementariërs blijkt dat “de Nederlander”, voor zover die al bestaat, voor de PVV helemaal niet centraal staat. In plaats van op te komen voor de belangen van Henk en Ingrid kiest de PVV keer op keer de kant van Maria-Louise en Maurits-Jan. De gedelegeerden van de PVV stemmen namelijk keer op keer tegen voorstellen voor een socialer Europa, en daarmee tegen een socialer Nederland.

Ultra-rechts discours

De PVV zegt niets te moeten hebben van Europa en haar instituties. De invloed van Brussel zou namelijk te groot zijn. De deur zou wagenwijd opengezet worden voor landen als Turkije, en Nederland zou opgezadeld worden met beleid waardoor vluchtelingen, migranten en moslims niet massaal het land uitgezet kunnen worden. Een logisch standpunt van een nationalistische partij waarvoor “alleen Nederland telt”. Het liefst zou de PVV de grenzen van Nederland afbakenen met zandzakken en zich ingraven in schutterputjes, in de hoop het onheil van buiten te weren. Niettemin heeft de PVV de zetels in het Europees Parlement ingenomen, naar eigen zeggen om “Europa van binnenuit te bestrijden”. Een bijkomend voordeel voor de partij is dat men de eigen zakken kan vullen en ook nog eens een extra podium heeft om via provocerende uitspraken het eigen ultra-rechtse discours neer te zetten.

Sinds de komst van de PVV naar het Europees Parlement heeft de partij aan heel wat stemmingen deelgenomen. Het zal niet verbazen dat de partij van Wilders zich keerde tegen het voorstel om mensen uit mogelijke kandidaat-lidstaten als Servië, Montenegro en Bosnië zonder visum naar de EU te laten reizen. Ook zal het niet verbazen dat de PVV-fractie in het Europees Parlement zich als enige Nederlandse fractie keerde tegen een voorstel om miljoenen in te zetten voor de financiering van energiebesparende projecten. Daarbij moet gedacht worden aan de ontwikkeling van energievriendelijk openbaar vervoer in steden. De PVV heeft gewoon niets met maatregelen om de aarde te redden, en stemde dus tegen. Geheel in dezelfde lijn stemde de PVV tegen een resolutie voor de bescherming van de biodiversiteit in Europa. Men stemde dus tegen een voorstel om ontbossing tot stilstand te brengen, om destructieve visserijmethoden af te schaffen en om het uitsterven van bedreigde diersoorten te voorkomen.

PVV steunt rijken

Op sociaal gebied bakt de PVV het in Europa bruin. Men keert zich werkelijk tegen alle voorstellen die Europa en Nederland socialer kunnen maken en kiest onomwonden de kant van de rijken. Zo stemde het Europees Parlement eind 2009 over een resolutie voor de invoering van een minuscule belasting op internationale kapitaaltransacties. Meerdere Europarlementariërs juichten de invoering toe, omdat zo ook de financiële sector enigszins mee zou moeten gaan betalen aan de door henzelf veroorzaakte crisis. Maar de resolutie werd weggestemd, mede door de Nederlandse Europarlementariërs van de PVV, de VVD, de SGP en het CDA. Die partijen leggen de rekening van de crisis liever neer bij de belastingbetalers en de onderkant van de samenleving. Eind 2009 stemde het Europees Parlement ook over een Europees programma voor microkredieten. Daarmee kunnen werklozen die een kleine onderneming op willen zetten een lening krijgen van maximaal 25 duizend euro. Het initiatief is officieel bedoeld om sociale uitsluiting en werkloosheid in Europa tegen te gaan. De PVV bleek daarin totaal niet geïnteresseerd en stemde tegen. Halverwege 2010 stemde het Europees Parlement over een voorstel dat voedselfabrikanten verplicht om op hun etiketten het herkomstland van hun producten te vermelden. Het verplicht de fabrikanten ook om de zeer ongezonde transvetten en smaakversterkers op het etiket aan te duiden als “nano-food”. De voedingsindustrie stak veel tijd en geld in een lobby om parlementariërs te overreden om tegen te stemmen. Het zou hun producten “demoniseren”. De PVV liep netjes aan de leiband van de voedingsmiddelenindustrie en stemde tegen. Het voorstel werd niettemin aangenomen. De PVV stemde verder in september 2010 als enige Nederlandse partij tegen een voorstel voor de oprichting van een Europese Bankautoriteit. Die moet zorgen voor een beter toezicht op internationaal opererende financiële instellingen en ervoor waken dat ze het niet al te bont maken. Maar dat zal de PVV een biet wezen.

In 2010 keerde de Europese PVV-fractie zich ook tegen een voorstel om op Europees niveau te ijveren voor de invoering van een vaderschapsverlof bij de geboorte van een kind. Daarmee zou volgens de indieners ook de positie van de vrouw op de arbeidsmarkt beter beschermd worden, aangezien de man dan vaker de zorg voor een kind op zich kan nemen. De PVV, de SGP en de CU zien niets in voorstellen om de positie van de vrouw te verbeteren en stemden tegen het voorstel. Eind 2010 werd er gestemd over een plan om het betaald zwangerschapsverlof te verlengen van 14 naar 20 weken. Dat zou volgens de voorstanders de gezondheid van de zwangere vrouw ten goede komen. Partijen als de PVV, de VVD en de SGP stemden zonder succes tegen.

Mensenrechten

In het Europees Parlement keert de PVV zich tevens tegen nagenoeg alle voorstellen die de mensenrechten, de privacy van burgers, en de journalistieke vrijheden moeten waarborgen. Zo werd er in 2009 gestemd over een motie waarin de Italiaanse overheid opgeroepen werd om te stoppen met de beknotting van de persvrijheid. De motie hekelde ook het feit dat veel tv-stations en kranten in handen zijn van één persoon, te weten premier Silvio Berlusconi. De resolutie werd nipt weggestemd. De PVV stemde natuurlijk tegen, evenals de SGP en het CDA, maar die laatste partij zit dan ook met de partij van Berlusconi in dezelfde Europese christelijke fractie. Eind 2009 stemde het parlement over een voorstel omtrent de internetvrijheid. Het voorstel zorgt ervoor dat consumenten niet zonder enige vorm van proces door overheden afgesloten kunnen worden van internet. Dat zou alleen mogen na een eerlijke en onpartijdige procedure waarbij de internetgebruiker het recht heeft gehoord te worden en recht heeft op beroepsmogelijkheden. Het voorstel werd aangenomen, maar van de Nederlandse parlementariërs stemden die van de PVV en de SP tegen.

In 2010 stemde de PVV, net als veel andere Nederlandse fracties, voor het uiteindelijk aangenomen plan om de uitwisseling van bankgegevens van burgers tussen de VS en de EU mogelijk te maken. Met die gegevens willen de inlichtingendiensten “terroristen” opsporen, maar ze worden in de praktijk vooral gebruikt om de handel en wandel van grote groepen onschuldige burgers in kaart te brengen. De EU heeft bij dit zogenaamde SWIFT-akkoord wel wat minieme waarborgen bedongen, maar dat mag nauwelijks een naam hebben. In 2010 stemde het parlement ook over een wet die de rechten van verdachten en aangeklaagden in de EU moet verbeteren. De wet bepaalt dat zij recht hebben op een vertaling tijdens verhoren door de politie en bij rechtbankzittingen. Concreet betekent dit bijvoorbeeld dat een aangehouden Nederlander in Spanje recht heeft op een tolk. De wet werd met brede steun aangenomen. Alle Nederlandse parlementariërs stemden voor, met uitzondering van die van de PVV.

Extreem-rechtse fractie?

De PVV-Europarlementariërs hebben op dit moment de status van “niet-ingeschrevenen”. Ze zijn bij geen van de zeven fracties in het Europees Parlement aangesloten. De invloed van de PVV is daarom miniem. De uiterst rechtse fractie Europe of Freedom and Democracy (EFD), die nu al nauw met de PVV samenwerkt, heeft de partij van Wilders gevraagd om zich bij haar aan te sluiten. Volgens Europarlementariër Barry Madlener denkt de PVV daar serieus over na. “Als het tot voordelen leidt en als wij er genoeg voordelen in zien, dan kunnen wij dat zeker overwegen”, aldus Madlener in januari 2011. Dat is opmerkelijk, omdat hij het Europese fractiesysteem eerder nog afdeed als “ridicuul”. De EFD heeft op dit moment iets meer dan 30 aangesloten parlementsleden. Die komen uit partijen als de extreem-rechtse Italiaanse Lega Nord, de eurosceptische en xenofobe UK Independence Party, de Franse Mouvement Pour la France die tegen het homohuwelijk is en voor de doodstraf, de Slowaakse Nationale Partij die bekend staat om haar opruiende taal tegen Roma, en de Nederlandse SGP die de bijbel als enige wetboek wenst. De PVV zou er prima bij passen.

Gerrit de Wit