SP in Boxmeer stapt uit college wegens dwangarbeid voor werklozen

SP-fractievoorzitter Winfried Bosters wil werklozen stimuleren, maar niet via dwangarbeid.
Afgelopen maandag is de SP in Boxmeer uit het college van burgemeester en wethouders gestapt, waarin de partij een coalitie vormde met het CDA en de Lokale Onafhankelijke Fractie (LOF). Het CDA en de LOF willen bijstandsgerechtigden verplichten om met behoud van uitkering te werken, zonder contract en zonder arbeidsrechten. De SP vindt het “onaanvaardbaar” dat werklozen worden gedwongen om te werken onder het minimumloon.

In 2010 had de SP een coalitieakkoord met het CDA en de LOF gesloten waarin werd bepaald dat Boxmeer “een gemeente met een sociaal gezicht” moet zijn, “ook in moeilijke tijden”. Dat hield volgens het akkoord in dat “de minder draagkrachtige inwoners zullen worden ontzien” en dat “armoede actief zal worden voorkomen en bestreden”. Volgens de SP hebben de andere collegepartijen het akkoord geschonden door bijstandsgerechtigden verplicht werk op te leggen. Want zo worden “de minder draagkrachtigen” juist extra onder druk gezet en rechteloos gemaakt, in plaats van dat ze worden “ontzien”.

“Werk moet lonen, mensen die werken moeten wat ons betreft meer verdienen dan mensen die zonder werk in de bijstand zitten”, liet SP-fractievoorzitter Winfried Bosters weten. “Dat is eerlijk en daarmee stimuleer je mensen om te gaan werken en om door te stromen naar de arbeidsmarkt.” Maar is het “eerlijk” dat mensen die de pech hebben om werkloos te raken minder geld krijgen? En sinds wanneer zien socialisten het als hun taak om werklozen te “stimuleren”? Lag het niet aan de economische omstandigheden dat mensen hun banen verliezen? En naar wat voor arbeidsmarkt dienen die werklozen dan “door te stromen”? Eentje met steeds beroerder banen: flexibel, slechte arbeidsomstandigheden en ziekmakend. Bosters redeneert vanuit precies dezelfde ideologie als de vertegenwoordigers van de rechtse partijen: werkenden moeten bevoordeeld worden boven werklozen. Het enige verschil met de VVD is dat die partij de afstand tussen werkenden en werklozen wil vergroten door op de uitkeringen te bezuinigen. Maar dat verschil was kennelijk niet onoverbrugbaar toen SP-wethouder Emile Roemer in 2002 in Boxmeer een coalitie smeedde tussen de SP en de VVD. Dat belooft nog wat als Roemer ooit een keer een regering gaat vormen.

De SP in Boxmeer beschouwt werken met behoud een uitkering als “een verkeerde bezuiniging”. Ook vreest men verdringing op de arbeidsmarkt. Naar verwachting zullen namelijk duurdere arbeiders worden ingeruild voor goedkope werklozen. Daarom stapte SP-wethouder Dick Schaap op, die echter merkwaardig genoeg wel zelf het plan van de dwangarbeid had ingediend. In de commissievergadering bleek hij er plotsklaps afstand van te nemen.

Het is verheugend dat de SP in Boxmeer zich ferm en principieel opstelt door de eigen wethouder terug te trekken uit het college. Door het hele land heen zou het motto van de partij moeten zijn: “Doe effe sociaal, man, en laat werklozen niet voor Jan met de korte achternaam werken”. Maar in Leiden zet de SP als collegepartij de bijstandsgerechtigden wel aan het verplichte onbetaalde werk, via het Participatiecentrum en de participatieplaatsen. In die stad zit de partij samen met D66, het CDA en de VVD in het college. In tegenstelling tot de SP-wethouder in Boxmeer is de Leidse SP-wethouder Roos van Gelderen doodleuk in het college blijven zitten, toen de Leidse variant van dwangarbeid voor bijstandsgerechtigden werd ingevoerd. De SP in Boxmeer laat zien dat de – op zich al uiterst dubieuze – deelname aan een college met rechtse partijen altijd zijn grenzen kent en ook moet kennen. “Tot hier en niet verder”, zou overal de opstelling van de SP moeten zijn, zodra wordt gemorreld aan het wettelijk minimumloon, de arbeidsrechten worden verkwanseld en dwangarbeid wordt ingevoerd.

Harry Westerink