Terrein winnen met de anti-racistische strijd tegen Zwarte Piet: een tussenstand

Bij de intocht van Sinterklaas afgelopen zondag.
Bij de intocht van Sinterklaas afgelopen zondag.

Het is november en “het heerlijk avondje” met de racistische karikatuur komt steeds dichterbij. Tijdens het afgelopen weekeinde vond niet alleen de gewraakte intocht van Sinterklaas in Amsterdam plaats, inclusief Zwarte Pieten, maar ook een bijzonder inspirerend protest. Burgemeester Eberhard van der Laan wuifde de bezwaren tegen de intocht weg en de rechter schaarde zich achter hem. Maar is dat reden tot teleurstelling en ontgoocheling? Welnee, want de tegenstand tegen Zwarte Piet is dit jaar opvallend verbreed, dwars door de hele samenleving heen.

Doorbraak ziet de Zwarte Piet-figuur liever gisteren dan morgen verdwijnen. Voor ons is het belangrijker dat de strijd tegen de racistische karikatuur van onderop wordt gevoerd, dan dat er van bovenaf een verbod op die figuur van kracht wordt. De rechter wenste niet mee te gaan met de kritiek van de bezwaarmakers tegen de intocht. Dat viel te verwachten, ook gezien de eerdere opstelling van Van der Laan.

De afgelopen maanden lieten zien hoe het protest tegen Zwarte Piet is gegroeid. Enkele honderden Piet-critici kwamen naar de hoorzitting van de gemeente Amsterdam, waar bezwaarmakers een krachtig en indrukwekkend pleidooi hielden tegen de Piet-figuur. De misschien wel eerste rechtszaak tegen Zwarte Piet ooit werd bijgewoond door vele tientallen anti-racisten. Honderden namen op 16 november deel aan de enerverende manifestatie van Zwarte Piet Niet (ZPN) op het Beursplein in Amsterdam. En duizenden hebben inmiddels de petitie van die organisatie getekend. Velen steunen bovendien de verklaring tegen institutioneel racisme van vijf mensen die in de beweging tegen Zwarte Piet actief zijn. Het is duidelijk dat die beweging dit jaar grote stappen voorwaarts heeft gezet en inhoudelijk ook successen heeft geboekt.

Frames

Over Zwarte Piet wordt maatschappelijk veel meer en veel breder gedebatteerd dan in voorgaande jaren. Het keerpunt lijkt in 2012 te zijn gekomen en die ontwikkeling heeft zich nu versneld voortgezet. De kunstenaar-activist Quinsy Gario was dit jaar opnieuw een van de kartrekkers door een paar maanden geleden op te roepen om bezwaar te maken tegen de Amsterdamse intocht. De discussie over Zwarte Piet is overal gaande, in alle kranten, op televisie, op sociale media, op het werk, op school, op familiefeestjes, op straat. Steeds meer mensen spreken zich uit tegen de racistische karikatuur, waaronder opiniemakers, wetenschappers en bekende Nederlanders.

Niet alleen het debat zelf is prominenter naar voren gekomen. Ook de voorstanders van afschaffing van Zwarte Piet en hun argumenten zijn duidelijker aanwezig in de discussie. Anti-racistische stellingnamen hebben zich ontpopt tot frames waar ook Zwarte Piet-fans niet meer omheen kunnen. Frames zijn mentale constructies waaruit ons wereldbeeld bestaat, een soort bouwstenen van de blik waarmee we de werkelijkheid bekijken. Zoals dat werkt bij frames, worden ze ook versterkt door ze te ontkennen. Het frame “Zwarte Piet is racisme” bijvoorbeeld is zo krachtig geworden dat vandaag de dag vrijwel iedereen bij de Zwarte Piet-figuur aan racisme denkt, ook degenen die dat onzinnig en belachelijk vinden.

Manifestatie tegen blackface afgelopen zaterdag.
Manifestatie tegen blackface afgelopen zaterdag.

Een ander belangrijk teken dat de strijd tegen Zwarte Piet terrein wint, blijkt uit het feit dat het debat is doorgedrongen tot in het kamp van de Piet-fans. In 2012 gaf Sinterklaaskenner John Helsloot in een lezing tijdens een bijeenkomst van het Sint Nicolaas Genootschap al aan dat het tijd werd om afscheid te nemen van Zwarte Piet. Maar dat ging toen nog om het voorzichtig aftasten van een mogelijkheid op de langere termijn. Dit jaar viel het op dat een aantal intochtcomités bereid was om daadwerkelijk kleine aanpassingen in het uiterlijk van Zwarte Piet door te voeren. Weliswaar kwamen de organisatoren in Amsterdam op de proppen met minieme veranderingen, zoals het weglaten van de oorringen van Zwarte Piet, waarschijnlijk voornamelijk bedoeld als een poging om het protest in te dammen, wat overigens jammerlijk mislukte. Maar het gegeven dat ze zich blijkbaar genoodzaakt voelen tot zo’n aanpassing, geeft aan dat de druk van de beweging tegen Zwarte Piet toeneemt en nu ook binnen het kamp van de Piet-fans de discussie woedt. Tijdens het ZPN-protest op 16 november verwoordde Kno’Ledge Cesare treffend de onverzettelijke houding die veel zwarte mensen innemen tegen de politiek van geleidelijke aanpassing van Zwarte Piet. “Ik heb geen tien jaar tijd om mensen te laten wennen aan hoe het is om mij niet te kwetsen”, verklaarde hij. Hij vergeleek de tien jaar van geleidelijke aanpassing die sommige intochtcomités en bestuurders voor ogen staat, met de eveneens tien jaar lange overgangsperiode na de afschaffing van de slavernij in 1863. De voormalige slaven waren toen weliswaar formeel geen eigendom meer van anderen, maar werden nog steeds verplicht om op plantages te werken en met hun arbeid de voormalige slavenhouders “schadeloos” te stellen. De overheid gaf de slavenhouders dus ook precies tien jaar de tijd om te wennen, namelijk aan de afschaffing van de slavernij.

Empowerment

Opvallend is ook dat het Amsterdamse intochtcomité inmiddels heeft erkend dat “tradities levend zijn en dus veranderen”. “Het Sinterklaasfeest is nu eenmaal een traditie”, dat gold jarenlang als een van de bekendste frames van de Piet-fans. Met andere woorden: het feest zou nu eenmaal niet veranderd kunnen worden en dus zou de Zwarte Piet-figuur er deel van uit moeten blijven maken. Maar nu is het comité overgegaan tot aanpassingen. Het verwijderen van de oorringen van de Pieten doet uiteraard lachwekkend aan. Maar van wezenlijk belang hierbij was dat men openlijk toegaf dat tradities kunnen veranderen en door de tijd heen sowieso al veranderen. Tot 1850 bestond het Sinterklaasfeest zonder Zwarte Piet. Die traditie werd daarna veranderd door Zwarte Piet toe te voegen. En dat kan weer worden veranderd door Zwarte Piet af te schaffen. Overigens is ook het Sinterklaasfeest met Zwarte Piet in de loop der tijd steeds stukje bij beetje aangepast. Zo dienen Pieten vandaag de dag geen lijfstraffen meer toe met de roe. Doordat de traditie van het feest en tradities in het algemeen ter discussie komen, wordt dit frame van de Piet-fans ontmanteld en onbruikbaar gemaakt.

Sowieso boeken Piet-critici op inhoudelijk gebied momenteel veel winst ten opzichte van 2012. Toen bleken rechtse pro-Piet frames nog heel sterk. Nu zijn er linkse tegenframes ontwikkeld die steeds sterker worden. “Blijf van onze traditie af”, is zo’n veelgehoord rechts frame, maar daar wordt nu vaker dan voorheen tegenover gezet: “Het is ook mijn traditie, en ik heb het recht om die te veranderen.” En het frame “Het is een onschuldig kinderfeest. Kinderen hebben geen weet van racisme” wordt meer en meer verdrongen door “Het feest moet voor alle kinderen leuk zijn” en “De huidige vorm van het kinderfeest is schadelijk voor alle kinderen – zwart en wit – vanwege de stereotiepe beeldvorming over zwarte mensen.” Bovendien krijgt het frame “Kinderen vinden Zwarte Piet geinig” steeds vaker als weerwoord “Voor kinderen maakt het niet uit welke kleur de Pieten hebben” en “Zwarte kinderen hebben last van Zwarte Piet. Ze worden ermee gepest.”

Een groot deel van de Piet-critici zijn zwart. Al decennialang komt vooral uit de Surinaamse en Antilliaanse hoek kritiek op het Zwarte Piet-racisme. Maar dit jaar klinkt hun stem een stuk luider door in de rest van de samenleving en is de ruimte in het debat voor kritiek op Zwarte Piet toegenomen. Ze eisen nog meer dan voorheen hun plek op. Ze komen nu meer uit de kast als Piet-critici, terwijl ze in voorgaande jaren eerder zwegen, uit angst voor represailles, bedreigingen en maatschappelijk isolement. Nu is empowerment en bevrijding bijna lichamelijk voelbaar, zo bleek tijdens het energieke ZPN-protest. Nu geven zwarte mensen in het openbaar vaker uiting aan hun gevoelens van vernedering en gekwetst zijn. Hun ervaringen met het Zwarte Piet-racisme zijn doorgedrongen tot het publieke debat en kunnen niet zo gemakkelijk meer onder tafel worden geveegd. Ze vertellen erover dat ze voor Zwarte Piet worden uitgescholden en met die figuur worden vergeleken. Door dat soort persoonlijke verhalen, die vroeger meestal in de privésfeer bleven hangen, vallen ook bij aardig wat witte mensen de oogkleppen af. De herinneringen van witten over het kinderfeest uit hun jeugd komen in een ander daglicht te staan. De herinneringen van zwarten over het feest zijn herkenbaar voor anderen. Aan het verhaal van hardnekkige witten dat hun zwarte buurman, vriend of kennis geen problemen heeft met Zwarte Piet, hebben steeds minder mensen een boodschap.

Schreeuwlelijkerds

Maar de luidere en nadrukkelijkere inbreng van zwarte mensen in het debat roept tegenreacties op. Piet-critici kunnen nog steeds rekenen op massale racistische agressie, meestal verbaal, soms ook fysiek. Personen die in het debat hun nek uitsteken, worden uitgescholden en bedreigd. Zo komt het alledaagse racisme aan de oppervlakte waar veel zwarten dag in dag uit mee worden geconfronteerd. Racisme toont in het openbaar zijn ware lelijke smoel. Uit onderzoeken van de Raad van Europa, Amnesty International, de Nationale Ombudsman en zoveel andere organisaties blijkt dat dit land een groot probleem van institutioneel racisme kent. Vrijwel alle politici bagatelliseren en ridiculiseren dat probleem. En bestuurders stigmatiseren en criminaliseren anti-racisten, zoals bijvoorbeeld Van der Laan de afgelopen dagen deed. Hij zette een sfeer neer alsof activisten tegen Zwarte Piet gewelddadige “relschoppers” zouden zijn en alleen een grote politiemacht hen in toom zou kunnen houden. In werkelijkheid zijn het juist steeds Piet-fans geweest die zich richting Piet-critici te buiten zijn gegaan aan verbaal en non-verbaal geweld.

Al die repressie en agressie leidt ook weer tot reacties die in het voordeel kunnen uitpakken van de beweging tegen Zwarte Piet. Want ook al nemen velen nog steeds niet uitdrukkelijk stelling tegen Zwarte Piet, toch is menig weldenkend persoon geschrokken van de afschuwelijke racistische taal die veel Piet-fans uitslaan. Bij die schreeuwlelijkerds wensen ze niet te worden ingedeeld. Daarom nemen ze er afstand van. Flink wat mensen zijn weliswaar niet meteen medestanders in de strijd, maar vinden wel dat vrijheid van meningsuiting toch ook voor Piet-critici zou moeten gelden.

Het Zwarte Piet-debat heeft ertoe geleid dat er breder over racisme wordt gesproken. Breder in de zin dat het in alle hoeken en gaten van de samenleving een gespreksonderwerp is geworden. Breder ook in linkse kringen, waar van oudsher sociaal-economische thema’s de voorrang krijgen boven onderwerpen als witte privileges en witte suprematie. En breder ook omdat het Zwarte Piet-racisme wordt verbonden met racisme op de arbeidsmarkt, met het beleid van migratiebeheersing, met etnische segregatie in het onderwijs en in buurten, met etnische profilering door de politie en door onderzoekers, en met de inburgeringsplicht en de assimilatiepolitiek van de overheid. Op al die gebieden ligt de kans en de noodzaak voor witte en zwarte anti-racisten om samen te strijden tegen achterstelling en uitsluiting.

Harry Westerink
Mariët van Bommel