Trap niet in dezelfde uitgekauwde riedel van bangmakerij en nationalisme

Turkstalige poster van een neo-liberale partij
Nog geen dag na de val van het kabinet Balkenende IV begon het grote schoppen richting migranten en vluchtelingen alweer. Rechtse partijen redeneren immers al ruim 20 jaar in de geest van VVD-ideoloog Frits Bolkestein dat de partij die het hardste schopt, de meeste stemmen krijgt. Het CDA beet dit keer de spits af en riep – tegen ieder gelijkheidsbeginsel in, want dat scoort extra – dat “allochtone jongeren” die vrouwen uitmaken voor hoer en hen openlijk bedreigen een “een strafdienstplicht” moeten krijgen, wat dat ook moge zijn. Over “autochtone jongeren” die hetzelfde doen, werd niet gerept. Waarschijnlijk vanuit het idee dat dat sowieso zelden voorkomt, en dat, wanneer ze onverhoopt toch ooit iets seksistisch roepen, het vanzelfsprekend – anders dan bij “de allochtonen” – niet voort komt uit hun “cultuur”.

Met de gemeentelijke en landelijke verkiezingen in het vooruitzicht worden we dagelijks geconfronteerd met de bekende rechtse hobbies als wegen aanleggen, belasting verlagen en ondernemers pamperen. Maar het liefst spelen de rechtse politici toch in op allerlei angsten bij “de autochtone kiezers”. Minstens twee keer per week proberen ze te scoren met weer een nieuw voorstel voor een nog hardere aanpak van “buitenlanders” en “criminelen”, groepen die ze het liefst in één adem noemen. De almacht van ‘de linkse kerk’ maakt immers dat die groepen nog altijd met fluwelen handschoenen aangepakt worden, als we de verhalen van politici van de VVD, de PVV, het CDA en TON mogen geloven. Stemmers bang maken en dan komen met harde oplossingen, dat is natuurlijk dé manier om ze niet links te laten stemmen in deze tijden van crisis en aanstaande bezuinigingen.

Het hoofdthema van de verkiezingen zou natuurlijk de crisis moeten zijn, en hoe partijen van plan zijn het tekort van 35 miljard euro weg te werken. Laat de rijken de crisis betalen, is voor serieus links natuurlijk de meest logische oplossing. Laat de grote bedrijven eens werkelijk belasting betalen, verhoog de belastingtarieven voor de rijken, schaf de hypotheekrenteaftrek af en trek de troepen terug uit Afghanistan. Om maar kort eens wat ideeën te noemen. Maar om onze aandacht te verleggen en een gevoel van nationale eenheid te promoten – “arm en rijk zitten in hetzelfde schuitje” -, worden we van rechtse zijde overspoeld met nationalistische oprispingen. Zoals het voorstel van het CDA om Nederlandse en Europese vlaggen te plaatsen op alle openbare gebouwen, en om het Wilhelmus tot een verplicht onderdeel van de inburgeringscursus maken.

Nog voor het kabinet viel, werd er een wetsvoorstel aangekondigd om de Nederlandse taal in de Grondwet op te nemen. Een voorstel dat overduidelijk gericht is tegen niet-westerse migranten en vluchtelingen en de talen die zij over het algemeen spreken. Want niet lang geleden introduceerde men juist het Engels als doceertaal in het hoger onderwijs. Taal is het belangrijkste instituut dat de mens kent en welke talen er door wie gesproken worden is altijd een afspiegeling van krachtsverhoudingen in elke maatschappij. Voor het Fries wordt in het voorstel een uitzondering gemaakt, maar vanzelfsprekend niet voor Papiamento en Engels, toch de officiële voertalen in de nieuwe “bijzondere gemeenten” Bonaire, Saba en Sint Eustatius.

Krampachtig probeerden rechtse politici de afgelopen weken aanleidingen te vinden om hun taalstrijd op de spits te drijven. Zo had Leefbaar Rotterdam ontdekt dat PvdA-er Fikri Demirtas in het Rotterdamse Delfshaven Turkstalige posters opgehangen had. Of althans, hij had tweetalige postertjes met de Nederlandstalige kant tegen de muur geplakt. Schande! Dat zoiets bestaat in Nederland anno 2010. Is Fortuyn dan voor niets gestorven? Leefbaar Rotterdam-fractievoorzitter Ronald Sorensen deed hysterisch alsof de Turken eeuwen na Wenen nu Rotterdam dreigden in te nemen. Hij sprak al van “Delfsiktas”. In Deventer had VVD-lijsttrekker Marco Swart ondertussen ontdekt dat er in zijn stad een verkiezingsbijeenkomst zou plaatsvinden waar in het Turks gesproken zou worden. Een schande. Van hem “moeten alle discussies in één taal gehouden worden: het Nederlands”. Al snel werden anderstalige bijeenkomsten en posters een landelijk thema, en riep de voormalige PvdA-minister Eberhard van der Laan dat het afgelopen moest zijn. Op een PVV-bijeenkomst haalde Wilders erover uit naar de PvdA, en zei hij dat zijn speech na afloop in het Arabisch verkrijgbaar was voor de aanwezige PvdA-ers. Snel trok de Amsterdamse VVD daarop de eigen Turkse en Chinese verkiezingsflyers terug, en de Rotterdamse PvdA deed hetzelfde met Turks- en Arabischtalig campagnemateriaal. Kennelijk hebben mensen die onvoldoende Nederlands spreken niet het recht op goede en begrijpelijk informatie.

Op vrijdag 26 februari deed VVD-Kamerlid Stef Blok er nog een schepje bovenop met zijn initiatiefwetsvoorstel om werklozen alleen een bijstandsuitkering te geven als ze het Nederlands voldoende beheersen. Volgens de VVD-er moet er “een duidelijk bewezen band” zijn tussen de uitkeringstrekker en “de Nederlandse cultuur”. Met andere woorden, laat “allochtonen” die volgens Blok onvoldoende Nederlands spreken maar omkomen van de honger en de kou. Demissionair CDA-minister van Sociale Zaken Piet Hein Donner vond het plan maar niets, omdat volgens hem ook “Nederlandse analfabeten” zo zouden kunnen worden uitgesloten van bijstand. En dat zal de doelgroep van de  “autochtone” kiezers niet leuk vinden.

Het is te hopen dat het gros van de kiezers zich nu eens niet laat afleiden en verleiden door de gebruikelijke racistische en nationalistische shit, en zich op de kern van zaak concentreert: willen we straks een kabinet dat die 35 miljard bij ons komt halen, of toch liever niet? Laat je dan niet in de luren leggen door rechtse politici. En natuurlijk ook niet door linkse politici en partijen die hetzelfde willen.

Eric Krebbers