Ambtenaren straks vervolgd wegens het opleggen van dwangarbeid aan bijstandsgerechtigden?

Inspreker Musscher las een messcherp bezwaarschrift voor.
Gisteravond bezochten zo’n 50 bezorgde Leidenaren een inspraakbijeenkomst van de Leidse raadscommissie Werk en Financiën over een zeer omstreden conceptnota rond arbeidsparticipatie van bijstandsgerechtigden. Sommige inspraakreacties logen er niet om.

De aanwezigen moesten eerst twee powerpointpresentaties doorstaan van de gemeente en de DZB, “het gemeentelijk bedrijf voor mensontwikkeling”. Drie kwartier lang cijfers die de noodzaak van gigantische bezuinigingen moesten aantonen, afgerond met een enthousiast bedoeld verhaal over hoe dat best te realiseren valt. Dieptepunt was een voorstel van de DZB-meneer voor een “Wall of Fame” waar foto’s van werklozen aangeplakt zouden worden die een betaalde baan hebben gevonden.

Meest opvallend in de daaropvolgende inspraakreacties waren de bijdragen van Eltjo Meijer van de Leidse cliëntenraad, C. van Musscher en tenslotte Tomme Geraedts van Doorbraak die het meeste applaus kreeg, en zeker niet alleen van het tiental meegekomen leden van Doorbraak en het Leidse crisisplatform.

Meijer keerde zich faliekant tegen de plannen, en met name tegen het ontbreken van elke mogelijkheid tot bemiddeling en onafhankelijk advies voor de bijstandsgerechtigden.

Hongerdood

Musscher hield een messcherp verhaal tegen dwangarbeid. “Het voorgenomen en ook al het huidige beleid voorziet in het dwingen van bijstandsgerechtigden tot het verrichten van arbeid, zonder loon en zonder arbeidsrechterlijke bescherming”, zo begon hij. “Natuurlijk staat het de bijstandsgerechtigde vrij om de gedwongen arbeid te weigeren. De gemeente stelt hieromtrent onder meer: ‘Maar ook (…) het weigeren van een participatieplaats (…) leidt tot zware sancties.’ Vervolgens is de maatregel een korting van 100 procent en bij volharding beëindiging van de bijstandsuitkering. De keuze is duidelijk: als de bijstandsgerechtigde de arbeid weigert, wordt de voor het fysieke voortbestaan noodzakelijke uitkering stopgezet. Weigering van dwangarbeid betekent geen uitkering, geen uitkering betekent geen eten, geen eten betekent overlijden.”

Dat lijkt misschien wat aangezet, maar er zijn al voorbeelden van werklozen in West-Europa die geen uitkering meer kregen en de hongerdood zijn gestorven. Een tragisch voorbeeld is te vinden in het boek Cluster van de Duitse auteurs Detlef Hartmann en Gerald Geppert. (Lees hier het voorwoord in het Duits.)

Terug naar Musscher. “Meer dwang dan dit is niet mogelijk”, ging hij verder. “Het is uiteindelijk niet anders dan iemand met het pistool tegen het hoofd tot dwangarbeid te dwingen. Er is dus sprake van arbeid, er is sprake van maximale dwang, en dus sprake van dwangarbeid in zijn meest uitgesproken vorm, namelijk verplicht moeten werken zelfs zonder loon. Deze vorm van dwangarbeid staat gewoonlijk bekend als slavernij.”

Disproportioneel

“De gemeente verweert zich door te verwijzen naar een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRB), die de praktijk van dwangarbeid zou goedkeuren. De CRB overweegt hierbij, dat in de aan de uitspraak ten grondslag liggende zaak geen psychische of fysieke druk zou zijn uitgeoefend. De CRB stelt dat er sprake is van verplichte arbeid als genoemd en verboden in artikel 4 van het Europese Verdrag van de Rechten van de Mens (EVRM), maar stelt vervolgens dat dwangarbeid alleen dan verboden zou zijn, als deze “excessief” of “disproportioneel” zou zijn. Wat excessief of disproportioneel is, blijft onduidelijk. Wellicht mag de dwangarbeider/slaaf geen blijvend zwaar lichamelijk letsel worden toegebracht, waarbij het ongetwijfeld aan de slavendrijver is om te bepalen of zulks het geval is. Ook zou er “enig zicht” moeten bestaan op terugkeer naar de arbeidsmarkt. Wat enig zicht is, blijft eveneens onduidelijk. Een kans van 0,001 procent is nog altijd een kans.”

“Gelukkig is niet de CRB maar het Europees Hof van de Rechten van de Mens (EHRM) de autoriteit op het gebied van interpretatie van het EVRM. Nu doet zich de moeilijkheid voor dat dwangarbeid, als door de Wet Werk en Bijstand geïntroduceerd, in het naoorlogse Europa een nieuw fenomeen is. Na de Arbeitseinsatz uit de Tweede Wereldoorlog is door de overheid afgedwongen dwangarbeid als in de WWB vastgelegd niet meer voorgekomen. Dit heeft als gevolg, dat er nog geen jurisprudentie van het EHRM is over de dwangarbeid als thans aan de orde.”

Onnozelheid

“Thans liggen enkele zaken die wel de dwangarbeid door bijstandsgerechtigden tot onderwerp hebben op de plank bij het EHRM. Op deze plank liggen ook circa 140 duizend andere zaken, zodat de gemeente Leiden nog wel even vrij spel heeft en onnozelheid kan veinzen. Op enig moment zal zelfs het EHRM uitspraak doen, en is er een gerede kans dat de praktijk als thans uitgevoerd/geïntensiveerd door de gemeente Leiden als illegaal wordt aangemerkt. In dat geval hebben de gemeente Leiden en andere Nederlandse overheden een serieus probleem. De gemeente, haar bestuurders en ambtenaren hebben zich in dat geval opzettelijk en met voorbedachte rade schuldig gemaakt aan een praktijk, die terecht geassocieerd wordt met de meest onsmakelijke regimes: dwangarbeid.”

“De voormalige dwangarbeiders zullen in dat geval recht kunnen doen gelden op schadevergoeding en achterstallig loon. Het is zelfs niet ondenkbaar dat individuele ambtenaren op grond van artikel 365 Wetboek van Strafrecht vervolgd zouden kunnen worden, hoewel mij dat gezien de buitengewone welwillendheid, waarmee het openbaar ministerie en de Nederlandse (uiteraard volstrekt onafhankelijke) rechterlijke macht misslagen van het ambtelijke apparaat beoordelen, niet erg waarschijnlijk lijkt.” De aanwezige raadsleden leken dan ook niet erg onder de indruk van Musschers betoog, die afsloot met een inktzwart, maar helaas uitermate realistisch voorbeeld dat in de nabije toekomst realiteit kan worden. “Straks zien we op straat groepjes van twee gedwongen schoffelaars rondlopen, de een met een taakstraf en de andere een bijstandsgerechtigde. De eerste mag na 240 uur naar de huis, de ander moet twee jaar doorgaan met een mogelijk verlenging van nog eens twee jaar.”

Doorbraak

Tot slot hier nog de tekst zoals die voorgelezen werd door Doorbraak-activist Geraedts. “In de conceptnota ‘Bevordering van arbeidsparticipatie in een tijd van bezuinigingen’ van het college van B&W van de gemeente Leiden staat een aantal beleidsvoornemens waar Doorbraak protest tegen aantekent. Ik zet die voornemens en onze kritiek erop even op een rijtje.

Ten eerste. De gemeente wil grote groepen Leidse werklozen gedwongen aan het werk zetten. Wij wijzen dwangarbeid om zwaarwegende principiële redenen af.

Ten tweede. Voor die gedwongen arbeid krijgen de werklozen alleen maar een bijstandsuitkering, dus geen minimumloon en zeker geen loon volgens de geldende cao’s. Wij wijzen elke vorm van arbeid met een beloning onder het wettelijk minimumloon af.

Ten derde. De gedwongen arbeid gaat gepaard met een onthutsende afbraak van arbeidsrechten. De verworvenheden waar generaties arbeiders voor hebben gevochten, dienen overeind te blijven staan, vinden wij.

Ten vierde. Wie werkloos wordt en een bijstandsuitkering aanvraagt, moet in opdracht van de gemeente eerst 6 weken lang helemaal gratis werken. Wijst de gemeente de bijstandsaanvraag af, dan heeft de aanvrager pech gehad. Wij menen dat het aanvragen van een bijstandsuitkering niet gepaard mag gaan met het verplicht verrichten van onbetaalde arbeid.

Ten vijfde. De gemeente zet in de nota een stigmatiserend beeld vol vooroordelen neer over werklozen die (citaat) “niet bijzonder gemotiveerd” zouden zijn en die (citaat) “een prikkel” nodig zouden hebben. Wij vinden dat de overheid altijd moet zien te vermijden om groepen mensen in de samenleving over één kam te scheren en als groep zwart te maken. Ook de gemeente Leiden heeft die verplichting.

Ten zesde. Volgens de gemeente zullen werklozen via opstap- en participatiebanen doostromen naar betaalde banen. Volgens ons gaat het in de praktijk vaak andersom. Het betreft vaak werk waarop de laatste jaren enorm is bezuinigd en waar de overheid geen geld meer voor heeft of voor over heeft. Een voorbeeld. De schoolconciërge met een cao-loon en arbeidsrechten die 10 jaar geleden werd ontslagen, die moest daarna in het kader van de gesubsidieerde arbeid precies hetzelfde werk doen tegen het minimumloon, en die krijgt nu een participatiebaan op bijstandsniveau opgedrongen.

Ten zevende. De gemeente hamert op de noodzaak van bezuinigen. Wij bestrijden die noodzaak. Wij stellen: haal het geld waar het zit, dat wil zeggen: bij de miljonairs, bij de miljardairs en bij de grote bedrijven. Wij zeggen: laat de sterkte schouders de zwaarste lasten dragen. Wij vinden: de mensen die de economische crisis niet hebben veroorzaakt, moeten daarvoor ook niet opdraaien.

Onze algemene conclusie over deze nota luidt: er wordt nog eens extra verpaupering en afbraak van arbeidsrechten op gang gebracht onder regie van de gemeente Leiden. Dit afbraakproces gaat iedereen aan. Niet alleen wie nu werkloos is. Iedereen kan van de ene op de andere dag zijn of haar baan kwijtraken. Bij iedere vorm van beschaving en solidariteit hoort een vangnet voor de zwakkeren, de slachtoffers en de mensen met pech. Maar de gemeente kapt dat vangnet weg. Dat wijzen we af.”

Eric Krebbers